Organisatie | Weert |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Weert houdende regels omtrent de heffing en de invordering van parkeerbelastingen (Verordening Parkeerbelastingen 2021) |
Citeertitel | Verordening Parkeerbelastingen 2021 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2020.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
22-12-2020 | nieuwe regeling | 15-12-2020 |
De raad van de gemeente Weert;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders
gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 225 van de Gemeentewet en de Parkeerverordening 2021;
vast te stellen in de openbare vergadering van 15 december 2020 de
Verordening op de heffing en de invordering vanparkeerbelastingen 2021
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het motorvoertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
Artikel 5. Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht als bedoeld in artikel 2, onderdeel b, in de loop van het jaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht als bedoeld in artikel 2, onderdeel b in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na einde van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 6. Wijze van heffing en termijnen van betaling
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte en moet worden betaald bij de aanvang van het parkeren of achteraf in parkeergarages en op de met een slagboomafgesloten parkeerterreinen tenzij het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een mobiele telefoon of ander communicatiemiddel inloggen op de centrale computer.
In afwijking van het bepaalde in het vorige lid moet de belasting overeenkomstig de aangifte worden betaald binnen een maand na het einde van het parkeren, indien het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een mobiele telefoon of ander communicatiemiddel inloggen op de centrale computer.
Artikel 7. Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, mag worden geparkeerd geschiedt in alle gevallen door het college van burgemeester en wethouders bij openbaar te maken besluit.
De kosten van de naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedragen € 65,30 (2020 € 64,50).
Artikel 9. Vrijstelling van het betalen van parkeerbelastingen
Het parkeren van de volgende gebruikers wordt niet gereguleerd en is derhalve vrijgesteld
van het parkeren van parkeerbelastingen als bedoeld in artikel 2 van deze verordening:
Voor zover deze gebruikt worden tijdens de uitoefening van een dienst.
Artikel 11. Overgangsbepaling, inwerkingtreding, ingang van heffing en citeertitel
De "Verordening op de heffing en invordering van parkeerbelastingen 2020", vastgesteld door de raad der gemeente Weert in de openbare vergadering van 18 december 2019, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
4. In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijven, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het derde lid genoemde datum, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover ter zake daarvan de heffing van parkeerbelastingen in die periode plaatsvindt.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 15 december 2020,
De raadsgriffier,
M.H.R.M. Wolfs-Corten
De raadsvoorzitter,
C.C. Leppink – Schuitema
Bijlage 1 Tarieventabel parkeerbelastingen 2021 behorende bij de Verordening parkeerbelastingen 2021
Het tarief voor het parkeren bij de parkeerapparatuur als bedoeld in artikel 2 van de Verordening Parkeerbelastingen bedraagt:
Hoofdstuk 1.Betaald parkeren parkeergarages- en terreinen
Betaaltijden: 24 uur per dag en 7 dagen per week.
Hoofdstuk 2.Betaald parkeren op straat
Betaaltijden: maandag t/m zaterdag van 09:00 uur tot 18:00 uur.
2.2 Zone 1 – Parkeertijd maximaal 2 uur
Betaaltijden: maandag t/m zaterdag van 09:00 uur tot 18:00 uur.
Betaaltijden: maandag t/m zaterdag van 09:00 uur t/m 18:00 uur.
2.4 Zone 2 – Parkeertijd maximaal 2 uur
Betaaltijden: maandag t/m zaterdag van 09:00 uur t/m 18:00 uur.
Hoofdstuk 3. Abonnementen betaald parkeren op straat
* Abonnement is geldig van maandag t/m zaterdag van 09:00 uur t/m 18:00 uur.
* Abonnement is niet geldig in de parkeergarages.
* Abonnement is geldig van maandag t/m zaterdag van 09:00 uur t/m 18:00 uur.
* Abonnement is niet geldig in de parkeergarages.
3.3 Abonnement standplaatshouder
* Abonnement is geldig op zaterdag tijdens de weekmarkt.
Hoofdstuk 4. Combi-abonnementen straat parkeren (Zone 1, 2 en 3)
4.1 Eerstelijnszorg abonnement
Hoofdstuk 5. Parkeerabonnementen garages- en parkeerterreinen
5.1 24/7 parkeerabonnement parkeergarage
Parkeerabonnementen Centrumgarage, parkeergarage Poort van Limburg, Stationspleingarage, Muntgarage of Ursulinengarage. | |
5.2 Parkeerabonnement Walburgpassage
5.3 Parkeerabonnement OV Reiziger
5.4 Parkeerabonnement parkeerterrein Centrum Noord
Hoofdstuk 6. Parkeerbundel parkeergarage of parkeerterrein
Deze parkeerbundel is voor werknemers die werkzaam zijn in de binnenstad van Weert. Een parkeerbundel wordt toegewezen voor de: Centrumgarage, parkeergarage Poort van Limburg, Stationspleingarage, Ursulinengarage, Muntgarage of parkeerterrein Centrum-Noord.
Per eenheid van 500 uren € 100,00
Hoofdstuk 7. Vergunning parkeren (zone 3)
Voor bewoners in vergunning zones.
Per boekje dagvergunningen a 10 stuks € 15,00
7.3 Dagdeelvergunningen bewoners
Voor bewoners in vergunningzones.
Per boekje dagdeelvergunningen a 10 stuks € 7,50
7.4 Dagdeelvergunningen bedrijven
Voor bedrijven die werkzaamheden verrichten binnen vergunningzones.
Geldig voor betaald parkeerzones en vergunningzones.
8.1 Representatieve parkeerkaart
Deze kaart wordt uitsluitend verstrekt door het college van burgemeester en wethouders conform de voorwaarden in de vigerende “Beleidsregels voor het verlenen van parkeervergunningen en parkeerabonnementen”.
8.2 Parkeerkaart voltrekking huwelijk
Voor de voltrekking van een huwelijk op andere tijd en of wijze dan op grond van de wet van 23 april 1879 (Stb. 72) voor kosteloze huwelijkssluiting bij de burgerlijke stand in het Stadhuis van de gemeente Weert worden 7 parkeerkaarten per huwelijksvoltrekking verstrekt door de afdeling Publiekszaken voor de Centrumgarage.
Hoofdstuk 9. Tijden gefiscaliseerd parkeren
De tijdstippen waarop de parkeerbelasting dient te worden voldaan zijn door het college van burgemeester en wethouders in artikel 3 van het vigerende “aanwijzingsbesluit betaald parkeren” als volgt vastgesteld:
Hoofdstuk 10. Tijden vergunning parkeren
De tijdstippen waarop in een vergunningzone uitsluitend met een parkeervergunning mag worden geparkeerd zijn door het college van burgemeester en wethouders in artikel 4 van het vigerende “Aanwijzingsbesluit betaald parkeren” als volgt vastgesteld:
Hoofdstuk 11. Vervangend abonnement en/of vergunning bij verlies of diefstal
Bij verlies of tenietgaan van een parkeervergunning en/of –abonnement, worden voor het vervaardigen van een duplicaat abonnement en/of vergunning leges geheven conform artikel 18.9 van de bij de vigerende Verordening leges behorende tarieventabel.
Hoofdstuk 12. Wijzigen kenteken op abonnement en/of vergunning
Voor het wijzigen van een kenteken op een parkeervergunning of - abonnement worden leges geheven conform artikel 18.8 van de bij de vigerende Verordening leges behorende tarieventabel.
Behoort bij het raadsbesluit van 15 december 2020,