Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
's-Hertogenbosch

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente 's-Hertogenbosch, houdende regels betreffende de heffing en de invordering van een toeristenbelasting 2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie's-Hertogenbosch
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening van de gemeenteraad van de gemeente 's-Hertogenbosch, houdende regels betreffende de heffing en de invordering van een toeristenbelasting 2021
CiteertitelVerordening toeristenbelasting 2021
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpVerordening toeristenbelasting 2021

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 216 Gemeentewet
  2. artikel 224 Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

21-11-2020Verordening toeristenbelasting 2021

10-11-2020

gmb-2020-295554

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente 's-Hertogenbosch, houdende regels betreffende de heffing en de invordering van een toeristenbelasting 2021

De Gemeenteraad van 's-Hertogenbosch in zijn vergadering van 10 november 2020

regnr. 10106059;

gelet op de Gemeentewet;

besluit vast te stellen:

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente 's-Hertogenbosch, houdende regels betreffede de heffing en de invordering van een toeristenbelasting 2021

Artikel 1 Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Hotels en pensions: (gedeelten van) gebouwen, waarbij het houden van verblijf met overnachting tegen welke vergoeding dan ook het hoofddoel is.

  • b.

    Vakantieonderkomens: recreatiewoningen, chalets, stacaravans en andere (delen van) verblijven die hoofdzakelijk bestemd zijn als vakantieverblijf en andere recreatieve doeleinden.

  • c.

    Bed & Breakfast (B&B): (gedeelten van) gebouwen met als hoofddoel wonen, waarbij het bieden van verblijf met overnachting en ontbijt tegen welke vergoeding dan ook een nevenactiviteit is.

  • d.

    Kamerverhuur: (gedeelten van) woningen en andere verblijven, niet zijnde vakantieonderkomens, hotels/pensions, B&B ‘s en particuliere vakantieverhuur, die worden verhuurd dan wel te huur worden aangeboden aan niet-ingezetenen tegen een vergoeding in welke vorm dan ook.

  • e.

    Particuliere vakantieverhuur: (gedeelten van) verblijven die hoofdzakelijk bestemd zijn als woning, maar wel in bepaalde perioden van het jaar voor vakantieverblijf en andere recreatieve doeleinden worden verhuurd/te huur worden aangeboden.

  • f.

    Mobiele kampeeronderkomens: tenten, vouwwagens, kampeerauto’s, toercaravans en soortgelijke onderkomens/voertuigen welke bestemd zijn of gebruikt worden als vakantieverblijf en andere recreatieve doeleinden.

  • g.

    Vaste standplaats: een (gedeelte van een) terrein dat bestemd is voor het gedurende een seizoen of jaar plaatsen van een vakantieonderkomen of mobiel kampeeronderkomen.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam “toeristenbelasting” wordt een directe belasting geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

Artikel 3 Belastingplicht

    • 1.

      Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als bedoeld in artikel 2.

    • 2.

      De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene die verblijf houdt als bedoeld in artikel 2.

    • 3.

      Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid biedt tot verblijf, is degene belastingplichtig die verblijf houdt als bedoeld in artikel 2.

Artikel 4 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven voor het verblijf:

  • 1.

    van degene die verblijft in een toegelaten instelling als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet Toelating Zorginstellingen;

  • 2.

    van degene die verblijft in een opvangcentrum of tehuis voor daklozen, thuislozen en drugsverslaafden;

  • 3.

    van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g en h van voornoemde wet, en voorzover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2 van de verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers.

Artikel 5 Maatstaf van heffing

De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten dat zij verblijf houden.

Artikel 6 Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van heffing

  • 1.

    Voor verblijf in vakantieonderkomens en mobiele kampeeronderkomens op vaste standplaatsen kan het aantal overnachtingen bedoeld in artikel 5 op een bij de aangifte gedaan verzoek van belastingplichtige forfaitair worden vastgesteld. Bij de forfaitaire vaststelling wordt het aantal overnachtingen gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten, overeenkomstig het bepaalde in het tweede tot en met het derde lid.

  • 2.

    Bij de forfaitaire berekening voor een verblijf, in een vakantieonderkomen op een vaste standplaats, wordt per standplaats:

a.

het aantal overnachtende personen gesteld op het aantal slaapplaatsen.

 

 

b.

het aantal nachten gesteld op:

 

als een vakantieonderkomen in het belastingjaar geschikt is voor gebruik of alleen mag worden gebruikt gedurende:

 

 

 

 

meer dan

maar niet meer dan

 

 

120 nachten

 

1 dag-

6 maanden

 

 

210 nachten

 

6 maanden

12 maanden

  • 3.

    Bij de forfaitaire berekening voor een verblijf, in een mobiele kampeeronderkomen op een vaste standplaats wordt per standplaats:

a.

het aantal overnachtende personen gesteld op 3 personen.

 

 

b.

het aantal nachten gesteld op:

 

als een mobiel kampeeronderkomen in het belastingjaar geschikt is voor gebruik of alleen mag worden gebruikt gedurende:

 

 

 

 

meer dan

maar niet meer dan

 

 

50 nachten

 

1 dag-

6 maanden

 

 

70 nachten

 

6 maanden

12 maanden

Artikel 7 Belastingtarief

Het tarief bedraagt per persoon per overnachting in/op:

a.

Hotels en pensions

€3,60

b.

Vakantieonderkomens, B&B ‘s, kamerverhuur & particuliere vakantieverhuur

€2,35

c.

Mobiele kampeeronderkomens en overige onderkomens

€0,75

Artikel 8 Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak loopt van het begin tot het einde van elk kwartaal van een belastingjaar.

Artikel 9 Wijze van heffing

De belasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 10 Betalingstermijn

De aanslagen moeten worden betaald uiterlijk op de laatste dag van de maand volgende op die waarin de dagtekening van het aanslagbiljet is gesteld.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de toeristenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12 Aanmeldingsplicht

De belastingplichtige als bedoeld in artikel 3, eerste lid, is gehouden, voordat hij voor de eerste maal na het inwerkingtreden van deze verordening gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de door het college van burgemeester en wethouders aangewezen gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d, van de Gemeentewet.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

    • 1.

      De "Verordening Toeristenbelasting 2020, vastgesteld bij het besluit van de gemeenteraad van ‘s-Hertogenbosch d.d. 12 november 2019, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

    • 2.

      Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

    • 3.

      De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.

    • 4.

      Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Toeristenbelasting 2021".

De griffier,

Drs. W.G. Amesz

De voorzitter,

Drs. J.M.L.N. Mikkers