Organisatie | Lochem |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de gemeentelijke rekenkamercommissie |
Citeertitel | Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
31-08-2006 | 19-12-2013 | Nieuwe regeling | 27-03-2006 Extra Nieuws, 30-08-2006 | Onbekend |
De raad van de gemeente Lochem;
gelezen het advies van de werkgroep gezamenlijke rekenkamercommissie;
gelet op de bij besluit van heden vastgestelde samenwerkingsovereenkomst met de gemeenten Berkelland, Lochem en Montferland;
gelet op de behandeling in de commissie AB&F d.d. 13 maart 2006;
gelet op artikel 81 o (hoofdstuk IV b) van de Gemeentewet;
Artikel 3. Benoeming van de leden
Onverminderd het bepaalde in artikel 81oa, derde lid van de Gemeentewet is het lidmaatschap van de rekenkamercommissie uitgesloten voor de onder artikel 81f onder k en p genoemde personen. Daarnaast is het lidmaatschap uitgesloten voor de volgende personen:
personen die in de tien jaar voorafgaande aan de inwerkingtreding van deze verordening een functie hebben bekleed bij één van de gemeenten die deelnemen aan het samenwerkingsverband voor de instelling en instandhouding van de gemeentelijke rekenkamercommissie of een functie hebben bekleed bij één van de voormalige gemeenten waaruit de gemeenten Berkelland, Bronckhorst, Lochem en Montferland na de herindeling zijn ontstaan.
Artikel 5. Vergoeding voor werkzaamheden van de leden van de commissie
De vergoeding bedraagt voor de leden van de commissie per vergadering tweemaal het bedrag dat de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties jaarlijks vaststelt ingevolge artikel 14, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (klasse 3, 20.001-50.000 inwoners) voor het bijwonen van commissievergaderingen; de voorzitter ontvangt een vergoeding per vergadering van driemaal het bedrag. Tevens worden de reiskosten en eventuele overige onkosten vergoed naar de daarvoor in het algemeen bij de gemeente geldende maatstaf.
Artikel 7. Het reglement van orde
De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling onverwijld ter kennisneming naar de raad.
Artikel 8. Onderwerpselectie en opdrachtverlening
De raad kan te allen tijde de commissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een extra onderzoek met inachtneming van het gestelde in artikel 4, lid 5 van de samenwerkingsovereenkomst. De commissie bericht de raad binnen een maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de commissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor gemotiveerde gronden aanvoeren.
Artikel 9. Werkwijze van de commissie
De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitgangspunten en werkwijze, waaronder de naleving van deze verordening en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. De voorzitter voert hiertoe regelmatig overleg met degenen die het onderzoek uitvoeren en met het secretariaat. Bij ontstentenis van de voorzitter treedt het langst zittende lid op als voorzitter dan wel, als de overige leden een gelijke periode zitting hebben gehad, het oudste lid in jaren.
De commissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur, bij alle ambtenaren alsmede door de gemeente gesubsidieerde instellingen mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur, de ambtenaren van de gemeente en door de gemeente gesubsidieerde instellingen zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde redelijke termijn te verstrekken.
De commissie stelt betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het concept-onderzoeks-rapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.