Organisatie | Barneveld |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van burgemeester en wethouders van de gemeente Barneveld tot vaststelling van de Beleidsregels Premantelzorgwoningen gemeente Barneveld |
Citeertitel | Beleidsregels Premantelzorgwoningen gemeente Barneveld |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
24-10-2020 | Nieuwe regeling | 29-09-2020 | 900 |
Voor zover de begrippen niet nader worden omschreven in deze beleidsregels hebben zij dezelfde betekenis als in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, het Besluit omgevingsrecht en de Algemene wet bestuursrecht. Ten behoeve van de leesbaarheid zijn desalniettemin enkele begrippen (een-op-een) overgenomen uit de hiervoor genoemde wet- en regelgeving.
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
mantelzorg: intensieve zorg of ondersteuning, die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende, ten behoeve van zelfredzaamheid of participatie, rechtstreeks voortvloeiend uit een tussen personen bestaande sociale relatie, die de gebruikelijke hulp van huisgenoten voor elkaar overstijgt, en waarvan de behoefte met een verklaring van een huisarts, wijkverpleegkundige of andere door de gemeente aangewezen sociaal-medisch adviseur kan worden aangetoond;
premantelzorg: zorg of ondersteuning voor een periode langer dan 3 maanden, die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende, ten behoeve van zelfredzaamheid of participatie, rechtstreeks voortvloeiend uit een tussen personen bestaande sociale relatie, die de gebruikelijke hulp van huisgenoten voor elkaar overstijgt, en waarvan de behoefte met een verklaring van de zorgverlener en de zorgontvanger kan worden aangetoond. De zorgontvanger zal vanwege een progressieve aandoening en/of ziekte in de toekomst hoogstwaarschijnlijk mantelzorg nodig hebben;
premantelzorgwoning: woning bedoeld voor de huisvesting van een huishouden van maximaal twee personen van wie tenminste één persoon premantelzorg, vooruitlopend op toekomstige mantelzorg, verleent of ontvangt van een bewoner van de hoofdwoning. De hoofdwoning wordt nu al bewoond door de toekomstige mantelzorgverlener of mantelzorgontvanger;
De reikwijdte voor het toepassen van dit beleid wordt bepaald door de wettelijk gegeven afwijkingsmogelijkheid in artikel 4, aanhef en onderdeel 9 of onderdeel 11, van Bijlage II bij het Bor.
Artikel 4 Voorwaarden premantelzorgwoning
Het college kan op grond van artikel 4, aanhef en onderdeel 9 of onderdeel 11, van Bijlage II bij het Bor met een omgevingsvergunning afwijken van het bestemmingsplan en toestaan dat een tijdelijke premantelzorgwoning wordt gerealiseerd, met inachtneming van het volgende:
er dient een schriftelijke verklaring van de zorgverlener en zorgontvanger overgelegd te worden. Hieruit dient te blijken dat het gaat om het verlenen van premantelzorg, dat sprake is van een progressieve aandoening en/of ziekte die op termijn (in een tijdsbestek van maximaal 10 jaar) tot mantelzorgbehoefte kan leiden en dat mantelzorg zal worden verleend zodra mantelzorg voor de zorgontvanger noodzakelijk is geworden. De indicatie hoeft geen verklaring te zijn dat de mantelzorgbehoefte daadwerkelijk zal intreden. Voor de schriftelijke verklaring dient gebruik gemaakt te worden van het formulier "indicatiestelling premantelzorg” zoals beschikbaar gesteld door het college;
in voorkomende gevallen, indien dit naar het oordeel van het college noodzakelijk is voor het kunnen vaststellen van premantelzorg, kan een aanvullende medische verklaring worden geëist inhoudende een gemotiveerde indicatiestelling door een huisarts, wijkverpleegkundige of andere door de gemeente aangewezen sociaal-medisch adviseur waaruit blijkt dat het gaat om het verlenen van premantelzorg en dat sprake is van een progressieve aandoening en/of ziekte die op termijn (in een tijdsbestek van maximaal 10 jaar) tot mantelzorgbehoefte kan leiden. De indicatie hoeft geen verklaring te zijn dat de mantelzorgbehoefte daadwerkelijk zal intreden;
voor zover een premantelzorgwoning wordt gerealiseerd in een op de grond staand bijbehorend bouwwerk of uitbreiding daarvan in achtererfgebied, dient te worden voldaan aan de eisen voor vergunningsvrij bouwen zoals opgenomen in artikel 2, aanhef en onderdeel 3 of artikel 3, aanhef en onderdeel 1, van Bijlage II bij het Bor, met uitzondering van de eis dat dat het gebruik functioneel ondergeschikt moet zijn aan het hoofdgebouw en het aantal woningen gelijk moet blijven;
er dienen voldoende parkeerplaatsen aanwezig te zijn (en te blijven) conform de parkeernormen zoals opgenomen in de Nota Parkeernormen van de gemeente Barneveld (hierna: “de Nota”). Indien de Nota na inwerkingtreding van deze beleidsregels wordt gewijzigd, dan wordt getoetst aan de Nota zoals deze gold ten tijde van het indienen van de aanvraag omgevingsvergunning;
de aanvrager of diens rechtsopvolger dient de in zijn geheel of in delen verplaatsbare premantelzorgwoning of – indien deze is gerealiseerd in een bijbehorend bouwwerk – de gerealiseerde voorzieningen (zoals keuken, badkamer en toilet) te verwijderen:
de aanvrager of diens rechtsopvolger meldt aan het bevoegd gezag (via info@oddevallei.nl) zodra de huisvesting in verband met premantelzorg is beëindigd of wanneer sprake is van een situatie als bedoeld in lid 17, sub c.
Het college is bevoegd om af te wijken van deze beleidsregel indien strikte toepassing daarvan voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met deze beleidsregel te dienen doelen. Uit deze bepaling vloeit voort dat voor het bestuursorgaan de mogelijkheid bestaat om van beleidsregels af te wijken. De mogelijkheid om van de beleidsregels af te wijken, kan slechts in bijzondere omstandigheden gehanteerd worden. Afwijken van de beleidsregels is mogelijk en geboden indien stedenbouwkundige, verkeerskundige en/of overige ruimtelijke belangen hiertoe aanleiding geven. Tevens kunnen de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken en/of belangen van derden hiertoe leiden. Tenslotte kunnen ook andere dan ruimtelijke belangen nopen tot afwijking van de beleidsregels. Indien het college besluit tot het afwijken van deze beleidsregels, zal uitdrukkelijk gemotiveerd moeten worden waarom van deze regels afgeweken wordt.