Organisatie | Barendrecht |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Barendrecht houdende regels omtrent middeldure huur (Verordening middeldure huur gemeente Barendrecht) |
Citeertitel | Verordening middeldure huur gemeente Barendrecht |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 149 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-08-2020 | nieuwe regeling | 17-12-2019 | 125668 |
De raad van de gemeente Barendrecht;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 november 2019;
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 1.1.1, eerste lid, aanhef en onder j van het Besluit ruimtelijke ordening;
overwegende dat de verordening een titel biedt om middeldure huur te reguleren, bestuursrechtelijk handhavend op te treden en doorstroming van sociale huurwoningen naar middeldure huurwoningen te bevorderen;
vast te stellen de Verordening middeldure huur gemeente Barendrecht
Als doelgroep voor middeldure huurwoningen tot €850 (categorie 1) worden met voorrang (dus niet uitsluitend) aangemerkt: huishoudens met een huishoudinkomen tot maximaal 1,5 keer de DAEB-norm (1,5 * €38.035 = €57.053; prijspeil 2019) die tevens, op het moment van het (opnieuw) in de verhuur brengen van de te betrekken huurwoning, al een sociale huurwoning in Barendrecht huren en bewonen.
Als doelgroep voor middeldure huurwoningen van €850,01 tot €1.000 (categorie 2) worden met voorrang (dus niet uitsluitend) aangemerkt: huishoudens met een huishoudinkomen tot maximaal 2 keer de DAEB-norm (2 * €38.035 = €76.070; prijspeil 2019) die op het moment van het (opnieuw) in de verhuur brengen van de te betrekken huurwoning, al een sociale huurwoning in Barendrecht huren en bewonen.
De hoogte van de huurprijs van alle middeldure huurwoningen dient gerekend vanaf de datum van eerste verhuur gedurende de instandhoudingstermijn zoals genoemd in artikel 4, met toepassing van het tweede en het derde lid, te blijven vallen binnen de te indexeren bandbreedte genoemd in het eerste lid.
De verhuur van woningen als bedoeld in artikel 1, onder b en c en artikel 2, eerste en tweede lid van deze verordening dient gedurende de in artikel 4 van deze verordening gestelde instandhoudingstermijn, door of namens de eigenaar uiterlijk binnen vier weken na het tekenen van de huurovereenkomst door middel van een door burgemeester en wethouders voorgeschreven formulier gemeld te worden bij burgemeester en wethouders.
Het college van burgemeester en wethouders kan op grond van onvoorziene bijzondere omstandigheden gemotiveerd afwijken van deze verordening.