Organisatie | Heerlen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening overleg Lokaal Educatief Beleid voor 0-27 jarigen |
Citeertitel | Verordening overleg Lokaal Educatief Beleid voor 0-27 jarigen |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp |
Geen
Bepalingen over het op overeenstemming gericht overleg in de Wet
Nieuwe regeling
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-05-1998 | Onbekend | 07-04-1998 De Uitkijk | 2000/2445 |
In deze verordening wordt verstaan onder:
schoolbestuur: het bevoegd gezag van een volgens de Wet op het basisonderwijs, de Interim wet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de Wet op het voortgezet onderwijs, bekostigde openbare of bijzondere school voor basisonderwijs, voor speciaal onderwijs, voor voortgezet speciaal onderwijs, voor algemeen voortgezet onderwijs, voor voorbereidend beroepsonderwijs en voorbereidend wetenschappelijk onderwijs, die gelegen is op het grondgebied van de gemeente;
Samenstelling van het platform 0-12
8 of meer scholen 6 deelnemers
Een overzicht van de schoolbesturen en de omvang van hun afvaardiging is opgenomen in de nota lokaal educatief beleid
aantal leerlingen afvaardiging
Een overzicht van de schoolbesturen, de onder hun gezag ressorterende schoolsoorten en scholen, het aantal leerlingen en de daaruit volgende afvaardiging is opgenomen in de nota lokaal educatief beleid.
Samenstelling van het afstemmingsoverleg
Het afstemmingsoverleg is samengesteld uit een afvaardiging uit het Platform 0-12 en het platform 12+. De afvaardiging bestaat voor elk platform uit drie personen.
Ter voorbereiding van het overleg, dan wel ten behoeve van de uitwerking en voorbereiding van voorstellen, kunnen de overleggremia werkgroepen instellen.
Indien één of meer schoolbesturen of burgemeester en wethouders een advies van de Onderwijsraad wensen over een onderwerp waarop het op overeenstemming gericht overleg van toepassing is, maken ze dit uiterlijk kenbaar in het overleg waarin het onderwerp in finale zin aan de orde is. Dit gebeurt aan de hand van een schriftelijk gemotiveerde omschrijving van het onderwerp waarover het advies van de Onderwijsraad wordt verwacht. Hierbij wordt tevens het verband aangegeven tussen deze onderwerpen en de vrijheid van richting en de vrijheid van inrichting van het onderwijs.
Burgemeester en wethouders zijn belast met de indiening van een verzoek om advies bij de Onderwijsraad. Zij doen dit uiterlijk binnen twee weken na afloop van het overleg, waarin om het advies is gevraagd. Daarbij informeren zij de Onderwijsraad tevens over de in het tweede lid bedoelde zienswijzen.
De wettelijke termijn voor het uitbrengen van het advies wordt opgeschort met ingang van de dag waarop de Onderwijsraad burgemeester en wethouders uitnodigt het verzoek voor het uitbrengen van het advies aan te vullen met de gegevens die de Onderwijsraad nodig heeft voor een goede vervulling van zijn taak, tot de dag waarop het verzoek is aangevuld.
Burgemeester en wethouders zenden zo spoedig mogelijk een afschrift van het door de Onderwijsraad uitgebrachte advies toe aan alle schoolbesturen. Indien het geheel of gedeeltelijk opvolgen van het advies zou leiden tot een of meer inhoudelijke bijstellingen van het voorstel over een onderwerp waarover advies is gevraagd, worden de schoolbesturen bij de toezending van het afschrift van het advies uitgenodigd voor een nader overleg. In alle andere gevallen beoordelen burgemeester en wethouders of nader overleg over het advies wenselijk is. Zij geven dit aan bij de toezending van het afschrift van het advies.
Nota en verslag ten behoeve van raad
Het resultaat van het in de overleggremia gevoerde overleg wordt verwoord in een nota lokaal educatief beleid. Deze nota lokaal educatief beleid wordt via Burgemeester en Wethouders aangeboden aan de raad ter vaststelling. Bij het voorstel voor de nota lokaal educatief beleid is het verslag gevoegd van de beraadslagingen, die geleid hebben tot de in de nota verwoorde conclusies.
Indien artikel 11, eerste lid van toepassing is, wordt hiervan eveneens een weergave opgenomen in het verslag.
De overleggremia stellen het verslag vast. In afwijking hiervan kunnen burgemeester en wethouders spoedheidshalve het verslag voor commentaar toezenden aan de overleggremia. Binnen 10 dagen na de dag waarop het verslag is toegezonden, maken de leden van de overleggremia schriftelijk hun opmerkingen over het concept kenbaar. Burgemeester en wethouders stellen het verslag dan vast met inachtneming van deze opmerkingen.
Burgemeester en wethouders leggen de nota lokaal educatief beleid ter vaststelling voor aan de raad. Het verslag van het overleg dat geleid heeft tot de vaststelling van de nota en de naar aanleiding van het verslag gemaakte opmerkingen is daarbij gevoegd ter kennisname van de raad. Voor zover burgemeester en wethouders afwijken van de tijdens het overleg naar voren gebrachte zienswijzen, wordt dit gemeld in het voorstel aan de raad. Daarbij zijn de redenen gevoegd die geleid hebben tot het niet of niet geheel overnemen van de zienswijzen van de overleggremia.
Indien uit het oordeel van de raad, blijkt dat de meerderheid van de raad of een deel van de raad dat volgens burgemeester en wethouders geacht kan worden een meerderheid in de raad te vertegenwoordigen, van oordeel is dat het voorstel op een of meer onderdelen inhoudelijk bijstelling behoeft, dan kan een heropening van het overleg plaats vinden. Burgemeester en wethouders beslissen daarover. Het overleg wordt in ieder geval heropend indien de inhoudelijke bijstelling betrekking heeft op een onderwerp als bedoeld in artikel 3 vierde lid, onder a, waarover overeenstemming was bereikt in de overleggremia.
Indien burgemeester en wethouders het overleg heropenen dan roepen zij de overleggremia zo spoedig mogelijk bijeen, doch uiterlijk voor het moment waarop de raad een definitief besluit neemt over het lokaal educatief plan. In dit overleg hebben de vertegenwoordigers de gelegenheid om hun zienswijze te geven op het oordeel van de raad. Burgemeester en wethouders informeren de raad over het resultaat van dit overleg in de vorm van een aanvulling op de nota en het verslag als bedoeld in artikel 10. De raad betrekt de in dit aanvullend verslag neergelegde zienswijzen bij zijn definitieve besluitvorming ten aanzien van de nota Lokaal Educatief Beleid.
Evaluatie overlegstructuur en lokaal educatief plan
Deze verordening wordt evenals het lokaal educatief plan voor de duur van vier jaar vastgesteld.
Gedurende deze periode van vier jaren wordt het werken met de verordening getest en geëvalueerd. Na afloop van deze periode vindt de eindevaluatie plaats, van de nota lokaal educatief beleid zowel als van de daarbij gehanteerde structuur en de werkwijze. De inhoud van de thans voorliggende verordening zal alsdan aangepast worden op basis van de ervaringen. Beleidsmatig wordt ernaar gestreefd om dan te komen tot één overlegorgaan en een integrale verordening
Beslissing burgemeester en wethouders in gevallen waarin de verordening niet voorziet
In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders, gehoord de overleggremia.