Organisatie | Overbetuwe |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Overbetuwe houdende regels omtrent minimaregelingen (Verordening minimaregelingen gemeente Overbetuwe 2020) |
Citeertitel | Verordening minimaregelingen gemeente Overbetuwe 2020 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening persoonlijk minimabudget gemeente Overbetuwe 2015.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-10-2020 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 06-10-2020 |
De raad van de gemeente Overbetuwe;
gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders van 21 juli 2020
gehoord het advies van de voorbereidende vergadering van 23 september 2020;
gelezen het advies van de Participatieraad van 12 maart 2020;
Gelet op artikelen 8 eerste lid onder b en 36 van de Participatiewet;
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
afstemmingsverordening: afstemmingsverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Overbetuwe 2017;
account: een persoonsgebonden account waarmee toegang tot het aanbod van de Meedoenregeling kan worden verkregen;
alleenstaande: de alleenstaande als bedoeld in artikel 4, eerste lid, aanhef en onder a. van de wet;
bijstandsnorm: de bijstandsnorm bedoeld in artikel 5 onderdeel c. van de wet;
kalenderjaar: de periode van 1 januari t/m 31 december van een jaar;
bestuurlijke boete: boete als bedoeld in artikel 18a van de wet;
gezin: het gezin als bedoeld in artikel 4, eerste lid, aanhef en onder c. van de wet;
inkomen: het inkomen bedoeld in artikel 32 van de wet, met dien verstande dat voor de zinsnede ‘een periode waarover een beroep op bijstand wordt gedaan’ moet worden gelezen ‘de referteperiode’. Een bijstandsuitkering wordt, in afwijking van artikel 32 van de wet voor de beoordeling van het recht op het minimabudget als inkomen gezien;
kind: een persoon jonger dan 18 jaar die ingeschreven staat in de gemeente Overbetuwe in de Basisregistratie personen voor wie aan de alleenstaande ouder of gehuwde ouders kinderbijslag op grond van artikel 18 van de Algemene Kinderbijslagwet wordt betaald of zal worden betaald vanaf het eerstvolgende kwartaal of het pleegkind jonger dan 18 jaar waarvoor een pleegvergoeding wordt ontvangen op grond van artikel 5.3, lid 1, van de Jeugdwet;
norminkomen: 120% van de op de belanghebbende(n) van toepassing zijnde bijstandsnorm als bedoeld in hoofdstuk 3, paragraaf 2 van de wet, inclusief eventuele toeslagen en verlagingen op grond van hoofdstuk 3, paragraaf 3 van de wet;
pensioengerechtigde leeftijd: de leeftijd waarop ingevolge de Algemene Ouderdomswet recht op ouderdomspensioen ontstaat;
peildatum: de datum waarop aan de voorwaarden voor toekenning van de voorziening wordt voldaan;
persoonlijk minimabudget: de individuele inkomenstoeslag als bedoeld in artikel 36 van de wet;
referteperiode: een periode van 12 maanden voorafgaand aan de peildatum;
voortgezet onderwijs: onderwijs zoals bedoeld in artikel 2 van de wet op het voortgezet onderwijs;
Hoofdstuk 2 Persoonlijk minimabudget
Artikel 2 Recht op het persoonlijk minimabudget
Aan de in artikel 36, eerste lid, van de wet gestelde voorwaarde van het hebben van een langdurig, laag inkomen is voldaan als gedurende de referteperiode het inkomen per maand niet hoger is geweest dan het norminkomen.
De aanvraag voor een persoonlijk minimabudget moet door middel van een daartoe door burgemeester en wethouders vastgesteld formulier worden ingediend. Burgemeester en wethouders beslissen binnen 8 weken na ontvangst van de aanvraag.
Als één van de gehuwden op grond van de wet is uitgesloten van het recht op bijstand, heeft de ander, als deze aan alle voorwaarden voor toekenning van het persoonlijk minimabudget voldoet, recht op het persoonlijk minimabudget naar de norm van een alleenstaande, dan wel, als er sprake is van een of meerdere kinderen, van een gezin.
Hoofdstuk 3. Regeling Meedoen in Overbetuwe (Meedoenregeling)
De Meedoenregeling in Overbetuwe werkt met punten. Ieder thuiswonend kind (4-17 jaar) en meerderjarige (18 jaar en ouder) ontvangen punten waarmee gebruik gemaakt kan worden van producten en diensten die via www.meedoeninoverbetuwe.nl kunnen worden aangeschaft. Punten worden beschikbaar gesteld aan personen die voldoen aan de voorwaarden die in artikel 9 worden beschreven.
Artikel 10. Wijze van aanvragen
Een aanvraag om toegang tot de Meedoenregeling wordt ingediend via www.meedoeninoverbetuwe.nl.
Artikel 12 Einde recht op Meedoenregeling
Het recht op de Meedoenregeling eindigt aan het einde van het kalenderjaar als de houder van een account op enig moment in dat jaar niet meer voldoet aan de voorwaarden zoals genoemd in artikel 9.
Burgemeester en wethouders kunnen één of meer artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing gelet op het belang van het verstrekken van een persoonlijk minimabudget of de Meedoenregeling aan belanghebbenden met een langdurig laag inkomen, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.
Artikel 14 Intrekking oude regeling
De Verordening persoonlijk minimabudget gemeente Overbetuwe 2015, zoals vastgesteld bij besluit van 13 januari 2015, wordt ingetrokken.