Organisatie | Brunssum |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Brunssum houdende regels omtrent de heffing en invordering van precariobelasting (Verordening precariobelasting gemeente Brunssum 2021) |
Citeertitel | Verordening precariobelasting gemeente Brunssum 2021 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening precariobelasting 2020.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.
artikel 228 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-12-2020 | nieuwe regeling | 10-11-2020 | 1018489 |
De Raad van de gemeente Brunssum gemeentebladnummer 2020/77
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 6 oktober 2020 , afdeling Financiën en control;
Waarbij de verordening als volgt is geamendeerd:
gelet op het bepaalde in artikel 228 van de Gemeentewet;
"VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN PRECARIOBELASTING GEMEENTE BRUNSSUM 2021"
Onder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, bedoeld of genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
In afwijking in zoverre van het eerste lid wordt, indien de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, degene aan wie de vergunning is verleend of diens rechtsopvolger aangemerkt als degene bedoeld in het eerste lid, tenzij blijkt dat hij niet het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft
Artikel 4 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De precariobelasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het overigens in deze verordening bepaalde.
Artikel 5 Berekening van de precariobelasting
Indien een oppervlaktetarief voor voorwerpen boven de gemeentegrond is vastgesteld, wordt de belasting als volgt berekend. Er wordt uitgegaan van de oppervlakte van het grootste gemeten vlak of bij niet rechthoekige vlakken van twee denkbeeldig langs de uitersten van het vlak getrokken lijnen die loodrecht op elkaar staan.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de naar jaartarieven geheven precariobelasting
Indien de belastingplicht in de loop van het tijdvak aanvangt, is de naar jaartarieven geheven precariobelasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het tijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de naar jaartarieven geheven precariobelasting als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,00.
Artikel 10 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat en het bedrag daarvan niet hoger is dan € 20.000,- en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog niet geëindigde maanden in het kalenderjaar overblijven, met dien verstande dat het aantal termijnen ten minste vier en ten hoogste tien bedraagt.
De "Verordening precariobelasting 2020" van 12 november 2019, wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2021, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 10 november 2020
De Raad voornoemd,
voorzitter.
griffier.
Bijlage 1: TARIEVENTABEL BEHORENDE BIJ DE VERORDENING PRECARIOBELASTING BRUNSSUM 2021