Organisatie | West Betuwe |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente West Betuwe houdende regels omtrent de vertrouwenscommissie (Verordening vertrouwenscommissie gemeente West Betuwe 2020) |
Citeertitel | Verordening vertrouwenscommissie gemeente West Betuwe 2020 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening vertrouwenscommissie gemeente West Betuwe 2019.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-11-2020 | nieuwe regeling | 27-10-2020 | 2020/139 |
De raad van de gemeente West Betuwe;
gelezen het voorstel van de griffier nr 2020-139;
gelet op de artikelen 61, 61a, 61c, 84, 86, 147 en 149 van de Gemeentewet, de artikelen 15 en 31 van de Archiefwet 1995 en artikel 9 van het Archiefbesluit 1995;
gelet op het bepaalde in de Circulaire benoeming, klankbordgesprekken en herbenoeming burgemeester van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties, kenmerk 2017-0000479534;
besluit: de volgende verordening vast te stellen:
Verordening op vertrouwenscommissie gemeente West Betuwe 2020
Artikel 2 – Taak en werkwijze commissie
De commissie brengt over haar bevindingen schriftelijk en vertrouwelijk (geheimhouding) verslag uit aan respectievelijk de raad en de commissaris. In dat verslag wordt een weergave gegeven over de wijze waarop de commissie haar werkzaamheden heeft verricht en is voorzien van een gemotiveerde concept-aanbeveling van twee personen met vermelding of die al dan niet in unanimiteit tot stand is gekomen.
De commissie brengt de in lid 3 bedoelde bevindingen uit op basis van de gegevens die de commissaris haar heeft verstrekt, de mondelinge en/of schriftelijke informatie die door de commissie over de kandidaten is ontvangen, als ook (wanneer dat aan de orde is) de rapportage als voorzien in artikel 10 lid 3 van deze verordening, waarbij de profielschets leidend is.
De commissie legt bij de herbenoemingsprocedure en bij klankbordgesprekken in elke vergadering en elk gesprek, met toepassing van artikel 86 Gemeentewet, geheimhouding op over de inhoud van de stukken en het behandelde tijdens de vergadering of het gesprek. De (fungerend) voorzitter van de commissie ziet erop toe dat hieraan wordt voldaan.
De geheimhoudingsplicht brengt onder meer mee dat aan raadsleden die geen zitting (meer) hebben in de commissie, en aan anderen, behoudens het bepaalde in de artikelen 11 lid 4, 12 lid 2 en 13 van deze verordening, geen inzage in, of informatie over de inhoud van de stukken of het behandelde ter vergadering of in het gesprek wordt verstrekt.
De commissie treft, met inachtneming van de artikelen 8, 9 lid 2 en 14 van deze verordening, een voorziening met betrekking tot de wijze waarop de geheimhouding blijft gewaarborgd bij het beheer van bescheiden, het voeren van correspondentie en bij de bepaling van plaats en tijdstip van de gesprekken.
De commissie besluit bij de voorbereiding van een aanbeveling bij meerderheid van uitgebrachte stemmen, waarbij elk lid 1 stem heeft. Bij het staken van de stemmen over de uit te brengen bevindingen, wordt het nemen van een beslissing uitgesteld tot de volgende vergadering. Is uitstel van de beslissing niet mogelijk of staken de stemmen ook in die volgende vergadering, dan worden geen bevindingen van de commissie, maar de verschillende meningen in het verslag opgenomen. De commissie streeft naar unanimiteit. Het gevoelen van de minderheid wordt desgewenst in het verslag tot uitdrukking gebracht.
Artikel 9 – Bijzondere bepalingen over de benoemingsprocedure
De secretaris nodigt, op verzoek van de commissie, de kandidaten uit voor een gesprek met de commissie. De commissie treft voorzieningen met betrekking tot de wijze waarop de privacy van de sollicitanten wordt beschermd, bijvoorbeeld door de plaats en het tijdstip van de gesprekken zodanig te kiezen dat de vertrouwelijkheid van de gesprekken is gewaarborgd.
Artikel 11 – Bijzondere bepalingen over de klankbordgesprekken
De commissie maakt vooraf kenbaar aan de burgemeester bij wie zij informatie zal inwinnen over het functioneren van de burgemeester. De commissie en de burgemeester stellen in onderling overleg de agenda voor het klankbordgesprek vast. De commissie en de burgemeester krijgen voorafgaand aan het gesprek de gelegenheid, voor zover van toepassing, het verslag van het vorige klankbordgesprek in te zien.
Het gesprek is wederkerig. Zowel het functioneren van de burgemeester als het functioneren van de gemeenteraad zijn onderwerp van gesprek. De commissie toetst het functioneren van de burgemeester in elk geval aan de profielschets, de wettelijke taken van de burgemeester alsmede de andere aan de burgemeester toebedeelde taken. Tevens wordt getoetst aan het verslag van en de afspraken uit het vorige klankbordgesprek.
Artikel 12 – Bijzondere bepalingen over de herbenoemingsprocedure
Indien over het functioneren van de burgemeester naar aanleiding van het in lid 2 bedoelde verslag nadere afspraken worden gemaakt tussen de commissie en de burgemeester, worden deze in het verslag aan de gemeenteraad vermeld. De commissie zendt het verslag ook aan de burgemeester en de commissaris.
De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er bij de benoemings- en herbenoemingsprocedure zorg voor dat op het tijdstip bedoeld in artikel 15 alle archiefbescheiden onverwijld in een verzegelde envelop en gerubriceerd als “geheim” worden overgebracht naar de op grond van artikel 31 van de Archiefwet door de gemeenteraad aangewezen archiefbewaarplaats.
De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er bij de benoemings- en herbenoemingsprocedure zorg voor dat van de in het eerste lid bedoelde overbrenging een verklaring van overbrenging als bedoeld in het Archiefbesluit 1995 artikel 9 wordt opgemaakt. In deze verklaring wordt melding gemaakt van de met toepassing van Archiefwet 1995 artikel 15, lid 1 sub a. en c., gestelde beperkingen aan de openbaarheid, geldende voor een periode van 75 jaar.
Artikel 16 – Onvoorziene aangelegenheden
In alle gevallen waarin deze verordening dan wel de circulaire niet voorziet, beslist de commissie.