Organisatie | Rotterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam houdende regels omtrent eenzaamheid van ouderen (Subsidieregeling eenmalige subsidies pilot Eenzaamheid Ouderen) |
Citeertitel | Subsidieregeling eenmalige subsidies pilot Eenzaamheid Ouderen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De regeling vervalt met ingang van 1 september 2021.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-11-2020 | nieuwe regeling | 27-10-2020 | Gemeenteblad 2020, 184 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,
gelezen het voorstel van wethouder Onderwijs, Cultuur en Toerisme van 27 oktober 2020; registratienummer 20MO04218;
gelet op de artikelen 3 derde lid, 4 tweede lid, 5 tweede lid, 6 eerste lid, 8 aanhef en onder l en 13 van de Subsidieverordening Rotterdam 2014;
De subsidieregeling eenmalige subsidies pilot Eenzaamheid Ouderen wordt vastgesteld overeenkomstig de bijlage bij dit besluit.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 27 oktober 2020.
De secretaris,
V.J.M. Roozen
De burgemeester,
A. Aboutaleb
Dit gemeenteblad is uitgegeven op 28 oktober 2020 en ligt op dins-, woens- en donderdagen van 9.00 tot 13.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Wachtruimte Timmerhuis, Halvemaanpassage 1 (trap op, melden bij Informatiebalie)
(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch)
Subsidieregeling eenmalige subsidies pilot Eenzaamheid Ouderen
De creatieve industrie is een bron van toegepaste creativiteit en vernieuwing, wat leidt tot innovatieve producten en diensten. De sector onderscheidt zich door een onconventionele en dynamische werkwijze, die haar in staat stelt complexe vraagstukken te doorgronden en met onverwachte oplossingen te komen. Hierdoor is de creatieve industrie ook vaak een innovatiemotor in andere sectoren. In Rotterdam is de creatieve industrie sterk vertegenwoordigd. De gemeente Rotterdam wil het Rotterdamse ontwerpklimaat verder versterken, ontwerptalent ondersteunen en ontwerpers betrekken bij maatschappelijke en grootstedelijke vraagstukken.
2.Beleidsuitgangspunten en doelstelling
Op dit moment vraagt de veranderende samenleving om creatieve en innovatieve oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken, zoals de energietransitie of de inclusieve stad. Dat is niet alleen een opgave voor de gemeente, maar voor de hele stad. De Rotterdamse Cultuurvisie stelt daarom innovatie, inclusiviteit en interconnectiviteit (o.a. de samenwerking tussen de cultuur- en creatieve sector en andere domeinen) centraal. De visie betoogt: “Het ligt voor de hand de Rotterdamse creatieve sector (…) de komende jaren intensief te betrekken bij deze vraagstukken. In de eerste plaats omdat zij vanuit hun expertise een bijdrage kunnen leveren. Daarnaast omdat zij deze kennis daadwerkelijk in de praktijk kunnen brengen en daarmee transitie en transformatie bevorderen.”
In juni 2019 heeft het college van burgemeester en wethouders het beleid voor de Rotterdamse creatieve industrie vastgesteld. Hierin worden drie hoofdambities beschreven:
Om deze ambities en die uit de Rotterdamse Cultuurvisie te kunnen verwezenlijken, volstaat het huidige subsidie-instrumentarium niet; bij de subsidieregelingen voor projecten binnen de afdeling Cultuur ligt bijvoorbeeld de focus op de artistieke kwaliteit van ontwerpprojecten, niet op hun maatschappelijke waarde.
In de ontwerpsector is het instrument ‘open oproep’ gebruikelijk. Deze oproepen worden uitgeschreven naar aanleiding van een specifiek onderwerp of als er een specifieke doelgroep bereikt moet worden. Dit is tegelijk ook het verschil met een reguliere subsidieregeling; dat is een vaststaand kader met vaak vaststaande sluitingsdata, terwijl een open oproep steeds de focus legt op een ander maatschappelijk vraagstuk en de frequentie en het aantal open oproepen mede afhankelijk is van de actualiteit. Het biedt zo de mogelijkheid om voor specifieke vraagstukken ontwerpkracht in te zetten. Deze ondersteuningsvorm bestaat echter nog niet bij de gemeente Rotterdam. De gemeente voert daarom deze pilot uit als experiment om te onderzoeken op welke manier de gemeente ontwerpers kan betrekken bij een (ontwerpend) onderzoekstraject naar een actueel en relevant maatschappelijk vraagstuk: voor deze pilot is dat eenzaamheid onder ouderen.
De pilot bestaat uit twee fasen: in de eerste fase is gevraagd aan ontwerpers hun interesse kenbaar te maken. De tweede fase bestaat uit een uitvraag om formele onderzoeksvoorstellen in te dienen naar aanleiding van een aantal testcases:
Bij deze subsidieregeling is als bijlage gevoegd het document “Testcases: Met ontwerpkracht eenzaamheid ouderen tegengaan”. Dit document bevat een uitgebreidere beschrijving van de vier testcases.
Aanvragers dienen in hun onderzoeksvoorstel in te gaan op een (of meer) van deze vier testcases en te omschrijven op welke manier zij hun ontwerpkracht willen inzetten.
Voor deze pilot is een bedrag van maximaal € 70.000 (subsidieplafond) beschikbaar.
In de volgende paragrafen wordt omschreven waaraan een onderzoeksvoorstel moet voldoen om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie.
Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie moet worden voldaan aan:
In de Algemene wet bestuursrecht en de Subsidieverordening Rotterdam 2014 zijn de basisvoorwaarden geformuleerd om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie van de gemeente Rotterdam.
5.Aansluiting bij de pilot Eenzaamheid Ouderen
Het doel van de pilot is om ontwerpkracht in te zetten in het tegengaan van eenzaamheid onder ouderen. Er is gekozen voor een gerichte aanpak met vier testcases (zie bijlage).
Ingediende subsidieaanvragen worden getoetst op:
Ingediende voorstellen worden verder getoetst op:
Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie moet het project een Rotterdams belang dienen. De activiteit vindt plaats in Rotterdam of draagt bij aan de ontwikkeling van Rotterdamse ontwerpers.
Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie is de aanvrager professioneel werkzaam als ontwerper en genereert als zodanig inkomsten. De aanvrager staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel.
Subsidieverzoeken worden, indien zij voldoen aan geldende wet- en regelgeving en procedurele vereisten, ter beoordeling en advisering voorgelegd aan een commissie van minimaal drie en maximaal vijf onafhankelijke deskundigen. Gezamenlijk hebben zij deskundigheid over de inzet van ontwerpkracht bij maatschappelijke vraagstukken en over eenzaamheid als maatschappelijk vraagstuk.
Honorering van aanvragen die in aanmerking komen voor subsidie en die niet worden geweigerd, geschiedt in volgorde van de mate waarin de aanvraag bijdraagt aan de beleidsinhoudelijke criteria, zoals nader uitgewerkt onder nummers 5, 6 en 7, totdat het op de aanvraag van toepassing zijnde subsidieplafond (€ 70.000) is bereikt.
13.Subsidieverlening- en vaststelling
De aanvrager wordt van het besluit per brief op de hoogte gesteld. De gemeente Rotterdam streeft ernaar het subsidieverzoek binnen acht weken na de sluitingsdatum te hebben afgehandeld.
In de Subsidieverordening Rotterdam 2014 is de mogelijkheid opgenomen om subsidies tot 25.000 euro direct bij de subsidieverlening vast te stellen. Omdat het hier gaat om een pilot en het college er belang aan hecht om zicht te kunnen houden op de resultaten, wordt er echter voor gekozen om in dit geval subsidies tot 25.000 euro pas vast te stellen nadat de aanvraag tot vaststelling is ingediend.
Dit betekent dat de subsidieontvanger uiterlijk 12 weken na afloop van de activiteit waarvoor subsidie is verleend een aanvraag tot vaststelling (eindverantwoording) bij het college dient in te dienen, door middel van het hiervoor op de gemeentelijke website beschikbaar gestelde vaststellingsformulier. Een inhoudelijk verslag en de eindafrekening van de activiteit maken deel uit van de aanvraag tot vaststelling.
Testcases: Met ontwerpkracht eenzaamheid ouderen tegengaan
Het doel is om ontwerpkracht in te zetten in het tegengaan van eenzaamheid onder ouderen. Er is gekozen voor een gerichte aanpak met vier testcases. Ontwerpers en makers wordt gevraagd om in hun onderzoeksvoorstel in te gaan op een van deze vier testcases en te omschrijven op welke manier zij hun ontwerpkracht willen inzetten.
Testcase 1: De ontmoetingsruimte in een seniorencomplex
Hoe kunnen dergelijke ruimten functioneel meer gaan bijdragen aan het bestrijden van eenzaamheid onder ouderen, hierbij rekening houdend met de diversiteit van behoeften en wensen onder ouderen als gevolg van verschillende leefstijlen en karakters (extravert- introvert)?
Rotterdam kent meer dan 200 seniorencomplexen (55+) waar ook vaak een gemeenschappelijke ontmoetingsruimte is. Deze ruimte is bedoeld om ouderen samen te laten komen en een mogelijkheid te bieden tot het organiseren van gemeenschappelijke activiteiten. We zien in een aantal seniorencomplexen dat de ruimte slechts door een beperkt groep wordt gebruikt, die andere ouderen uitsluit. Ook wordt de ruimte niet altijd optimaal benut.
Testcase 2: Het seniorencomplex an sich
Hoe kan het seniorencomplex zelf (gangen, galerijen, binnen- en buitenmuren etc.) en de directe omgeving (tuin, entree) behorend bij het gebouw meer bijdragen aan het verminderen van eenzaamheid?
Testcase 3: De fysieke en sociale omgeving van het seniorencomplex
Hoe kan de fysieke omgeving van het seniorencomplex bijdragen aan het verminderen van eenzaamheid onder ouderen? Bijvoorbeeld straat, inrichting van looproutes, winkels in de buurt etc.
Testcase 4: De inzet van digitale toepassingen
Hoe kunnen digitale toepassingen bijdragen aan het verminderen van eenzaamheid onder ouderen in het seniorencomplex? En hoe zijn deze breed toegankelijk voor ook de meer kwetsbare ouderen?
Als de omgeving tevens verleidt tot meer in fysieke actie komen, heeft het een extra meerwaarde in het kader van preventieve gezondheid. Een uitdaging is ook om (de omgeving van) het complex aantrekkelijker te maken voor het grotere sociale netwerk (mensen uit de buurt, kleinkinderen etc.) zodat de complexen minder eilandjes vormen. Denk bijvoorbeeld ook aan het uitbreiden van de ontmoetingsruimte met een logeerfunctie voor kinderen die mantelzorg willen verrichten.
De verwachting is dat een interdisciplinaire benadering passend is bij deze opgave. Gezien de huidige maatregelen en richtlijnen om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan, zijn bijeenkomsten niet mogelijk. Dat zal ook effect hebben op de manier van werken en/of de omvang van het aantal betrokken ontwerpers, makers of anderszins betrokkenen.