Organisatie | Waalwijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening reclamebelasting centrum Waalwijk 2021 |
Citeertitel | Verordening reclamebelasting centrum Waalwijk 2021 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Verordening reclamebelasting centrum Waalwijk 2021 |
Geen
artikel 227 van de Gemeentewet
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2021 | 'nieuwe regeling' | 13-11-2020 | 2020/022 |
De raad van de gemeente Waalwijk heeft het voorstel over de belastingverordeningen 2021 van het college van burgemeester en wethouders van 29 september 2020 gelezen en stelt, gelet op artikel 227 van de Gemeentewet, de volgende verordening vast:
“Verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting centrum Waalwijk 2021”
Deze verordening verstaat onder:
vestiging: een bouwwerk of deel van een bouwwerk dat door een natuurlijk persoon of een rechtspersoon wordt gebruikt voor de bedrijfsuitoefening van één onderneming.
bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij directe of indirecte steun vindt in of op de grond.
Artikel 2 Waarvoor betaal je de belasting? belastbaar feit
Onder de naam reclamebelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van openbare aankondigingen die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg, voor zover de aankondigingen zich bevinden binnen de onderstaande gebieden:
a. Aanduiding kernwinkelgebied (centrumstraten)
De Els, Grotestraat (van kruispunt Mr. Van Coothstraat tot kruispunt Wilhelminastraat), Markt, Raadhuisplein, Unnaplein en Stationsstraat (vanaf de Markt tot het knooppunt Irenestraat) in Waalwijk.
Bernhardstraat, St. Jansplein, Mr. van Coothstraat (vanaf kruispunt Julianastraat tot Grotestraat), Kloosterwerf in Waalwijk
Artikel 3 Wie betaalt de belasting ? belastingplicht
De reclamebelasting wordt geheven van degene van wie, dan wel ten behoeve van wie de openbare aankondiging aan een vestiging wordt aangetroffen.
De reclamebelasting wordt niet geheven ter zake van:
a. openbare aankondigingen door publiekrechtelijke rechtspersonen gedaan in de uitoefening van hun publiekrechtelijke taak;
b. openbare aankondigingen die uitsluitend dienen ten behoeve van de regulering van het verkeer over openbare land- en waterwegen;
c. openbare aankondigingen bestemd voor de verkoop of verhuur van onroerende zaken, indien deze aanwezig zijn in de onmiddellijke nabijheid van de te verkopen of verhuren onroerende zaak.
Artikel 5 Hoe belasten we? Maatstaf van heffing
1. De reclamebelasting wordt geheven naar een vast bedrag per vestiging, ongeacht de oppervlakte van de openbare aankondiging.
2. Indien meerdere bouwwerken of delen daarvan naast elkaar gelegen zijn, onderling verbonden zijn en tezamen en worden gebruikt door één belastingplichtige, wordt dit als één vestiging gezien.
3. Indien dezelfde belastingplichtige een aantal niet naast elkaar gelegen bouwwerken of gedeelten daarvan, waarop openbare aankondigingen zijn aangebracht, in gebruik heeft, worden deze aangemerkt als afzonderlijke vestigingen.
Artikel 6 Wat kost het? Tarief
1. Het tarief bedraagt € 638,20 (2020 € 625,65) per vestiging, gelegen in het kernwinkelgebied, zoals aangegeven in artikel 2 onder a.
2. Het tarief bedraagt € 317,20 (2020 € 311,00) per vestiging, gelegen in een aanloopstraat, zoals aangegeven in artikel 2 onder b.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
1. De belastingschuld ontstaat bij het begin van het belastingtijdvak.
2. Indien de belastingplicht na het begin van het belastingtijdvak aanvangt, ontstaat de belastingschuld bij aanvang van de belastingplicht.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is de reclameheffing verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde reclameheffing als er in dat jaar, na het tijdstip van de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
4. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, wordt de aanslag verminderd met zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde reclameheffing als er in dat jaar, na het tijdstip van beëindiging van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 10 Hoe en wanneer moet je betalen? termijnen van betaling
Wanneer het totaalbedrag van het aanslagbiljet meer is dan € 100,- moet de aanslag, in afwijking van het voorgaande lid, worden betaald in twee delen. Het eerste deel moet uiterlijk worden betaald op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld (1e termijn). Het tweede deel moet twee maanden later worden betaald (2e termijn).
Wanneer het totaalbedrag van het aanslagbiljet meer is dan € 100,- en iemand gebruik maakt van automatische betalingsincasso, dan moet de aanslag, in afwijking van de vorige twee artikelleden, worden betaald in 10 gelijke maandelijkse termijnen. Hierbij start deze maandelijkse incasso op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.
Artikel 12 Meer bepalingen Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de rioolheffing. Dit zijn besluiten van het college waarin deze verordening verder wordt uitgewerkt. Wanneer deze besluiten zijn genomen zijn ze terug te vinden op de websites wetten.overheid.nl en www.waalwijk.nl.