Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ede

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Ede houdende regels omtrent werkzaamheden aan kabels en leidingen in openbare grond (Algemene verordening onder- en bovengrondse infrastructuren Ede 2020)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieEde
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening van de gemeenteraad van de gemeente Ede houdende regels omtrent werkzaamheden aan kabels en leidingen in openbare grond (Algemene verordening onder- en bovengrondse infrastructuren Ede 2020)
CiteertitelAlgemene verordening onder- en bovengrondse infrastructuren Ede 2020
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren gemeente Ede 2015.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 1 van de Belemmeringenwet Privaatrecht
  2. artikel 149 van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-10-2020nieuwe regeling

24-09-2020

gmb-2020-257651

164808

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Ede houdende regels omtrent werkzaamheden aan kabels en leidingen in openbare grond (Algemene verordening onder- en bovengrondse infrastructuren Ede 2020)

De raad van de gemeente Ede;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 25 augustus 2020, kenmerk 164808;

 

overwegende dat het wenselijk is om een verordening vast te stellen met het oog op minimalisatie van overlast en maatschappelijke kosten, alsmede een efficiënt gebruik van de openbare ruimte met betrekking tot werkzaamheden aan kabels en/of leidingen;

 

gelet op artikel 1 van de Belemmeringenwet privaatrecht, artikel 5.4 van de Telecommunicatiewet en artikel 149 van de Gemeentewet;

 

besluit:

 

vast te stellen de volgende verordening: Algemene verordening onder- en bovengrondse infrastructuren gemeente Ede 2020 en de daarbij behorende toelichting, inzake werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen.

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

 

a.

Aansluiting

het gedeelte van de kabel en/of leiding dat een netwerk verbindt met een fysiek punt waarop een klant de toegang tot een openbaar netwerk wordt geboden;

b.

Belanghebbenden

de omwonenden en bedrijfsmatige gebruikers van alle percelen, grenzend aan het tracé van kabels en/of leidingen;

c.

Breekverbod

verbod voor het uitvoeren van werkzaamheden, zoals genoemd in onderdeel n. van dit artikel;

d.

College

college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ede;

e.

Gedoogplichtige

degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 1 van de Belemmeringenwet Privaatrecht, artikel 5.2, eerste lid, van de Telecommunicatiewet, een publiekrechtelijke vergunning of een privaatrechtelijke overeenkomst;

f.

Groenvoorziening

het geheel van aanplant, zoals bomen, beplanting, bosplantsoen, (bloem)berm, gras en gazon in een gebied;

g.

Instemmingsbesluit

besluit van het college, zoals genoemd in onderdeel d. van dit artikel, op een aanvraag tot instemming van de voorgenomen werkzaamheden, zoals genoemd in onderdeel o. van dit artikel;

h.

Kabels en/of leidingen

een of meer kabels en/of leidingen die onderdeel zijn van een openbaar (elektronisch communicatie-)netwerk, daaronder mede begrepen de daarmee verbonden boven- en ondergrondse transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations, distributie- en/of mutatiepunten, en tevens omvattende lege buizen, ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken, bestemd voor het transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie;

i.

Marktconforme kosten

kosten zoals deze onder normale omstandigheden in een markteconomie op de desbetreffende markt worden gemaakt;

j.

Netbeheerder

degene die als natuurlijk persoon handelend in de uitoefening van een beroep of bedrijf dan wel als rechtspersoon acteert als beheerder van een al dan niet openbaar netwerk;

k.

Netwerk

samenstel van kabels of leidingen;

l.

Openbare gronden

openbare gronden, wegen en wateren, als genoemd in artikel 1.1, onderdeel aa, van de Telecommunicatiewet;

m.

Registratiesysteem

digitaal systeem dat de gemeente gebruikt om meldingen en instemmingen van werkzaamheden, zoals genoemd in onderdeel n. van dit artikel, en alles wat daarmee samenhangt te verwerken;

n.

Spoedeisende werkzaamheden

werkzaamheden, zoals genoemd in onderdeel o. van dit artikel, voor reparatie of onderhoud, waarvan uitstel niet mogelijk is als een ernstige belemmering of storing van de dienstverlening in het betreffende netwerk is opgetreden, of wanneer er sprake is van ernstige overlast of een gevaarlijke situatie;

o.

Werkzaamheden

handmatige en/of mechanische (graaf)werkzaamheden, waaronder ook begrepen het opbreken en herstellen van de sleufbedekking en sleufloze technieken, in of op openbare grond in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen

 

aanleg of plaatsing van boven- en ondergrondse transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations, distributie- en/of mutatiepunten, lege buizen, ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken;

p.

Werkzaamheden van niet ingrijpende aard

werkzaamheden, zoals genoemd in onderdeel o. van dit artikel, met een gezamenlijke tracélengte tot 6 meter en waarbij geen wegen, watergangen of groenvoorzieningen volledig worden gekruist en/of bovengrondse voorzieningen worden geplaatst;

 

het aanbrengen of verwijderen van kabels en/of leidingen in reeds aangebrachte voorzieningen;

 

het maken van maximaal twee opbrekingen met elk een afmeting van maximaal 2 m²;

 

het aanbrengen van bovengrondse objecten, waarvoor geen recht van opstal zal worden aangeboden, zoals straatkasten.

Artikel 2. Toepasselijkheid

  • 1.

    Deze verordening is van toepassing op werkzaamheden door of namens een netbeheerder in of op openbare gronden binnen de gemeente Ede.

  • 2.

    Het bepaalde in deze verordening geldt niet indien hierin reeds is voorzien in de Telecommunicatiewet of Telecommunicatieverordening dan wel in separate schriftelijke overeenkomsten tussen de gemeente en een of meerdere netbeheerders.

Artikel 3. Instemmingsbesluit

  • 1.

    Het is verboden werkzaamheden te verrichten zonder of in afwijking van een door burgemeester en wethouders genomen instemmingsbesluit. Het verbod is tevens van toepassing op werkzaamheden van niet ingrijpende aard.

  • 2.

    Voor het verrichten van spoedeisende werkzaamheden is geen instemmingsbesluit vereist, maar kan worden volstaan met een melding aan burgemeester en wethouders. De gemeenteraad is bevoegd om redenen van veiligheid delen van het grondgebied aan te wijzen waarvoor het voorgaande niet van toepassing is.

  • 3.

    De werkzaamheden dienen te zijn voltooid binnen 1 jaar na de datum waarop het instemmingsbesluit onherroepelijk is geworden.

  • 4.

    Het in het eerste lid opgenomen verbod is niet van toepassing op werkzaamheden van de gemeente.

Artikel 4. Breekverbod tijdens extreme (weers)omstandigheden of evenementen

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen een breekverbod instellen, indien dit naar hun oordeel noodzakelijk is vanwege extreme (weers)omstandigheden of evenementen. Wanneer een breekverbod van kracht is, is het verboden om niet-spoedeisende werkzaamheden uit te voeren.

  • 2.

    De geldigheidsduur van het instemmingsbesluit wordt verlengd met de periode dat een breekverbod is ingesteld.

  • 3.

    Uiterlijk één werkdag voor (vermoedelijke) beëindiging van het breekverbod informeren burgemeester en wethouders de betrokken uitvoerende partij(en).

Artikel 5. Tijdelijke graafrust na eerdere ingrijpende werkzaamheden

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen gedurende een periode van maximaal 12 maanden na eerdere ingrijpende werkzaamheden graafrust op een bepaalde locatie instellen, indien dit naar hun oordeel noodzakelijk is vanwege eerdere overlast/omzetderving na graafwerkzaamheden. Wanneer er ergens een tijdelijke graafrust van kracht is, is het verboden om niet-spoedeisende werkzaamheden uit te voeren.

  • 2.

    Indien gewenst kan de geldigheidsduur van het instemmingsbesluit worden verlengd met de periode dat een tijdelijke graafrust is ingesteld. Dit wordt opgenomen in de voorschriften bij het instemmingsbesluit.

Artikel 6. Aanvraag instemmingsbesluit

  • 1.

    Voor de aanvraag van een instemmingsbesluit wordt gebruik gemaakt van een daartoe door burgemeester en wethouders vastgesteld (digitaal) formulier of registratiesysteem.

  • 2.

    Bij de aanvraag worden in ieder geval de volgende gegevens verstrekt;

    • a.

      naam-, adres- en woonplaatsgegevens van de netbeheerder;

    • b.

      als het een aanvraag betreft voor het verrichten van werkzaamheden voor of namens een netbeheerder de naam-, adres- en woonplaatsgegeven van de gemachtigde en een schriftelijke machtiging bij de eerste aanvraag van enig kalenderjaar;

    • c.

      een opgave van het aantal, de soort, de aard en het beoogde gebruik van de kabels en/of leidingen, hieronder begrepen de onder- en bovengrondse objecten genoemd bij artikel 1 onder o;

    • d.

      vereiste vergunning(en), ontheffing(en) of toestemming(en) op grond van overige wetgeving, alsmede informatie over de afstemming met andere gedoogplichtigen;

    • e.

      een (bij voorkeur digitale) GBKN tekening (DWG- of PDF-formaat) met legenda en eenduidige en volledige maatvoering (RD-coördinaten) met daarop aangegeven:

      • een opgave van het gewenste tracé;

      • een opgave van de tijdelijke en permanente voorzieningen;

      • een omschrijving van de opbrekingen van de verharding(en).

    • f.

      overtuigende gegevens en inzicht omtrent de uitvoerbaarheid van de voorgenomen werkzaamheden binnen de beschikbare ruimte, waaruit ook blijkt dat de bereikbaarheid van de overige kabels en/of leidingen blijft gewaarborgd;

    • g.

      de tracélengte en de lengte en breedte van de te graven sleuf, alsmede de aard van de sleufbedekking;

    • h.

      de voorgenomen datum van aanvang en beëindiging van de werkzaamheden;

    • i.

      een opgave van het aantal kabels en/of leidingen dat direct in gebruik wordt genomen en het aantal kabels en/of leidingen dat niet direct in gebruik wordt genomen.

  • 3.

    Als de aanvraag betrekking heeft op een elektronisch communicatienetwerk geldt deze als melding in de zin van artikel 5.4, eerste lid, onder a van de Telecommunicatiewet.

  • 4.

    Pas als de gegevens compleet zijn is er sprake van een volledige aanvraag, waarvoor de beslistermijn van artikel 9 geldt.

Artikel 7. Voorschriften bij instemmingsbesluit

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen in het instemmingsbesluit voorschriften opnemen in het belang van:

    • a.

      de openbare orde;

    • b.

      veiligheid, waaronder verkeersveiligheid;

    • c.

      het voorkomen of beperken van overlast, waaronder het afstemmen met andere werkzaamheden, een goede doorstroming van het verkeer en de bescherming van groenvoorzieningen, bomen, beplantingen en het uiterlijk aanzien van de omgeving;

    • d.

      de bereikbaarheid van gronden of gebouwen, waaronder het veilig en doelmatig gebruik, beheer, en onderhoud van openbare gronden en gebouwen en het belang van evenementen;

    • e.

      de ondergrondse ordening, waaronder het beschermen van reeds in de grond aanwezige werken en eventuele in de grond aanwezige objecten zoals archeologische vondsten.

  • 2.

    De voorschriften kunnen slechts betrekking hebben op:

    • a.

      het tijdstip, de plaats en wijze van uitvoering van werkzaamheden;

    • b.

      het bevorderen van medegebruik van voorzieningen die door derden of de gemeente Ede tegen marktconforme kosten ter beschikking worden gesteld;

    • c.

      afstemming met betrekking tot overige in de grond aanwezige werken, alsook de afmetingen en uitvoering van de onder- en bovengrondse objecten genoemd in artikel 1 onder o.

  • 3.

    De aanvrager informeert belanghebbenden ter plaatse van de werkzaamheden schriftelijk over de aanvang, duur, aard en plaats daarvan.

  • 4.

    Het is verplicht na het einde van de werkzaamheden de grond, eventuele verhardingen en beplanting terug te brengen in de oude staat, tenzij burgemeester en wethouders vooraf kenbaar hebben gemaakt hier (gedeeltelijk) zelf zorg voor te willen dragen.

Artikel 8. (Mede)gebruik van voorzieningen

  • 1.

    Op verzoek van burgemeester en wethouders wordt bij de werkzaamheden zoveel mogelijk (mede)gebruik gemaakt van bestaande, hetzij door overige netbeheerders dan wel door of in opdracht van burgemeester en wethouders aangelegde, voorzieningen indien dit technisch en economisch haalbaar is en medegebruik geen belemmering vormt voor de veiligheid, toegankelijkheid en leveringszekerheid.

  • 2.

    In een vooroverleg wordt mede bepaald of en, zo ja, langs welke delen van het tracé gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als bedoeld in het eerste lid.

Artikel 9. Termijnen

  • 1.

    Een beslissing op een aanvraag voor een instemmingsbesluit wordt genomen uiterlijk acht weken na de dag van ontvangst van de volledige aanvraag.

  • 2.

    In het geval dat de benodigde gegevens vermeld in artikel 6 niet volledig zijn, vangt de beslistermijn pas aan nadat alle benodigde gegevens zijn ingediend.

  • 3.

    Indien een beschikking niet binnen acht weken kan worden gegeven, delen burgemeester en wethouders dit aan de aanvrager mede en noemen daarbij een zo kort mogelijke termijn waarbinnen de beschikking wel tegemoet kan worden gezien.

  • 4.

    Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van toepassing.

Artikel 10. Indieningsvereisten melding graafwerkzaamheden

  • 1.

    Vijf werkdagen vooraf aan de aanvang van de werkzaamheden dient hiervan een melding te worden gedaan bij burgemeester en wethouders. Ook spoedeisende werkzaamheden dienen voorafgaand aan de aanvang van de werkzaamheden gemeld te worden bij burgemeester en wethouders of bij een daartoe door hen gemachtigde ambtenaar. Alleen als een melding vooraf niet mogelijk is, moet de melding uiterlijk binnen een werkdag na de aanvang van de uitvoering gemotiveerd worden gedaan.

  • 2.

    Voor de melding van de aanvang van de werkzaamheden wordt gebruik gemaakt van een door burgemeester en wethouders (digitaal) vastgesteld formulier of registratiesysteem.

  • 3.

    De aanvrager verstrekt in ieder geval de volgende gegevens:

    • a)

      naam-, adres- en woonplaatsgegevens van de netbeheerder;

    • b)

      als het een aanvraag betreft voor het verrichten van werkzaamheden voor of namens een netbeheerder de naam-, adres- en woonplaatsgegeven van de gemachtigde en een schriftelijke machtiging bij de eerste aanvraag van enig kalenderjaar;

    • c)

      de uitvoerende partij, het adres van de graaflocatie(s), inclusief een situatieschets;

    • d)

      de lengte en breedte van de sleuf of montagegat(en), alsmede de aard van de sleufbedekking die wordt opengebroken;

    • e)

      de daadwerkelijke startdatum van de werkzaamheden.

Artikel 11. Het nemen van maatregelen en nadeelcompensatie

  • 1.

    De netbeheerder is verplicht op aanwijzing van burgemeester en wethouders over te gaan tot het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen, ten aanzien van kabels en/of leidingen ten dienste van zijn netwerk.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders stellen een nadere regel vast voor het toekennen van nadeelcompensatie in verband met het vorige lid.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders en de netbeheerder beperken bij het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen, ten aanzien van kabels en/of leidingen elkaars schade zo veel mogelijk.

  • 4.

    Het bepaalde in dit artikel geldt niet indien hierin reeds is voorzien in (privaatrechtelijke) schriftelijke afspraken tussen partijen.

Artikel 12. Overleg

  • 1.

    Burgemeester en wethouders organiseren periodiek een overleg, waarvoor in elk geval de bij de gemeente Ede bekende netbeheerders en andere betrokken partijen of belanghebbenden worden uitgenodigd.

  • 2.

    In dit overleg worden de plannen van de gemeente Ede en van de diverse netbeheerders en andere betrokken partijen of belanghebbenden besproken en eventueel afgestemd in het kader van de bepalingen van deze verordening.

Artikel 13. Niet-openbare kabels en/of leidingen

  • 1.

    Bij werkzaamheden aan niet-openbare kabels en/of leidingen is het bepaalde in deze verordening van overeenkomstige toepassing. Het betreft kabels en/of leidingen, dan wel het netwerk waartoe deze behoren, die niet gebruikt worden om openbare, zijnde voor het publiek beschikbare, diensten aan te bieden.

  • 2.

    Het eerste lid houdt geen gedoogplicht in voor de gemeente Ede met betrekking tot niet-openbare kabels en/of leidingen.

Artikel 14. Informatieplicht bestaande kabels en/of leidingen

  • 1.

    De netbeheerder stelt burgemeester en wethouders onverwijld en schriftelijk in kennis van het in of uit gebruik nemen van een kabel en/of leiding dan wel dat een kabel en/of leiding niet langer ten dienste staat van een netwerk in of op openbare gronden. Burgemeester en wethouders kunnen hiervoor een overzicht van alle (niet) in gebruik zijnde kabels en/of leidingen verlangen.

  • 2.

    De netbeheerder stellen burgemeester en wethouders in kennis van het feit dat het eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel of leiding verandert.

Artikel 15. Nadere regels

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen ter uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen in een Handboek kabels en leidingen.

  • 2.

    Deze nadere regels hebben in ieder geval betrekking op:

    • a.

      openbare orde en veiligheid;

    • b.

      het tijdstip, de plaats en de wijze van uitvoering van werkzaamheden;

    • c.

      het bevorderen van het medegebruik van voorzieningen;

    • d.

      ondergrondse ordening, planning en coördinatie van werkzaamheden;

    • e.

      de te verstrekken gegevens alsmede over de wijze waarop die dienen te worden verstrekt;

    • f.

      de regeling van graafschade, herstel-, beheer- en degeneratiekosten.

Artikel 16. Toezicht

  • 1.

    Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit van burgemeester en wethouders aangewezen personen.

  • 2.

    In voorkomende gevallen kan het werk stil worden gelegd indien er sprake is van gevaarlijke (verkeers)situaties, bij onvoldoende of ontbrekende afzettingen of wanneer er zonder instemmingsbesluit dan wel in strijd met het bepaalde in het instemmingsbesluit en de daaraan verbonden voorschriften wordt gewerkt. Hetzelfde geldt voor situaties waarbij er gewerkt wordt tijdens een breekverbod of een periode van tijdelijke graafrust.

Artikel 17. Inwerkingtreding en intrekking oude verordening; overgangsrecht

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de achtste dag na die van bekendmaking.

  • 2.

    De Algemene verordening ondergrondse infrastructuren gemeente Ede 2015 wordt ingetrokken.

  • 3.

    Besluiten, genomen krachtens de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren gemeente Ede 2015, die golden op het moment van de inwerkingtreding van deze verordening en waarvoor deze verordening overeenkomstige besluiten kent, gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.

Artikel 18. Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: Algemene verordening onder- en bovengrondse infrastructuren Ede 2020.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 24 september 2020, zaaknummer 164808,

De raad voornoemd,

dr. G.H. Hagelstein

de griffier,

mr. L.J. Verhulst

de voorzitter.

Toelichting

Niet alle (sub)artikelen worden automatisch van een toelichting voorzien. Er wordt slechts een toelichting gegeven indien een nadere uitleg noodzakelijk wordt geacht.

Algemeen

Het doel van deze toelichting is om informatie, aanvulling en nadere uitleg te verstrekken met betrekking tot de Algemene verordening onder- en bovengrondse infrastructuren (hierna: AVOBI), zowel voor gebruik binnen de gemeente als voor de netbeheerders.

De AVOBI heeft als doel de regie en coördinatie uniform te regelen met betrekking tot alle werkzaamheden die nodig zijn voor de aanleg, instandhouding en opruiming van alle kabels en/of leidingen in openbare gronden binnen de gemeentegrenzen. De AVOBI reguleert de werkzaamheden in de openbare ruimte, waarbij onder andere de (weg)verharding, maar ook bermen en andere groenvoorzieningen worden opgebroken. Maar ook wanneer er bovengrondse (regel- of ondersteunings)objecten dienen te worden geplaatst. Denk hierbij aan straatkasten, transformatorhuisjes e.a. De AVOBI is daarbij gericht op minimalisatie van overlast en maatschappelijke kosten ten gevolge van werkzaamheden in de openbare ruimte. Door proactieve regie, meer grip en sturing op werkzaamheden, het waarborgen van bereikbaarheid, leefbaarheid, veiligheid en communicatie tijdens werkzaamheden; uniforme regels en sanctiemogelijkheden en een efficiënt gebruik van de openbare ruimte.

Volgens de AVOBI wordt iedere aanvraag van elke netbeheerder eenduidig behandeld. Het verschil in wettelijke grondslag voor de diverse kabel- en leidingeigenaren (Telecommunicatiewet e.a.) is geen reden om de aanvragen verschillend te behandelen. Immers, in de praktijk gaat het om dezelfde werkzaamheden. Desalniettemin kiest Ede ervoor om op korte termijn naast de AVOBI ook een aparte Telecommunicatieverordening in het leven te roepen. Daarin staan enkele aanscherpingen/afwijkingen ten opzichte van de AVOBI. In het bijzonder ten aanzien van berekening van de graafschades. En het voordeel is dat wanneer deze verordening op enig moment opgaat in het omgevingsplan, dat dan de in de Telecommunicatiewet voorgeschreven Telecommunicatieverordening er al is.

Belangrijk uitgangspunt binnen de AVOBI is, dat werkzaamheden alleen in en op de openbare ondergrond mogen worden uitgevoerd na voorafgaande instemming van de gemeente. Voor de aanvraag van een instemmingsbesluit zijn aan de gemeente leges verschuldigd, aangezien de instemming als een dienst van de gemeente aan de netbeheerder is te beschouwen. Leges kunnen ook worden geheven voor de melding van werkzaamheden. Denk bijvoorbeeld aan meldingen in het kader van in en uit gebruik nemen van kabels of spoedeisende werkzaamheden. Aangezien in bedoelde gevallen in de praktijk ook een dienst door de gemeente wordt geleverd, maar een lichtere procedure geldt, zal dit invloed hebben op de hoogte van de legestarieven. Dit leidt op dit punt tot minder leges voor de netbeheerder.

Via nadere regels (bijvoorbeeld het Handboek kabels en leidingen en de Nadeelcompensatieregeling) kunnen aanvullende voorwaarden, eisen en regels voor de werkzaamheden van de netbeheerder door burgemeester en wethouders worden gesteld. Ook vergoeding van degeneratiekosten, beheer en schadeherstel e.a. worden in de nadere regels gereguleerd.

 

Kaders voor de gemeentelijke bevoegdheden en rollen

De gemeentelijke bevoegdheden vloeien voort uit de Gemeentewet, de Belemmeringenwet privaatrecht, de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), de Algemene plaatselijke verordening (APV), de Wet informatie-uitwisseling bovengrondse en ondergrondse netten en netwerken (hierna: WIBON), de Telecommunicatiewet en uit contractuele afspraken met netbeheerders. De gemeente is in vele rollen betrokken bij werkzaamheden in de openbare ruimte, onder andere als grondeigenaar, ruimtelijk planner, aanlegger van infrastructuur, verkeersregelaar, bodembeschermer, enzovoorts.

In het belang van de gemeente, burgers, bedrijven en netbeheerders moet een zorgvuldig, uniform en integraal beleid gevoerd worden bij voorbereiding, uitvoering en nazorg van werkzaamheden in openbare gronden. De gemeente heeft hierin een coördinerende rol voor een goed verloop van het integrale proces met betrekking tot de werkzaamheden van alle netbeheerders. Mede doordat de fysieke ondergrond vol raakt met een groot aantal kabels en leidingen, is goede afstemming van werkzaamheden en belangen noodzakelijk. De coördinerende rol van de gemeente is bijvoorbeeld terug te vinden in de artikelen 4, 5, 7 en 8 van de AVOBI.

Ondanks de verschillende uitgangsposities van partijen wordt door de gemeente efficiëntie, harmonisering en uniformering van de uitvoering van werkzaamheden nagestreefd. Het opbreken van de openbare ruimte dient tot zo min mogelijk overlast te leiden, met waarborging van veiligheid en bereikbaarheid en voorkoming van verstoring van openbare orde en ondergrondse ordening. Ten aanzien van het ontwerp, voorbereiding, uitvoering en beheer van de werkzaamheden dient voldaan te worden aan de uniforme (uitvoerings-)eisen die door de gemeente zijn vastgelegd in het Handboek kabels en leidingen. Voor de te hanteren tarieven voor onder andere herstel-, beheer- en degeneratiekosten kunnen burgemeester en wethouders tevens nadere regels vaststellen.

 

Artikel 1. BEGRIPSBEPALINGEN

Breekverbod

In de verordening zijn bepalingen over het breekverbod opgenomen die burgemeester en wethouders de bevoegdheid geven een verbod op te leggen tot uitvoering van werkzaamheden bij extreme weersomstandigheden (bijvoorbeeld wateroverlast, zware sneeuwval of ijzel, strenge vorst) of tijdens evenementen en/of feest- en gedenkdagen. Dat wil zeggen dat er niet in de grond gegraven mag worden zolang het breekverbod geldt.

 

Gedoogplichtige

De gemeente is voornamelijk betrokken in haar rol als beheerder van de openbare gronden. In deze hoedanigheid is de gemeente in het kader van de Telecommunicatiewet gedoogplichtige als het gaat om openbare elektronische communicatienetwerken. Het begrip gedoogplichtige ziet in deze verordening ook op de gemeente indien zij gedoogplichtig is krachtens de Belemmeringenwet privaatrecht dan wel anderszins leidingen (impliciet) moet gedogen. Te denken valt aan privaatrechtelijke afspraken tussen gemeente en een kabel- en/of leidingeigenaar of indien voor deze kabel- en/of leidingeigenaar een aansluitplicht geldt. Gedoogplichtigen moeten de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen toestaan in en op hun gronden. Onder instandhouding van de kabels en/of leidingen wordt verstaan het hebben, houden en onderhouden van de kabels en/of leidingen en de daarmee verbonden bovengrondse objecten. Het gaat daarbij dus niet alleen om het verrichten van onderhouds- en exploitatiewerkzaamheden. Ook het enkel hebben en houden van de kabels en/of leidingen, zonder dat daaraan werkzaamheden worden verricht, geldt als instandhouding.

 

Instemmingsbesluit

Werkzaamheden als bedoeld in deze verordening moeten vooraf (digitaal) gemeld worden, waarbij

onderscheid wordt gemaakt tussen:

  • werkzaamheden;

  • werkzaamheden van niet ingrijpende aard;

  • spoedeisende werkzaamheden ten gevolge van een ernstige belemmering of storing.

Voor de werkzaamheden geldt dat pas gestart mag worden met die werkzaamheden als op basis van een aanvraag een instemmingsbesluit is verleend. De gemeente hanteert een doorlooptijd van acht weken voor het nemen van een besluit op aanvragen voor werkzaamheden.

Voor spoedeisende werkzaamheden kan het zijn dat (digitaal) melden vooraf onmogelijk is. Bijvoorbeeld bij een kapot gesprongen waterleiding. Alleen in dergelijke uitzonderingsgevallen is het toegestaan het werk achteraf te melden en goedkeuring volgt dan ook achteraf. Indien blijkt dat de uitgevoerde werkzaamheden omvangrijk zijn geweest of bijvoorbeeld een waterweg hebben gekruist, dient alsnog een instemmingsbesluit te worden aangevraagd volgens de gebruikelijke procedure. Zo kan de gemeente alsnog de aan haar verstrekte relevante informatie verwerken.

 

Kabels en/of leidingen

Kabels en/of leidingen zijn onderdeel van een openbaar netwerk, daaronder ook begrepen de daarmee verbonden bovengrondse transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations, alsmede de ondergrondse distributie- en/of mutatiepunten. Voorbeelden van kabels en leidingen zijn telecommunicatie- en televisiekabels, elektriciteitskabels (koppel-, transport- en distributiekabels), gasleidingen, waterleidingen en leidingen ten behoeve van stadsverwarming (transport-, distributie- en dienstleidingen) en kabels en leidingen voor industriële netwerken. Voorbeelden van distributie- of mutatiepunten zijn handholes, afsluiters, brandkranen, lassen, enzovoort. Het begrip kabels en/of leidingen omvat ook lege buizen, ondergrondse ondersteuningswerken (zoals mantelbuizen, kabelgoten, duikers) en beschermingswerken. Met lege buizen worden bedoeld de werken die worden aangelegd met het oogmerk deel uit te gaan maken van een netwerk en ook buizen die worden aangelegd als een voorziening voor medegebruik.

Het gaat om kabels en/of leidingen die onderdeel uitmaken van openbare netwerken, dus niet om verbindingen die liggen binnen de installatie c.q. het domein van een (eind)gebruiker (producent of een afnemer), of uit gebruik genomen kabels en/of leidingen.

 

Marktconforme kosten

De gemeente streeft ernaar om het medegebruik van bestaande voorzieningen (van de gemeente zelf of van andere betrokken partijen) te stimuleren. Partijen kunnen worden verplicht daarvan gebruik te maken, op voorwaarde dat de te betalen vergoeding marktconform is. Hierbij is aansluiting gezocht bij de definitie zoals die in de Telecommunicatiewet wordt gebruikt.

 

Netbeheerder

Netbeheerders zijn de beheerders van (niet-)openbare netwerken bestemd voor het transport van water, energie en informatie. Dat zijn dus ook de aanbieders van (niet-)openbare elektronische communicatienetwerken. Vaak zal de netbeheerder in het geval van voorgenomen werkzaamheden de rol van opdrachtgever op zich nemen.

 

Netwerk

De omschrijving maakt met name duidelijk dat het gaat om het geheel van kabels of leidingen die bestemd zijn voor transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie, bijvoorbeeld de distributie- en transportnetten voor energie (gas, water, elektriciteit) en de (openbare) elektronische communicatienetwerken (zoals geregeld in en krachtens de Telecommunicatiewet, artikel 1.1).

 

Openbare gronden

Hiertoe worden, conform het in de begripsbepalingen genoemde wetsartikel, gerekend de openbare wegen inclusief trottoirs/voetpaden, glooiingen, bermen, sloten, bruggen, viaducten, duikers, tunnels, beschoeiingen en andere werken, evenals wateren inclusief bruggen, plantsoenen, pleinen en andere plaatsen die voor eenieder toegankelijk zijn (ook wel openbare ruimte genoemd).

 

Spoedeisende werkzaamheden

Hiervoor geldt een lichter procedureel regime in de vorm van een melding. De netbeheerder moet duidelijk maken dat dit werk redelijkerwijs geen uitstel kan dulden op grond van de aangegeven belangen.

 

Werkzaamheden

(Graaf)werkzaamheden in de openbare grond, inclusief het opbreken en herstel van de sleufverharding en sleufloze technieken in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en/of leidingen. Onder instandhouding in de zin van deze verordening wordt mede begrepen het nemen van maatregelen, waaronder verplaatsen van de kabels en/of leidingen zoals bedoeld in artikel 11 van de AVOBI en in de Telecommunicatiewet. Onder sleufloze technieken wordt verstaan het maken van een holle ruimte in de grond, met behulp van een (gestuurde) boring of persing, zonder daarbij de omringende grondslag te verwijderen. De regels van de AVOBI hebben betrekking op mechanische werkzaamheden en handmatige werkzaamheden. Deze laatste zijn vooral van toepassing op werken nabij bomen en andere groenvoorzieningen en bij spoedeisende werkzaamheden of niet ingrijpende werkzaamheden. De AVOBI ziet voorts op werkzaamheden in verband met het bevorderen van medegebruik van voorzieningen, zoals mantelbuizen, kabelgoten of geleidingen.

 

Werkzaamheden van niet ingrijpende aard

Het onderscheid tussen werkzaamheden van al dan niet ingrijpende aard vloeit voort uit artikel 5.4, vijfde lid, van de Telecommunicatiewet. De definitie geeft op hoofdlijnen aan voor welke situaties deze lichtere procedure van toepassing kan zijn. Vaak gaat het om werkzaamheden aan reeds bestaande kabels en/of leidingen en betreft het een beperkte lengte of oppervlakte die niet of nauwelijks het normale gebruik van de openbare gronden beperkt. Daarbij wordt ook mede in de beoordeling betrokken of er rijbanen en andere verhardingen, wateren of groenvoorzieningen volledig gekruist worden of dat boringen noodzakelijk zijn. Bij werkzaamheden van niet ingrijpende aard is eveneens sprake van minder werk aan de zijde van de gemeente bij de instemming en bij de controle. Daarom wordt hiervoor een apart (lager) tarief gerekend in de Legesverordening.

Een aansluiting is het gedeelte van de kabel en/of leiding dat een netwerk verbindt met een fysiek punt waarop een klant de toegang tot een openbaar netwerk wordt geboden. Een fysiek punt is bijvoorbeeld een netwerkaansluitpunt, gasmeter, watermeter of ISRA-punt. Dit betekent dat onder andere huisaansluitingen, zoals bedoeld in de WIBON, aansluitingen voor bedrijfspanden of windmolens hier ook onder vallen.

Onder deze werkzaamheden vallen ook:

  • het aanbrengen of verwijderen van kabels en/of leidingen in reeds aangebrachte voorzieningen, zoals buizen ten behoeve van glasvezelkabels (bijvoorbeeld HDPE-buizen) en mantelbuizen; het maken van maximaal twee opbrekingen met elk een afmeting van maximaal 2 m²; en

  • het aanbrengen van bovengrondse objecten, waarvoor geen recht van opstal zal worden aangeboden, zoals straatkasten.

  • Een opbreking kan zijn het maken van een montagegat c.q. lasgat ten behoeve van de toegang tot een distributie- of mutatiepunt, het plaatsen van afsluiters, het opgraven van een kabelrol ten behoeve van aansluitingen, het herstellen van kabel- c.q. leidingstoringen of voor inspectiedoeleinden. Het maken van twee montagegaten c.q. lasgaten tegelijkertijd kan onder andere aan de orde zijn bij het inblazen van glasvezelkabels in bestaande HDPE-buizen.

 

Overige begripsbepalingen

Behoeven geen nadere toelichting.

 

Artikel 2. TOEPASSELIJKHEID

Deze AVOBI geldt voor netbeheerders en hun eventuele rechtsopvolger(s). Sommige bepalingen in de AVOBI, waaronder begrepen artikel 11, gelden niet indien en voor zover hierin reeds is voorzien in de Telecommunicatiewet. Vooralsnog is er geen vergelijkbare wettelijke regeling voor andere kabels en leidingen, zoals elektriciteitskabels en waterleidingen. Regels en afspraken met betrekking tot deze netbeheerders werden voorheen steeds opgenomen in de APV of privaatrechtelijke overeenkomsten. Met deze verordening wordt voorzien in, zoveel mogelijk uniforme, regelgeving voor alle netbeheerders die binnen de gemeente werken.

 

Artikel 3. INSTEMMINGSVEREISTE

Uitgangspunt is dat werkzaamheden in de openbare ruimte verboden zijn, tenzij men beschikt over een instemmingsbesluit. Dit betreft een in de Telecommunicatiewet neergelegde verplichting en is op grond van de AVOBI van toepassing op de werkzaamheden van álle netbeheerders. Daarmee wordt ook voorzien in de toestemming of vergunning die andere kabel- en leidingeigenaren voorheen dienden te hebben voor voorgenomen werkzaamheden in gemeentegrond. Conform het bepaalde in de Telecommunicatiewet geldt dat die instemming betrekking heeft op de plaats, het tijdstip en de wijze van uitvoering van de werkzaamheden.

In dit artikel wordt voor de instemmingsprocedure onderscheid gemaakt tussen werkzaamheden, werkzaamheden van niet ingrijpende aard en spoedeisende werkzaamheden. Niet ingrijpende werkzaamheden zijn werkzaamheden waarvoor gedurende niet meer dan een korte tijd in een beperkt gedeelte van het netwerk werkzaamheden worden verricht en waarvan de impact voor de omgeving relatief beperkt en kortstondig is. Er wordt als norm een in de AVOBI bepaalde lengte van de kabels en/of leidingen gehanteerd en daarbij mogen geen verhardingen of groenvoorzieningen worden gekruist.

Bij spoedeisende werkzaamheden kan het voorkomen dat, juist vanwege de urgentie, (digitaal) melden vooraf onmogelijk is. De uitzonderingsbepaling voor spoedeisende werkzaamheden geldt niet als werkzaamheden moeten worden verricht in gebieden die door de raad op een vooraf bekend gemaakte kaart zijn aangegeven. Dit betekent dat in gebieden die op deze kaart staan geen spoedeisende werkzaamheden uitgevoerd mogen worden zonder voorafgaand instemmingsbesluit.

Voorbeelden van dergelijke gebieden die op de kaart kunnen staan zijn:

  • Risicogebieden als industriegebieden met buisleidingen voor transport met gevaarlijke stoffen;

  • Historische stadskernen of historische straten of natuurgebieden;

  • Toegangswegen van en naar gebouwen van hulpdiensten, brandweerkazernes, politie, en gemeentelijke gebouwen. De gemeente kan voor toegangswegen naar zulke gebouwen de doorgang altijd vereisen.

In bovenstaande gevallen is het niet aanvaardbaar dat zonder specifiek toezicht van de gemeente wordt gegraven. Vaststelling van deze gebieden kan ook plaatsvinden na vaststellen van de AVOBI.

Voor werkzaamheden rond de kabels en/of leidingen van de gemeente zelf, zoals de riolering, is om praktische redenen de verordening (en de daarin opgenomen verboden) niet van toepassing. Om redenen van effectiviteit en kwaliteit is het wel zeer wenselijk dat waar mogelijk binnen de gemeente afspraken en procedures worden gemaakt om de doelen van deze verordening ook intern zoveel mogelijk na te leven.

 

ARTIKEL 4. BREEKVERBOD

Ondanks het feit dat er een instemmingsbesluit of een goedkeuring op een melding voor de werkzaamheden is verstrekt, zijn burgemeester en wethouders bevoegd een breekverbod in te stellen tijdens door de gemeente vergunde evenementen, of als er naar haar oordeel sprake is van extreme weersomstandigheden. Een afweging die hierbij gemaakt wordt is de kans op schade en de omvang hiervan aan de openbare gronden als er gegraven wordt. Het breekverbod wordt op de dag dat dit ingaat, gecommuniceerd naar de betrokken uitvoerende partijen. In ieder geval één dag voor het beëindigen van het breekverbod wordt dit meegedeeld aan de betrokken uitvoerende partijen.

Gedurende het breekverbod mogen er op geen enkele wijze werkzaamheden plaatsvinden in de openbare grond en/of bestrating. Alleen in het geval van spoedeisende werkzaamheden is het breekverbod niet van toepassing. Een nadere omschrijving van het breekverbod is opgenomen in het Handboek kabels en leidingen. De geldigheidsduur van het instemmingsbesluit en/of goedgekeurde melding wordt automatisch verlengd met de periode van het breekverbod.

 

ARTIKEL 5. TIJDELIJKE GRAAFRUST NA EERDERE WERKZAAMHEDEN

Wanneer op een bepaalde locatie, waarvoor een instemmingsaanvraag voor nieuwe graafwerkzaamheden wordt ingediend, recent werkzaamheden hebben plaatsgevonden die tot een aanzienlijke overlast en omzetderving hebben geleid, dan kan het college bepalen dat daar tijdelijk geen graafactiviteiten mogen plaatsvinden. Voor de periode van graafrust is aansluiting gezocht bij de Telecommunicatiewet. Hierin is bepaald dat het tijdstip van de werkzaamheden, behoudens zwaarwichtige redenen van publiek belang, niet later mag liggen dan 12 maanden na de datum van afgifte van het instemmingsbesluit. Indien gewenst kan ondanks het voorgaande de geldigheidsperiode van het instemmingsbesluit met maximaal de periode van de tijdelijke graafrust (extra) worden verlengd.

 

ARTIKEL 6. AANVRAAG INSTEMMINGSBESLUIT

In dit artikel is verduidelijkt op welke wijze een aanvraag moet worden gedaan en welke gegevens daarbij verstrekt moeten worden. Het betreft informatie die de gemeente als beheerder van de openbare gronden nodig heeft om een juiste beoordeling te maken en inzicht te krijgen in de belangen die door de voorgenomen werkzaamheden worden geraakt. Zo dienen in het geval dat een netbeheerder opdracht geeft om de werkzaamheden te laten verrichten en daartoe een externe uitvoerder machtigt, behalve de gegevens van de externe partij ook die van de netbeheerder te worden verstrekt.

De aanvraag moet digitaal gebeuren door middel van het door burgemeester en wethouders gehanteerde registratiesysteem. Voor aanvragen voor werkzaamheden van niet ingrijpende aard behoeft slechts een beperkt aantal gegevens verstrekt te worden. Voor reguliere aanvragen dienen meer gegevens verstrekt te worden. Burgemeester en wethouders kunnen besluiten de aanvraag niet in behandeling te nemen in overeenstemming met het bepaalde in artikel 4:5 lid 1 Awb.

Het waarborgen van de blijvende bereikbaarheid van de kabels en/of leidingen kan bijvoorbeeld worden aangetoond door een opgave van de doorsnede van de kabel- en/of leidingsleuf of -goot waarin het ruimtebeslag van de aanwezige en de aan te brengen kabels en/of leidingen gezamenlijk is aangegeven. Indien de aanleg van kabels en/of leidingen (mogelijk) hinderlijke ligging teweeg zal brengen moet aan de gemeente overlegd worden wat de uitkomst is van overleg met andere netbeheerders en welke afspraken inzake de hinderlijke ligging er zijn gemaakt tussen netbeheerders. Indien het beoogde tracé geen ruimte biedt voor de aanleg van nieuwe kabels en/of leidingen dient een alternatief tracé te worden gekozen. Daarbij geldt dat de ruimte feitelijk ook beperkt kan zijn vanwege bomen of andere bovengrondse inrichtingselementen.

Op grond van de Wet informatie-uitwisseling boven- en ondergrondse netten (WIBON) is er een elektronisch informatiesysteem waarmee informatie tussen beheerders enerzijds en opdrachtgevers, grondroerders en bestuursorganen anderzijds wordt uitgewisseld. De netbeheerders zijn verplicht, conform WIBON, om hun kabels en/of leidingen zodanig registreren, dat steeds inzicht daarin kan worden verkregen.

In dit artikel wordt tevens beschreven dat de voorgenomen werkzaamheden ook mede betrekking kunnen hebben op openbare gronden van andere gedoogplichtigen of grondeigenaren dan de gemeente. Zonder schriftelijke vergunningen of toestemmingen van de aanliggende grondeigenaren, kan de gemeente geen instemming verlening voor de werkzaamheden op haar openbare grond. Pas als die verkregen zijn, zal de gemeente de instemmingsaanvraag afhandelen. Op deze wijze heeft de gemeente hierin een coördinerende rol om afstemming te bevorderen.

Het is belangrijk dat aanvragers zelf bij het aanvragen van een instemmingsbesluit rekening houden met een eventueel vergunningstraject waarop de aanvraag voor het instemmingsbesluit betrekking heeft. Dit kan onnodige vertraging voorkomen bij het afgeven van het instemmingsbesluit omdat het verlenen van een benodigde vergunning eerst afgewacht dient te worden voordat er instemming kan worden verleend.

Er is samenhang tussen de WIBON en de AVOBI van de gemeente. De WIBON heeft betrekking op het voorkomen van graafschade via een plicht tot zorgvuldig graven én een plicht tot zorgvuldige en tijdige informatie-uitwisseling. De WIBON bepaalt dat het onverlet laat dat de gemeente in het belang van openbare orde en veiligheid bij verordening voorschriften kan geven over werkzaamheden, waaronder het (ver)binden van graafwerkzaamheden aan het hebben van een vergunning (in de zin van deze verordening een instemmingsbesluit).

 

Artikel 7. VOORSCHRIFTEN BIJ INSTEMMINGSBESLUIT

Op grond van de AVOBI gelden er verplichtingen voor degene die werkzaamheden gaan verrichten. Daarnaast kunnen burgemeester en wethouders aan het instemmingsbesluit aanvullende voorschriften verbinden. In de verordening is geregeld onder welke voorwaarden dit kan en welke soorten voorschriften dit zijn. De voorschriften hebben vooral te maken met de wijze van uitvoering en zijn gericht op de (deels wettelijk vastgelegde) belangen die de gemeente geacht wordt te behartigen. Daarnaast kunnen door burgemeester en wethouders lokaal geldende regels van toepassing worden verklaard als die er ten aanzien van de aanleg van kabels en/of leidingen zijn.

In het kader van de ondergrondse ordening kan gedacht worden aan bescherming van reeds in de grond aanwezige werken van bijvoorbeeld de riolering en de levering of het transport van elektronische informatie, gas, water en elektriciteit. Bescherming van deze werken betekent onder meer het niet in gevaar brengen of zonder noodzaak bemoeilijken van deze werken. Voorts kan dit (indirect) met zich meebrengen dat deze werken zo min mogelijk worden gehinderd in hun ligging.

Dit artikel benadrukt dat alle belanghebbenden worden geïnformeerd. Hieronder vallen onder andere bewoners van percelen langs het tracé, maar ook de bedrijfsmatige gebruikers, winkeliers en gebruikers van kantoorpanden.

Als burgemeester en wethouders vooraf hebben aangegeven zelf zorg te dragen voor het in oude staat terugbrengen van verhardingen en beplanting dient de netbeheerder de marktconforme kosten daarvan aan de gemeente te vergoeden.

 

Artikel 8. (MEDE)GEBRUIK VAN VOORZIENINGEN

Dit artikel heeft als doel om medegebruik zoveel als mogelijk te bevorderen. Op verzoek van burgemeester en wethouders dient zoveel mogelijk gebruik gemaakt te worden van reeds aanwezige voorzieningen, mits deze tegen een marktconforme prijs worden aangeboden. Het doel hiervan is te voorkomen dat onnodig gegraven wordt in gemeentegrond en dat er zo effectief mogelijk gebruik wordt gemaakt van de openbare ruimte bijvoorbeeld door middel van het delen van voorzieningen. Voorzieningen zijn bijvoorbeeld kabelgoten en geleidingen.

 

Artikel 9. TERMIJNEN

De beslistermijn van burgemeester en wethouders is maximaal acht weken en is afgeleid uit de Telecommunicatiewet en de Awb. Indien een instemmingsbesluit niet binnen de bij wettelijk voorschrift bepaalde termijn kan worden genomen, delen burgemeester en wethouders dit op grond van de Telecommunicatiewet en de Awb aan de aanvrager mede, en noemen daarbij een zo kort mogelijke termijn waarbinnen het instemmingsbesluit wel kan worden genomen.

In navolging van de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdig beslissen moeten burgemeester en wethouders zich bewust zijn van het belang van de voortgang van de activiteiten en zich inspannen om de termijn tot besluitvorming zo kort mogelijk te houden. Burgemeester en wethouders kunnen onder bepaalde voorwaarden de termijn tot besluitvorming verlengen en een nieuwe termijn stellen.

De Lex Silencio Positivo is de rechtsfiguur waarbij er automatisch sprake is van een positieve beschikking (in het kader van deze AVOBI wordt hiermee het instemmingsbesluit of de goedgekeurde melding bedoeld) als een bestuursorgaan niet binnen de voorgeschreven beslistermijn een besluit op een aanvraag heeft genomen, de zogenaamde van rechtswege verleende beschikking (geregeld in paragraaf 4.1.3.3. van de Awb). Het uitsluiten van de Lex Silencio Positivo is alleen mogelijk wanneer dit gerechtvaardigd kan worden door dwingende redenen van algemeen belang. In de AVOBI wordt beschreven wat de procedure is om zaken grondig af te wegen, waarbij juist onderdelen van openbare veiligheid en verkeersveiligheid een grote rol spelen. Een Lex Silencio Positivo is hier niet wenselijk om dwingende redenen van algemeen belang met name openbare orde, openbare veiligheid, verkeersveiligheid en volksgezondheid. Derhalve is paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht in de AVOBI niet van toepassing verklaard.

 

Artikel 10. INDIENINGSVEREISTEN MELDING GRAAFWERKZAAMHEDEN

Vijf dagen voor de daadwerkelijke aanvang van de werkzaamheden - de instemming kan maximaal 12 maanden eerder zijn afgegeven - dient de uitvoerder of de opdrachtgever/netbeheerder een elektronische melding te doen van de betreffende werkzaamheden en de feitelijke startdatum. Op die wijze kan de gemeente het toezicht op de werkzaamheden inplannen en wellicht nog afstemming laten plaatsvinden.

Voor spoedeisende werkzaamheden, zoals in geval van storingen, wordt een uitzondering gemaakt. Deze moeten zoveel mogelijk voor aanvang van de werkzaamheden gemeld worden, maar als dit niet mogelijk is moet dit in ieder geval binnen een werkdag na uitvoering van de werkzaamheden zijn gedaan. Spoedeisende werkzaamheden dienen bij burgemeester en wethouders van de gemeente te worden gemeld dan wel bij een daartoe door hen gemachtigd ambtenaar. In de praktijk kan buiten kantooruren de melding veelal plaatsvinden bij de calamiteiten- of piketdienst.

 

Artikel 11. HET NEMEN VAN MAATREGELEN EN NADEELCOMPENSATIE

Op het nemen van maatregelen, waaronder begrepen het verplaatsen, ten aanzien van kabels en/of leidingen die ten dienste staan van een netwerk ten behoeve van water- of energievoorzieningen in of op openbare gronden gelden de geformuleerde bepalingen, in samenhang met eventuele geldende privaatrechtelijke overeenkomsten met de netbeheerder(s) die gerespecteerd worden. Een netbeheerder is verplicht die maatregelen te nemen als dat noodzakelijk is voor werken door of vanwege de gemeente. De gemeente zal dus de noodzaak moeten aantonen. De eventuele compensatie van kosten van het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen, worden berekend aan de hand van de Nadeelcompensatieregeling kabels en leidingen gemeente Ede 2015. Voor telecom-kabels (internet, tv) gelden wettelijke regels, vandaar dat die niet in dit artikel zijn benoemd.

Alle hierboven bedoelde kosten van het nemen van maatregelen op verzoek van de gemeente, ten aanzien van kabels en/of leidingen, zijn onvermijdelijke maatschappelijke kosten, die zo laag mogelijk gehouden dienen te worden. Dat is een van de redenen waarom op initiatief van de gemeente proactieve regie wordt gevoerd. Hierbij worden de plannen van de gemeente én van de netbeheerders vanuit een lange termijn planning (tot vijf jaar vooruit) zoveel als mogelijk inzichtelijk gemaakt en gemonitord teneinde werkzaamheden zoveel als mogelijk op elkaar af te stemmen en/of te combineren.

 

Artikel 12. OVERLEG

Ter afstemming van allerlei zaken en het voeren van proactieve regie wordt er regelmatig een periodiek (lange termijn-) overleg gepland tussen de gemeente en netbeheerders en andere betrokken of belanghebbende partijen. Dit gebeurt op initiatief van de gemeente. Het kan ook in samenwerking met andere gemeenten of overheden gebeuren.

 

Artikel 13. NIET-OPENBARE KABELS EN/OF LEIDINGEN

Met niet-openbare kabels en/of leidingen worden kabels en/of leidingen bedoeld die niet gebruikt worden om openbare diensten aan te bieden. Een voorbeeld hiervan is een point-to-point glasvezelverbinding tussen twee bankgebouwen als deze (gedeeltelijk) in openbare grond is aangelegd door de bankinstelling zelf. De gemeente gedoogt (onder voorwaarden) kabels en/of leidingen met een publieke of openbare functie in de openbare ruimte.

De gemeente kan echter ook aanvragen krijgen van partijen die niet-openbare kabels en/of leidingen wensen aan te leggen. Vanwege het intensieve gebruik van de ondergrondse ruimte en de veiligheidsrisico’s is de tendens dat in het algemeen geen toestemming wordt verleend voor de aanleg van niet-openbare kabels en/of leidingen van particulieren en/of bedrijven. Particulieren die een eigen verbinding wensen, dienen bij voorkeur gebruik te maken van openbare netstructuren. Toch zijn er uitzonderingssituaties en indien de beschikbare (ondergrondse) ruimte het toestaat kan de gemeente onder strikte voorwaarden daarvoor toestemming geven. Vaak zal daarbij een notariële akte voorgeschreven worden om ongewenste natrekking van de betreffende kabel of leiding door de (grond van de) gemeente tegen te gaan.

Bij werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van niet-openbare kabels en/of leidingen in openbare wegen en wateren is het bepaalde in de AVOBI van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat waar wordt bedoeld openbare kabels en/of leidingen daar moet worden gelezen niet-openbare kabels en/of leidingen. Dat betekent echter niet dat de gemeente daarmee een gedoogplicht voor deze kabels en/of leidingen heeft.

 

Artikel 14. INFORMATIEPLICHT

Ten aanzien van kabels (en bijbehorende voorzieningen) ten dienste van openbare elektronische communicatienetwerken is wettelijk voorzien in regels voor de duur van de gedoogplicht. Het is mede daarom van belang om inzichtelijk te hebben of kabels en/of leidingen nog deel uitmaken van een netwerk. Ook gezien de mogelijkheden tot medegebruik van al bestaande voorzieningen.

Netbeheerders dienen burgemeester en wethouders te informeren over het al dan niet in gebruik zijn van bepaalde voorzieningen. Op verzoek van burgemeester en wethouders moeten zij gegevens kunnen overleggen van alle al dan niet in gebruik zijnde kabels en/of leidingen. Het gaat daarbij om gegevens over de status van de kabels en/of leidingen, bijvoorbeeld dat deze (tijdelijk) niet in gebruik zijn, maar op enig moment wel weer in gebruik kunnen worden genomen, of dat deze verlaten worden en op een geschikt moment kunnen worden opgeruimd. De bewijslast van ingebruikname en het in gebruik hebben, ligt bij de netbeheerder.

Wijzigingen kunnen ook optreden door het vervallen van het openbare karakter van gronden. Dit heeft ook gevolgen voor het al dan niet mogen hebben en houden van kabels en/of leidingen in deze gronden.

Burgemeester en wethouders moeten op de hoogte gesteld worden van het feit dat het eigendom wordt overgedragen. Indien eigendom, exploitatie of beheer van de kabel en/of leiding wordt overgedragen aan een andere netbeheerder, gaan de rechten en plichten volgens deze verordening die betrekking hebben op de kabel en/of leiding van rechtswege over op de nieuwe netbeheerder.

Op het eigendom van kabels en leidingen zijn de wettelijke bepalingen van toepassing.

 

Artikel 15. NADERE REGELS

Burgemeester en wethouders krijgen de mogelijkheid toegekend door de raad om in voorkomende gevallen nadere regels ter uitvoering van deze verordening vast te stellen. Deze nadere regels kunnen worden opgenomen in onder meer een nadeelcompensatieregeling, een regeling voor de te hanteren tarieven voor onder andere herstel-, beheer- en degeneratiekosten met betrekking tot graafschade en een Handboek kabels en leidingen. In bijvoorbeeld het Handboek kabels en leidingen kunnen technische en procedurele voorwaarden worden opgenomen in verband met onder andere:

  • feest- of gedenkdagen en/of beperking van overlast voor belanghebbenden, bijvoorbeeld een winkelier;

  • de wijze van uitvoering;

  • het opstellen van voorschriften op het gebied van markering en afzetting;

  • het maken van proefsleuven; opruimen van buiten gebruik zijnde kabels en/of leidingen.

Op basis van de vorige verordening, de AVOI, is eerder al een nadeelcompensatieregeling en een handboek kabels en leidingen vastgesteld. Het gaat dus om voortzetting van een bestaande bevoegdheid voor burgemeester en wethouders.

 

Artikel 16. TOEZICHT

De gemeente is belast met de handhaving van hetgeen in de verordening is opgenomen en ten aanzien van het instemmingsbesluit. Dit artikel geeft aan dat burgemeester en wethouders ambtenaren kunnen aanwijzen die belast zijn met toezicht op de naleving van het bepaalde krachtens deze AVOBI. Als een of meer partijen zich niet houden aan de voorschriften van deze AVOBI behouden burgemeester en wethouders zich nadrukkelijk het recht voor gebruik te maken van de haar toekomende bevoegdheden en mogelijkheden zowel bestuursrechtelijk als civielrechtelijk en eventueel strafrechtelijk. Dit volgt uit de relevante regelgeving en hoeft niet specifiek in deze verordening te worden benoemd.

Bestuursrechtelijk zijn met name de Awb en de Gemeentewet van belang met de huidige bepalingen inzake bestuursdwang, last onder dwangsom en bestuurlijke boete. Civielrechtelijk blijven de opties van onrechtmatige daad van toepassing. Strafrechtelijk is naast het wetboek van Strafrecht in algemene zin ook de Wet op de economische delicten relevant, omdat daarin rechtstreeks bepalingen uit de Telecommunicatiewet van toepassing zijn verklaard.

Afgezien van voornoemde preventieve en vooral correctieve of repressieve acties kunnen burgemeester en wethouders in voorkomende gevallen ook ingrijpen in het lopende proces en werkzaamheden (onder bepaalde voorwaarden) ook tijdelijk stil leggen. In dit artikel staat beschreven in welke gevallen dit kan. Bijvoorbeeld bij overtreding van het breekverbod.

Normaliter zullen burgemeester en wethouders handhavend optreden, maar onder bijzondere omstandigheden kan ervoor gekozen worden dat achteraf een situatie wordt gelegaliseerd. Bijvoorbeeld indien voor reeds uitgevoerde werkzaamheden een melding is gedaan terwijl een instemmingsbesluit had moeten worden aangevraagd. Het laten verwijderen of verplaatsen van de kabels en/of leidingen kan zodanig onevenredig zijn in verhouding tot het openbaar belang dat de vereiste instemmingsprocedure alsnog moet worden gevolgd. Daarbij is het belangrijk dat er voldaan moet worden aan de voorwaarden die zijn verbonden aan de instemmingsprocedure. Te denken valt onder andere aan een aantal (praktische) zaken, zoals het verstrekken van relevante gegevens. De kosten die de gemeente maakt voor het alsnog volgen van de vereiste procedure, is ook te beschouwen als een dienst van de gemeente waarvoor alsnog (verhoogde) leges verschuldigd kunnen zijn.

 

Artikel 17. INWERKINGTREDING EN INTREKKING OUDE VERORDENING; OVERGANGSRECHT

Dit artikel spreekt voor zich en behoeft geen nadere toelichting.

 

Artikel 18. CITEERTITEL

Dit artikel spreekt voor zich en behoeft geen nadere toelichting.