Verordening op de vertrouwenscommissie gemeente Waalwijk 2020

In deze verordening wordt verstaan onder:

• 1.

  De commissie: de vertrouwenscommissie belast met de voorbereiding van een concept profielschets, de beoordeling van kandidaten en het doen van een aanbeveling voor de invulling van de vacature voor een burgemeester van Waalwijk.

• 2.

  De Commissaris: de Commissaris van de Koning in de provincie Noord-Brabant.

• 1.

  De commissie legt aan de raad een concept-profielschets voor de nieuwe burgemeester ter besluitvorming voor.

• 2.

  De commissie heeft tot taak de aanbeveling tot benoeming van de burgemeester voor te bereiden.

1.  De commissie bepaalt aan de hand van de door de raad vastgestelde profielschets een standpunt over de geschiktheid van de door haar ontvangen kandidaten.

2.  De commissie betrekt in haar oordeelsvorming de door de Commissaris ter beschikking gestelde inlichtingen, die de Commissaris dan wel commissie nodig achten.

3.  Anders dan door tussenkomst van de Commissaris wint de commissie geen inlichtingen, schriftelijk of mondeling in over kandidaten. Het voeren van overleg met derden is uitgesloten.

• 1.

  De commissie brengt over haar bevindingen verslag uit aan de raad en aan de Commissaris.

• 2.

  De commissie stelt het verslag van bevindingen en de concept-aanbeveling bij meerderheid van stemmen vast. Een minderheidsstandpunt van een lid kan in het verslag worden opgenomen.

• 3.

  De concept-aanbeveling bevat een gemotiveerde voorkeursvolgorde van de namen van tenminste twee kandidaten, die naar het oordeel van de commissie voor benoeming in aanmerking komen.

• 4.

  De commissie vermeldt ten aanzien van iedere kandidaat de motieven die tot haar oordeel hebben geleid.

De commissie adviseert rechtstreeks aan de raad.

• 1.

  De commissie bestaat uit de volgende raadsleden:

  - mevrouw I. Klerks, onafhankelijk voorzitter zonder stemrecht;

  - de heer T. Klerx, lid

  - de heer F. Spierings, lid

  - de heer S. Slaats, lid

  - de heer R. Spohr, lid

  - mevrouw S. Schuijffel, lid

  - de heer R. Tiemstra, lid

  - mevrouw Y. IJpelaar, lid

  - de heer J. van Groos, lid

  - de heer L. Ottens, lid

  - mevrouw A. Pouw, lid.

• 2.

  Het lidmaatschap is van persoonlijke aard.

• 3.

  Plaatsvervangende leden worden niet benoemd.

• 4.

  Een lid houdt op lid van de commissie te zijn indien hij ontslag heeft genomen als raadslid of niet meer voldoet aan de vereisten van het raadslidmaatschap als bedoeld in artikel 13 van de Gemeentewet.

• 5.

  Bij tussentijdse vacature benoemt de raad een nieuw lid.

• 6.

  Een wethouder is adviseur van de commissie. Hij is geen lid en heeft geen stemrecht.

• 7.

  Aan de commissie kan een vertegenwoordiger van de ambtelijke organisatie worden toegevoegd, die de commissie desgevraagd van inlichtingen kan voorzien.

• 8.

  Bij aanvang van de werkzaamheden van de commissie neemt de commissie een besluit over de onder 6. en 7. genoemde personen.

• 1.

  De commissie wordt ondersteund door:

  a. de griffier als secretaris van de commissie

  b. de plv. griffier als plv. secretaris.

• 2.

  De griffier en plv. griffier zijn geen lid en hebben geen stemrecht.

• 3.

  De griffier kan desgevraagd de commissie van inlichtingen voorzien.

• 1.

  De vergaderingen van de commissie zijn besloten.

• 2.

  De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of twee leden dit noodzakelijk achten.

• 3.

  De voorzitter bepaalt dag, uur en plaats van de vergadering.

• 4.

  Van elke vergadering wordt door de voorzitter tenminste twee dagen tevoren aankondiging gedaan aan de leden.

• 5.

  De commissie vergadert niet, indien niet tenminste de helft van het aantal leden aanwezig is.

• 6.

  Alle besluiten worden bij meerderheid van stemmen genomen.

• 7.

  Elk van de leden heeft één stem.

• 8.

  Van iedere vergadering wordt een verslag opgemaakt dat niet openbaar wordt gemaakt.

• 1.

  Naast de bepalingen in artikel 61c van de Gemeentewet, legt de commissie in elke vergadering die betrekking heeft op haar werkzaamheden genoemd in artikel 2, tweede lid, volstrekte geheimhouding op over de inhoud van de stukken en het behandelde tijdens de vergadering en van al datgene wat in verband met het lidmaatschap direct of indirect aan haar ter kennis is gekomen.

• 2.

  De voorzitter ziet er op toe dat aan het gestelde in het vorige lid wordt voldaan door toepassing te geven aan artikel 86 van de Gemeentewet.

• 3.

  De geheimhouding geldt ook tegenover de leden van de raad die geen lid van de commissie zijn of lid van de commissie zijn geweest.

• 4.

  De geheimhouding geldt zowel tijdens het bestaan van de commissie als na ontbinding ervan.

• 5.

  Noch de commissie noch de raad heffen de geheimhouding op.

• 6.

  Het bepaalde in dit artikel is van overeenkomstige toepassing op de griffier, plv. griffier, de wethouder en de vertegenwoordiger van de ambtelijke organisatie.

• 1.

  De voorzitter van de commissie is de contactpersoon naar buiten.

• 2.

  Alle stukken voor de commissie worden aan de secretaris gericht en op zijn adres bewaard.

• 3.

  De stukken die van de commissie uitgaan, worden slechts verzonden als zij zijn voorzien van een handtekening van de voorzitter en de secretaris.

• 4.

  Het gebruik van digitale communicatiemiddelen (o.a. email en Whatsapp) is niet toegestaan.

• 5.

  Alle post die op het gemeentehuis binnenkomt, gericht aan de griffier met vermelding vertrouwelijk of persoonlijk en of gericht aan de commissie wordt ongeopend aan de griffier aangeboden. Na opheffing van de commissie is wederom de gebruikelijke regeling van toepassing.

• 1.

  De voorzitter nodigt de kandidaten uit voor een gesprek met de commissie.

• 2.

  De plaats en het tijdstip worden zodanig gekozen, dat wordt voorkomen dat de kandidaten hierdoor bekend worden of tijdens het bezoek aan de commissie met elkaar in contact komen.

• 1.

  De commissie houdt op te bestaan met ingang van de dag volgend op de dag waarop het gemeentebestuur het Koninklijk Besluit tot benoeming heeft ontvangen.

• 2.

  De voorzitter en secretaris dragen er zorg voor dat, op het tijdstip bedoeld in het eerste lid, alle archiefbescheiden van de commissie onverwijld in een verzegelde enveloppe en gerubriceerd als "geheim" worden overgebracht naar de krachtens de wet door de raad aangewezen archiefbewaarplaats. Zij dragen er tevens zorg voor dat uitvoering wordt gegeven aan het bepaalde in de volgende leden van dit artikel.

• 3.

  Van de in het tweede lid bedoelde overbrenging wordt een verklaring als bedoeld in artikel 9 van het Archiefbesluit 1995 opgemaakt. In deze verklaring wordt melding gemaakt van de met toepassing van artikel 15, lid 1 sub a en c van de Archiefwet 1995 gestelde beperkingen aan de openbaarheid, geldende voor een periode van 75 jaar.

• 4.

  Originele bescheiden die de commissie heeft ontvangen van de Commissaris of de kandidaten worden onmiddellijk aan hen teruggezonden.

• 5.

  Alle overige bescheiden en alle kopieën van de in dit artikel bedoelde bescheiden worden onmiddellijk vernietigd.

In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist de commissie bij meerderheid van stemmen.

• 1.

  Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van bekendmaking en vervalt op de dag, bedoeld in artikel 12, eerste lid.

• 2.

  Onverminderd het bepaalde in het eerste lid blijft de volstrekte geheimhouding gelden na het vervallen van deze verordening.

• 3.

  Deze verordening kan worden aangehaald als:

‘Verordening op de vertrouwenscommissie gemeente Waalwijk 2020’

Aldus vastgesteld in zijn openbare vergadering van 17 december 2020.