Organisatie | Nieuwegein |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Nieuwegein houdende regels omtrent de heffing en invordering van parkeerbelastingen (Parkeerbelastingverordening 2021) |
Citeertitel | Parkeerbelastingverordening 2021 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Parkeerbelastingverordening 2020.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-12-2020 | nieuwe regeling | 10-12-2020 |
In deze verordening wordt verstaan onder:
centrale computer: computer van één bedrijf of meerdere bedrijven waarmee de gemeente Nieuwegein een overeenkomst heeft gesloten, die bestemd is voor de registratie van parkeerbewegingen in het kader van het verlenen van diensten op het gebied van betaald parkeren met gebruik van een mobiele telefoon, computer of een apparaat waarvan de functies gelijkgesteld kunnen worden aan die van een mobiele telefoon of computer;
houder: diegene die naar de omstandigheden als houder van een motorvoertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorvoertuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven;
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het motorvoertuig gebruik heeft gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
Artikel 5. Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak
De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.
Artikel 6. Ontstaan van de belastingschuld
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, is verschuldigd bij de aanvang van het parkeren, tenzij het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het inloggen op de centrale computer via een mobiele telefoon, computer of een apparaat waarvan de functies gelijkgesteld kunnen worden aan die van een mobiele telefoon of computer;
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college gestelde voorschriften;
Bij de voldoening op aangifte, anders dan via een betaling bij een ticketautomaat, moet het kenteken van het motorvoertuig waarmee wordt geparkeerd of waarvoor de vergunning geldt worden opgegeven via een mobiele telefoon, computer of een apparaat waarvan de functies gelijkgesteld kunnen worden aan die van een mobiele telefoon of computer.
Artikel 8. Termijnen van betaling
In afwijking van het bepaalde in het eerste lid wordt de belasting overeenkomstig de aangifte achteraf betaald, uiterlijk voor het einde van de kalendermaand die volgt op de kalendermaand waarin de aangifte heeft plaatsgevonden, indien het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt via een mobiele telefoon, computer of een apparaat waarvan de functies gelijkgesteld kunnen worden aan die van een mobiele telefoon of computer;
Artikel 9. Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, eerste lid mag worden geparkeerd, geschiedt in alle gevallen door het college bij openbaar te maken besluit.
De kosten van de naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedragen € 65,30.
Artikel 12. Nadere regels door het college
Het college kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelasting.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 december 2020,
Jan Karens
griffier
Frans Backhuijs
voorzitter
Behorende bij en deel uitmakende van de Parkeerbelastingverordening 2021, zoals deze is vastgesteld bij raadsbesluit van 10 december 2020.
In deze tabel wordt verstaan onder:
Als plaatsen die bestemd zijn voor het parkeren door vergunninghouders, zoals bedoeld in artikel 2, lid 1, van de Parkeerverordening 2021 gelden de volgende parkeerzones:
Het gebied dat wordt omringd door de volgende wegen, weggedeelten, pleinen c.q. waterpartijen:
De Weerdstede, de Noordstedeweg, de gekanaliseerde Hollandse IJssel (Doorslag), de middenberm van de Zuidstedeweg, de oostelijke berm van A.C. Verhoefweg, de trambaan tussen de Noordstedeweg en de Weerdstede.
Het gebied dat wordt omringd door de volgende wegen, weggedeelten, pleinen c.q. waterpartijen:
De middenberm van de Zuidstedeweg tussen Gorsplein huisnummer 46 en het Zuidstede-viaduct, Gekanaliseerde Hollandse IJssel (Doorslag) vanaf het Zuidstedeviaduct tot aan de Meerkoetsingel ter hoogte van huisnummer 11, het water gelegen tussen Meerkoetsingel (ter hoogte van huisnummer 11) tot en met Barmsijs, het water gelegen tussen Barmsijs en Specht, Bosgors, Gorsplein. Het terrein van het Sint Antonius Ziekenhuis (AZN) maakt geen deel uit van het betaald parkeergebied.
Het gebied dat wordt omringd door de volgende wegen, weggedeelten, pleinen c.q. waterpartijen:
De middenberm van de Zuidstedeweg ter hoogte van Gorsplein huisnummer 46 tot en met de Appelvink, de berm ten zuiden van de Wijkerslootweg tot aan de westelijke grens van het perceel Goudvink huisnummer 27, de Goudvink ter hoogte van huisnummers 20-24, grens tussen de percelen Kwikstaart huisnummer 12 en Goudvink huisnummer 26, oostelijke grens van de percelen Kwikstaart huisnummers 12-10, de Winterkoning, de as van het water langs de Groene Steeg gelegen tussen de Winterkoning (ter hoogte van huisnummer 1) en de voetgangersbrug tussen de Groenling en de Nachtegaal, de Nachtegaal parkeerterrein tussen huisnummers 1-21 even en huisnummers 2-20 oneven, voetpad langs het water tot aan de Bergfluiter, de as van het water langs de Groene Steeg vanaf de Bergfluiter tot aan de Randijk, de Randijk tot aan de as van het water gelegen langs de Tjiftjaf en de Klauwiersingel, Bosgors, Rietgors (ter hoogte van Gorsplein huisnummer 46).
en het gebied dat wordt omringd door de volgende wegen, weggedeelten, pleinen c.q. waterpartijen:
De gekanaliseerde Hollandse IJssel (Doorslag) tussen de Meerkoetsingel (ter hoogte van huisnummer 11) en de Lepelaar (ter hoogte van huisnummer 2), de Lepelaar tussen huisnummer 2 en de Kuifduiker (ter hoogte van huisnummer 1), de as van het water gelegen aan de oostzijde van de Zwanensingel (ter hoogte van huisnummer 5) tot aan de as van het water gelegen tussen de Sneeuwgans en de Goudpluviersingel en de as van het water langs de Meerkoetsingel tot aan de voetgangersbrug over de gekanaliseerde Hollandse IJssel (Doorslag).
Het gebied dat wordt omringd door de volgende wegen, weggedeelten, pleinen c.q. waterpartijen:
De as van de Brugwal, de as van het water gelegen tussen de Brugwal en de Langelaan, de Langelaan, het Vreeswijkserijpad, de Vreeswijksestraatweg, de Langelaan, de middenberm van de Zuidstedeweg en de as van de Binnenwal tot aan de as van de Brugwal.
Het gebied dat wordt omringd door de volgende wegen, weggedeelten, pleinen c.q. waterpartijen:
De Noordstedeweg, de A.C. Verhoefweg tussen de Noordstedeweg en de Richterslaan, De Richterslaan tussen de A.C. Verhoefweg en het kruispunt Mendes da Costalaan / Richterslaan, de oostelijke berm van de Mendes da Costalaan huisnummers 84-106 (even), de Breitnerlaan (zuidzijde), de as van het water gelegen aan de oostzijde van de Breitnerlaan, de Richterslaan tussen het voorgenoemde water en de Sluyterslaan, het kruispunt Sluyterslaan / Hildo Kropstraat, de Hildo Kropstraat huisnummers 24-20 (even en oneven) en de Kruyderlaan tot aan de Sluyterslaan.
Het gebied dat wordt omringd door de volgende wegen, weggedeelten, pleinen c.q. waterpartijen:
De Noordstedeweg, de Sluyterslaan tot aan de zuidzijde van de Kruyderlaan, de zuidzijde van de Kruyderlaan tot aan de gekanaliseerde Hollandse IJssel (Doorslag) en de gekanaliseerde Hollandse IJssel (Doorslag) tussen Herenstraat (ter hoogte van huisnummer 111) en de Noordstedeweg.
De onder bovengenoemde zones genoemde wegen, weggedeelten, pleinen c.q. waterpartijen vallen in het geheel binnen het zonegebied, met uitzondering van de onderstreepte wegen of weggedeelten of tenzij uitdrukkelijk anders aangegeven.
3. Tarieven bij parkeerapparatuur
Het tarief voor parkeerbelastingen als bedoeld in artikel 2, onderdeel a van de Parkeerbelastingverordening 2021 bedraagt:
Tabel 1: tarieven bij parkeerapparatuur
4. Tarieven van parkeervergunningen
Het tarief voor een parkeervergunning als bedoeld in artikel 2, onderdeel b van de Parkeerbelastingverordening 2021 bedraagt voor de B2 en W2 zone;
Het tarief voor een parkeervergunning als bedoeld in artikel 2, onderdeel b van de Parkeerbelastingverordening 2021 bedraagt voor alle overige parkeerzones;
5. Berekening tarieven naar rato parkeerdagen
De belastingplicht ter zake van de parkeervergunning als bedoeld onder punt 4 van deze tarieventabel wordt voor de parkeervergunning Zakelijk berekend naar rato van het aantal dagen waarop de betaalplicht geldt. Voor iedere weekdag waarop de betaalplicht geldt, wordt per 1/7 van het verschuldigde belastingtarief gerekend, met een afronding naar boven op hele euro’s.
6. Berekening tarieven bij wijzigingen gedurende het vergunningjaar
Indien de belastingplicht ter zake van de parkeervergunning als bedoeld onder punt 4 van deze tarieventabel in de loop van het jaar wordt beëindigd, wordt op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder ontheffing verleend voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat vergunningjaar verschuldigde belastingtarief, als er in dat vergunningjaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
7. Berekening parkeertarief bij naheffingsaanslag
De kosten van de naheffingsaanslag, zoals bedoeld in artikel 10 van deze verordening, worden verhoogd met één uur parkeerbelasting, zoals vastgesteld in hoofdstuk 3 van deze tarieventabel, voor de parkeerzone waarbinnen niet aan de belastingplicht is voldaan.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 10 december 2020,