Organisatie | West Maas en Waal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Reïntegratieverordening Wet werk en bijstand |
Citeertitel | Reïntegratieverordening Wwb 2009 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Datum inwerkingtreding bij benadering
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-12-2009 | 01-04-2009 | 01-01-2015 | Nieuwe regeling | 03-12-2009 Onbekend | 2009/12-13 |
Hoofdstuk 2 Beleid en financiën
1 Het college biedt aan de uitkeringsgerechtigde tot 65 jaar, de Nugger en de Anw-er alsmede de werknemer in gesubsidieerde arbeid, ondersteuning bij de arbeidsinschakeling en voor zover het college dat noodzakelijk acht, een voorziening gericht op die arbeidsinschakeling.
Artikel 40, eerste lid, van de wet is overeenkomstig van toepassing.
2 Bij de keuze van de mogelijkheden van ondersteuning en het aanbieden van voorzieningen wordt door het college een afweging gemaakt, waarbij gekeken wordt of de ondersteuning of de voorziening, gelet op de mogelijkheden en capaciteiten van de belanghebbenden, het meest doelmatig is met het oog op inschakeling in de arbeid en/of maatschappelijke participatie.
3 Het college draagt zorg voor voldoende diversiteit in het aanbod aan ondersteuning en voorzieningen en zorgt voor een evenwichtige aanpak binnen de verschillende doelgroepen.
4 Het college kan bij het bepalen van het aanbod van voorzieningen prioriteiten stellen in verband met de financiële mogelijkheden en maatschappelijke-, economische- en conjuncturele ontwikkelingen.
5 Het college bevordert de beschikbaarheid van flankerende voorzieningen die belemmeringen voor toetreding tot de arbeidsmarkt kunnen opheffen.
6 Het college kan, in overeenstemming met het UWV en gelet op artikel 7 lid 3 van de WWB, de voorzieningen als bedoeld in deze verordening aanbieden aan personen aan wie het UWV een uitkering verstrekt.
Artikel 3 Aanspraak op ondersteuning
1 De volgende personen hebben aanspraak op ondersteuning bij arbeidsinschakeling en op de naar het oordeel van het college noodzakelijk geachte voorziening gericht op arbeidsinschakeling:
2 Voor de Nugger en Anw-er geldt, dat slechts eenmalig aanspraak op ondersteuning en een noodzakelijk geachte voorziening bestaat, voor zover het partner inkomen niet meer bedraagt dan 130% van het netto Wettelijk Minimum Loon als bedoeld in artikel 37 Wwb.
3 Het college doet een aanbod dat past binnen de criteria die gesteld zijn in deze verordening, de beleidsregels en de uitvoeringsbesluiten.
4 Geen aanspraak op ondersteuning bestaat indien er sprake is van een voorliggende voorziening welke naar mening van het college in voldoende mate bijdraagt aan de reïntegratie van de belanghebbende.
Artikel 4 Verplichtingen van belanghebbende
1 Een persoon die door het college een voorziening wordt aangeboden is verplicht hiervan gebruik te maken.
2 De persoon die deelneemt aan een voorziening is gehouden aan de verplichtingen die voortvloeien uit de wet, deze verordening, alsmede aan de verplichtingen die het college aan de aangeboden voorziening heeft verbonden.
3 Indien een uitkeringsgerechtigde die deelneemt aan een voorziening, niet voldoet aan het gestelde in het tweede lid, dan kan het college de uitkering verlagen conform hetgeen hierover is bepaald in de maatregelenverordening en conform hetgeen hierover is bepaald in artikel 20 van de IOAW en artikel 20 van de IOAZ.
4 Een persoon die deelneemt aan een voorziening is verplicht tot het verstrekken van inlichtingen aan het college die nodig zijn voor het bepalen van een geschikt traject en/of een geschikt reïntegratie-instrument.
Artikel 5 Criteria ontheffing arbeidsverplichting
1 Het college kan met inachtneming van artikel 9, tweede lid en artikel 9a, van de wet, onderscheidenlijk artikel 37a en 38 van de IOAW en artikel 37a en 38 van de IOAZ bepalen dat aan belanghebbende tijdelijk, geheel of gedeeltelijk, ontheffing wordt verleend van de in artikel 4, eerste lid en tweede lid, van deze verordening genoemde verplichtingen, indien:
a.het betreft een alleenstaande ouder die de volledige zorg heeft voor een tot zijn last komend kind tot 5 jaar en die daartoe een verzoek indient en voldoet aan de bepalingen
welke daarvoor zijn opgenomen in de WWB, IOAW of IOAZ.
b.belanghebbende om medische of dringende redenen niet in staat is om te werken.
2 Ontheffing van de arbeidsplicht wordt slechts verleend voor een door het college vast te stellen periode.
3 Op basis van een herbeoordeling kan het college besluiten een ontheffing na afloop van de vastgestelde periode te verlengen.
4 In aansluiting op het gestelde in het eerste tot met het derde lid, kan aan een uitkeringsgerechtigde van 57½ jaar en ouder voor de resterende uitkeringsduur ontheffing van de sollicitatieplicht worden verleend, indien is beoordeeld dat de afstand tot de arbeidsmarkt nauwelijks meer valt te overbruggen.
Artikel 7 Budget- en subsidieplafond
1.Het college kan bij uitvoeringsbesluit één of meer subsidie- of budgetplafonds vaststellen voor door hen aan te wijzen specifieke voorzieningen. Een door het college ingesteld subsidie- of budget-plafond vormt een weigeringsgrond bij de aanspraak op een specifieke voorziening.
2 Het college kan een plafond instellen voor het aantal personen dat in aanmerking komt voor een specifieke voorziening.
Artikel 8 Algemene bepalingen over voorzieningen
1 Het college bepaalt welke voorzieningen in elk geval kunnen worden aangeboden, alsmede de voorwaarden die daarbij gelden voor zover daarover in deze verordening geen nadere bepalingen zijn opgenomen.
2 Het college kan, in aanvulling op de verplichtingen die voortvloeien uit de wet en deze verordening, aan een voorziening nadere verplichtingen verbinden.
3 Het college kan een voorziening beëindigen:
4 Bij uitvoeringsbesluit kan het college ten aanzien van het reïntegratiebeleid en de voorzieningen, als bedoeld in dit artikel, nadere regels stellen. Deze regels kunnen betrekking hebben op:
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Het college is bevoegd om nadere regels te stellen met betrekking tot de uitvoering van deze verordening.
De uitvoering van deze verordening berust bij het college.
Het college brengt eenmaal per jaar verslag uit aan de raad over de doeltreffendheid en de effecten van het beleid. Dit verslag sluit aan bij het verslag als bedoeld in artikel 77 van de wet.
Deze verordening treedt, na de bekendmaking, in werking met terugwerkende kracht ingaande 1 april 2009.
Deze verordening wordt aangehaald als: “Reïntegratieverordening Wwb 2009”.