Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ede

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ede houdende nadere regels omtrent begraafplaatsen (Nadere regel begraafplaatsen Ede 2020)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieEde
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBesluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ede houdende nadere regels omtrent begraafplaatsen (Nadere regel begraafplaatsen Ede 2020)
CiteertitelNadere regel begraafplaatsen Ede 2020
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Nadere regel Beheerverordening begraafplaatsen Ede 2016.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

https://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/Ede/644627/CVDR644627_1.html

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2021nieuwe regeling

29-09-2020

gmb-2020-264513

169593

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ede houdende nadere regels omtrent begraafplaatsen (Nadere regel begraafplaatsen Ede 2020)

Burgemeester en wethouders van de gemeente Ede;

gelezen het voorstel van 29 september 2020, zaaknummer 169593,

gelet op de artikelen 2, eerste lid, 6, tweede lid, 8, eerste lid, 9, 14, derde lid, en 20 van de Verordening begraafplaatsen Ede 2021;

besluit:

 

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1.  

In het bepaalde bij of krachtens deze nadere regel wordt verstaan onder:

 

urnenruimte: een particulier urnengraf of een particuliere urnennis, waarin de urn en/of asbus kan worden geplaatst;

 

grafteken: gedenkteken op graven bestaande uit een of meer duurzame materiaalsoorten.

 

foetus: de menselijke vrucht die na een zwangerschapsduur van minder dan 24 weken of levenloos ter wereld komt, of die binnen 24 uur na de geboorte overlijdt. Wanneer diezelfde menselijke vrucht meer dan 24 uur heeft geleefd is geen sprake meer van een foetus.

Hoofdstuk 2. Openstelling, orde en rust op de begraafplaats

Artikel 2. Openstelling begraafplaatsen

De begraafplaatsen zijn dagelijks tussen zonsopgang en zonsondergang toegankelijk voor bezoekers.

Hoofdstuk 3. Voorschriften voor lijkbezorging

Artikel 3. Uitvaartplechtigheden, begraven en as bezorging

  • 1.

    De begin- en eindtijden van uitvaartplechtigheden, begrafenissen en bijzettingen van urnen en/of asbussen zijn:

    op werkdagen

    begintijd

    eindtijd

    08.30

    09.45

    10.00

    11.15

    11.30

    12.45

    13.00

    14.15

    14.30

    15.45

    op zaterdag

    10.00

    11.15

    11.30

    12.45

    13.00

    14.15

  • 2.

    Gedurende de toegewezen tijd mag gebruik gemaakt van de aangewezen ontvangstruimte en bijbehorende voorzieningen indien dit gebruik vooraf is aangevraagd bij burgemeester en wethouders.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen van deze tijden afwijken.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders kunnen het aantal gelijktijdige uitvaartplechtigheden, begravingen en bijzettingen op één of meer begraafplaatsen zo nodig beperken.

Artikel 4. Melding begraven en bijzetten van asbussen

  • 1.

    De opdrachtgever doet melding bij burgemeester en wethouders vóór 12 uur van de werkdag voorafgaand aan uitvaartplechtigheid, de begrafenis of as bijzetting.

  • 2.

    Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na overlijden te begraven, dan wordt de melding zo spoedig mogelijk gedaan.

Artikel 5. Openen en sluiten van graf of urnenruimte

  • 1.

    Het is anderen dan de beheerder van de begraafplaats verboden om graven of urnenruimtes te openen, te sluiten of hiertoe hulpmiddelen te bedienen.

  • 2.

    Van het verbod zijn nabestaanden tijdens een begrafenis of as bijzetting vrijgesteld:

    • a.

      indien zij daartoe uiterlijk vóór het tijdstip bedoeld in artikel 4 een schriftelijk verzoek hebben ingediend; en

    • b.

      voor zover zij de aanwijzingen van burgemeester en wethouders naleven.

Hoofdstuk 4. Indeling en uitgifte van de graven

Artikel 6. Indeling in categorieën

  • 1.

    De begraafplaatsen worden ingedeeld in algemene en particuliere graven. Daarnaast is er een apart foetusveld.

  • 2.

    Particuliere graven worden ingedeeld in grafkelders, traditionele graven, natuurlijke graven en natuurgraven. De particuliere graven kunnen verder worden onderverdeeld in urnenruimtes, graven voor volwassenen (overledenen van 12 jaar en ouder) en kindergraven (voor overledenen beneden 12 jaar). Algemene graven worden onderverdeeld in voor volwassenen (overleden van 12 jaar en ouder) en kindergraven (voor overleden beneden de 12 jaar).

  • 3.

    Bij de traditionele graven voor volwassenen worden vakken onderscheiden die uitsluitend zijn bestemd voor het aanbrengen van grafkelders.

Artikel 7. Aantal begravingen en as bijzettingen

Het aantal begravingen of as bezettingen in een particulier graf is maximaal gelijk aan het in tabel 1 opgenomen aantal.

 

Tabel 1 Afmetingen en aantal begravingen / bijzettingen in particulier graf

 

Soort particulier graf

Aantal begravingen / bijzettingen

Traditioneel graf

  • -

    Onbeperkt aantal asbussen in de bovenlaag;

  • -

    Maximaal 2 of 3 lijken, afhankelijk van de grafdiepte.

Traditioneel urnengraf

Maximaal 3 asbussen

Natuurlijk graf - overledenen 12 jaar en ouder

Maximaal 3 lijken/asbussen

Natuurlijk graf - overledenen jonger dan 12

Maximaal 3 lijken/asbussen

Natuurlijk urnengraf

Maximaal 3 asbussen

Natuurgraf - overledenen 12 jaar en ouder

Maximaal 1 lijk

Natuurgraf - overledenen jonger dan 12 jaar

Maximaal 1 lijk

Natuur urnengraf

Maximaal 1 asbus

Grafkelder

  • -

    Onbeperkt aantal asbussen in de bovenlaag;

  • -

    Maximaal 2 of 3 lijken, afhankelijk van de grafdiepte.

Urnenruimte

Maximaal 3 asbussen

Artikel 8. Uitgifteduur graven

  • 1.

    Graven worden uitgegeven voor perioden van 10, 20 of 30 jaar. Na uitgifte kan de uitgifteperiode niet meer worden gewijzigd.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid worden natuurlijke graven uitgegeven voor een periode van 50 jaar.

  • 3.

    In afwijking van het eerste lid worden natuurgraven uitgegeven voor onbepaalde tijd.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders kunnen een uitgegeven grafrecht verlengen met een periode van 10 jaar. Artikel 28, eerste lid, van de Wet op de lijkbezorging is van toepassing op de verlenging.

Hoofdstuk 5. Grafbedekking

Artikel 9. Aanvragen vergunning

  • 1.

    Het is verboden grafbedekking aan te brengen zonder vergunning van burgemeester en wethouders.

  • 2.

    Bij de aanvraag wordt een tekening gevoegd, met daarop:

    • a.

      de afmetingen en de materiaalkeuze van de grafbedekking;

    • b.

      de naam en het adres van de leverancier;

    • c.

      de naam en het adres van de rechthebbende/gebruiker.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders verlenen de vergunning indien deze voldoet aan het bepaalde in bijlage 1.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders kunnen een vergunning verlenen voor afwijkende grafbedekking indien deze:

    • a.

      wordt geplaatst op een traditioneel graf;

    • b.

      niet wordt geplaatst over andere graven en binnen de afmetingen van het graf blijkt;

    • c.

      geen afbreuk doet aan het uiterlijk aanzien van de begraafplaats.

  • 5.

    De vergunning wordt bij een particulier graf of urnenruimte gesteld op naam van de rechthebbende en bij een algemeen graf op naam van de gebruiker c.q. opdrachtgever. De vergunning wordt verzonden aan de aanvrager.

Artikel 10. Algemene voorschriften voor plaatsing

  • 1.

    Het aanbrengen van grafbedekkingen gebeurt slechts op vertoon van de vergunning.

  • 2.

    Het is verboden om grafbedekking aan te brengen als daardoor een risico op verzakking ontstaat.

  • 3.

    Bij het aanbrengen van grafbedekkingen en kelders worden de door burgemeester en wethouders gegeven aanwijzingen opgevolgd.

Artikel 11. Grafnummer en coördinaten

  • 1.

    Een grafbedekking wordt bij plaatsing voorzien van het nummer van het desbetreffende graf of urnengraf door het graveren hiervan aan de linker voorzijde van de grafrand of van de grondplaat. De hoogte van het nummer is 0,03 m.

  • 2.

    De coördinaten van een natuurgraf en natuurlijk graf worden vastgelegd in een besluit van burgemeester en wethouders.

  • 3.

    Op nieuw uit te geven graven en urnenruimten plaatst de begraafplaatsbeheerder een bordje met de naamgegevens van de overledene. Dit bordje blijft gedurende maximaal 6 maanden na de datum van begraven bij het graf staan.

  • 4.

    Bij natuurgraven en natuurlijke graven worden geen bordjes geplaatst. Ook wordt op de houten schijf geen grafnummer ingegraveerd.

Artikel 12. Voorschriften voor funderingen

  • 1.

    Het is verboden een grafteken aan te brengen zonder fundering, indien hierdoor gevaar voor verzakking ontstaat. De maximale hoogte van de bovenzijde van deze fundering is gelijk aan het maaiveld. Op het gedeelte voor natuur- en natuurlijk graven mogen geen funderingen worden aangebracht.

  • 2.

    Het opslaan of mengen van bouwstoffen mag slechts gebeuren op door burgemeester en wethouders aan te wijzen plaatsen.

Artikel 13. Voorschriften voor constructie graf- en urnenkelders

De afdekplaat van graf- en urnenkelders wordt met de bovenkant gelijk aan het maaiveld gelegd.

Artikel 14. Voorschriften voor uitvoering

  • 1.

    Het aanbrengen en verwijderen van grafbedekkingen is uitsluitend toegestaan op maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 16.00 uur, maar niet op erkende feestdagen.

  • 2.

    Degene die voornemens is grafbedekking aan te brengen of te verwijderen geeft hiervan ten minste 24 uur van tevoren kennis aan burgemeester en wethouders.

  • 3.

    Tijdens opgravingen, ruimingen en begrafenissen mogen geen werkzaamheden aan of op graven worden uitgevoerd, tenzij door burgemeester en wethouders hiervoor ontheffing is verleend.

Artikel 15. Voorwerpen bij natuurgraf en natuurlijk graf

  • 1.

    Het is verboden op een natuurgraf of natuurlijk graf voorwerpen aan te brengen, anders dan de door de gemeente verstrekte houten schijf.

  • 2.

    De tijdens de plechtigheid meegebrachte gedenkwaardigheden mogen maximaal vier weken op of bij het graf liggen. Van deze termijn kan worden afgeweken indien dat voor het aanzien van de begraafplaats wenselijk is.

  • 3.

    In strijd met dit artikel geplaatste voorwerpen worden verwijderd door de begraafplaatsbeheerder.

Hoofdstuk 6. Overige onderwerpen

Artikel 16. Foetushof

  • 1.

    Een foetus mag worden begraven nadat burgemeester en wethouders een verklaring van een arts hebben ontvangen waaruit blijkt dat de begrafenis een foetus betreft.

  • 2.

    Een foetus mag worden begraven op een aangewezen door burgemeester en wethouders aangewezen foetushof of in een particulier graf.

  • 3.

    Bij begraving op de foetushof mag voor het omhulsel uitsluitend gebruik gemaakt worden van natuurlijke, afbreekbare materialen.

  • 4.

    Burgemeester en wethouders bepalen in overleg met de ouders de tijd en de procedure van de begraving.

  • 5.

    Er geldt voor een begraafplek op het foetusveld géén minimale instandhoudingstermijn (grafrusttermijn). Opheffing van een begraafplek vindt plaats naar het oordeel van burgemeester en wethouders.

Artikel 17. Gedenktekens bij foetushof

  • 1.

    Bij de foetushof wordt een centrale gedenkplaats aangewezen. Op de centrale gedenkplaats mogen tijdelijk bloemen e.d. worden gelegd. De begraafplaatsbeheerder verwijdert al hetgeen is neergelegd na 4 weken of eerder indien dat voor het aanzien van de begraafplaats wenselijk is.

  • 2.

    Met uitzondering van de daarvoor aangewezen centrale gedenkplaats mogen op de foetushof geen gedenktekens/objecten worden aangebracht. Uitgezonderd zijn de glazen vlinders die gekocht kunnen worden op de begraafplaats.

  • 3.

    Gedenktekens/objecten die geplaatst zijn elders dan op de daarvoor aangewezen centrale gedenkplek worden door de begraafplaatsbeheerder direct verwijderd, zonder dat enige aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding.

Artikel 18. Afwijkingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd af te wijken van het in deze paragraaf bepaalde indien

  • a.

    daarvoor gegronde redenen zijn:

  • b.

    de afwijking niet leidt tot aantasting van het aanzien van de begraafplaats; en

  • c.

    de afwijking niet hinderlijk is voor het beheer.

Hoofdstuk 7. Slotbepaling

Artikel 19. Slotbepaling

  • 1.

    De Nadere regel Beheerverordening begraafplaatsen Ede 2016 wordt ingetrokken.

  • 2.

    Deze nadere regel treedt in werking op 1 januari 2021.

  • 3.

    Deze nadere regel kan worden aangehaald als: Nadere regel begraafplaatsen Ede 2020.

Vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders d.d. 29 september 2020, zaaknummer 169593.

Burgemeester en wethouders voornoemd,

drs. R.F. Groen MPA

de secretaris

mr. L.J. Verhulst

de burgemeester

Bijlage 1. Toegestane standaard grafbedekking

Burgemeester en wethouders verlenen een vergunning voor grafbedekking, indien deze voldoet aan het bepaalde in deze bijlage.

 

Soort graf

Toegestane grafbedekking

Algemeen graf

Volwassenen

Steunblokje indien,

  • a.

    breedte 0,50 m

  • b.

    lengte 0,40 m

  • c.

    dikte minimaal 0,05 en maximaal 0,10 m

Kinderen (<12 jaar)

Steunblokje indien,

  • a.

    breedte 0,30 m

  • b.

    lengte 0,25 m

  • c

    dikte minimaal 0,05 en maximaal 0,10m

Op een algemeen graf kan dezelfde grafbedekking als op een traditioneel graf worden aangebracht, indien de overige belanghebbenden schriftelijk verklaren dat zij afzien van hun recht op grafbedekking.

Traditioneel graf

Volwassenen

Staand grafteken, indien:

  • a.

    1,00 m. breed

  • b.

    1,75, 1,90, of 2 m lang bij een graf van 1,75, 1,90, of 2 m lang afhankelijk van de indeling van de begraafplaats

  • c.

    maximaal 1,00 m. hoogte boven maaiveld.

  • d.

    grafrand minimaal 0,05 meter boven maaiveld.

Liggend grafteken, indien:

  • a.

    1,00 m breed

  • b.

    1,75, 1,90, of 2 m lang afhankelijk van de indeling van de begraafplaats

  • c.

    0,15 tot 0,25 m boven maaiveld

Kinderen (<12 jaar)

Staand grafteken, indien:

  • a.

    0,70 m. breed

  • b.

    1,20 m lang bij een graf van 1,20 m lang

  • c.

    maximaal 0,60 m. hoogte boven maaiveld

  • d.

    grafrand minimaal 0,05 meter boven maaiveld

Liggend grafteken, indien:

  • a.

    0,70 m breed

  • b.

    1,20 m lang

  • c.

    0,15 tot 0,25 m boven maaiveld

Urnengraf

Urnenruimte indien:

  • a.

    grondplaat van minimaal 0,05 m

  • b.

    diameter maximaal 0,60 m

  • c.

    hoogte maximaal 0,85 m

  • d.

    onderzijde grondplaat gelijk met maaiveld

Urnenruimte indien:

  • a.

    grondplaat van minimaal 0,05 m

  • b.

    lengte en breedte maximaal 0,60 m

  • c.

    hoogte maximaal 0,60 m

  • d.

    onderzijde grondplaat gelijk met maaiveld

Liggend grafteken, indien:

  • a.

    breedte en lengte 0,60 m

  • c.

    hoogte maximaal 0,60 m

Grafkelder

Staand grafteken, indien:

  • a.

    1,40 m. breed

  • b.

    2,50 m. lang bij een graf van 2,50 m lang

  • c.

    maximaal 2 m. hoogte boven maaiveld

  • d.

    grafrand minimaal 0,05 m. boven maaiveld

Liggend grafteken indien,

  • a.

    a. 1,40 m. breed

  • b.

    2,50 m. lang bij een graf van 2,50 m lang

  • c.

    0,15 tot 0,5 m hoogte boven maaiveld;

Natuurgraf en natuurlijk graf

Schijf van onbehandeld hout met dikte van maximaal 0,15 m en doorsnede van 0,60 m die liggend op het maaiveld wordt geplaatst. De schijf wordt door de gemeente verstrekt.

Toelichting

Artikel 3. Uitvaartplechtigheden, begraven en as bezorging

Op de gemeentelijke begraafplaatsen kunnen meerdere soorten diensten plaatsvinden. De begrafenis zelf behoeft geen nadere toelichting. Een uitvaartplechtigheid is een afscheidsdienst voor de nabestaanden waarbij er geen aansluitende begrafenis van het stoffelijk overschot plaatsvindt. Dit is een mogelijkheid als de nabestaanden kiezen voor crematie van het stoffelijk overschot. Na de crematie kan de as worden opgenomen in een asbus en bijgezet in een urnenruimte.

 

Met burgemeester en wethouders (namens deze: de begraafplaatsbeheerder) worden afspraken gemaakt over de mogelijkheden en de faciliteiten waarvan de nabestaanden gebruik kunnen maken.

 

Artikel 5. Openen en sluiten van graf of urnenruimte

Het komt in Ede weinig voor dat nabestaanden willen assisteren bij de begraafwerkzaamheden. Indien nabestaanden bepaalde werkzaamheden zelf willen verrichten zijn, ook om redenen van veiligheid, de aanwijzingen en de hulp van het personeel van de begraafplaats nodig. Het gaat dan vooral om het openen en sluiten van het graf. Bepaalde werkzaamheden kunnen eventueel door de nabestaanden en het personeel van de begraafplaats samen worden verricht. Zo kunnen de nabestaanden bijvoorbeeld een begin maken. Vervolgens kan het personeel de handelingen verrichten waar ervaring voor nodig is of die van de nabestaanden te zware lichamelijke inspanning vragen. Werkzaamheden als het bedienen van machines, het aanbrengen van de grafranden ter stutting van de grond om het geopende graf en het verwijderen van die randen voor het sluiten van het graf zullen door het personeel moeten worden verricht

 

Artikel 6. Indeling in categorieën

Graven kunnen allereerst worden ingedeeld in algemene graven (beheerd door de gemeente) en particuliere graven. Binnen de categorie particuliere graven zijn er - naast traditionele graven - nog bijzondere vormen van begraven in de vorm een grafkelder, natuurlijk graf of natuurgraf. Bij de uitgifte van grafrechten wordt daarnaast onderscheiden tussen graven voor kinderen, volwassenen en urnenruimtes. Een overzicht van alle soorten graven is opgenomen in onderstaande tabel.

 

Soort graf

Onderverdeling

Algemene graven

  • -

    Graf voor volwassenen

  • -

    Graf voor kinderen (<12 jaar)

Particulier graven

Traditioneel graf

  • -

    Graf voor volwassenen

  • -

    Graf voor kinderen (<12 jaar)

  • -

    Urnenruimte

Grafkelder

Natuurgraf

  • -

    Graf voor volwassenen

  • -

    Graf voor kinderen (<12 jaar)

  • -

    Urnenruimte

Natuurlijk graf

  • -

    Graf voor volwassenen

  • -

    Graf voor kinderen (<12 jaar)

  • -

    Urnenruimte

 

Artikel 8. Uitgifteduur graven

Traditionele graven worden uitgegeven voor een periode van 10, 20 of 30 jaar. Zodra het graf voor een bepaalde duur is uitgegeven kan deze uitgifteperiode niet meer worden gewijzigd. Wel bestaat er een mogelijkheid om een grafrecht tegen het einde van de uitgifteperiode te verlengen (vierde lid).

 

De rechthebbende op een particulier graf kan ervoor kiezen om binnen de uitgifteperiode afstand te doen van een grafrecht. Na afstand van het grafrecht bestaat er geen recht op restitutie van de eerder betaalde graf- en begraafrechten. Wel vervalt na afstand de onderhoudsverplichting en - bij onderhoud door de gemeente - de verplichting tot het betalen van een onderhoudsbijdrage. Deze onderwerpen worden geregeld in de gemeentelijke verordening inzake de heffing van graf- en begraafrechten. Bij afstand van het grafrecht is de gemeente gerechtigd het graf te doen ruimen en eventuele grafbedekking te verwijderen. Wel wordt eerst de rechthebbende in de gelegenheid gesteld om de grafbedekking te verwijderen (zie artikel 18 van de Beheerverordening begraafplaatsen Ede). Overigens geldt voor het ondergronds ruimen van het graf geldt daarbij de minimale wettelijke grafrusttermijn van 10 jaar. In lijn daarmee is in de verordening bepaald dat afstand van een grafrecht pas mogelijk is na het verstrijken van deze periode.

 

Volgens artikel 28 van de Wet op de lijkbezorging is verlenging van een grafrecht mogelijk in de laatste twee jaren voor het vervallen daarvan. Voor de volledigheid is in de verordening opgenomen dat dit artikel van toepassing is op verlengingen. De Wet op de lijkbezorging geldt overigens wel rechtstreeks (ook als dat niet in deze verordening zou zijn bepaald). De vermelding in de verordening is alleen voor de kenbaarheid van de verlengingsmogelijkheid voor inwoners. Verlenging kan dus worden aangevraagd in meerdere jaren. Afhankelijk van het tijdstip waarop verlenging wordt aangevraagd kunnen daardoor verschillende tarieven van toepassing zijn. Een en ander wordt geregeld in de gemeentelijke verordening inzake de heffing van graf- en begraafrechten.