Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland

Treasurystatuut Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland 2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVeiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingTreasurystatuut Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland 2021
CiteertitelTreasurystatuut Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland 2021
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpTreasurystatuut Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 212 van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2021nieuwe regeling

19-11-2020

bgr-2020-1249

Tekst van de regeling

Intitulé

Treasurystatuut Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland 2021

Het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Noord- en Oost Gelderland;

 

Gelet op artikel 212 van de Gemeentewet, de Wet financiering decentrale overheden en de Financiële Verordening van de Veiligheidsregio Noord¬- en Oost-Gelderland;

 

Besluit:

 

Vast te stellen het navolgende treasurystatuut voor de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland.

I Begrippenkader

 

 

Artikel 1  

In dit statuut wordt verstaan onder:

 

Administratie: Het systematisch verzamelen, vastleggen en verwerken van gegevens en het verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, het functioneren en het beheersen van de organisatie en het afleggen van verantwoording hierover, ook omvattende de administratie en verantwoording over de geldmiddelen.

Administratieve organisatie: Het stelsel van organisatorische maatregelen gericht op het tot stand brengen en instandhouding van de goede werking van de administratie.

Derivaten: Financiële (beleggings-)instrumenten die hun waarde ontlenen aan de waarde van een ander goed, zoals aandelen en olie. Het andere goed wordt de onderliggende waarde genoemd. De onderliggende waarden kunnen financiële producten zoals leningen of obligaties zijn. Men gebruikt financiële derivaten om risico's te verkleinen of juist te speculeren.

Financiering: Het aantrekken van benodigde financiële middelen voor een periode van minimaal één jaar. Deze middelen kunnen bestaan uit zowel eigen vermogen als vreemd vermogen.

Geldstromenbeheer: Al die activiteiten die nodig zijn om liquiditeiten te transfereren zowel binnen de organisatie zelf als tussen de organisatie en derden (betalingsverkeer).

Intern liquiditeitsrisico: De risico's van mogelijke wijzigingen in de liquiditeitenplanning en meerjaren investeringsplanning waardoor financiële resultaten kunnen afwijken van de verwachtingen.

Kasgeldlimiet: Een bedrag op basis van de Wet fido ter grootte van een percentage van het totaal van de jaarbegroting van de Veiligheidsregio Noord- en Oost Gelderland bij aanvang van het jaar.

Koersrisico: Het risico dat de financiële activa van de organisatie in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen.

Kredietrisico: De risico's op een waardedaling van een vordering ten gevolge van het niet (tijdig) na kunnen komen van de verplichtingen door de tegenpartij als gevolg van insolventie of deficit.

Liquiditeitenbeheer: Het aantrekken en uitzetten van middelen voor een periode tot één jaar.

Rating: De inschatting van de kans op eventuele wanbetalingen bij toekomstige rente- en aflossingsbetalingen op schuldpapier.

Renterisico: Het gevaar van ongewenste veranderingen van de (financiële) resultaten door rentewijzigingen.

Renterisiconorm: Deze norm beoogt het risico van rentewijziging bij herfinanciering van de vaste schuld te beheersen. De wijze van berekening is vastgelegd in de Wet fido. Op dit moment wordt de norm berekend aan de hand van een gefixeerd percentage (20%) van het begrotingstotaal bij aanvang van het dienstjaar. De norm mag niet worden overschreden.

Saldobeheer: Het beheer van de dagelijkse saldi op de rekeningen.

Rentevisie: Toekomstverwachtingen over de renteontwikkeling.

Treasuryfunctie: De treasuryfunctie omvat alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico's. De treasuryfunctie bestaat uit vier deelfuncties; risicobeheer, financiering, kasbeheer en debiteuren- en crediteurenbeheer.

Treasuryparagraaf: De treasuryparagraaf is de uitvoering van het treasurybeleid en wordt opgenomen in de begroting en jaarrekening. De treasuryparagraaf in de begroting behandelt de beleidsplannen voor het komende jaar. De jaarrekening gaat in op de realisatie van de plannen en geeft een verschillenanalyse tussen de plannen en de uitkomsten.

Uitzetting: Het tijdelijk toevertrouwen van liquiditeiten aan derden tegen vooraf overeengekomen condities en bedingen. Kortlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode tot 3 maanden en langlopende uitzettingen hebben betrekking op een periode vanaf 3 maanden.

 

II Doelstellingen van de treasuryfunctie

 

 

Artikel 2  

De Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland onderscheidt de volgende doelstellingen van de treasuryfunctie:

1. Het verzekeren van duurzame toegang tot financiële markten tegen acceptabele condities.

2. Het beschermen van vermogens- en (rente)resultaten van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland tegen ongewenste financiële risico's zoals renterisico's, koersrisico's, kredietrisico's, liquiditeitsrisico's en valutarisico's.

3. Het minimaliseren van de interne verwerkingskosten en externe kosten bij het beheren van de geldstromen en de financiële posities.

4. Het optimaliseren van de renteresultaten binnen de kaders van de Wet fido respectievelijk de limieten en richtlijnen van het treasurystatuut.

 

Risicobeheer III Uitgangspunten risicobeheer

 

 

Artikel 3  

Met betrekking tot risicobeheer gelden de volgende algemene uitgangspunten:

1. De Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland mag leningen of garanties uit hoofde van de "publieke taak" uitsluitend verstrekken aan door het algemeen bestuur goedgekeurde derde partijen, waarbij vooraf advies wordt ingewonnen over de financiële positie en de kredietwaardigheid van de betreffende partij.

 

2. De Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland kan middelen uitzetten uit hoofde van de treasuryfunctie als deze uitzettingen een prudent karakter hebben en niet zijn gericht op het genereren van inkomen door het lopen van overmatig risico. Het prudente karakter van deze uitzettingen wordt gewaarborgd via de richtlijnen en limieten van dit treasurystatuut.

3. Het gebruik van derivaten is niet toegestaan.

 

IV Renterisicobeheer

 

 

Artikel 4  

1. De kasgeldlimiet wordt niet overschreden conform de Wet fido,

2. De renterisiconorm wordt niet overschreden conform de Wet fido.

3. Nieuwe leningen/uitzettingen worden afgestemd op de bestaande financiële positie.

4. De rente typische looptijd en het renteniveau van de betreffende lening/uitzetting wordt zo veel mogelijk afgestemd op de actuele rentestand en de rentevisie.

5. De rentevisie van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland wordt jaarlijks in de begroting opgenomen.

6. Binnen de kaders gesteld onder het derde en het vierde lid, streeft de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland naar spreiding in de rente typische looptijden van leningen/uitzettingen, opdat ook in de toekomst geen overmatige blootstelling aan rentebewegingen optreedt.

 

V Koersrisicobeheer Intern liquiditeitsrisicobeheer

 

Artikel 5 vervallen

 

VI Kredietrisicobeheer

 

 

Artikel 6 Vervallen

 

VII Intern liquiditeitsrisicobeheer

 

 

Artikel 7  

De Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland beperkt haar interne liquiditeitsrisico's door bij de begroting haar treasuryactiviteiten te baseren op een meerjarige liquiditeitenplanning met een looptijd van 4 jaar. Gedurende het jaar worden liquiditeitsprognoses gemaakt met een looptijd van 12 maanden.

 

VIII Valutarisicobeheer

 

 

Artikel 8  

Valutarisico's worden bij de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland uitgesloten door uitsluitend leningen te verstrekken, aan te gaan of te garanderen in de euro.

 

IX Financiering

 

 

Artikel 9  

Bij het aantrekken van financieringen voor een periode van één jaar en langer gelden de volgende uitgangspunten:

1. Financieringen worden uitsluitend aangetrokken ten behoeve van de uitoefening van de publieke taak,

2. Financiering met externe financieringsmiddelen wordt zoveel mogelijk beperkt door primair de beschikbare interne financieringsmiddelen te gebruiken om de renterisico's te minimaliseren en het renteresultaat te optimaliseren.

 

3. Toegestane instrumenten bij het aantrekken van financieringen zijn onderhandse leningen.

4. Vervallen

5. De Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland vraagt alvorens een financiering wordt aangetrokken een offerte op. Deze offerte(s) word(t)en – tenzij de rentepercentages telefonisch zijn doorgegeven - door de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland gearchiveerd.

 

X Uitzettingen

 

 

Artikel 10  

1. Uitzettingen van tijdelijke overtollige financiële middelen uit hoofde van treasury vinden in het kader van het Geïntegreerd middelenbeheer (GMB) uitsluitend plaats bij het Agentschap van de Generale Thesaurie van het Ministerie van Financiën.

2. De Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland hanteert bij haar tijdelijke uitzettingen uit hoofde van treasury de instrumenten die het ministerie van Financiën aanbiedt. Deze instrumenten zijn: het aanhouden van middelen in de rekening courant en het aanhouden van middelen in deposito's.

3. Uitzettingen worden afgestemd op de bestaande financiële positie en de liquiditeitsplanning.

4. Uitgezonderd van de verplichting om in 's Rijksschatkist te worden aangehouden, zijn:

a. middelen voor zover deze, gerekend over een kwartaal gemiddeld het drempelbedrag, bedoeld in het vijfde lid, niet te boven gaan.

b. middelen in de vorm van leningen aan andere openbare lichamen, met dien verstande dat openbare lichamen geen leningen kunnen verstrekken aan openbare lichamen waarmee zij belast is met een toezicht relatie.

c. middelen op een G-rekening als bedoeld in artikel 1, onder k, van de Uitvoeringsregeling inleners-, keten- en opdrachtgeversaansprakelijkheld 2004

5. Het drempelbedrag, genoemd in het eerste lid, onder a, wordt bepaald op basis van het begrotingstotaal van het openbaar lichaam. De wijze van berekening is vastgelegd in de Wet fido en de Ministeriele regeling schatkistbankieren decentrale overheden. Op dit moment is voor openbare lichamen met een begroting kleiner of gelijk aan € 500 miljoen, het drempelbedrag gelijk aan 0,75% van het begrotingstotaal, waarbij het drempelbedrag minimaal € 250.000 bedraagt. Voor openbare lichamen met een begrotingstotaal groter dan € 500 miljoen is het drempelbedrag gelijk aan € 3,75 miljoen, vermeerderd met 0,2% van het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat.

 

XI Relatiebeheer

 

 

Artikel 11  

De Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland beoogt het realiseren van gunstige c.q. marktconforme condities voor af te nemen financiële diensten. Hierbij gelden de volgende uitgangspunten:

1. Bankrelaties dienen, wat betreft hun kredietwaardigheid, minimaal te voldoen aan de eisen die zijn gesteld aan financiële ondernemingen gevestigd in landen die behoren tot de Europese Economische Ruimte (EER). Het land moet beschikken over minimaal een AA-rating, toegekend door minimaal twee van de erkende ratingbureaus. Dit zijn Moody's, Fitch en Standard & Poors.

2. Financiële ondernemingen (kredietinstellingen, beleggingsinstellingen, effecteninstellingen en pensioenfondsen) dienen onder Nederlands of anderszins EER-toezicht te vallen, zoals De Nederlandsche Bank en de Verzekeringskamer.

3. Bankrelaties en hun bancaire condities worden periodiek beoordeeld.

4. Tussenpersonen dienen geregistreerd te staan bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en daarvan een vergunning als makelaar te hebben ontvangen.

5. Een transactie wordt onmiddellijk geregistreerd door de functionaris die de transactie heeft afgesloten.

6. Tegenpartijen wordt opdracht gegeven de bevestigingen van iedere transactie te versturen naar de financiële administratie, zonder tussenkomst van de personen die bevoegd zijn tot het sluiten van de transacties.

 

Kasbeheer

 

XII Geldstromenbeheer

 

 

Artikel 12  

Om de kosten van het geldstromenbeheer te minimaliseren wordt:

1. Het liquiditeitsgebruik beperkt door de geldstromen op elkaar af te stemmen. Hierbij wordt erop toegezien dat de liquiditeitspositie voldoende is om te garanderen dat de verplichtingen tijdig kunnen worden nagekomen.

2. Het betalingsverkeer zoveel mogelijk elektronisch uitgevoerd door één bank.

 

XIII Saldo- en liquiditeitenbeheer

 

 

Artikel 13  

Voor het saldobeheer en het liquiditeitenbeheer gelden de volgende specifieke richtlijnen:

1. De Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland streeft naar concentratie van de liquiditeiten binnen één rente compensatiecircuit bij de bank met de gunstigste condities.

2. Als een liquiditeitsbehoefte ontstaat, kan de Veiligheidsregio Noord- en Oost- Gelderland kortlopende middelen aantrekken. Hierbij wordt - conform artikel 4, eerste lid - de kasgeldlimiet niet overschreden.

3. Toegestane instrumenten bij het aantrekken van kortlopende middelen zijn daggeld, kasgeldleningen en kredietlimiet op rekening courant.

4. Toegestane instrumenten bij het extern uitzetten van gelden voor een periode korter dan één jaar zijn producten in vastrentende waarden.

5. Bij het extern uitzetten van gelden korter dan één jaar zijn slechts de in artikel 10 genoemde tegenpartijen toegestaan.

Administratieve organisatie en interne controle XIV Uitgangspunten administratieve organisatie en interne controle

 

 

Artikel 14  

In het kader van de treasuryfunctie gelden de volgende algemene uitgangspunten op het gebied van administratieve organisatie en interne controle:

1. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van treasuryactiviteiten zijn op eenduidige wijze schriftelijk vastgelegd en worden aan de betrokken partijen kenbaar gemaakt (zie artikel 16).

2. De administratieve organisatie en interne controle waarborgen dat:

a. de uitvoering rechtmatig en doelmatig is.

b. de treasuryactiviteiten adequaat kunnen worden uitgevoerd en bijgestuurd.

c. de juistheid, tijdigheid en volledigheid van de informatie verzekerd zijn.

3. Bij de uit te voeren treasuryactiviteiten is functiescheiding doorgevoerd met als belangrijkste voorwaarden:

a. iedere transactie wordt door minimaal twee functionarissen geautoriseerd (het vier-ogenprincipe).

b. de uitvoering en de controle geschieden door afzonderlijke functionarissen.

c. de uitvoering en de registratie in de financiële administratie geschiedt door afzonderlijke functionarissen.

 

XV Verantwoordelijkheden

 

 

Artikel 15  

De taken en verantwoordelijkheden met betrekking tot de treasuryfunctie van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland staan in onderstaande tabel gedefinieerd.

Functie

 

Verantwoordelijkheden

Algemeen bestuur

 

Vaststellen van de publieke taak.

 

 

Vaststellen van treasurydoelstellingen, treasurybeleid, beleidskaders en limieten, via de financiële verordening.

 

 

Vaststellen van de financieringsparagraaf in de begroting en de jaarrekening.

 

 

Houden van toezicht op het treasurybeleid en de uitvoering hiervan.

Dagelijks bestuur

 

Vaststellen van het Treasurystatuut.

 

 

Uitvoeren van het financiële/treasurybeleid (formele verantwoordelijkheden) binnen de kaders van dit statuut.

 

 

Het achteraf bekrachtigen van de afgesloten transacties.

 

 

Rapporteren aan het algemeen bestuur over de uitvoering van het treasurybeleid in de jaarrekening.

Algemeen Directeur

 

Uitbrengen van advies over beleidsvoorstellen en rapportages op het gebied van treasury aan het dagelijks en algemeen bestuur.

 

 

Uitvoeren van het treasurybeleid.

 

 

Controleren van de volledigheid en betrouwbaarheid van de informatievoorziening van de treasuryfuncties en hierover rapporteren aan het dagelijks bestuur.

 

 

Rapporteren aan dagelijks bestuur over de uitvoering van het treasurybeheer.

 

 

Afleggen van verantwoording aan dagelijks bestuur in de jaarrekening.

Het vaststellen van kredietfaciliteiten, het aantrekken en uitzetten van langlopende leningen, het verstrekken en garanderen van leningen aan derden uit hoofde van de publieke taak.

Financieel adviseur

 

Opstellen van de rentevisie.

treasury

 

Opstellen van beleidsvoorstellen en adviezen op treasurygebied.

 

 

Opstellen van de financieringsparagraaf voor begroting en rekening.

 

 

Opzetten van administratieve richtlijnen op het gebied van treasury.

 

 

Bewaken van de kwaliteit van de treasuryprocessen.

 

 

Uitvoeren van de aan haar/hem gemandateerde treasuryactiviteiten in overeenstemming met het treasurystatuut en de treasuryparagraaf.

 

 

Zorgdragen voor juiste verantwoording van de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde treasuryactiviteiten.

 

 

Aantrekken en uitzetten van kas- en daggelden in het kader van het saldo- en liquiditeitenbeheer.

 

 

Schriftelijk vastleggen van de treasury activiteiten en het doorgeven hiervan aan de medewerker belast met de administratie.

 

 

Afleggen van verantwoording aan de teamleider Middelen over de uitvoering van de aan hem/haar gemandateerde activiteiten.

Medewerker financieel

 

Overboeken van saldi tussen bankrekeningen.

beheer

 

Afhandelen van het contante en girale betalingsverkeer.

Afdelingshoofd Bedrijfsvoering

 

Afsluiten van financiële contracten voortvloeiend uit bovenstaande deelfuncties.

De budgethouders

 

Zorgdragen voor een goede kwaliteit van de informatie die hun afdeling aanlevert aan het team Middelen met betrekking tot toekomstige uitgaven en ontvangsten.

Financiële administratie

 

Het juist, volledig en tijdig administreren van de bezittingen, schulden, rechten, verplichtingen, uitgaven, ontvangsten en betalingen in de verplichtingen- en financiële administratie.

Teamleider middelen

 

Uitzetten middelen daggeld, deposito; opvragen middelen bankrekening schatkistbankieren t.b.v. tekorten in RC huisbankier; aantrekken middelen daggeld/kasgeld; betalingsopdrachten voorbereiden, accorderen en versturen.

Financieel adviseur

 

Voorbereiden van betalingsopdrachten.

 

 

XVI Bevoegdheden

 

 

Artikel 16  

1. In onderstaande tabel staan de bevoegdheden met betrekking tot treasuryactiviteiten weergegeven evenals de daarbij benodigde autorisatie.

 

 

Bevoegd

functionaris (eerste handtekening)

Autorisatie door

(tweede

handtekening)

Saldo-, liquiditeiten — en geldstromenbeheer

 

 

1. Het uitzetten van middelen via daggeld, deposito

Financieel adviseur treasury

Teamleider Middelen

2. Het opvragen van middelen van de bankrekening schatkistbankieren ter beperking van tekorten in de rekening courant met de huisbankier.

Medewerker financieel beheer geregistreerd bij de bank

Teamleider Middelen

3. Het aantrekken van middelen via daggeld of kasgeld

Medewerker financieel beheer geregistreerd bij de bank/Financieel adviseur treasury

Teamleider Middelen

4. Betalingsopdrachten voorbereiden, accorderen en versturen

Medewerker financieel beheer geregistreerd bij de bank/Financieel adviseur

Afdelingshoofden / Teamleider Middelen, geregistreerd bij de bank

Bankrelatiebeheer

 

 

5. Bankrekeningen openen/sluiten/wijzigen

Afdelingshoofd Bedrijfsvoering

Algemeen directeur

6. Bankcondities en tarieven afspreken

Afdelingshoofd Bedrijfsvoering

Algemeen directeur

Financiering en uitzetting

 

 

7. Het vaststellen van kredietfaciliteiten

Afdelingshoofd Bedrijfsvoering

Algemeen directeur

8. Het aantrekken van lang lopende leningen

Afdelingshoofd Bedrijfsvoering

Algemeen directeur

9. Het uitzetten van lang lopende leningen

Afdelingshoofd Bedrijfsvoering

Algemeen directeur

10. Het verstrekken van leningen aan derden uit hoofde van de publieke taak

Algemeen directeur

Algemeen Bestuur

11. Het garanderen van leningen uit hoofde van de publieke taak

Algemeen directeur

Algemeen Bestuur

 

 

 

XVII Informatievoorziening

 

 

Artikel 17  

Met betrekking tot de treasuryactiviteiten dient tenminste de in de onderstaande tabel opgenomen informatie te worden verstrekt door de betreffende functionarissen:

Informatie

Frequentie

Informatieverstrekker

Informatieontvanger

1. Beleidsplannen voor de treasuryparagraaf bij de begroting

jaarlijks

Financieel adviseur treasury

algemeen bestuur

2. Evaluatie treasuryactiviteiten in treasuryparagraaf van de jaarrekening.

jaarlijks

Financieel adviseur treasury

algemeen bestuur

3. Informatie aan derden (toezichthouder)

op verzoek

Financieel adviseur treasury

derden

 

 

 

XVIII Overig

 

 

Artikel 18  

Indien gehandeld wordt in afwijking van het treasurystatuut dient vooraf toestemming verkregen te worden, via een afzonderlijk voorstel, van het algemeen bestuur.

 

XIX Citeertitel en inwerkingtreding

 

 

Artikel 19  

1. Dit treasurystatuut wordt aangehaald als ‘Treasurystatuut Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland 2021’.

2. Dit treasurystatuut treedt in werking met ingang van 1 januari 2021.

 

 

 

 

De secretaris De voorzitter

drs. D.G.L. Kransen A.J.M. Heerts

Apeldoorn, 19 november 2020