Organisatie | Hoeksche Waard |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoeksche Waard houdende regels omtrent de prostitutie |
Citeertitel | Prostitutiebeleid Hoeksche Waard |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-12-2020 | nieuwe regeling | 27-10-2020 |
Met het vaststellen van dit prostitutiebeleid zetten we wederom een stap voorwaarts in het beschermen van de kwetsbaren in onze samenleving en het tegengaan van ondermijning.
Op landelijk niveau is de Wet regulering sekswerkers in concept gereed. Met de aanstaande vaststelling verwacht ik verbetering om misstanden in en rond de prostitutiebranche tegen te gaan.
Op regionaal niveau werken we samen om een evenwichtig op elkaar afgestemd stelsel te organiseren waarmee we barrières opwerpen om criminaliteit in de prostitutie en ondermijning zoveel mogelijk tegen te gaan.
Als gemeente Hoeksche Waard dragen wij daaraan ons steentje bij.
1. INLEIDING – PROSTITUTIEBELEID IN DE HOEKSCHE WAARD
De prostitutiebranche is vatbaar voor criminele activiteiten en allerlei ongewenste bijkomstigheden en heeft daardoor impact op de openbare orde. Om die redenen stellen we dit beleid op.
Sinds de opheffing van het bordeelverbod in 2000, is prostitutie en de exploitatie daarvan niet meer strafbaar. Gemeenten moesten prostitutie toestaan en het voeren van een nulbeleid werd uitgesloten. De voormalige Hoeksche Waardse gemeenten hadden nagenoeg allemaal een prostitutiebeleid. Onderlinge afspraak was dat er in de hele Hoeksche Waard 1 seksinrichting was toegestaan. Het verschilde per gemeente waar een dergelijke inrichting was toegestaan. In enkele gemeenten was dat het buitengebied en bij anderen juist, onder bepaalde voorwaarden, binnen de bebouwde kom. Door de samenvoeging van de Hoeksche Waardse gemeenten vervalt dat beleid per 1 januari 2021 (wet ARHI). Dit is de directe aanleiding om het beleid te herzien.
Het aantal sekswerkers dat in de vergunde sector werkt daalt. Waar vroeger vooral achter de ramen of in clubs werd gewerkt, verplaatst de sector zich meer naar thuisprostitutie die klanten werft via internet. Sinds de legalisatie van prostitutie kelderde het aantal privéhuizen met ruim 80 procent.
Prostitutie heeft een internationaal karakter gekregen. Het openstellen van de grenzen voor wonen en werken, heeft ertoe geleid dat sekswerkers uit verschillende Europese landen werkzaam zijn in Nederland. Dit heeft gevolgen voor de positie van sekswerkers, voor de aanpak van mensenhandel, maar ook voor ons als overheid. Het is voor gemeenten namelijk veel moeilijker geworden om de sector in beeld te hebben nu het steeds vaker gaat om buitenlandse personen die via het internet hun diensten aanbieden, zij slechts tijdelijk in een gemeente verblijven en daardoor voor de instanties moeilijk te bereiken zijn.
In de Hoeksche Waard zijn geen seksbedrijven gevestigd. Zelfstandig thuiswerkende sekswerkers zijn er nauwelijks en zijn in ieder geval niet goed in beeld. Wel wonen er klanten in de Hoeksche Waard. Zij maken via internet gebruik van de diensten van escorts uit de regio. Zo is althans het beeld van de politie eenheid Hoeksche Waard.
Argumenten om prostitutiebeleid te hebben
Het hebben van een prostitutiebeleid is niet verplicht. Echter vanuit de politie (AVIM - afdeling Vreemdelingen, identificatie en mensenhandel), de GGD, het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV), omliggende grotere gemeenten als Dordrecht en Rotterdam luidt het advies om het bestaande prostitutiebeleid te herzien, te moderniseren en dit voor de Hoeksche Waard vast te stellen. Daarmee wordt de sturing op vergunningplicht, het maximum aantal inrichtingen, hygiëne eisen, toezicht en handhaving afgestemd op de actuele Algemene Plaatselijke Verordening Hoeksche Waard (APV). Ook heeft een actueel Hoeksche Waards prostitutiebeleid invloed op een beheersbare vergunde sector in de regio en wordt een mogelijk “waterbedeffect” vanuit omliggende gemeenten zoveel mogelijk tegengegaan.
De Wet Regulering Sekswerk (WRS) is al circa 10 jaar in ontwikkeling en bevindt zich in een afrondende fase. De consultatieronde is gehouden en ligt nu voor advies voor aan de Raad van State. Het is niet bekend wanneer de wet wordt vastgesteld en in werking treedt. Inschattingen geven aan dat dit echter niet eerder zal zijn dan januari 2022.
De wet beoogt misstanden in de branche tegen te gaan. Er komt daarom een uniforme vergunningplicht voor seksbedrijven. Sekswerkers moeten over een prostitutievergunning beschikken. De vergunning wordt naar alle waarschijnlijkheid afgegeven door de gemeente of een coördinerende gemeente in de regio. Om een vergunning te krijgen moet aan een aantal voorwaarden worden voldaan. Dat zijn bijvoorbeeld de leeftijdsgrens, dat de sekswerker niet gedwongen is tot prostitutie, dat de sekswerker bewust is van de risico’s en zich naar verwachting kan redden in de branche. Op basis van een gesprek worden de voorwaarden getoetst.
Het werken zonder vergunning wordt strafbaar gesteld. Ook zijn degenen die gebruik maken van onvergunde prostitutie en dit faciliteren strafbaar.
De prostitutiebranche biedt een aardig verdienmodel voor mensenhandelaren. Om die reden wordt er een pooierverbod geïntroduceerd.
De wet biedt een verbetering van de mogelijkheden waarmee misstanden kunnen worden tegengegaan. Met dit beleid concretiseren we het eerdere beleid door bijvoorbeeld een handhavingsmatrix op te nemen, een type locatie te benoemen en een modelbedrijfsplan op te nemen.
Dit beleid anticipeert op de WRS. De maatschappij verandert echter voortdurend en daarmee ook de omstandigheden in en rond de prostitutie. Ook de huidige coronapandemie heeft zeer waarschijnlijk invloed op de prostitutie.
Zolang er mensen zijn, zal er prostitutie zijn. De mate waarin en de manier waarop is afhankelijk van de behoefte eraan, de vraag ernaar en de mogelijkheden van aanbod.
Het verdient daarom de aanbeveling om dit beleid mee te laten bewegen met de branche door dit periodiek te herzien en te actualiseren.
Een goed moment daartoe is in ieder geval bij de toekomstige inwerkingtreding van de WRS.
2. UITGANGSPUNTEN VAN HET BELEID
Snelheid en anonimiteit van de branche is voedingsbodem voor criminaliteit
Kern van de problematiek is dat we te maken hebben met een sector waarin kwetsbare mensen werken in een beroep dat risico’s met zich meebrengt. Door het internet en andere technologische ontwikkelingen zijn er steeds meer manieren om als (illegale) sekswerker actief te zijn. De anonimiteit en snelheid van handelen via internet maakt dat vormen van criminaliteit zoals mensenhandel en uitbuiting op de loer liggen.
Daarnaast blijft de branche zoeken naar alternatieve locaties, zoals oneigenlijk gebruik van panden met een woonbestemming, bedrijfspanden en de horeca.
Grip op de branche door regulering
Het beleid is gericht op het tegengaan van misstanden binnen de prostitutie. De bestuurlijke aanpak van ondermijning is één van de prioriteiten. Prostitutie is daar een onderdeel van.
Het vergunningenstelsel wordt als middel gebruikt om de branche te reguleren. Ook is het een middel om “waterbedeffecten” vanuit de regio te voorkomen. Hiermee wordt (in regionaal verband) een bijdrage geleverd aan het tegengaan van mensenhandel en ondermijning.
De vormen van prostitutie die via internet worden aangeboden zijn vaak minder zichtbaar en daarom moeilijker te controleren. We werken aan het versterken van onze informatiepositie met behulp van softwareprogramma’s die in het kader van het opsporen van ondermijning en het versterken van de samenwerking met de betrokken ketenpartners zijn aangeschaft.
Binnen de vergunde branche moet goed kunnen worden opgetreden tegen misstanden, zoals mensenhandel, uitbuiting en slechte arbeidsomstandigheden. Ook illegale prostitutie moet – gelet op de onzichtbaarheid en daarmee een hoger risico op misstanden – worden opgespoord en tegengegaan. Dat wordt steeds meer een gemeentelijke taak.
Mensenhandel wordt binnen onze veiligheidsregio integraal en in regionaal verband aangepakt. Hierin heeft onze gemeente een rol.
Maatschappelijke positie sekswerkers verbeteren
De arbeidspositie van sekswerkers is, zowel in het vergunde als in het illegale circuit, zwak.
Door de hoge mobiliteit en anonimiteit is het voor instanties moeilijk om contact te leggen met sekswerkers. Dit geldt in het bijzonder voor thuiswerkers en escorts.
Regionaal wordt ingezet op de verbetering van de positie van de sekswerker. Wij dragen hier onder andere aan bij door dit beleid waarin maatregelen zijn opgenomen ter bevordering van de gezondheid van de sekswerker. Hiermee wordt ook het belang van de volksgezondheid gediend.
Vanwege het gegeven dat er in de Hoeksche Waard geen vergunde prostitutie plaatsvindt en er daarmee geen legale activiteiten plaatsvinden, is er geen reden om een overgangsrecht te hanteren.
3. REGULERING MET VERGUNNINGSTELSEL
Sekswerkers die niet in de vergunde sector werken, bieden via internet hun diensten thuis aan, of werken als escort bij klanten thuis of in hotels. Het volledig in beeld brengen van de onvergunde sector is lastig; het speelt zich immers in het verborgene af. Omdat de thuiswerkers nu nog niet vergunningsplichtig zijn, is er geen contact met gemeente of politie als zij starten met hun werkzaamheden. Omdat er geen vergunning is, is er ook geen regulier contact met de sekswerkers door gemeente of politie. Zij komen vaak pas in beeld als er meldingen worden gedaan bij een van de samenwerkingspartners over ongeregeldheden op een bepaald adres.
Er zijn nieuwe ICT-methoden om het zicht op de onvergunde sector te vergroten. Daar maken we gebruik van om mogelijke misstanden op te sporen. Eventuele signalen geven we door aan de AVIM.
Zolang de WRS niet is vastgesteld en individuele sekswerkers / thuiswerkers niet vergunningsplichtig zijn, heeft het actief contact leggen met die sector voor ons geen prioriteit. Mocht er echter sprake zijn van een (overlast) melding, dan wordt er contact gelegd om na te gaan wat er aan de hand is en om na te gaan of er signalen zijn van mensenhandel of mishandeling (fysiek en/of geestelijk) van de sekswerkers.
In het geval dat er meer dan één sekswerker werkzaam is, dan is er sprake van een vergunningsplichtig prostitutiebedrijf.
Het wettelijk kader waarbinnen vergunningen worden verleend is uitgewerkt in hoofdstuk 3 van de APV. Door de vergunningplicht beogen we het zicht te hebben op de branche en te voorkomen dat de illegaliteit toeneemt. Het werpt daarmee een barrière op tegen misstanden en het mogelijke waterbedeffect vanuit de omliggende gemeenten. Regionaal spinnen we hiermee een web waarmee we in breder verband beter zicht en grip krijgen op de branche.
In de APV is vastgelegd dat seksinrichtingen vergunningsplichtig zijn. Een aanvraag voor een vergunning voor een seksinrichting wordt getoetst aan geldende wet- en regelgeving. Voor de beoordeling van een vergunningaanvraag voor een nieuwe locatie of uitbreiding van een bestaand seksbedrijf gelden de criteria zoals opgenomen in de APV. Sinds 2000 hanteren we een maximumbeleid van 1 seksinrichting in de Hoeksche Waard.
Bekendmaking beschikbare vergunning
Voor seksinrichtingen geldt een stelsel van schaarse vergunningen. Een schaarse vergunning is een vergunning waarvan er maar één of een beperkt aantal kan worden verleend, terwijl er meer (potentiële) aanvragers zijn. Dit houdt in dat de gemeente de beschikbaarheid en de aanvraagprocedure openbaar maakt.
Een vergunning voor de exploitatie van een seksinrichting heeft een beperkte geldigheidsduur. De duur is afhankelijk van hoe de vraag en aanbod op dat moment is. Ook speelt de omvang van de investering een rol. De maximale duur van de vergunning bedraagt 2 jaar, waarna bij verlenging opnieuw een vergunningsaanvraag moet worden ingediend voor nog eens een periode van 2 jaar. Op het moment dat de huidige vergunning voor de seksinrichting (onherroepelijk) is vervallen of ingetrokken maakt de gemeente bekend dat een ieder een aanvraag kan indienen voor het exploiteren van een seksinrichting. De bekendmaking vindt plaats op de website van de gemeente en in het huis-aan-huis blad Het Kompas.
In de APV is gespecificeerd voor welke vormen van sekswerk een vergunning nodig is. De vergunningsvoorwaarden zijn er op gericht dat de exploitant meer verantwoordelijkheid heeft om de veiligheid en arbeidsomstandigheden van de sekswerkers te vergroten. Er wordt een bedrijfsplan gevraagd en een intakegesprek gevoerd.
In de APV is voor exploitanten de verplichting opgenomen in een bedrijfsplan te hebben en die na te leven. In de APV staat welke informatie het bedrijfsplan tenminste moet bevatten.
Uit het bedrijfsplan moet blijken welk bedrijfsbeleid de exploitant voert ten aanzien van de arbeidsomstandigheden, de hygiëne, de gezondheid, het zelfbeschikkingsrecht, de zelfredzaamheid en de veiligheid van de in het werkzame sekswerkers, alsmede de veiligheid en gezondheid van klanten. In het bedrijfsplan moet de exploitant uitwerken hoe aan de toezichtverplichting wordt voldaan. We bieden daartoe een modelbedrijfsplan aan (zie bijlage 1).
Wanneer een ondernemer aangeeft concrete plannen te hebben om een aanvraag in te dienen voor het oprichten van een seksbedrijf, vindt altijd een intakegesprek plaats.
Het gesprek vindt plaats in de Nederlandse taal. Mogelijk zijn er vervolgens meerdere gesprekken nodig om de aanvraag op een zorgvuldige wijze te kunnen toetsen.
We bieden een checklist aan met daarop een indicatie van benodigde gegevens voor het intakegesprek en de vergunningsaanvraag (bijlage 2).
De aanvraag voor een exploitatievergunning moet in ieder geval bevatten:
Wanneer een aanvraag niet compleet is, stelt de burgemeester de aanvrager in de gelegenheid om binnen een bepaalde termijn de ontbrekende gegevens in te dienen. Als de ontbrekende gegevens niet binnen de gestelde termijn zijn ingediend, neemt de burgemeester de aanvraag niet in behandeling.
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor de exploitatievergunning worden leges geheven.
De beoordeling van een aanvraag
Als aan de criteria voor het in behandeling nemen van een aanvraag is voldaan, wordt de aanvraag beoordeeld. Daarnaast wordt de Bibob toets uitgevoerd. Bij positieve uitkomst wordt de aanvraag vier weken ter inzage gelegd, zodat belanghebbenden en omwonenden de gelegenheid hebben om hun zienswijzen naar voren te brengen. De Bibob procedure maakt geen onderdeel uit van de ter inzagelegging. De zienswijzen worden meegenomen in de beoordeling van de aanvragen.
Het doel van de wet Bibob is te voorkomen dat bestuursorganen strafbare feiten faciliteren.
De wet biedt instrumenten om te beoordelen of partijen waaraan een vergunning wordt of is verleend integer zijn en geeft de mogelijkheid een vergunning te weigeren of in te trekken wegens mogelijk crimineel gebruik. In het Bibob-beleid is opgenomen dat een vergunning voor een seksbedrijf onder de reikwijdte van het Bibob-beleid valt. Wanneer bij het inwerking treden van de WRS ook individuele sekswerkers over een vergunning moeten beschikken, vallen ook die onder de reikwijdte van het Bibob-beleid.
Bij elke aanvraag om een vergunning voor het exploiteren van een seksbedrijf, moet een Bibob vragenformulier worden ingevuld. De gemeente voert bij elk van deze aanvragen het eigen onderzoek uit in het kader van de wet Bibob.
De aanvrager is verplicht het vragenformulier volledig en naar waarheid in te vullen. De gemeente kan om aanvullende gegevens vragen. De aanvrager is verplicht die te verschaffen. De gemeente doet onderzoek en maakt daarbij gebruik van open bronnen zoals bijvoorbeeld het internet, sociale media, het handelsregister en het kadaster.
Indien het naar het oordeel van de gemeente noodzakelijk is, wordt advies gevraagd van het landelijk Bureau Bibob. Wanneer de aanvraag een positief Bibob-advies krijgt, verleent de burgemeester de exploitatievergunning. Bij een negatief advies wordt de vergunning geweigerd.
De voormalige Hoeksche Waardse gemeenten verschilden in hun opvattingen over waar een eventuele seksinrichting gevestigd zou mogen worden. In het buitengebied of juist, onder strikte voorwaarden, binnen de bebouwde kom.
De politie en team Integrale Veiligheid geven aan dat een seksinrichting vanuit veiligheid, openbare orde, en met oog op de uitstraling naar en impact op de omgeving, bij voorkeur in het buitengebied (buiten de bebouwde kom) moet worden gesitueerd. Dit is makkelijker te controleren, bij incidenten beter te isoleren en heeft daar het minst impact op de leefomgeving.
Toezicht op de vergunde branche
De exploitant en beheerder(s) zijn gehouden om toezichthouders ongehinderde toegang te geven tot de inrichting en hun werkzaamheden niet in de weg te staan. Het belemmeren of bemoeilijken van het toezicht is zelfs een grond voor het intrekken van de vergunning.
Wanneer een vergund seksbedrijf wordt geëxploiteerd, wordt het toezicht daarop uitgeoefend door team Toezicht en Handhaving Openbare Ruimte (THOR).
Het toezicht valt onder domein 1 APV waartoe de toezichthouders zijn aangewezen om het toezicht uit te voeren.
De toezichthouders voeren de volgende toezichthoudende taken uit:
Het toezicht wordt uitgevoerd in samenwerking met de AVIM (politie) en de Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid (milieuvoorschriften).
De controle op een vergund seksbedrijf vindt in de regel meerdere keer per jaar plaats, tenzij de situatie met betrekking tot openbare orde en veiligheid aanleiding geeft de controles te intensiveren dan wel te verminderen.
Toezicht op onvergunde prostitutie
Het toezicht en controle van de onvergunde sector ligt inmiddels niet meer primair bij de politie; het is een rol die steeds meer door de gemeente wordt opgepakt. Het team THOR onderzoekt meldingen van onvergunde prostitutie, bijvoorbeeld naar aanleiding van overlastmeldingen of signalen van collega’s en samenwerkingspartners. Op die manier wordt ook onderzocht of er sprake is van thuiswerkers en wordt geprobeerd daar zicht op te krijgen.
Een controle wordt altijd afgestemd met de politie.
Bij misstanden wordt een bestuurlijke rapportage opgesteld. Op basis van de bestuurlijke rapportage wordt gestart met een handhavingsprocedure.
Het signaleren van misstanden en mensenhandel in de prostitutiesector vraagt om doortastende professionals met voldoende kennis en vaardigheden. Prostitutie is nu nog nauwelijks een issue in de Hoeksche Waard. Het ligt niet voor de hand om onze toezichthouders al met de vaststelling van dit beleid een dergelijk zware opleiding te geven. De opleiding gaat in ieder geval onderdeel uitmaken van het professionaliseringstraject van het onlangs in gemeentelijke dienst aangestelde BOA-team (team THOR).
Team integrale Veiligheid heeft cursussen en bijscholing nodig om kennis over de verschillende vormen van prostitutie, juridische kaders, culturele verschillen van de doelgroep op te doen en actuele ontwikkelingen te kunnen volgen en zich bewust te worden van hoe je om gaat met een sector die zich in het verborgene afspeelt.
Wanneer er sprake is van signalen van mensenhandel wordt direct de politie betrokken.
De AVIM (Afdeling Vreemdelingenpolitie, Identificatie en Mensenhandel) van de politie heeft, onder andere, als taak het opsporen en aanpakken van signalen over mensenhandel. Met de AVIM wordt afgestemd wie wat controleert en hoe de verdere aanpak is.
Het landelijk coördinatiecentrum mensenhandel (Comensha) verzamelt informatie over de omvang van mensenhandel. Dit is alleen informatie die in beeld komt door registratie bij politie, justitie en zorg. Hoe groot het aandeel is dat buiten beeld blijft, is niet bekend. Van de cijfers die bekend zijn over mensenhandel in de prostitutiesector blijkt dat bij de helft van de mogelijke slachtoffers zich in de minder zichtbare, vaak onvergunde, delen van de sector bevinden. Dit geeft de noodzaak aan om het zicht op de thuisprostitutie en zelfstandig werkende sekswerkers te vergroten. Ondanks dat actieve opsporing, gelet op de Hoeksche Waardse situatie, geen prioriteit heeft, gaan we wel in op signalen en bij constatering nemen we contact op met de AVIM.
De kracht van beleid schuilt in de uitvoering en handhaving ervan. Welke maatregelen er volgen op overtreding van de regels staat daarom beschreven in het handhavingskader. Het kader is strikt en geeft helderheid. Daarbij is rekening gehouden met de mogelijkheid tot het leveren van maatwerk waar dat nodig is. Het doel van het handhavingskader is niet het opleggen van zoveel mogelijk regels. Het doel is de bescherming van ongewenste situaties in de prostitutiebranche en het verbeteren van de positie van sekswerkers.
Omdat prostitutie zich op het grensvlak van veiligheid en hulpverlening afspeelt zijn verschillende partijen betrokken bij de prostitutiesector. De politie (AVIM), GGD, gemeente en de regionaal beleidsregisseur mensenhandel. Informatie wordt gedeeld en interventies op elkaar afgestemd.
Lokaal prostitutiebeleid kan alleen succesvol zijn wanneer de vooraf gestelde regels worden gehandhaafd. Hieronder wordt het scenario beschreven van het bestuurlijk optreden bij het constateren van exploitatie van een prostitutiebedrijf zonder of in strijd met een verleende vergunning.
Wanneer een situatie wordt geconstateerd waarbij sprake is van de exploitatie van een prostitutiebedrijf zonder vergunning, zal deze per direct gesloten worden.
Bij de handhaving van handelen in strijd met de verleende vergunning is gekozen voor een combinatie van het opleggen van een last onder dwangsom en een last onder bestuursdwang. Van een dwangsom wordt in eerste instantie effect verwacht, omdat een financiële prikkel bij een onderneming meestal voldoende is om verandering te bewerkstelligen. Wanneer dit niet het beoogde effect heeft, volgt een last onder bestuursdwang, waarbij het pand wordt gesloten voor bepaalde tijd. Dit is in dat geval immers de meest effectieve maatregel om de strijdige situatie te beëindigen en om herhaling te voorkomen. Wanneer er minderjarige kinderen in het pand wonen heeft de gemeente een inspanningsverplichting om die kinderen op te vangen.
Gelet op de ingrijpende gevolgen die het sluiten van een onderneming voor belanghebbenden kan hebben, geldt als uitgangspunt dat bij een eerste overtreding een waarschuwing volgt. Van dit uitgangspunt kan de burgemeester afwijken, als er sprake is van verzwarende omstandigheden. In dat geval kan een zwaardere maatregel uit het handhavingskader worden gekozen.
Er is in beginsel sprake van verzwarende omstandigheden als er sprake is van het plegen of gedogen van strafbare feiten. Hierbij valt te denken aan de volgende omstandigheden:
Als een exploitatie plaatsvindt in strijd met de verleende vergunning, kan de burgemeester bij een eerste overtreding volstaan met een waarschuwing. Bij herhaling van de overtreding binnen 2 jaar na een vorige overtreding is er sprake van recidive en zal een last onder dwangsom volgen met een last van €500,- per geconstateerde overtreding, met een maximum van €1.000,-. Mocht de illegale situatie hierna nog niet ongedaan zijn gemaakt, dan volgt een sluiting van een maand en bij een volgende geconstateerde overtreding een sluiting van drie maanden. Als de illegale situatie na al deze maatregelen nog niet verholpen is, zal de vergunning worden ingetrokken.
In elk individueel geval zal de burgemeester alle relevante feiten en omstandigheden - zowel belastende als ontlastende - zorgvuldig in kaart brengen. Vervolgens weegt de burgemeester al deze feiten en omstandigheden tegen elkaar af om te beoordelen of de situatie dermate ernstig is dat een dwangsom of sluiting moet volgen, dan wel met een waarschuwing kan worden volstaan.
Bestuurlijke waarschuwingen vervallen na een periode van 2 jaar nadat deze is afgegeven.
In de handhavingsmatrix Prostitutie (bijlage 3) staat beschreven op welke overtreding welke bestuurlijke maatregel volgt. Binnen de matrix wordt overgegaan naar de volgende stap, indien de overtreding plaatsvindt bij een volgende constatering binnen 2 jaar na de vorige maatregel of waarschuwing.
Bepaalde overtredingen of handelingen in strijd met de verleende vergunning acht de burgemeester dermate ernstig, dat de exploitatievergunning zal worden ingetrokken. Hier is sprake van bij aanwezigheid van illegale sekswerkers, bij aanwezigheid van minderjarige sekswerkers en in geval van schijnbeheer van de onderneming.
De stappen in de handhavingsmatrix gelden als uitgangspunt. De burgemeester heeft bij zijn besluitvorming een afwijkingsbevoegdheid. Per geval wordt bekeken of de burgemeester hier gebruik van maakt. De burgemeester zal een afwijking van de handhavingsmatrix in zijn besluit motiveren.
6 VERSTERKEN VAN DE POSITIE VAN DE SEKSWERKER
Prostitutie is een zwaar beroep
Prostitutie is een legale activiteit die onder een pakket van voorwaarden mag worden uitgevoerd. Het beroep is ingebed in een kader van regelgeving en zorg. De voorwaarden zijn er niet voor niets; het beroep van sekswerker brengt risico’s met zich mee. Sekswerkers krijgen vaak te maken met lichamelijk en verbaal geweld. Het is een lichamelijk en mentaal zwaar beroep.
Wanneer een thuiswerkende sekswerker in beeld komt, wordt de mogelijkheid geboden voor medische checks bij de GGD, hulp bij eventuele psychosociale problematiek en een uitstapprogramma (landelijk programma RUPS). Op deze manier wordt de positie van de sekswerker verbeterd.
In onze APV hanteren we sinds een aantal jaar voor sekswerkers de minimum leeftijdsgrens van jaar 21 jaar. Dit op advies van de VNG. De verhoging van de minimumleeftijd is gestoeld op verschillende motieven. In de eerste plaats speelt de kwetsbaarheid van jonge personen, waardoor zij moeilijker voor zichzelf opkomen in de omgang met klanten en exploitanten. Het zijn namelijk vaak de jonge personen die het slachtoffer zijn van uitbuiting. Bovendien hebben personen van 21 jaar meer kans op een startkwalificatie op de arbeidsmarkt waardoor er meerdere alternatieven zijn voor het werken in de prostitutie.
De GGD voert de technische hygiëne-inspecties van seksinrichtingen uit. Sekswerkers worden voorgelicht over veilig vrijen, over de risico’s van overdracht van SOA’s en er worden SOA/HIV-testen aangeboden (SOA Poli). Sekswerkers kunnen zich gratis laten vaccineren tegen hepatitis B.
Prostitutie maatschappelijk werk
De GGD en Maatschappelijk werk biedt psychosociale ondersteuning en praktische hulpverlening aan sekswerkers. Sekswerk kan zijn ontstaan vanuit problemen op een ander levensgebied. Verslaving, financiële- en relatieproblemen of dwang kunnen de keuze om in de prostitutie te werken hebben beïnvloed. Een belemmerende factor is schaamte, onmacht of onwetendheid over welke alternatieven mogelijk zijn. Sekswerkers kunnen een kwetsbare doelgroep zijn, waar vaak sprake is van multiproblematiek en waar machteloosheid en wantrouwen een grote rol spelen. De GGD en Maatschappelijk werk (Kwadraat) biedt specialistische hulpverlening aan deze doelgroep.
Bij seksueel geweld kunnen sekswerkers terecht bij het Centrum voor Seksueel Geweld Rotterdam. Daar valt onze regio ook onder.
https://www.centrumseksueelgeweld.nl/csg-rotterdam/
Het is, als er geweld heeft plaatsgevonden, een gecombineerde aanpak van lichamelijk onderzoek, psychische ondersteuning en inzet van politie/mogelijkheid tot aangifte doen. Het lichamelijk onderzoek kan, in overleg, ook worden uitgevoerd bij de GGD in Dordrecht.
Iedereen die uit de prostitutie wil stappen, moet de kans krijgen te stoppen. De ervaring van het begeleiden van sekswerkers naar een andere baan, laat zien dat dit een ingewikkeld proces is. Sinds 2013 worden gemeenten en hulpverleningsorganisaties gefinancierd door middel van de landelijke Regeling Uitstapprogramma’s Prostituees (RUPS). Voor onze regio is daarvan het budgetbeheer en de coördinatie belegd bij de gemeente Rotterdam. De RUPS geeft de mogelijkheid om gericht in te zetten op ondersteuning om sekswerkers te laten stoppen met prostitutie, en hen te begeleiden naar een andere baan of opleiding.
De overstap naar een andere baan blijkt vaak weerbarstig. Een deel van de sekswerkers heeft niet voldoende opleiding om gemakkelijk in een andere sector te stromen. Een deel van de sekswerkers is niet Nederlands, beheerst de taal onvoldoende of heeft geen diploma dat aansluit op de Nederlandse arbeidsmarkt. Bovendien is het niet eenvoudig om te gaan met het stigma van prostitutie op de arbeidsmarkt. Bij een nieuwe baan wordt gevraagd naar het arbeidsverleden en de ervaring leert dat het stigma van prostitutie dan nog een te grote drempel is voor de doorstroom naar een andere baan.
Humanitas verleent basis- en gespecialiseerde zorg bij verslaving en aan vrouwen die in de prostitutie werken. http://expertisecentrum.humanitas-rotterdam.nl/
Bedrijfsplan voor een seksinrichting
als bedoeld in artikel 3:15 van de Algemene Plaatselijke Verordening Hoeksche Waard
2. Arbeidsomstandigheden en zelfredzaamheid van de sekswerker
Omschrijf wat u doet om te voorkomen dat werkzame sekswerkers slachtoffer zijn van mensenhandel of andere vormen van dwang en uitbuiting.
Welke actie onderneemt u wanneer u vermoedt dat een sekswerker slachtoffer van mensenhandel is of van andere vormen van dwang of uitbuiting?
Omschrijf welke maatregelen u neemt om in uw bedrijf de zelfredzaamheid van sekswerkers te waarborgen:
2.3 Arbeids- en aanwezigheidsvoorwaarden
Onder welke arbeids- en bemiddelingsvoorwaarden werken de sekswerkers in uw bedrijf? Denk aan:
3.1 Invulling dagelijks toezicht en bereikbaarheid.
Beschrijf hoe het dagelijks toezicht wordt uitgevoerd. Wie houdt er toezicht en hoeveel
leidinggevenden dienen er minimaal aanwezig te zijn;
Stelt u specifieke eisen aan leidinggevenden over gebruik van alcohol, drugs,
taalvaardigheid (welke talen?), EHBO, gevolgde trainingen, kennis van de branche,
handelen bij controles door toezichthouders?
Hoe zorgt u ervoor dat de leidinggevenden hun taken goed kunnen uitvoeren en zich
Is er een taakverdeling tussen leidinggevenden onderling en/of exploitant? Zo ja, welke?
3.4 Aanwezigheid leidinggevenden
Omschrijf hoe u regelt dat de leidinggevende aanwezig is.
3.5 Inzicht in de bedrijfsadministratie
Omschrijf wie op welke wijze bij controles inzicht geeft in de bedrijfsadministratie.
Welke veiligheidsrisico’s zijn er in uw bedrijf? Wat doet u om deze risico’s te verkleinen?
4.1 Preventie van bedreigende situaties
Wat doet u om onveilige situaties voor zowel de sekswerker als de klant preventief te voorkomen?
4.2 Acute bedreigende situaties
Omschrijf welke maatregelen u neemt om hulp te bieden aan een sekswerker en/of klant
die terecht komt in een acuut bedreigende situatie (wijze van alarmering en opvolging).
Omschrijf welke instructies sekswerkers en leidinggevenden krijgen over wat zij moeten
doen als zij zelf, een collega of klant in een bedreigende situatie terecht komen en hoe dit
Omschrijf welke maatregelen er u treft om overlast vanuit het bedrijf, zoals verstoring
woon- en leefklimaat en verstoring van de openbare orde te voorkomen, zoals geluidsoverlast of aanstootgevend gedrag van de sekswerkers of bezoekers.
Omschrijf welk beleid u voert ten aanzien van de hygiëne in uw bedrijf.
De afdeling Hygiëne en Inspectie van de GGD beoordeelt voor de vergunning of u
voldoet aan de geldende hygiënerichtlijnen voor seksbedrijven van het Landelijk Centrum
voor Hygiëne en Veiligheid. Ook beoordeelt de GGD of u in uw bedrijfsplan beleid heeft
opgenomen om zorg te dragen dat de hygiënerichtlijnen worden nageleefd.
Het bedrijfsplan bevat in duidelijke en observeerbare termen ten minste een beschrijving
de gezondheidsrisico’s die de werkzaamheden van de sekswerkers en andere medewerkers die werkzaam zijn op de locatie met zich mee brengen. De beschrijving behelst in ieder geval risico’s op het gebied van het voorkomen van de
vermenigvuldiging en de verspreiding van micro-organismen, het hygiënisch
handelen, de schoonmaak en de bouw en inrichting van de locatie;
7. Gezondheid van klanten en sekswerkers& zelfbeschikkingsrecht van de sekswerker
Omschrijf in dit hoofdstuk welk beleid u voert ten aanzien van de gezondheid van
klanten en sekswerkers in uw bedrijf. Omschrijf hier ook welk beleid u voert om het
zelfbeschikkingsrecht van sekswerkers te waarborgen.
7.1 Maatregelen ten aanzien van de gezondheid en het zelfbeschikkingsrecht van de
Welke aandachtspunten neemt u ten aanzien van de gezondheid en het
zelfbeschikkingsrecht van de in het bedrijf werkzame sekswerker? Zijn er specifieke risico’s of omstandigheden in uw bedrijf die deze maatregelen bepalen?
Denk in ieder geval aan de volgende zaken:
7.2 Maatregelen ten aanzien van de gezondheid van de klant
Omschrijf hoe u zorgt dat de gezondheid van klanten voldoende is beschermd. Welke
aandachtspunten hanteert u? Zijn er specifieke risico’s of omstandigheden in uw bedrijf die
8. Bijzonderheden over het bedrijf of wijze van bedrijfsvoering
Indien u nog aanvullingen heeft of wilt aangeven op welke wijze uw bedrijf zich
onderscheidt van andere bedrijven, kunt u dat hier doen.
De volgende bijlagen moeten bij het bedrijfsplan worden ingeleverd:
Huisregels, zowel algemeen als specifiek
Huisregels die gelden voor de sekswerker en klant
De huisregels die zichtbaar worden opgehangen in de kamers/prostitutiebedrijf in verschillende talen. Deze huisregels hebben betrekking op het weigeren van klanten
of handelingen doorsekswerkers; geen drugsgebruik in het prostitutiebedrijf; gebruik condooms en dergelijke; bereikbaarheid leidinggevende in geval van nood
Eisen aan bedrijfsadministratie prostitutiebedrijven
In de APV staat als regel dat prostitutiebedrijven moeten beschikken over een bedrijfs-
administratie. De administratie moet met in achtneming van de wettelijke termijn worden bewaard en te allen tijde beschikbaar is voor toezichthouders.
In zijn algemeenheid wordt u erop gewezen dat uw administratie moet voldoen aan de wettelijke eisen van de Belastingdienst.
Hieronder volgt een volledig overzicht van de formulieren waaruit de bedrijfsadministratie moet bestaan.
De gemeente kan extra gegevens verplicht stellen, maar zal dit altijd van tevoren aankondigen.
De volgende documenten moeten in ieder geval in de bedrijfsadministratie aanwezig zijn:
De originele, ondertekende documenten met de voorwaarden waaronder de sekswerker werkzaam is in het prostitutiebedrijf; afspraken over verdiensten en het gebruik van de kamer; afspraken over beschikbaarheid en hoe de veiligheid gewaarborgd wordt. De sekswerker krijgt hiervan een, voor ontvangst getekende, kopie.
Checklist Intakegesprek en aanvraag vergunning seksbedrijf
Voor zover van toepassing: Een tekening van de plattegrond van de seksinrichting waarvoor vergunning wordt aangevraagd, door middel van een tekening met schaalaanduiding waarop duidelijk het gebruik, de afmetingen, de brandveiligheidsvoorzieningen, de sanitaire voorzieningen en de ventilatievoorzieningen van de ruimten wordt aangegeven.
Een bedrijfsplan is waarin staat beschreven welke maatregelen worden getroffen op het gebied van hygiëne, de bescherming van de gezondheid, veiligheid en zelfbeschikkingsrecht van de sekswerkers. Er moet worden omschreven hoe de gezondheid van klanten wordt beschermd en op welke manier de exploitant voorkomt dat er strafbare feiten worden gepleegd. In het bedrijfsplan moet de exploitant uitwerken hoe zij de maatregelen concreet gaan vormgeven in de bedrijfsvoering.