Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Omgevingsdienst Rivierenland

Begrotingsrichtlijnen 2021 ODR

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOmgevingsdienst Rivierenland
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingBegrotingsrichtlijnen 2021 ODR
Citeertitel
Vastgesteld dooralgemeen bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

N.v.t.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

02-09-2020Nieuwe regeling

07-10-2019

bgr-2020-865

Tekst van de regeling

Intitulé

Begrotingsrichtlijnen 2021 ODR

 

Het Algemeen Bestuur van de Omgevingsdienst Rivierenland;

 

gelezen het voorstel van het Dagelijks Bestuur;

 

Besluit vast te stellen navolgende;

 

Uitgangspunten voor de begroting 2021 en meerjarenraming 2022 - 2024:

 

  • 1.

    De begroting 2021 heeft als vertrekpunt het bestaande structurele beleid 2020.

  • 2.

    Geautoriseerde beleidswijzigingen die consequenties hebben voor de begroting 2021 (en volgende jaren), worden in de begroting 2021 verwerkt.

  • 3.

    De meerjarenraming wordt op basis van constante prijzen geraamd.

  • 4.

    De raming van het percentage voor de lonen en prijzen voor het jaar 2021 worden gebaseerd op de percentages van het CPB genoemd in de septembercirculaire van het jaar 2019, de laatste jaarschijf in de tabel.

    • a.

      Voor de prijzen wordt het percentage voor de netto materiële overheidsconsumptie gehanteerd

    • b.

      voor de lonen wordt de laatst bekende cao gehanteerd en voor de eventueel resterende tijd naar rato de loonvoet voor de sector overheid toegepast.

      Voor alle omgevingsdiensten in Gelderland wordt dezelfde index toegepast.

  • 5.

    Onvoorzien word geraamd op € 45.000,--

  • 6.

    De deelnemersbijdrage wordt uitgesplist per programma.

  • 7.

    Er wordt een budget begroot van 3% van de loonsom voor reiskosten, abonnementen en verzekeringen.

  • 8.

    Er wordt een budget begroot van 2% van de loonsom voor opleidingen.

  • 9.

    Voor de overhead taken wordt uitgegaan van een minimaal benodigde overhead waarmee de organisatie op een kwalitatief goede manier wordt ondersteund.

  • 10.

    Voor kennis en kwaliteit wordt een percentage van 5% van de formatie gehanteerd.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het Algemeen Bestuur van 7 oktober 2019,

 

de voorzitter, de secretaris,

 

C.A.H. Zondag, A. Schipper