| Organisatie | Coevorden |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Verordening individuele studietoeslag gemeente Coevorden 2020 |
| Citeertitel | Verordening individuele studietoeslag gemeente Coevorden 2020 |
| Vastgesteld door | gemeenteraad |
| Onderwerp | bestuur en recht |
| Eigen onderwerp | Sociale voorzieningen en werkgelegenheid |
Geen
artikel 8 van de Participatiewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 15-12-2020 | nieuwe regeling | 08-12-2020 | 2020/1637 |
Een verzoek als bedoeld in artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet wordt schriftelijk ingediend bij het college.
Artikel 5. Hoogte individuele studietoeslag
Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 8 december 2020
De raad voornoemd
voorzitter, griffier a.i.
B.J. Bouwmeester M. Frensel
Toelichting Verordening individuele studietoeslag gemeente Coevorden 2020
Met de invoering van de Participatiewet is een studieregeling in de Participatiewet geïntroduceerd. Hiermee heeft het college de mogelijkheid om jongeren, van wie is vastgesteld dat ze door een structurele medische beperking niet in staat zijn om naast hun studie inkomsten te verwerven, een individuele studietoeslag te verstrekken als ze studeren. Het afronden van een studie versterkt de positie op de arbeidsmarkt.
Een diploma is een bewijs tegenover werkgevers dat iemand gemotiveerd is en veel in zijn mars heeft.
Jongeren met een arbeidshandicap hebben een extra steuntje in de rug nodig als het gaat om studeren. Voor hen is de drempel om te lenen een stuk hoger omdat de kans op een baan later lager is. Een studieregeling stimuleert jongeren om toch de stap te zetten om naar school te gaan of een studie te gaan volgen. Ook biedt het een financiële compensatie voor het feit dat het voor deze groep vaak moeilijk is om de studie te combineren met een bijbaan (TK 2013-2014, 33 161, nr. 125, p. 2).
We merken de individuele studietoeslag aan als een vorm van bijzondere bijstand (artikel 5, onder d, van de Participatiewet). De individuele studietoeslag is niet verbonden aan bepaalde kosten. Het is een inkomensondersteunende maatregel voor jongeren van wie is vastgesteld dat ze vanwege een structurele medische beperking niet in staat zijn naast hun studie bij te verdienen, aldus staatssecretaris T. van Ark in brief aan regering dd. 8-7-2019 en Gemeentenieuws SZW 2019-5.
Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.
Een verzoek kan worden ingediend door gebruik van het daartoe bestemde aanvraagformulier. Een mondeling verzoek kan niet worden aangemerkt als een verzoek om individuele studietoeslag zoals bedoeld in artikel 36b van de Participatiewet. Belanghebbende dient op de datum van de aanvraag aan de voorwaarden te voldoen zoals genoemd in artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet.
Artikel 36b, eerste lid, van de Participatiewet regelt in welke gevallen het college op verzoek van belanghebbende, gelet op diens individuele omstandigheden, een individuele studietoeslag kan verlenen.
Dat belanghebbende recht moet hebben op studiefinanciering of een WTOS-tegemoetkoming, betekent niet dat belanghebbende ook daadwerkelijk studiefinanciering of een tegemoetkoming moet ontvangen. Voor het recht op een individuele studietoeslag is het dan ook voldoende dat belanghebbende recht heeft op studiefinanciering of een WTOS- tegemoetkoming. Belanghebbende zal aannemelijk moeten maken dat hij recht op studiefinanciering of een tegemoetkoming heeft, bijvoorbeeld door een beschikking van DUO of door een bewijs van inschrijving bij een bepaalde opleiding te overleggen.
Met betrekking tot het laatste criterium genoemd in artikel 36b, eerste lid, onder d van de Participatiewet, beoordeelt het college aan de hand van beschikbare gegevens van het Uitvoeringsinstituut Werkgeversverzekeringen (UWV) en/of eventuele eerdere medische keuringen en informatie vanuit het netwerk, zoals bijvoorbeeld school, of een persoon aan de voorwaarden voldoet. Indien dit onvoldoende uitsluitsel geeft, wordt advies van een arbeidsdeskundige ingewonnen.
Artikel 4. Toekenning en verstrekking individuele studietoeslag
De individuele studietoeslag wordt toegekend voor de duur van maximaal zes maanden en wordt maandelijks uitbetaald.
De studietoeslag stopt zodra belanghebbende niet meer voldoet aan de voorwaarden. De voorwaarden die op de datum van de aanvraag gelden, gelden dus ook voor de voortzetting van het recht op de individuele studietoeslag. Wanneer de studietoeslag bijvoorbeeld in september voor zes maanden wordt toegekend en de studie wordt door de belanghebbende halverwege oktober in hetzelfde jaar beëindigd, dan wordt de betaling van de individuele studietoeslag vanaf november gestopt. Als belanghebbende binnen de gestelde zes maanden weer aan de voorwaarden voldoet, herleeft het oude recht weer.
De inlichtingenplicht is hierbij van toepassing (artikel 17 Participatiewet) waarbij ook tot herziening en terugvordering van ten onrechte verstrekte studietoeslag kan worden overgegaan (artikel 54 en 58 Participatiewet).
Artikel 5. Hoogte individuele studietoeslag
In dit artikel is de hoogte van de individuele studietoeslag geregeld. Met de hoogte van de individuele studietoeslag sluiten we aan bij wat een student gemiddeld bijverdient en bij de studieregeling in de Wajong2010.
Indien gehuwden allebei afzonderlijk voldoen aan de voorwaarden voor een individuele studietoeslag, dan komen zij daarvoor afzonderlijk in aanmerking.
Artikel 6. Inwerkingtreding, intrekking oude verordening en citeertitel