Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Maassluis

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Maassluis houdende regels omtrent de heffing en invordering van rechten (Rechtenverordening 2021)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieMaassluis
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening van de gemeenteraad van de gemeente Maassluis houdende regels omtrent de heffing en invordering van rechten (Rechtenverordening 2021)
CiteertitelRechtenverordening 2021
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Rechtenverordening 2020.

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2021nieuwe regeling

15-12-2020

gmb-2020-337111

87390

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Maassluis houdende regels omtrent de heffing en invordering van rechten (Rechtenverordening 2021)

De Raad van de gemeente Maassluis;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 1 december 2020 tot het vaststellen van de tarieven belastingen en heffingen 2021, zaaknummer 87390

 

gelet op het bepaalde in artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

 

besluit:

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening op de heffing en invordering van rechten Maassluis 2021

 

(Rechtenverordening 2021)

Artikel 1. Belastbaar feit

Overeenkomstig de bepalingen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel worden rechten geheven voor:

  • a.

    het gebruik overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen of van voor de openbare dienst bestemde werken en inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn;

  • b.

    het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten.

Artikel 2. Belastingplicht

  • 1.

    De rechten als bedoeld in artikel 1, onder a, worden geheven van degene die overeenkomstig de bestemming gebruik maakt van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen of van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.

  • 2.

    De rechten als bedoeld in artikel 1, onder b, worden geheven van degene die het genot heeft van de door het gemeentebestuur verstrekte diensten.

Artikel 3. Maatstaf van heffing en tarief

  • 1.

    De tarieven voor het van gemeentewege herstraten van klinker- of keibestrating, tegelbestrating, trottoirbanden, opsluitbanden, hoekblokken e.d. worden conform de VNG-richtlijn “Tarieven (graaf)werkzaamheden telecom” berekend.

  • 2.

    De tarieven voor het van gemeentewege herstellen van gras/gazon en beplanting (heesters) worden conform de VNG-richtlijn “Tarieven (graaf)werkzaamheden telecom” berekend.

Artikel 4. Heffingstijdvak

Het heffingstijdvak is het kalenderjaar waarin het in artikel 1 bedoelde gebruik of genot plaatsvindt.

Artikel 5. Ontstaan van de belastingschuld

De rechten worden verschuldigd bij aanvang van het heffingstijdvak of, zo dit later is, op het tijdstip waarop het in artikel 1 bedoelde gebruik of genot een aanvang neemt.

Artikel 6. Wijze van heffing

De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.

Artikel 7. Termijn van betaling

  • 1.

    De rechten moeten worden betaald op het moment van uitreiking van de in artikel 6 bedoelde kennisgeving.

  • 2.

    Ingeval de kennisgeving wordt toegezonden, moeten de rechten - in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990- worden betaald binnen 30 dagen na de dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

  • 3.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het tweede lid gestelde termijn.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van deze rechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van rechten.

Artikel 10. Overgangsrecht

De ‘Rechtenverordening 2020’ van 17 december 2019 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 11. Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2021.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.

Artikel 12. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als ‘Rechtenverordening 2021’.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Maassluis, gehouden op 15 december 2020,

de griffier,

mr. R. van der Hoek

de voorzitter,

dr. T.J. Haan