Organisatie | Asten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening hondenbelasting gemeente Asten 2021 |
Citeertitel | Verordening hondenbelasting gemeente Asten 2021 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening hondenbelasting gemeente Asten 2020.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.
artikel 226 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-12-2020 | nieuwe regeling | 08-12-2020 | 20.12.10 |
De raad van de gemeente Asten;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 oktober 2020;
gehoord het advies van de Commissie Algemene Zaken en Control van 26 november 2020;
gelet op artikel 226 van de Gemeentewet;
vast te stellen de Verordening hondenbelasting gemeente Asten 2021.
Onder de naam 'hondenbelasting' wordt een directe belasting geheven ter zake van het houden van een hond binnen de gemeente.
In dit artikel wordt verstaan onder hondenasiel: aan één locatie gebonden ruimte of ruimtes bestemd of gebruikt voor het in bewaring houden van honden die zwervend zijn aangetroffen, dan wel waarvan door de eigenaar permanent afstand is gedaan, welke locatie als inrichting is aangemeld overeenkomstig artikel 3.7, eerste lid, van het Besluit houders van dieren.
De belasting wordt niet geheven ter zake van honden:
waarvan de houder in het bezit is van een geldend diploma der Koninklijke Nederlandse Politiehondenvereniging, mits de houder zich verbindt met een geleider, aan wiens bevelen hij gehoorzaamt, op aanvraag ter beschikking van de politie stellen; Hieronder worden mede begrepen pups die hiertoe aantoonbaar worden opgeleid door een daartoe aangewezen houder;
waarvan de houder woonachtig is buiten de bebouwde kom of kommen waarvan de gemeenteraad de grenzen heeft vastgesteld ingevolge artikel 20a Wegenverkeerswet 1994 en artikel 48 juncto de artikelen 23 en 24 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer, en geldende op 1 januari van het belastingjaar.
In afwijking van het voorgaande lid bedraagt de belasting voor honden, gehouden in kennels € 173,88 per kennel welke is geregistreerd bij de Rijksdienst voor ondernemend Nederland. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt onder kennel verstaan een inrichting als bedoeld in artikel 3.7, eerste lid, van het Besluit houders van dieren, bestemd en gebruikt voor het fokken van honden voor de verkoop of aflevering van nakomelingen.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt, dan wel het aantal honden in de loop van het belastingjaar toeneemt, is de belasting, respectievelijk de hogere belasting voor van het toegenomen aantal honden, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, respectievelijk de toename van het aantal honden, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, dan wel het aantal honden in de loop van het belastingjaar vermindert, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht respectievelijk de vermindering van het aantal honden, nog volle kalendermaanden overblijven tenzij blijkt dat het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,00.
Artikel 9 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste en tweede lid moeten, indien een machtiging voor automatische incasso is afgegeven en zolang de verschuldigde bedragen via automatische incasso kunnen worden afgeschreven, de aanslag(en) en de bestuurlijke boete(s) worden betaald in tien gelijke maandelijkse termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op die van de dagtekening van het aanslagbiljet en de volgende termijnen telkens een maand later.
Artikel 11 Nadere regels door het Dagelijks bestuur
Het Dagelijks Bestuur van de Belastingsamenwerking Oost-Brabant kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de hondenbelasting.