Zoek regelingen op overheid.nl
Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Assen

VERORDENING PERCENTAGEREGELING VOOR BEELDENDE KUNST EN VORMGEVING GEMEENTE ASSEN

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAssen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVERORDENING PERCENTAGEREGELING VOOR BEELDENDE KUNST EN VORMGEVING GEMEENTE ASSEN
CiteertitelPercentageregeling
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

25-09-2020Nieuwe regeling

17-03-2011

gmb-2020-246572

Tekst van de regeling

Intitulé

VERORDENING PERCENTAGEREGELING VOOR BEELDENDE KUNST EN VORMGEVING GEMEENTE ASSEN

 

De raad van de gemeente Assen;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 februari 2011;

gelet op artikel 147, eerste lid, van de Gemeentewet

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende:

VERORDENING PERCENTAGEREGELING VOOR BEELDENDE KUNST EN VORMGEVING GEMEENTE ASSEN

 

BEGRIPSBEPALINGEN

Artikel 1  

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.

beeldende kunst

:

ieder proces of product waarbij een beeldend kunstenaar is betrokken;

b.

bouwkosten

:

de aannemingssom bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de ‘Uniforme Administratieve voorwaarden voor uitvoering van werken 1989 (UAV 1989)’, voor het uit te voeren project (= bouwwerk 1.c., gebouw 1.f. of werk 1.j.), exclusief omzetbelasting, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd;

c.

Adviescommissie BKV

:

adviescommissie beeldende kunst en vormgeving een vaste door het college ingestelde adviescommissie als bedoeld in artikel 84 Gemeentewet, bestaande uit onafhankelijke deskundigen op het gebied van kunst en cultuur;

d.

exploitatielasten

:

kosten voor het beheren van een gebouw;

e.

gebouw

:

bouwwerk als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c van de Woningwet;

f.

kunstopdracht

:

een door het college verstrekte opdracht aan één of meer beeldende kunstenaars tot het vervaardigen of ontwerpen van een kunstwerk;

g.

kunstwerk

:

voortbrengsel van beeldende kunst of een bijdrage aan beeldende vormgeving;

h.

fonds

:

in de gemeente(begroting) opgenomen reserve voor uitvoering van deze verordening, genaamd de bestemmingsreserve beeldende kunst.

 

TOEPASSINGSBEREIK EN PERCENTAGE

Artikel 2  

  • 1.

    In de begroting van de kosten van de onderstaande projecten wordt een bedrag opgenomen ten behoeve van kunstwerken.

  • 2.

    Het in het eerste lid genoemde bedrag bedraagt:

    • a.

      Voor nieuwbouw, verbouw en renovatie van alle gemeentelijke gebouwen: Indien de totale begroting meer dan € 45.378 bedraagt: 1,5% van het begrote bedrag over een bedrag tot € 453.781 en 1% over het resterende bedrag.

    • b.

      Voor gemeentelijke bijdragen in nieuwbouw, verbouw en renovatie van niet-gemeentelijke gebouwen, indien de gemeentelijke bijdrage tenminste 50% van de totale bouwkosten behelst of indien de exploitatielasten van deze bouwwerken en gebouwen gedurende een periode van 3 jaar voor 50% of meer wordt gedragen door de gemeente: Indien de totale begroting meer dan € 45.378 bedraagt: 1,5% van het begrote bedrag van het gemeentelijk aandeel over een bedrag tot € 453.781 en 1% over het resterende bedrag van het gemeentelijk aandeel.

    • c.

      Voor gemeentelijke bijdragen in bruggen, tunnels, viaducten of kadevoorzieningen: 2% van het gemeentelijk aandeel in de begrote kosten.

    • d.

      Voor gemeentelijke groen-, sport- en recreatievoorzieningen: Indien de totale begroting meer dan € 226.890 bedraagt: 1,5% van het begrote bedrag over een bedrag tot € 453.781 en 1% over het resterende bedrag.

STORTING IN HET FONDS

Artikel 3  

  • 1.

    Het college stort het bedrag als bedoeld in artikel 2 direct na vaststelling van de desbetreffende begrotingspost of wijziging daarvan in de gemeentebegroting in het fonds.

  • 2.

    Het college kan jaarlijks of voor een vooraf bepaalde periode een plafond vaststellen voor de besteding van gelden uit het fonds voor projecten op het gebied van beeldende kunst en vormgeving.

  • 3.

    Indien het college een plafond, zoals genoemd in het tweede lid, vaststelt dat lager is dan de beschikbare gelden uit het fonds, blijven de resterende gelden in het fonds.

  • 4.

    Het college is bevoegd de resterende gelden aan te wenden voor projecten die naar het oordeel van het college, bijdragen aan de doelstellingen uit het Cultuurpalet en de daarmee samenhangende beleidskaders.

 

KUNSTOPDRACHTEN

Artikel 4  

  • 1.

    Het college geeft één of meer (kunst)opdrachten op basis van het vastgestelde beleid.

  • 2.

    Het college bepaalt de hoogte van het bedrag waarvoor de kunstopdracht (en) gerealiseerd moeten worden.

  • 3.

    Het college kan op basis van het vastgestelde beleid een plaats in de gemeente aanwijzen waarvoor de kunstopdracht wordt gegeven.

  • 4.

    Het college kan belanghebbenden in de gelegenheid stellen om via inspraak hun mening over het ontwerp voor het kunstwerk te geven.

 

DESKUNDIGENADVIES

Artikel 5  

  • 1.

    Voordat het college een kunstopdracht verstrekt, wint het advies in bij de adviescommissie BKV. Tenminste op de volgende momenten:

    • a.

      bij de opdrachtformulering

    • b.

      bij de (voor) selectie van de kunstenaars

    • c.

      bij het verstrekken van de opdracht

  • 2.

    De adviescommissie BKV adviseert in ieder geval over:

    • •

      de wijze van besteding van de beschikbare gelden;

    • •

      de formulering van de opdracht;

    • •

      de keuze van de beeldende kunstenaar(s) aan wie een opdracht kan worden verleend en de wijze waarop de keuze moet worden bepaald;

    • •

      de kwaliteit van de door beeldende kunstenaars ingediende ontwerpen en voorstellen, alsmede de daarop betrekking hebbende kostenramingen en begrotingen en over de kwaliteit van het eindresultaat;

    • •

      de verlening van de (definitieve) kunstopdracht, en

    • •

      het verwerven van bestaande werken van beeldende kunst.

ONVOORZIENE GEVALLEN

Artikel 6  

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

 

INTREKKING OUDE REGELING

Artikel 7  

De Verordening percentageregeling beeldende kunstopdrachten, vastgesteld op16 december 1993, wordt ingetrokken.

 

INWERKINGTREDING; CITEERTITEL

Artikel 8  

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking in de berichten van de brink.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Percentageregeling

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 17 maart 2011.

De raad voornoemd,

, voorzitter

, griffier