Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Stichtse Vecht

Treasurystatuut 2020 gemeente Stichtse Vecht

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieStichtse Vecht
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingTreasurystatuut 2020 gemeente Stichtse Vecht
CiteertitelTreasurystatuut 2020 gemeente Stichtse Vecht
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp
Externe bijlageTreasurystatuut 2020 gemeente Stichtse Vecht

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Dit Treasurystatuut vervangt het Treasurystatuut gemeente Stichtse Vecht 2014.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

https://www.overheid.nl/

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-12-2020Nieuwe regeling

15-12-2020

gmb-2020-337937

Tekst van de regeling

Intitulé

Treasurystatuut 2020 gemeente Stichtse Vecht

1. INLEIDING

 

De Wet financiering decentrale overheden (Wet fido) stelt de kaders voor de inrichting en uitvoering van de treasuryfunctie. De wet definieert de treasuryfunctie als: het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het houden van toezicht op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities inclusief de hieraan verbonden risico’s’.

 

Dit treasurystatuut geeft een uiteenzetting van het treasurybeleid van de Gemeente Stichtse Vecht en geeft een beschrijving van de bevoegdheden en verantwoordelijkheden in het kader van de treasuryfunctie. Het statuut wordt periodiek of bij significante wijzigingen in de wet- en regelgeving of relevante ontwikkelingen anderszins geactualiseerd.

2. WET- en REGELGEVING

 

Het wettelijke kader voor uitoefening van de treasuryfunctie wordt gevormd door:

• Gemeentewet

• Besluit Begroting en Verantwoording gemeenten;

• De Wet financiering decentrale overheden en daaruit voortvloeiende regelingen, te weten:

o Besluit leningsvoorwaarden decentrale overheden;

o Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden;

o Uitvoeringsregeling financiering decentrale overheden;

o Wet houdbare overheidsfinanciën;

o Regeling schatkistbankieren decentrale overheden.

2.1 Gemeentewet

De gemeenteraad stelt de uitgangspunten vast voor het financieel beleid, het financieel beheer en de inrichting van de financiële organisatie terwijl het college van burgemeester en wethouders verantwoordelijk is voor de beleidsmatige inkadering. De ambtelijke organisatie ten slotte geeft een uitvoeringstechnische invulling.

2.2 Besluit Begroting en Verantwoording (BBV)

Het BBV verplicht gemeenten tot het opstellen van de treasuryparagraaf (paragraaf Financiering). De paragraaf maakt onderdeel uit van de begroting en jaarrekening. In de paragraaf bij de begroting worden de beleidsvoornemens geformuleerd, de paragraaf bij de jaarrekening legt verantwoording af over de behaalde resultaten.

2.3 Wet financiering decentrale overheden (Wet fido)

De wettelijke grondslag voor de treasuryfunctie is vastgelegd in de Wet fido. De wet geeft de kaders voor een verantwoorde professionele inrichting en uitvoering van de treasury, verplicht gemeenten over een treasurystatuut te beschikken en legt de beleidsmatige infrastructuur voor een adequate uitvoering van de treasuryfunctie vast. De wet bevat onder andere beleidsmatige richtlijnen voor het uitzetten van overtollige middelen, uitgedrukt in twee kwalitatieve eisen:

• Het aangaan of verstrekken van geldleningen en het verlenen van garanties is alleen toegestaan uit hoofde van de publieke taak;

• Het uitzetten of beleggen van (tijdelijk) overtollige middelen heeft een prudent karakter en is niet gericht op het genereren van extra inkomsten door het nemen van overmatige risico's (zie schatkistbankieren: artikel 5.2.1).

 

 

2.4 Publieke taak

Onder publieke taak wordt verstaan ‘het uitvoeren van (overheids)taken waarmee het algemeen belang gediend is en die voor het welzijn van de inwoners van de gemeente Stichtse Vecht in het algemeen nuttig, gewenst of nodig zijn’.

3 TREASURYBELEID

 

Het treasurybeleid geeft uitgangspunten, doelstellingen, richtlijnen en limieten, de organisatorische en administratieve kaders, de informatievoorziening en administratieve organisatie ter uitvoering van de treasuryfunctie. De volgende doelstellingen zijn geformuleerd:

• Het verkrijgen en waarborgen van een duurzame toegang tot de financiële markten tegen zo gunstig mogelijke voorwaarden en acceptabele condities;

• Het beschermen van de (financiële) middelen en resultaten tegen ongewenste financiële risico’s;

• Optimaliseren van het rendement binnen de wettelijke kaders en de kaders, limieten en richtlijnen van dit statuut;

• Minimaliseren van de kosten bij het beheren van de geldstromen en financiële posities.

4 TREASURYFUNCTIE

 

De treasuryfunctie omvat alle activiteiten die, binnen de wettelijke kaders en de kaders van dit statuut, zich richten op het besturen en beheren van de financiële vermogenswaarden. Er worden drie deelfuncties onderscheiden, te weten: kasbeheer, financieren en beleggen en risicobeheer.

4.1 Kasbeheer

Kasbeheer omvat alle activiteiten die verband houden met het dagelijks beheer de geldstromen met een looptijd tot 1 jaar. Tot het kasbeheer worden gerekend het geldstromenbeheer, het saldo- en liquiditeitenbeheer.

4.1.1 Geldstromenbeheer

Het geldstromenbeheer omvat alle activiteiten die nodig zijn om financiële middelen te transfereren zowel binnen de organisatie als tussen de organisatie en derden. Het betreft de volgende activiteiten:

• Beperken van het liquiditeitengebruik door inkomende en uitgaande geldstromen op elkaar en de liquiditeitenprognose af te stemmen.

• Zorgdragen dat de liquiditeitspositie altijd voldoende is om de (financiële) verplichtingen na te komen.

• Het betalingsverkeer wordt zoveel als mogelijk elektronisch uitgevoerd bij de huisbankier.

4.1.2 Saldo- en liquiditeitenbeheer

Inkomende en uitgaande geldstromen lopen in termen van tijd en bedrag nooit synchroon. Hierdoor ontstaan financiële posities: positief of negatief. De treasuryfunctie beheert de geldstromen en reguleert financiële posities. De volgende uitgangspunten zijn geformuleerd:

• Clusteren van de gemeentelijke geldstromen in een rentecompensabelcircuit bij één bankinstelling.

• Met inachtneming van de kasgeldlimiet wordt in tijdelijke liquiditeitstekorten voorzien door het aantrekken van kortlopende geldleningen (geldmarkt). Ingeval van liquiditeitenoverschotten: zie schatkistbankieren (artikel 5.2.1)

4.2 Financieren en beleggen

Onderscheiden worden kortlopende en langlopende financiering- en beleggingsactiviteiten.

FINANCIEREN

Financiering betreft het uitoefenen van activiteiten die gericht zijn op het beheren van de liquiditeitenpositie en het voorzien in de benodigde liquiditeiten voor de realisatie van voorgenomen investeringen en de uitvoering van activiteiten. De volgende uitgangspunten zijn geformuleerd:

• Het aantrekken van financieringsmiddelen dient de publieke taak en is afgestemd op de financiële positie, de liquiditeitsprognose en meerjarenraming;

• Het gebruik van externe financieringsmiddelen wordt zoveel als mogelijk beperkt. Ingeval er sprake is van een financieringsbehoefte worden primair de interne financieringsmiddelen en de kasgeldlimiet benut;

• Met inachtneming van artikel 5.4 (relatiebeheer) worden voor het aantrekken van financieringsmiddelen partijen benaderd die actief zijn op het gebied van duurzaamheid;

• Transacties worden uitsluitend gerealiseerd in euro’s;

• De leningportefeuille is flexibel en evenwichtig van opbouw;

• Financieringsmiddelen worden aangetrokken tegen zo gunstig mogelijke condities;

• Het ontplooien van bancaire activiteiten behoort niet tot de publieke taak en is niet toegestaan.

• Er worden geen financieringsmiddelen aangetrokken:

o zonder specifiek financieringsdoel;

o met als doel deze ‘door te lenen’ aan een derde partij;

• Het gebruik van (financiële) derivaten is niet toegestaan.

4.2.1 Geldmarkt

Met inachtneming van de kasgeldlimiet (zie artikel 4.3.1) wordt in (tijdelijke) liquiditeitstekorten voorzien middels het aantrekken van kortlopende geldleningen (looptijd <1 jaar), Indien aan de orde wordt volstaan met het opvragen van één offerte. Het is niet toegestaan liquiditeitstekorten structureel met kortlopende geldleningen te financieren.

4.2.2 Kapitaalmarkt

Voor structurele liquiditeitstekorten of voor de realisatie van substantiële investeringen wordt een langlopende geldlening aangetrokken (looptijd >1 jaar). Er worden twee offertes opgevraagd.

4.2.3 Financieringsproducten

De volgende financieringsproducten zijn toegestaan:

Kasgeldlimiet Onder de kasgeldlimiet vallen alle kortlopende financieringen met een rente typische looptijd korter dan 1 jaar.

Geldmarkt rekening – courant, daggeld- en kasgeldleningen.

Kapitaalmarkt onderhandse geldlening.

BELEGGEN

Tijdelijk of structureel overtollige middelen worden belegd met als doel het optimaliseren van de rentebaten.

4.2.4 Schatkistbankieren

De Wet fido en de ‘Regeling schatkistbankieren decentrale overheden’ verplicht decentrale overheden de overtollige liquide middelen in ’s Rijks schatkist te beleggen. Als gevolg hiervan hoeft de Nederlandse Staat minder geld op de financiële markten te lenen waardoor de staatsschuld daalt. Daarnaast beoogd het schatkistbankieren de financiële risico’s van decentrale overheden te verminderen.

4.2.5 Beleggingsproducten

Het gebruik van de volgende beleggingsproducten is toegestaan:

Geldmarkt rekening – courant, spaarrekening, schatkistbankieren, daggeldleningen en deposito’s;

Kapitaalmarkt onderhandse geldlening.

Decentrale overheden Het is tevens toegestaan overtollige middelen aan een andere decentrale overheid uit te lenen mits de publieke taak daarmee gediend wordt én er tussen partijen geen sprake is van een toezichthoudende relatie.

4.2.6 Rentevisie

De rentevisie geeft een toekomstverwachting over de rente ontwikkeling. De rentevisie wordt eenmaal per jaar (treasuryparagraaf bij de begroting) opgesteld tenzij economische ontwikkelingen een tussentijdse aanpassing van de rentevisie noodzakelijk maakt.

4.2.7 Relatiebeheer

Met het relatiebeheer wordt beoogd: het realiseren van gunstige marktconforme condities voor af te nemen financiële diensten. Uitgangspunten zijn:

 Bankrelaties en bancaire condities worden eens per vier jaar beoordeeld;

 Bankrelaties en financiële instellingen waarmee de gemeente een relatie heeft:

o Zijn statutair in Nederland gevestigd;

o Hebben een kredietwaardigheid (rating) van ten minste ‘AA’;

o Staan onder toezicht van De Nederlandse Bank.

 Tussenpersonen waarmee de gemeente Stichtse Vecht een relatie heeft staan geregistreerd bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM).

4.3 Risicobeheer

Risicobeheer betreft het inzichtelijk maken van (toekomstige) risico’s, het beheersen, verminderen en spreiden hiervan inclusief het treffen van beheersmaatregelen.

Het treasurybeleid van de gemeente Stichtse Vecht is primair gericht op risicomijding.

4.3.1 Renterisico

Renterisicobeheer betreft het beperken van de invloed van rentewijzigingen op de financiële resultaten van de gemeente. Voor het beheersen van renterisico’s geeft de Wet fido concrete richtlijnen in de vorm van de kasgeldlimiet en de renterisiconorm.

Kasgeldlimiet

De kasgeldlimiet is gericht op het voorkomen van ongewenste renterisico’s die ontstaan door het aangaan van overmatige korte termijn financieringen en stelt een grens aan de omvang van de korte schuld waarover de gemeente renterisico mag lopen. De kasgeldlimiet is vastgesteld op 8,5% van het begrotingstotaal. Er wordt getracht de kasgeldlimiet zo optimaal mogelijk te benutten vanuit de gedachte dat rente van kortlopend geld (bijvoorbeeld daggeld en kasgeld) vrijwel altijd lager is dan van langlopende leningen.

De gemiddelde korte financiering wordt bij aanvang van ieder kwartaal getoetst aan de kasgeldlimiet. Bij overschrijding van de kasgeldlimiet bij aanvang van drie opeenvolgende kwartalen moet de toezichthouder geïnformeerd worden en moet een plan van aanpak worden opgesteld en overgelegd.

Renterisiconorm

De renteonzekerheid voor de lange termijn wordt uitgedrukt in de renterisiconorm, vastgesteld op (maximaal) 20% van het begrotingstotaal. Het renterisico wordt verkleind door aflossingen in de tijd te spreiden. Hiermee wordt een kader gecreëerd waarmee het renterisico uit hoofde van renteaanpassing en herfinanciering van leningen in voldoende mate beperkt wordt.

4.3.2 Intern liquiditeitenrisico

Van interne liquiditeitenrisico’s is sprake indien er overtollige middelen voor een vaste periode zijn belegd terwijl er gedurende de looptijd van de belegging blijkt dat deze middelen nodig zijn om te voldoen aan de gemeentelijke betalingsverplichtingen. Dit kan een ongewenst negatief financieel resultaat tot gevolg hebben.

Beheermaatregelen: het juist, tijdig en volledig informeren van de treasuryfunctie over valutaire betaaldagen en het volume van de geldstromen opdat deze informatie in de liquiditeitenprognose kan worden opgenomen.

4.3.3 Koersrisico

Koersrisicobeheer betreft het beheersen van risico’s die voortvloeien uit de mogelijkheid dat de financiële vaste activa in waarde verminderen door negatieve (koers)ontwikkelingen.

Beheermaatregelen: bij het beleggen van overtollige middelen wordt uitsluitend gebruik gemaakt van de beleggingsproducten als vermeld onder punt 5.2.2 van dit statuut. Koersrisico’s worden verder beperkt door de looptijd van de belegging op de liquiditeitenprognose af te stemmen.

4.3.4 Valutarisico

Het aantrekken van financieringsmiddelen, beleggen van overtollige middelen of het doen van transacties anderszins wordt uitsluitend in euro gerealiseerd. Valutarisico’s kunnen dientengevolge op nihil worden gesteld.

4.3.5 Kredietrisico

Het kredietrisico betreft het risico dat de tegenpartij bij wie tijdelijk overtollige liquide middelen belegd zijn, niet aan de terugbetalingsverplichting kan voldoen. Door de introductie van het verplicht schatkistbankieren kan het kredietrisico op nihil worden gesteld.

 

5 OVERIGEN

5.1 Garantstellingen

Garantstellingen worden alleen verstrekt indien de publieke taak daarmee gediend is en de garantstelling in voldoende mate in overeenstemming is met het gemeentelijk beleid. Aan het verstrekken van een gemeentelijke garantstelling zijn voorwaarden en criteria gekoppeld. Verwezen wordt naar de van toepassing zijnde ‘verordening gemeentelijke garantstelling’.

Solvabiliteitsrisico

Het verstrekken van een gemeentelijke garantstelling betekent dat de gemeente door de bank verantwoordelijk wordt gehouden voor de rente- en aflossingsverplichtingen indien de vereniging of instelling aan wie de garantstelling is verstrekt op enig moment niet meer aan zijn/haar betalingsverplichtingen kan voldoen.

5.2 Hypothecaire geldleningen

Het verstrekken of garanderen van (hypothecaire) geldleningen aan eigen personeel of publieke ambtsdragers behoort niet tot de publieke taak en is niet toegestaan.

5.3 Administratieve Organisatie

Voor de administratieve organisatie en interne controle zijn de volgende uitgangspunten geformuleerd:

 De treasuryfunctie is ondergebracht bij team financiën;

 De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de treasuryfunctie zijn eenduidig en via delegatie en mandaat schriftelijk vastgelegd;

 De administratieve organisatie en interne controle is op een zodanige wijze ingericht dat:

o de uitvoering van de treasuryfunctie doel- en rechtmatig is;

o de treasuryfunctie adequaat uitgevoerd kan worden;

o de risico’s in voldoende mate beheerst worden;

o de juistheid, tijdigheid en volledigheid van relevante informatie gewaarborgd is;

• Bij de uitvoering van treasury activiteiten is een functiescheiding doorgevoerd waarbij:

o De uitvoering en autorisatie wordt uitgevoerd door verschillende functionarissen;

o De uitvoerende en controlerende functie wordt uitgevoerd door verschillende functionarissen.

• Transacties worden geregistreerd door de treasuryfunctie en ter informatie en verwerking doorgegeven aan de financiële administratie.

 

5.4 Informatievoorziening

Voor het controleerbaar en beheersbaar maken én houden van de treasuryactiviteiten is een goed functionerende informatievoorziening van belang.

De treasuryparagraaf wordt door het college van burgemeester en wethouders jaarlijks in de begroting en financieel jaarverslag opgenomen en – als onderdeel hiervan – aan de gemeenteraad voorgelegd. In de treasuryparagraaf wordt gerapporteerd over de inrichting van de treasuryfunctie, de algemene beleidslijn, de beleidsinvulling van het betreffende begrotingsjaar, de rentevisie, de toepassing van de kasgeldlimiet en renterisiconorm, het beheersen van de financiële risico’s en overige ontwikkelingen op het gebied van ‘treasury’.

Onderscheiden kunnen worden: operationele-, beleidsmatige- en verantwoordingsinformatie. Operationele informatie is nodig om de (beleids)doelstellingen van de raad te realiseren. Beleidsmatige informatie betreft met name de beleidskaders uit het treasurystatuut. Verantwoordingsinformatie komt aan de orde binnen de reguliere P&C – cyclus. Daarnaast wordt het gevoerde beleid in de treasuryparagraaf bij de jaarrekening geëvalueerd.

5.5 Delegatie en Mandaat

Om slagvaardig op de financiële markt te kunnen opereren is het noodzakelijk dat er binnen de kaders van dit treasurystatuut en overeenkomstig het van toepassing zijnde Algemeen Mandaatbesluit van de gemeente Stichtse Vecht’, verantwoordelijkheden en beslissingsbevoegdheden aan de treasuryfunctie worden overgedragen. Hiermee wordt de gewenste slagvaardigheid van de treasuryfunctie gewaarborgd terwijl anderzijds het bestuur niet onnodig wordt belast met het dagelijks treasurybeheer.

5.6 Hardheidsclausule

De raad kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen in dit treasurystatuut. In die gevallen waarin dit treasurystatuut niet voorziet, beslist de gemeenteraad.

5.7 Inwerkingtreding

Dit statuut wordt aangehaald als het “Treasurystatuut 2020 gemeente Stichtse Vecht” en treedt in werking op 16 december 2020. Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 15 december 2020.

 

 

 

Griffier Voorzitter

B. Espeldoorn-Bloemendal drs. A.J.H.T.H. Reinders

Bijlagen

1. Verantwoordelijkheden en taken

Functie

Verantwoordelijkheden en taken

Gemeenteraad

Vaststellen van het treasurystatuut;

Vaststellen van de treasuryparagraaf bij de begroting en het jaarverslag;

Houdt toezicht op het treasurybeleid en de uitvoering hiervan, evalueert het beleid en stelt dat daar waar nodig bij;

Toetst rechtmatig- en doelmatigheid van de treasuryfunctie aan de hand van de financiële verordening en het treasurystatuut.

College burgemeester en wethouders

 

Is verantwoordelijk voor het opstellen van het treasurystatuut;

Uitvoeren van het treasurybeleid binnen de kaders van het treasurystatuut (formele verantwoordelijkheid);

Achteraf bekrachtigen van financiële transacties op de kapitaalmarkt;

Accordeert vooraf uitzettingen/beleggingen met een looptijd langer dan één jaar;

Rapporteert middels begroting, jaarverslag of tussentijdse rapportages aan de gemeenteraad over de uitvoering van het treasurybeleid en doet waar nodig voorstellen voor het bijstellen van het treasurybeleid.

Portefeuillehouder Financiën

Uitvoeren van het treasurybeleid (politieke verantwoordelijkheid);

Het autoriseren (vooraf) van financieringen op de kapitaalmarkt.

Teammanager Financiën

Het autoriseren (vooraf) van beleggingen en financieringen op de kapitaalmarkt;

Is verantwoordelijk voor een juiste uitvoering van het schatkistbankieren;

Controleert op volledig-, betrouwbaar- en rechtmatigheid van treasury activiteiten;

Rapporteert en legt verantwoording af aan het college van Burgemeester en Wethouders over de uitvoering van de treasuryfunctie;

Draagt zorg voor en bewaakt de functiescheiding binnen de treasuryfunctie.

Treasury / treasurer

 

 

 

Het formuleren en actualiseren van het treasurybeleid in het treasurystatuut alsmede het voorbereiden van beleidsvoorstellen;

Het uitvoeren van treasury activiteiten conform het treasurystatuut en paragraaf financiering;

Het beheer over de gemeentelijke rekeningstructuur, geldstromen en rekening saldi, inclusief het schatkistbankieren en het aangaan en afsluiten van financiële contracten en transacties;

Het vastleggen van gerealiseerde treasury transacties;

Relatiebeheer: onderhoud contact met banken en financiële instellingen;

Het bijwerken en periodiek actualiseren van de liquiditeitenprognose;

Het afleggen van verantwoording aan de teammanager Financiën over de uitvoering van de aan de treasury / treasurer gemandateerde activiteiten.

Teammanagers

Budgetbeheerders

Verantwoordelijk voor het tijdig aanleveren van betrouwbare informatie over toekomstige geldstromen aan de financiële administratie;

Fiatteren van baten en lasten ten gunste respectievelijk ten laste van hun budgetten.

Financiële administratie

Het juist en volledig vastleggen van mutaties in de financiële administratie.

 

2. Bevoegdheden en bankrelatiebeheer

Taak

Autorisatie

Uitvoering

Betalingsverkeer

 

Vaststellen kredietfaciliteit

College B&W

Treasury / treasurer

Accorderen betaalopdrachten

Treasurer

2de handtekening (overeenkomstig procuratie overzicht huisbankier)

Financiële administratie

1ste handtekening

 

Liquiditeitenbeheer

 

Bankrekeningen: openen, sluiten of contract nieuwe bankrelatie

College B&W

Tekenen contracten: burgemeester

Treasury / treasurer

Accorderen bankcondities

Teammanager Financiën

Treasury / treasurer

 

Financiering

 

Aantrekken kortlopende geldlening (looptijd < 1 jaar)

Teammanager Financiën

Treasury / treasurer

Aantrekken langlopende geldlening (looptijd > 1 jaar)

Bekrachtiging vooraf:

Portefeuillehouder Financiën

teammanager Financiën

Bekrachtiging achteraf:

College B&W

 

Tekenen contracten: Burgemeester

Treasury / treasurer

 

Beleggen / schatkistbankieren

 

Schatkist: inleggen overtollig liquide middelen

Afroomfaciliteit SKB bij de BNG

Schatkist: opname belegde liquide middelen

Treasury / treasurer

Financiële administratie

Uitzetten bij decentrale overheden

Teammanager Financiën

Treasury / treasurer

Garantstellingen

Voorwaarden en criteria vastgelegd in ‘verordening gemeentelijke garantstelling gemeente Stichtse Vecht’

 

 

3. Informatievoorziening

 

Informatievoorziening

 

Frequentie

Informatie

Verstrekker

Informatie

ontvanger

Informatie toekomstige geldstromen t.b.v.(meerjaren) liquiditeitsplanning (incl. investeringsplannen)

Continue proces

Teammanagers, budgethouders, projectletders en financieel consulenten.

Treasury / treasurer

Informatie liquiditeitspositie

Continue proces

Treasury / treasurer

Teammanager Financiën

 

Paragraaf financiering

 

Begroting en jaarrekening

Treasury / treasurer

College B&W / Gemeenteraad

Voortgang treasury

P&C – cyclus

Treasury / treasurer

Teammanager Financiën,

College B&W / Gemeenteraad

Ontwikkeling geld- en kapitaalmarkt

Continue proces

Treasury / treasurer

Teammanager Financiën

Informatie aan derden

(als genoemd in artikel 8 Wet fido)

Periodiek

 

Teammanager financiën,

Treasury

Provincie (toezichthouder);

Accountant

 

 

 

4. Delegatie en mandaat

Verantwoordelijkheid voor:

Bevoegd

Delegatie of mandaat aan:

Treasurybeleid en inrichting financiële organisatie

Gemeenteraad

College burgemeester en wethouders

 

Uitvoeren van de treasury activiteiten

College burgemeester en wethouders

Treasury / treasurer

Beleggen en financieren (< 1 jaar)

Geldmarkt

Teammanager Financiën

Treasury / treasurer

Beleggen en financieren (> 1 jaar)

Kapitaalmarkt

College burgemeester en wethouders

Treasury / treasurer

Bevestiging vooraf:

Portefeuillehouder financiën

Teammanager financiën,

Bevestiging achteraf:

college burgemeester en wethouders

Aangaan (financiële) contracten

College burgemeester en wethouders

De burgemeester vertegenwoordigt de gemeente “in en buiten rechten” en is in die zin bevoegd tot het aangaan en ondertekenen van (financiële) overeenkomsten en contracten (GW, art. 171 lid 1)