Organisatie | Hardinxveld-Giessendam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieverordening gemeentelijke monumenten |
Citeertitel | Subsidieverordening gemeentelijke monumenten |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2011 | nieuwe regeling | 02-12-2010 Het Kompas editie Hardinxveld-Giessendam, 08-12-2010 | onbekend |
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Deze verordening verstaat onder:a. monument: onroerend monument, overeenkomstig de bepalingen van de Erfgoedverordening Hardinxveld-Giessendam als beschermd gemeentelijk monument aangewezen;b. eigenaar: hieronder wordt mede verstaan: 1. degene die het recht van erfpacht heeft; 2. de houder van een recht van opstal; 3. een toekomstig eigenaar die in het bezit is van een getekend voorlopig koopcontract;c. subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een begrotingsjaar krachtens de voor dat jaargeldende begroting, ten hoogste beschikbaar is voor het totaal toe te kennen subsidie (onderverdeeld in een budget voor restauratiesubsidie en onderhoudsubsidie) krachtens deze verordening;d. subsidiabele kosten: kosten die naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn om een beschermd gemeentelijk monument in stand te houden; e. onderhoud: sober en doelmatig uit te voeren periodieke werkzaamheden, die erop gerichtzijn de bouwkundige staat van een monument in stand te houden of toekomstig grootonderhoud of restauratie te voorkomen;f. restaureren: het treffen van voorzieningen tot opheffing van (bouwtechnische) gebreken,het normale onderhoud te boven gaand, noodzakelijk voor de instandhouding van decultuurhistorische waarde van het monument;g. verlenen van subsidie: het besluit van het college dat aan de eigenaar van een monument een aanspraak op een subsidie in de kosten van periodieke werkzaamheden of voorzieningen verschaft;h. vaststellen van subsidie: het besluit van het college, nadat periodieke werkzaamheden of voorzieningen zijn getroffen, waarbij de hoogte van de verleende subsidie wordt vastgesteld;i. bouwkundig inspectierapport: een rapport met betrekking tot een monument dat:1. de technische staat van het monument beschrijft;2. opgesteld is door een door het college erkende en onafhankelijke instantie;3. de werkzaamheden beschrijft die verricht moeten worden teneinde het monument in goede staat van onderhoud te houden.j. monumentenwacht: de stichting Monumentenwacht Zuid-Holland;k. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hardinxveld-Giessendam.
Hoofdstuk 3 Restauratiesubsidie
Artikel 6 Aanvraag restauratiesubsidie
Een aanvraag dient door de eigenaar in de periode van 1 april tot 1 september van het jaar voorafgaande aan het kalenderjaar waarin de restauratiewerkzaamheden zullen worden uitgevoerd, te worden ingediend bij het college. Aanvragen die worden ingediend voor 1 april of na 1 september worden niet in behandeling genomen;
Artikel 9 Subsidiepercentage en – maximum
De subsidie in de kosten van restauratie van een monument bedraagt maximaal 30% van de subsidiabele kosten als bedoeld in artikel 5, tot een bedrag van ten hoogste:- € 3.500,00 per aanvraag betreffende een monument met een inhoud van 0-500 m3;- € 5.000,00 per aanvraag betreffende een monument met een inhoud van 501-1500 m3;- € 7.500,00 per aanvraag betreffende een monument met een inhoud van meer dan 1500 m3.
Het college verleent geen restauratiesubsidie indien:a. de aanvrager geen eigenaar is;b. het belang van de monumentenzorg niet of in onvoldoende mate wordt gediend;c. de kosten niet in een redelijke verhouding staan tot het te bereiken resultaat;d. met de restauratiewerkzaamheden is begonnen voordat op de subsidieaanvraag is beslist;e. voor het restaureren een monumentenvergunning dan wel een anderszins vereiste vergunning is vereist en deze niet is/zijn verleend;f. de kosten van het restaureren op grond van een verzekeringsovereenkomst gedekt zijn;g. voor het restaureren van dezelfde onderdelen in de voorafgaande 25 jaren reeds een subsidie is verstrekt;h. door het verlenen van subsidie het in artikel 3 bedoelde subsidieplafond wordt overschreden;i. in het kader van de aanvraag onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt en de verstrekking van deze gegevens tot een onjuiste beschikking op de aanvraag zou hebben geleid;j. aanvrager failliet is verklaard of aan hem surséance van betaling is verleend of ten aanzien van hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing is verklaard, dan wel een verzoek daartoe bij de rechtbank is ingediend.
De restauratiesubsidie wordt door het college uitbetaald binnen 8 weken na de bekendmaking van het besluit tot subsidieverlening, op een door de aanvrager op te geven bankrekeningnummer.
Artikel 13 Subsidievaststelling
Binnen 8 weken na het gereedkomen van de restauratiewerkzaamheden dient de aanvrager aan het college schriftelijk te verklaren dat de restauratiewerkzaamheden gereed zijn. Deze gereedmelding dient vergezeld te gaan van een aan de ingediende begroting gerelateerde financiële verantwoording tezamen met de betreffende rekeningen en betalingsbewijzen;
De vaststelling van de hoogte van een restauratiesubsidie vindt plaats nadat:a. de restauratiewerkzaamheden waarvoor subsidie is verleend zijn gereedgemeld;b. de onder a. bedoelde werkzaamheden door of vanwege het college zijn gecontroleerd en akkoord bevonden;c. de in lid 1 bedoelde bescheiden door het college zijn gecontroleerd en akkoord bevonden.
De vastgestelde subsidie is gelijk aan de verleende subsidie, tenzij:- de subsidiabele kosten lager zijn dan geraamd, respectievelijk minder voorzieningen zijn getroffen dan bij de aanvraag aangegeven. Meer- en minderwerk voor uitgevoerde werkzaamheden, mits subsidiabel geacht door het college, kunnen binnen dit totaal met elkaar worden verrekend. - de subsidieontvanger niet heeft voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen;- de subsidieontvanger onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beschikking op de aanvraag tot subsidieverlening zou hebben geleid.- de subsidieverlening anderszins onjuist was en de subsidieontvanger dit wist of behoorde te weten.
Alle ingediende en ontvankelijke aanvragen om onderhoudsubsidie worden in volgorde van binnenkomst afgehandeld.
Het college verleent geen onderhoudsubsidie indien:a. de aanvrager geen eigenaar is; b. het belang van de monumentenzorg niet of in onvoldoende mate is gediend;c. de onderhoudskosten niet in een redelijke verhouding staan tot het bereikte resultaat;d. voor het onderhoud een monumentenvergunning is vereist en deze niet is verleend;e. de kosten van het onderhoud op grond van een verzekeringsovereenkomst gedekt zijn;g. de kosten van onderhoud betrekking hebben op werkzaamheden waarvoor in de voorafgaande 5 jaar een restauratiesubsidie is verleend;h. door het verlenen van subsidie het in artikel 3 bedoelde subsidieplafond wordt overschreden
Hoofdstuk 5 Overgangs- en slotbepalingen
In bijzondere gevallen en voor zover toepassing van deze verordening zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard, kunnen burgemeester en wethouders afwijken van het bepaalde in deze verordening.
Aanvragen, ingediend voor de inwerkingtreding van deze verordening die betrekking hebben op het kalenderjaar 2010 worden afgehandeld met in achtneming van de Subsidieverordening gemeentelijke monumenten 2009, vastgesteld op 10 december 2009.