Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Langedijk

Verordening van de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Langedijk houdende regels omtrent de commissie voor bezwaarschriften (Verordening Commissie voor de bezwaarschriften gemeente Langedijk 2018)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLangedijk
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening van de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Langedijk houdende regels omtrent de commissie voor bezwaarschriften (Verordening Commissie voor de bezwaarschriften gemeente Langedijk 2018)
CiteertitelVerordening Commissie voor de bezwaarschriften gemeente Langedijk 2018
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Verordening Commissie voor de bezwaarschriften, vastgesteld op 5 november 2002.

Deze regeling is tevens vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 149 van de Gemeentewet
  2. artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

25-12-2018nieuwe regeling

11-12-2018

Gemeenteblad 2018, 279327

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Langedijk houdende regels omtrent de commissie voor bezwaarschriften (Verordening Commissie voor de bezwaarschriften gemeente Langedijk 2018)

De raad, het college, en de burgemeester van de gemeente Langedijk;

 

ieder voor zover het hun bevoegdheid betreft;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 27 november 2018, nummer 46;

 

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

 

b e s l u i t :

 

 

vast te stellen de navolgende verordening:

 

 

Verordening Commissie voor de bezwaarschriften gemeente Langedijk 2018

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b.

    commissie: vaste commissie van advies voor de bezwaarschriften als bedoeld in artikel 7:13 Awb.

Artikel 2. Inleidende bepaling commissie

  • 1.

    Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op de bezwaarschriften tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

  • 2.

    De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken.

Artikel 3. Samenstelling van de commissie

  • 1.

    De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste twee leden.

  • 2.

    De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 3.

    De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

  • 4.

    In de commissie kunnen geen personen benoemd worden die deel uitmaken van of werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van de raad, het college en de burgemeester.

Artikel 3a. Instellen van kamers

  • 1.

    Het college kan kamers instellen die belast worden met de behandeling van bepaalde categorieën bezwaarschriften.

  • 2.

    De samenstelling van de kamers wordt bepaald bij het instellingsbesluit van het college.

  • 3.

    Het college kan deskundigen als leden aan de ingestelde kamers toevoegen.

  • 4.

    Op de werkwijze en samenstelling van de kamers is het bepaalde in deze verordening zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 4. Secretaris

  • 1.

    De secretaris van de commissie en haar kamers is een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 2.

    Het college wijst tevens een of meer plaatsvervangers aan.

Artikel 5. Zittingsduur

  • 1.

    De voorzitter en de leden van de commissie worden door het college voor een termijn van vier jaar benoemd. De voorzitter is twee keer herbenoembaar voor een termijn en de leden van de commissie één keer.

  • 2.

    De aftredende voorzitter en leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

  • 3.

    De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen. Zij doen daarvan schriftelijk mededeling aan het college.

Artikel 6. Ingediend bezwaarschrift

  • 1.

    Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2.

    Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

Artikel 7. Bemiddeling

De commissie onderzoekt of de zaak in de minne kan worden geschikt alvorens de zaak in behandeling wordt genomen. De secretaris van de commissie verricht daartoe de nodige handelingen.

Artikel 8. Uitoefening bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:

  • a.

    artikel 2:1, tweede lid;

  • b.

    artikel 6:6, wat betreft het stellen van een termijn aan de indiener;

  • c.

    artikel 6:10, tweede lid;

  • d.

    artikel 6:17, voorzover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie;

  • e.

    artikel 7:2;

  • f.

    artikel 7:4, tweede lid;

  • g.

    artikel 7:6, vierde lid;

  • h.

    artikel 7:10, tweede, derde en vierde en vijfde, voor zover de commissie nog geen advies heeft uitgebracht.

Artikel 9. Vooronderzoek

  • 1.

    De voorzitter van de commissie is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2.

    De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 10. Hoorzitting

  • 1.

    De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2.

    De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb.

  • 3.

    Indien de voorzitter op grond van het tweede lid besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 11. Uitnodiging zitting

  • 1.

    De voorzitter nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan tenminste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2.

    Binnen drie werkdagen na de dagtekening van de uitnodiging kunnen belanghebbenden of het verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigingen.

  • 3.

    De beslissing van de voorzitter op dit verzoek wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4.

    De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijkingen toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 12. Quorum

Voor het houden van een zitting is vereist dat de meerderheid van het aantal leden, onder wie in elk geval de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.

Artikel 13. Niet-deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift, indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn. Zij laten zich zo nodig vervangen.

Artikel 14. Openbaarheid van zitting

  • 1.

    De zitting van de commissie is openbaar.

  • 2.

    De deuren worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3.

    Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting achter gesloten deuren plaats.

Artikel 15. Verslaglegging

  • 1.

    Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Awb wordt door middel van geluidsopname vastgelegd. Daarnaast worden in een verkorte (schriftelijke) weergave van het verslag de namen van de aanwezigen* en hun hoedanigheid vermeld.

  • 2.

    Op verzoek van een partij of indien de commissie het van belang acht wordt naast een digitaal verslag een schriftelijk verslag gemaakt.

  • 3.

    Het schriftelijke verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

Artikel 16. Nader onderzoek

  • 1.

    Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, dan kan de voorzitter van de commissie uit eigen beweging of op verlangen van de commissieleden dit onderzoek houden.

  • 2.

    De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3.

    De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op zo'n verzoek.

  • 4.

    Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 17. Raadkamer en advies

  • 1.

    De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • 2.
    • a.

      De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

    • b.

      Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien die minderheid dat verlangt.

  • 3.

    Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 4.

    Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 18. Uitbrengen van advies

Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 15 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

Artikel 19. Jaarverslag

De commissie brengt jaarlijks vóór 1 juli aan de bestuursorganen van de gemeente verslag uit van haar werkzaamheden in het voorafgaande kalenderjaar.

Artikel 20. Intrekking oude regeling

De Verordening Commissie voor de bezwaarschriften, vastgesteld op 5 november 2002, wordt ingetrokken gelijktijdig met de inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 21. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die van bekendmaking.

Artikel 22. Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als

“Verordening Commissie voor de bezwaarschriften gemeente Langedijk 2018”.

Behorende bij burgemeestersbesluit en collegebesluit van 27 november 2018.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 11 december 2018.

De burgemeester,

L.A.M. Kompier

Het college voornoemd,

De gemeentesecretaris,

E. Annaert

De burgemeester,

L.A.M. Kompier

De raad voornoemd,

De griffier,

drs. G.J. de Graaf

De voorzitter.

L.A.M. Kompier


*

onder “de namen van de aanwezigen” wordt verstaan de namen van de op de hoorzitting verschenen bezwaarde(n) en rechtstreeks belanghebbende(n), en/of hun belangenbehartiger(s) en vertegenwoordiger(s).