Organisatie | Best |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Toeristische bewegwijzering |
Citeertitel | Beleidsregels Toeristische bewegwijzering |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp |
Geen
N.v.t.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-10-2020 | 01-03-2014 | Nieuwe regeling | 04-03-2014 Groeiend Best |
Deze beleidsregels bevatten drie hoofdstukken en één bijlage. Deze leeswijzer geeft u per hoofdstuk een overzicht van de inhoud.
In hoofdstuk 1 wordt in het kort uitgelegd wat de aanleiding voor beleidsregels voor toeristische bewegwijzering is en welke doelstelling we daarbij voor ogen hebben. Het geeft ook weer wat wel en wat niet met deze beleidsregels is meegenomen. Vervolgens geeft hoofdstuk 2 de methodiek weer waaraan een verzoek tot verwijzing wordt getoetst en hoe deze tot uitvoering wordt gebracht. Hoofdstuk 3 gaat in op de uitvoering en kosten van de toeristische bewegwijzering in de gemeente. In de bijlage vindt u een overzicht van de symbolen voor objectbewegwijzering.
In het Regionale Ambtelijke Overleg Recreatie en Toerisme van Het Groene Woud, waar ook de gemeente Best onderdeel van maakt, is gesproken over een uniforme toeristische bewegwijzering in het buitengebied van Het Groene Woud. Het huidig beleid over bewegwijzering in de gemeente Best dateert uit 1994. Toeristisch-recreatieve objectbewegwijzering is hier niet in meegenomen.
De volgende argumenten geven het belang aan van een uniforme toeristische bewegwijzering in Het Groene Woud.
Het doel van deze beleidsregels is om te komen tot een logische, herkenbare en doeltreffende objectenbewegwijzering. Bewegwijzering vervult een essentiële functie voor de weggebruiker en de wegbeheerder. Door bewegwijzering kan de weggebruiker zijn plaats bepalen en vooral zijn weg vinden naar de bestemming. Een eenduidige, uniforme bewegwijzering zorgt voor een vlotte en veilige verkeersafwikkeling. Voor de verkeersdeelnemers betekent dit een verbetering van de vindbaarheid van bestemmingen, zonder wildgroei van borden. Het voorkomt ‘zoekend verkeer’ op het wegennet en bevordert daarmee de veiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid.
Beleidsregels met een duidelijk en eenduidig toetsingskader, dat zodanig is opgesteld dat verzoeken tot verwijzing van derden, bedrijven en instellingen snel getoetst kunnen worden, bevordert de interne efficiency en een snelle afhandeling van aanvragen.
Bewegwijzering kan in een tweetal categorieën worden onderverdeeld; utilitaire bewegwijzering en objectenbewegwijzering. Utilitaire bewegwijzering bevat informatieve verkeersborden, bedoeld voor verkeersgeleiding naar doelen van algemeen belang. Hieronder vallen de ANWB masten, - paddenstoelen en fietsbewegwijzering. Onder objectenbewegwijzering valt de informatievoorziening naar bestemmingen binnen de gemeente met een toeristisch, openbaar of commercieel karaker. Voorbeelden hiervan zijn de bebording naar buitenplaatsen, VVV kantoren en gemeentekantoren.
Deze beleidsregels gaan specifiek in op de toepassing van vaste bewegwijzering in de gemeente Best. Tijdelijke bewegwijzering valt buiten deze beleidsregels. Deze beleidsregels gaan niet in op de toepassing van utilitaire bewegwijzering, de bewegwijzering van industrieterreinen en tijdelijke bewegwijzering. Deze blijven in de huidige vorm en omvang gehandhaafd.
Om verzoeken tot verwijzing snel en effectief te kunnen toetsen, is een systematische aanpak noodzakelijk waarin op grond van selectiecriteria exact wordt bepaald of een doel, gebied of object een verwijzing krijgt, welk type verwijzing deze krijgt en waar deze verwijzing precies komt. Hiertoe wordt onderstaande methodiek gebruikt.
2.1.1. Toetsing bewegwijzering
Allereerst wordt het verzoek tot verwijzing getoetst aan drie algemene uitgangspunten waar de bewegwijzering aan dient te voldoen. Nadat het verzoek tot verwijzing getoetst is aan de drie algemene uitgangspunten, wordt het doel, gebied of object aan de hand van criteria voor bewegwijzering en aanvullende criteria op selectie getoetst of deze wel of niet wordt bewegwijzerd middels objectenbewegwijzering. Voldoet het verzoek ook hieraan dan komt het doel, gebied of object in aanmerking voor verwijzing.
Voor de toeristisch-recreatieve objectbewegwijzering is de aard van de objecten van belang. Recreatie en toerisme zijn hierbij uitgangspunt. Daarnaast wordt gekeken naar de toegankelijkheid en het algemeen nut van het doel, gebied of object. Ook aspecten als de ligging of het een verblijfsfunctie betreft en of een bijzondere betekenis heeft voor de gemeente Best worden hierbij meegenomen.
Algemene uitgangspunten voor bewegwijzering
Eerste belangrijke uitgangspunt is dat de bewegwijzering in de gemeente Best dient te voldoen aan de algemene doelstelling van bewegwijzering zoals geformuleerd in hoofdstuk 3 van de Rijksrichtlijn Bewegwijzering 2004:
‘Een zo groot mogelijke zekerheid aan de weggebruiker verschaffen over het volgen van de route die hij/zij voorafgaande aan of tijdens zijn/haar reis, eventueel door het raadplegen van een wegenkaart heeft gekozen.’
Daarnaast moet de bewegwijzering aansluiten bij het Bewegwijzering- en aanduidingenbeleid van de Provincie N-Brabant.
De bewegwijzering dient voornamelijk ten dienste te staan van de weggebruiker. Indien een verwijzing naar een doel, gebied of object geen zekerheid over de te volgen route brengt (de weggebruiker in verwarring brengt), zal een verwijzing dan ook niet worden aangebracht. Dit mede uit het oogpunt van soberheid van de bewegwijzering en om een halt toe te roepen aan de wildgroei aan verwijzingen. Soberheid is en mag echter niet een doel op zich worden. Voorop staat doelmatigheid van de bewegwijzering, daarna wordt bekeken hoe dit zo sober mogelijk kan gebeuren.
Tweede uitgangspunt sluit naadloos aan op het vorige punt. De objectbewegwijzering dient gericht te zijn op alle weggebruikers. Zo wordt een zo groot mogelijke zekerheid over de te volgen route naar een bepaald doel, gebied of object verschaft.
Past binnen de gezamenlijke aanpak in de regio Het Groene Woud
Ten aanzien van de uitvoering van de borden is een derde belangrijk beleidsuitgangspunt dat het te realiseren verwijssysteem zoveel mogelijk uniform is met het in de omliggende gemeenten/plaatsen in de regio toegepaste verwijssysteem. Toeristisch-recreatieve objecten gelegen in het hieronder aangegeven gebied worden tevens voorzien van het Het Groene Woud logo.
Bij aanvragen voor bewegwijzering geeft onderstaand selectieschema duidelijkheid of de aanvraag gehonoreerd wordt en welke voorzieningen in aanmerking komen voor bewegwijzering. Aanvragen kunnen op deze wijze evenwichtig en objectief worden beoordeeld.
Aanvullende criteria op selectie
2.1.2. Richtlijnen bewegwijzering
Objecten, die gelegen zijn binnen een bebouwde kom, worden bewegwijzerd binnen een straal van 1500 meter rondom dit object met een maximum aantal op 5 locaties. Objecten, die gelegen zijn buiten de bebouwde kom, worden bewegwijzerd vanaf de dichtstbijzijnde gebiedsontsluitingsweg en erftoegangsweg type 1 (buiten bebouwde kom). Hiervoor geldt een maximum aantal op 5 locaties.
Een uitzondering hierop vormen sportaccommodaties, die gelegen zijn op een sportcomplex, een locatie waar 2 of meer sporten kunnen worden beoefend. Deze worden buiten dit sportcomplex niet afzonderlijk bewegwijzerd, maar worden bewegwijzerd onder de noemer van het sportcomplex, waarop deze gelegen zijn. Op het terrein van dit sportcomplex kunnen dan afzonderlijke verwijzingen naar de verschillende, op dit terrein gelegen, sportaccommodaties worden geplaatst.
Het te kiezen type objectwegwijzer is conform CROW-richtlijn publicatie 262:
Objectwegwijzers binnen de bebouwde kom
Voor de bewegwijzering van objecten in de bebouwde kom van Best en objecten, die gelegen zijn in de als bebouwde kom aangewezen gebieden, wordt gekozen voor het toepassen van langwerpige klein model strokenborden, welke vervolgens gestapeld geplaatst worden op (zo veel mogelijk bestaande) flespalen, buispalen of aan masten. Hierbij worden de borden uitgevoerd in blauwe ondergrond met opschrift zwart op een wit retroreflecterend veld en voorzien van symbolen, die voor de weggebruiker snel herkenbaar zijn, mede ook om mensen, die last hebben van woordblindheid, tegemoet te komen. De pictogrammen zijn conform het CROW-model (zie bijlage 1).
Dit alles conform de richtlijn van het CROW en uit oogpunt van het bereiken van uniformiteit in de bewegwijzering met omliggende buurgemeenten.
Objectwegwijzers buiten de bebouwde kom
Vanwege het bereiken van uniformiteit (hoofdbeleidsuitgangspunt), is het toepassen van hetzelfde systeem als buurgemeenten gewenst. Voor bewegwijzering van objecten buiten de bebouwde kom wordt dan ook gekozen voor het systeem, zoals dit door het CROW wordt toegepast en zoals weergegeven is op het voorbeeld op onderstaande figuur.
Hierbij wordt iedere vermelding geplaatst op langwerpige groot model strokenborden, welke vervolgens gestapeld geplaatst worden op (zoveel mogelijk bestaande) flespalen of aan masten. Voor de lokale objecten is de ondergrond blauw en de letters zijn zwart op een retorreflecterend witte ondergrond, voor de toeristische- /recreatieve objecten is de ondergrond bruin met witte retorreflecterende letters. Bovendien kunnen gestandaardiseerde pictogrammen worden toegepast conform het CROW-model, die voor de weggebruikers snel herkenbaar zijn.
2.2. Objecten gelegen buiten de gemeente Best
Het kan voorkomen, dat de gemeente aanvragen krijgt voor de bewegwijzering van toeristisch recreatieve objecten, die niet gelegen zijn op het grondgebied van de gemeente Best, maar verwezen willen worden vanaf een weg wel gelegen op het grondgebied van de gemeente Best. Deze aanvragen worden als volgt beoordeeld.
De gemeente Best besteedt de toeristische bewegwijzering uit aan een particulier bedrijf (verder genoemd als uitvoerend bedrijf). De bevoegdheid zal niet worden overgedragen, enkel de uitvoering.
Via de gemeentelijke site van de gemeente Best en het lokale weekblad informeert de gemeente Best ondernemers over de nieuwe richtlijnen van de toeristische bewegwijzering. De gemeente adviseert de ondernemer hierbij om contact op te nemen met het uitvoerend bedrijf. Elke ondernemer kan bij het uitvoerend bedrijf een verzoek tot bewegwijzering indienen. Het uitvoerend bedrijf neemt namens de gemeente de aanvraag in behandeling en controleert of het object voldoet aan de door de gemeente vastgestelde criteria, waarna zij de gekozen route ter goedkeuring aan de gemeente Best voorleggen. De plaatsing, het beheer en onderhoud van de bebording wordt door het uitvoerend bedrijf verzorgd.
3.2. Vervanging huidige bewegwijzering
Bestaande toeristisch-recreatieve objectverwijzingen, die qua kleurstelling niet voldoen aan de in de CROW-richtlijn 262 gestelde eisen, moeten worden vervangen. Dit hoeft niet onmiddellijk te gebeuren, maar aanbevolen wordt de oude borden te vervangen door de nieuwe borden als:
Aanbevolen wordt alle toeristisch-recreatieve objectbewegwijzering oude stijl binnen een termijn van 8 jaar te vervangen. Voor de gemeentelijke objectbewegwijzering is het raadzaam om bij aanvang van de uitvoering van toeristische bewegwijzering binnen bebouwde kom direct alle oude borden te vervangen als voorbeeldfunctie.
Voor de private objecten kiezen we de weg van de geleidelijkheid, waarbij we de toeristische ondernemers zullen stimuleren een deel te nemen aan deze nieuwe bewegwijzering, die aansluit bij de landelijke richtlijn en het imago van de gemeente Best, maar ook van het private object zal verhogen!
Het uitvoerend bedrijf brengt de kosten voor bewegwijzering in rekening bij de aanvrager. Gemiddeld zijn 3 à 4 borden nodig om een object duidelijk te bewegwijzeren.
Bij toeristisch recreatieve objecten gelegen aan provinciale wegen, komt de bewegwijzering voor rekening van de provincie. Het uitvoerend bedrijf neemt hiervoor contact op met de provincie.
In onderstaande tabel is weergegeven welke verwijzingen naar objecten worden bekostigd door de gemeente Best. Voorwaarde is dat de objecten conform de gestelde criteria voor verwijzing in aanmerking komen. Voor alle overige objecten, die niet op de lijst genoemd zijn, geldt dat verwijzingen naar deze objecten, door de aanvrager zelf bekostigt dienen te worden.
Voor het plaatsen van bebording op nieuwe palen zijn extra maaikosten nodig. Deze kosten komen voor rekening van de gemeente.