Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
a 'dag': de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte
van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
b 'week': een aaneengesloten periode van zeven dagen;
c 'maand': het tijdvak dat loopt van de ne dag in een
kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende
kalendermaand;
d 'jaar': het tijdvak dat loopt van de ne dag in een
kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende
kalenderjaar;
e 'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.
Artikel 2 Belastbaar feit
Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor het genot van door of
vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten, genoemd in deze
verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten
behoeve van wie de dienst is verleend.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
a diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet
ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;
b diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of
gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van
voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die vergunning
betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als
bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene
bepalingen omgevingsrecht;
c stukken in hun persoonlijk belang benodigd door personen die door een
verklaring, afgegeven door de burgemeester van hun woon- of
verblijfplaats of op andere wijze, van hun onvermogen doen blijken;
d attestatiën de vita, strekkende tot betaling van pensioenen, lijfrente
en andere periodieke uitkeringen ten laste van de staat, de provincie,
de gemeente, waterschappen of andere publiekrechtelijke lichamen;
e beschikkingen op aanvragen om heffing of teruggaaf van plaatselijke
belastingen;
f opgave of inlichtingen uit de registers van de burgerlijke stand of
uit de gemeentelijke basisadministratie, in het belang van de
volksgezondheid;
g stukken of legalisatiën van handtekeningen op stukken betreffende
militaire zaken;
h de stukken en inlichtingen, waarvan de kostenloze afgifte of
verstrekking bij enig wettelijk voorschrift aan de gemeentebesturen is
opgelegd;
i de aan belanghebbende uit te reiken beschikkingen of afschriften
daarvan houdende aanstelling, benoeming, bevordering, ontslag,
toekenning van bezoldiging, vergoeding of toelage, dan wel verhoging
hiervan, met betrekking tot enige gemeentelijke functie of
dienstverrichtingen jegens de gemeente;
j de aan de belanghebbende uit te reiken beschikkingen of afschriften
daarvan, houdende beslissing op een verzoek om subsidie uit de
gemeentekas;
k stukken, werkzaamheden, enz., die uitsluitend bestemd zijn voor
wetenschappelijke doeleinden.
Artikel 5 Tarieven
- 1.
De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen
in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
- 2.
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van
een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de
Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die
op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in
behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een
vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het
kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor
zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze
besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis-
en herstelwet.
- 3.
Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de
tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid
aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een
gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen
een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde
bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de
schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
- 1.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990
moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld
in artikel 6:
a mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de
kennisgeving;
b schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de
kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14
dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
- 2.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste
lid gestelde termijnen.
Artikel 8 Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9 Teruggaaf
- 1.
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor
een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven
dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die
dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.
- 2.
Voor toepassing van artikel 28, vierde lid, van de Invorderingswet
1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid,
aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de
wijzigingen:
a van zuiver redactionele aard zijn;
b een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in
werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de
inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de
volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel
betreft:’
- 1.
onderdeel 1.3.8 (akten burgerlijke stand);
- 2.
hoofdstuk 8 (reisdocumenten);
- 3.
hoofdstuk 9 (rijbewijzen);
- 4.
onderdeel 1.14.1.1 (verklaring omtrent het gedrag)
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het
vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij
raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en
wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met
betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.
Artikel 11 Overgangsrecht
- 1.
De Legesverordening 2010 van 16 september 2010 wordt ingetrokken
met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van
ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing
blijft op de belastbare feiten:
- a.
die zich voor die datum hebben voorgedaan;
- b.
waarop de Wet ruimtelijke ordening of de Woningwet zoals
deze luidden voor inwerkingtreding van de Wet algemene
bepalingen omgevingsrecht nog moeten worden toegepast.
- 2.
Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na
de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de
heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden
voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare
feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode
plaatsvindt.
Artikel 13 Inwerkingtreding
- 1.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van
de bekendmaking.
- 2.
De datum van ingang van heffing is 1 januari 2011.
Artikel 14 Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als Legesverordening 2011.
TARIEVENTABEL
Titel 1
Algemene dienstverlening
Hoofdstuk 1 Algemeen
1.1.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verstrekken van
|
|
|
1.1.1.1
|
gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover
daarvoor niet elders
in deze tabel of in een andere wettelijke regeling
een tarief is opgenomen, per pagina
|
€
|
5,35
|
1.1.1.2
|
afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken,
voor zover daarvoor
niet elders in deze tabel of in een andere
wettelijke regeling een tarief is opgenomen
|
|
|
1.1.1.2.1
|
per pagina op papier van A4-formaat
|
€
|
0,05
|
1.1.1.2.2
|
per pagina op papier van A4-formaat in kleur
|
€
|
0,25
|
1.1.1.3
|
Indien de stukken bedoeld in 1.1.1.1 en 1.1.1.2
worden verstrekt in het
kader van de Wet openbaarheid van Bestuur, per
pagina of gedeelte daarvan
|
€
|
0,30
|
|
met dien verstande, dat het op die wijze gevonden
bedrag niet meer kan bedragen dan
|
€
|
79,90
|
1.1.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verstrekken van
|
|
|
1.1.2.1
|
kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet
behorend bij de in
1.1.1.1 en 1.1.1.2 genoemde stukken, voor zover
daarvoor niet elders in
deze tabel of in een andere wettelijke regeling een
tarief is opgenomen, per kaart, tekening of
lichtdruk, in A4-formaat
|
€
|
1,55
|
1.1.2.2
|
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor
niet elders in deze tabel of in een andere
wettelijke regeling een tarief is opgenomen
|
€
|
5,35
|
1.1.2.3
|
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de
aanvrager moeten
worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in
deze tabel of in
een andere wettelijke regeling een tarief is
opgenomen, per pagina
|
€
|
5,35
|
1.1.2.4
|
gegevens over onroerende zaken (t.b.v.
taxatierapporten opgesteld
door bijv. makelaars en/of taxateurs)
|
€
|
78,00
|
Hoofdstuk 2 Bestuursstukken
1.2.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verstrekken van
|
|
|
1.2.1.1
|
een afschrift van de programmabegroting
|
€
|
15,70
|
1.2.1.2
|
een afschrift van de programmarekening
|
€
|
15,70
|
1.2.1.3
|
een afschrift van de afdelingsbegroting per
afdeling
|
€
|
15,70
|
1.2.1.4
|
een uittreksel van de onder 1.2.1.1 tot en met
1.2.1.3 bedoelde stukken per pagina of gedeelte
daarvan
|
€
|
5,35
|
1.2.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verstrekken van
|
|
|
1.2.2.1
|
een abonnement op de bedrukte stukken voor de
raadsagenda met
bijbehorende voorstellen, welke aan de abonnees
worden toegezonden per kalenderjaar
|
€
|
45,50
|
1.2.2.2
|
een abonnement op de bedrukte stukken voor de
raadsagenda met
bijbehorende voorstellen, welke door de abonnees
worden afgehaald per kalenderjaar
|
€
|
25,50
|
1.2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verstrekken van
|
|
|
1.2.3.1
|
de raadsagenda met bijbehorende voorstellen, welke
worden toegezonden per vergadering
|
€
|
11,25
|
1.2.3.2
|
de raadsagenda met bijbehorende voorstellen, welke
worden afgehaald per vergadering
|
€
|
5,35
|
1.2.3.3
|
de raadsnotulen, voor zover opgemaakt, welke worden
toegezonden per vergadering
|
€
|
11,25
|
|
|
|
|
1.2.3.4
|
de raadsnotulen, voor zover opgemaakt, welke worden
afgehaald per vergadering
|
€
|
5,35
|
1.2.3.5
|
de raadsnotulering door middel van een
besluitenlijst en geluidsbanden, welke worden
toegezonden per kalenderjaar
|
€
|
15,50
|
1.2.3.6
|
de raadsnotulering door middel van een
besluitenlijst en geluidsbanden, welke worden
afgehaald per kalenderjaar
|
€
|
7,90
|
1.2.3.7
|
de raadsnotulering door middel van een
besluitenlijst per geluidsband, per stuk en
afgehaald
|
€
|
7,90
|
1.2.4
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verstrekken van
|
|
|
1.2.4.1
|
een exemplaar van de bouwverordening
|
€
|
49,75
|
1.2.4.2
|
een exemplaar van de toelichting op de
bouwverordening
|
€
|
49,75
|
1.2.4.3
|
een exemplaar van de Algemene Plaatselijke
Verordening
|
€
|
19,65
|
1.2.4.4
|
een exemplaar van een andere dan de onder 1.2.4.1 en
1.2.4.3 genoemde verordeningen van de gemeente
|
€
|
10,30
|
Hoofdstuk 3 Burgerlijke stand
1.3.1
|
Het tarief bedraagt terzake van de voltrekking van
een huwelijk of registratie van een partnerschap
op
|
|
|
1.3.1.1
|
maandag van 9.00 - 12.00 uur
|
|
nihil
|
1.3.1.2
|
dinsdag t/m vrijdag van 9.00 - 16.00 uur
|
€
|
260,00
|
1.3.1.3
|
zaterdag van 9.00 - 16.00 uur
|
€
|
765,00
|
1.3.2
|
Het tarief bedraagt terzake van de voltrekking van
een huwelijk of
registratie van een partnerschap in een andere
aangewezen locatie dan het gemeentehuis, indien de
voltrekking plaatsvindt op
|
|
|
1.3.2.1
|
maandag van 9.00 - 16.00 uur
|
|
Niet mogelijk
|
1.3.2.2
|
dinsdag t/m vrijdag van 9.00 - 16.00 uur
|
€
|
295,50
|
1.3.2.3
|
zaterdag van 9.00 - 16.00 uur
|
€
|
802,00
|
1.3.3
|
Het tarief bedraagt terzake van de voltrekking van
een huwelijk of registratie van een partnerschap in
een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1 van
het Burgerlijk Wetboek op
|
|
|
1.3.3.1
|
maandag van 9.00 - 16.00 uur
|
|
Niet mogelijk
|
1.3.3.2
|
dinsdag t/m vrijdag van 9.00 – 16.00 uur
|
€
|
260,00
|
1.3.3.3
|
zaterdag van 9.00 – 16.00 uur
|
€
|
765,00
|
1.3.4
|
Het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken
van
|
|
|
1.3.4.1
|
een trouwboekje of partnerschapsboekje
|
€
|
20,00
|
1.3.4.2
|
een duplicaat-trouwboekje of
duplicaat-partnerschapsboekje
|
€
|
20,00
|
1.3.5
|
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling
nemen van een
aanvraag tot het verstrekken van een uittreksel uit
de registers van de
burgerlijke stand uit een andere gemeente (kosten
van het uittreksel,
portokosten e.d. niet inbegrepen)
|
€
|
5,00
|
1.3.6
|
Het tarief bedraagt ter zake van het doen van
nasporingen in de
registers van de Burgerlijke stand, voor ieder
daaraan besteed half uur of gedeelte daarvan
|
€
|
10,35
|
1.3.7
|
Het tarief voor het verstrekken van inlichtingen uit
de registers van de
Burgerlijke stand bedraagt, per inlichting, op een
persoon betrekking hebbende
|
€
|
5,00
|
1.3.8
|
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot
het verstrekken
van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet
burgerlijke stand geldt
het tarief zoals dat is opgenomen in het
Legesbesluit akten burgerlijke
stand.
|
|
|
1.3.9
|
Het tarief bedraagt terzake van de omzetting van een
geregistreerd
partnerschap in een huwelijk
|
€
|
33,50
|
|
|
|
|
1.3.10
|
Indien men de omzetting van een geregistreerd
partnerschap in een
huwelijk wil voorzien van enige ceremonie en tevens
op een
trouwlocatie wil doen plaatsvinden, dan gelden
hiervoor dezelfde
tarieven als vermeld voor het huwelijk, voor het
huwelijk in een ander
aangewezen locatie of een huwelijk in een bijzonder
huis.
|
|
|
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie
persoonsgegevens
1.4.1
|
Voor de toepassing van onderdeel 1.4.2 wordt onder
één verstrekking
verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon
waarvoor de
gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens
moet worden geraadpleegd.
|
|
|
1.4.2
|
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling
nemen van een aanvraag tot het verstrekken van
gegevens, per verstrekking
|
€
|
1,70
|
1.4.3
|
Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder
één verstrekking
verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon
die niet zijn
opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie
persoonsgegevens.
|
|
|
1.4.4
|
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling
nemen van een aanvraag tot het verstrekken van
gegevens, per verstrekking
|
€
|
1,70
|
1.4.5
|
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt
het tarief voor het verstrekken van gegevens
waarvoor een intensieve nasporing van de registers
vereist is, voor ieder daaraan te besteden half uur
of gedeelte daarvan
|
€
|
10,35
|
Hoofdstuk 5 Gemeentearchief
1.5.1
|
Het tarief bedraagt terzake van het op verzoek doen
van nasporingen in
de in het gemeentearchief berustende stukken, voor
ieder daaraan
besteed half uur of gedeelte daarvan
|
€
|
10,35
|
1.5.2
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van
|
|
|
1.5.2.1
|
een afschrift of fotokopie van een in het
gemeentearchief berustend stuk, per pagina
|
€
|
4,80
|
1.5.2.2
|
een uittreksel uit een in het gemeentearchief
berustend stuk, per pagina
|
€
|
4,80
|
Hoofdstuk 6 Kiezersregister
1.6
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een
aanvraag tot het verstrekken van een inlichting
betreffende de
registratie van de aanvrager als kiezer, bedoeld in
artikel D4 van de Kieswet
|
|
nihil
|
Hoofdstuk 7 Kadaster
1.7.1
|
Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek,
indien daarbij van
gemeentewege hulp wordt verleend, doen van
nasporingen in het
gemeentelijk kadaster voor ieder daaraan besteed
kwartier of gedeelte daarvan
|
€
|
6,00
|
1.7.2
|
Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek,
indien daarbij van
gemeentewege geen hulp wordt verleend, doen van
nasporingen in het
gemeentelijk kadaster voor een ieder daaraan besteed
kwartier of gedeelte daarvan
|
€
|
2,40
|
1.7.3
|
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling
nemen van een
aanvraag tot het verstrekken van een fotokopie
(A4)
|
€
|
4,95
|
Hoofdstuk 8 Reisdocumenten
1.8.1
|
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling
nemen van een aanvraag
|
|
|
1.8.1.1
|
tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een
reisdocument
voor vluchtelingen of een reisdocument voor
vreemdelingen
|
€
|
52,00
|
1.8.1.2
|
tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een
groter aantal
bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als
bedoeld in 1.8.1.1 (zakenpaspoort)
|
€
|
58,00
|
1.8.1.3
|
tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve
van een
persoon die op grond van de Wet betreffende de
positie van Molukkers als Nederlander wordt
behandeld (faciliteitenpaspoort)
|
€
|
52,00
|
1.8.1.4
|
tot het bijschrijven van een kind in een
reisdocument als bedoeld in
1.8.1.1, 1.8.1.2 en 1.8.1.3 direct bij de aanvraag
van dit nieuwe reisdocument
|
€
|
9,00
|
1.8.1.5
|
tot het bijschrijven van een kind middels een
bijschrijvingssticker in een reeds uitgegeven
reisdocument als bedoeld in 1.8.1.1, 1.8.1.2 en
1.8.1.3
|
€
|
21,00
|
1.8.1.6
|
tot het aanbrengen van een wijziging anders dan
bedoeld in 8.1.5 in een reisdocument als bedoeld in
1.8.1.1, 1.8.1.2 en 1.8.1.3
|
€
|
7,00
|
1.8.1.7
|
tot het verstrekken van een Nederlandse
identiteitskaart (NIK)
|
€
|
43,50
|
1.8.1.8
|
tot het verstrekken van een Nederlandse
identiteitskaart (NIK) voor
personen tot en met 13 jaar
|
€
|
9,00
|
1.8.2
|
De tarieven als genoemd in de onderdelen 1.8.1.1 tot
en met 1.8.1.3
alsmede in 8.1.7 worden bij een spoedlevering
vermeerderd met een bedrag van
|
€
|
45,00
|
1.8.3
|
Het tarief als genoemd in 1.8.2 wordt bij een
gecombineerde
spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld
in 1.8.1.1,
1.8.1.2 en 1.8.1.3 en het bijschrijven van één of
meer kinderen als
bedoeld in 1.8.1.4., slechts één keer per
reisdocument berekend.
|
|
|
1.8.4
|
Het tarief als genoemd in onderdeel 1.8.1.5 wordt
bij een spoedlevering
vermeerderd met een bedrag per bijschrijvingssticker
van
|
€
|
21,40
|
1.8.5
|
Indien aan de aanvrager reeds eerder een
reisdocument werd verstrekt, welk document bij de
aanvraag – anders dan door overmacht – niet compleet
kan worden overgelegd, worden de ter zake
verschuldigde leges verhoogd met
|
|
23,00
|
Hoofdstuk 9 Rijbewijzen
1.9.1
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een
aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen
van een rijbewijs
|
€
|
42,45
|
1.9.2
|
Het tarief genoemd in onderdeel 1.9.1 wordt bij een
spoedlevering
vermeerderd met
|
€
|
43,00
|
1.9.3
|
Indien aan de aanvrager reeds eerder een rijbewijs
werd verstrekt,
welk document bij de aanvraag - anders dan door
overmacht – niet
compleet kan worden overgelegd, worden de ter zake
verschuldigde leges verhoogd met
|
€
|
16,50
|
Hoofdstuk 10 Wet op de kansspelen
1.10.1
|
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling
nemen van een
aanvraag tot het verkrijgen van een
aanwezigheidsvergunning als
bedoeld in artikel 30b van de Wet op de
kansspelen
|
|
|
1.10.1.1
|
voor een periode van twaalf maanden voor één
speelautomaat
|
€
|
56,50
|
1.10.1.2
|
voor een periode van twaalf maanden voor twee of
meer
speelautomaten
|
€
|
22,50
|
|
vermeerderd met het product van het aantal
speelautomaten waarvoor de vergunning geldt en een
bedrag van
|
€
|
34,00
|
|
|
|
|
1.10.1.3
|
het tarief bedoeld in 1.10.1.1 en 1.10.1.2 is van
toepassing, indien de
vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf
maanden met dien
verstande dat het tarief bedoeld in 1.10.1.1 en
1.10.1.2 naar
evenredigheid van het verschil in looptijd van de
vergunning verlaagd wordt.
|
|
|
1.10.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot
het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in
artikel 3 van de Wet op
de kansspelen (loterijvergunning)
|
€
|
14,75
|
1.10.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot
het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in
artikel 28 van de Wet
op de kansspelen (prijsvraagvergunning)
|
€
|
14,75
|
Hoofdstuk 11 Winkeltijdenwet
1.11
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een aanvraag
|
|
|
1.11.1
|
voor een ontheffing in het kader van de
Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit
Winkeltijdenwet
|
€
|
31,30
|
1.11.2
|
tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel
1.11.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een
ander
|
€
|
31,30
|
1.11.3
|
tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel
1.11.1 bedoelde ontheffing
|
€
|
31,30
|
Hoofdstuk 12 Verkeer en vervoer
1.12
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een aanvraag
|
|
|
1.12.1
|
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in
artikel 87 van het Reglement verkeersregels en
verkeerstekens 1990
|
€
|
32,60
|
1.12.2
|
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in
artikel 7.1 van het Voertuigreglement
|
€
|
32,60
|
1.12.3
|
tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart
als bedoeld in
artikel 49 van het Besluit administratieve
bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)
|
€
|
11,40
|
Hoofdstuk 13 Leegstandswet
1.13
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een aanvraag
|
|
|
1.13.1
|
tot het afgeven van een vergunning voor tijdelijke
verhuur als bedoeld
in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandswet
|
€
|
44,40
|
1.13.2
|
tot het afgeven van een vergunning voor tijdelijke
verhuur als bedoeld
in artikel 15, vierde lid, van de Leegstandswet
|
€
|
33,40
|
Hoofdstuk 14 Diversen
1.14.1
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een aanvraag
|
|
|
1.14.1.1
|
tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het
gedrag
|
€
|
30,50
|
1.14.1.2
|
tot het verkrijgen van een attestatie de vita
|
€
|
5,50
|
1.14.1.3
|
tot het verkrijgen van een legalisatie van een
handtekening
|
€
|
3,50
|
1.14.1.4
|
tot het verkrijgen van een bewijs van
Nederlanderschap
|
€
|
5,50
|
1.14.1.5
|
tot het verkrijgen van een uittreksel uit de
gemeentelijke basisadministratie
|
€
|
5,50
|
1.14.2
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een
melding in verband met het verkrijgen van instemming
omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering
van werkzaamheden als
bedoeld in artikel 5.2, derde lid, van de
Telecommunicatiewet
|
€
|
224,50
|
|
|
|
|
1.14.3
|
Indien met betrekking tot een melding overleg moet
plaatsvinden
tussen gemeente, andere beheerders van openbare
grond en de
aanbieder van het netwerk, wordt het in 1.14.2
genoemde bedrag
verhoogd met
|
€
|
219,20
|
Titel 2
Dienstverlening vallend onder fysieke
leefomgeving /
omgevingsvergunning
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
2.1.1
|
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan
onder:
|
|
|
2.1.1.1
|
bouwkosten:
|
|
|
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld
in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme
Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van
werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk,
of voor zover deze ontbreekt een raming van de
bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het
normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit
normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd.
Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door
zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder
bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in
het economisch verkeer zou moeten worden betaald
voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop
de aanvraag betrekking heeft;
|
|
|
2.1.1.2
|
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
|
|
|
2.1.2
|
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo
zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij
of krachtens de Wabo bedoeld.
|
|
|
2.1.3
|
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader
in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben
op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een
ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben
dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift
bedoeld.
|
|
|
Hoofdstuk 2 Omgevingsvergunning
2.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een
project: de som van de verschuldigde leges voor de
verschillende activiteiten of handelingen waaruit
het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop
de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde
leges voor de extra toetsen die in verband met de
aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de
tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit
hoofdstuk. In afwijking van de vorige volzin kan ook
per activiteit, handeling of andere grondslag een
legesbedrag worden gevorderd.
|
|
|
|
|
|
|
2.2.1
|
Bouwactiviteiten
|
|
|
2.2.1.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld
in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo,
bedraagt het tarief
|
|
|
2.2.1.1.1
|
indien de bouwkosten € 1.430,22 of minder
bedragen:
|
€
|
60,50
|
2.2.1.1.2
|
indien de bouwkosten meer dan € 1.430,22
bedragen:
|
€
|
50,40
|
|
vermeerderd met 2,36% van de bouwsom
|
|
|
2.2.1.2
|
Welstandstoets
|
|
|
2.2.1.2.1
|
Indien de aanvraag betrekking heeft op
bouwactiviteiten waarvoor een toetsing aan de
welstandscriteria als bedoeld in artikel 12a van de
Woningwet moet plaatsvinden maar niet het advies van
de welstandscommissie behoeft te worden ingewonnen,
worden de overeenkomstig 2.2.1.1 berekende leges
verhoogd met
|
€
|
30,30
|
|
|
|
|
2.2.1.2.2
|
Indien de aanvraag betrekking heeft op
bouwactiviteiten waarvoor een toetsing aan de
welstandscriteria als bedoeld in artikel 12a van de
Woningwet moet plaatsvinden en het advies van de
welstandscommissie behoeft te worden ingewonnen,
worden de overeenkomstig 2.2.1.1 berekende leges
verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het
in behandeling nemen van de aanvraag om een
omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde
kosten, blijkend uit een begroting die door het
college van burgemeester en wethouders is
opgesteld.
|
|
|
|
|
|
|
2.2.1.4
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
|
2.2.1.4.1
|
Onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.2.1.1
en 2.2.1.2 bedraagt het tarief, indien de in dat
onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na
aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit
|
|
100%
|
|
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde
leges.
|
|
|
2.2.2
|
Aanlegactiviteiten
|
|
|
2.2.2.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld
in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo,
bedraagt het tarief
|
€
|
59,35
|
2.2.2.2
|
Indien de aanvraag betrekking heeft op activiteiten
waarvoor de vergunning met toepassing van artikel
3.17 van de Wet ruimtelijke ordening moet worden
verleend, wordt het in 2.2.2.1 genoemde bedrag
verhoogd met
|
€
|
347,00
|
2.2.3
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij
tevens sprake is van een
bouwactiviteit
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in
artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en
tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld
in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo,
bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in
onderdeel 2.2.1
|
€
|
347,00
|
2.2.4
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij
geen sprake is van een
bouwactiviteit
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in
artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en
tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld
in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo,
bedraagt het tarief
|
€
|
347,00
|
2.2.5
|
In gebruik nemen of gebruiken
bouwwerken in relatie tot
brandveiligheid
|
|
|
2.2.5.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in
artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo,
bedraagt het tarief
|
|
|
2.2.5.1.1
|
indien het betreft de aanvraag inzake een
bouwwerk
|
€
|
244,60
|
2.2.5.1.2
|
indien het betreft de aanvraag inzake een tijdelijk
bouwwerk
|
€
|
211,00
|
2.2.6
|
Sloopactiviteiten anders dan bij
monumenten of in beschermd
stadsgezicht
|
|
|
2.2.6.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in
gevallen
|
|
|
|
-waarin dat in een bestemmingsplan,
beheersverordening of
- voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in
artikel 2.1, eerste lid,
- onder g, van de Wabo;
|
|
|
|
-waarvoor op grond van een provinciale verordening
een
- vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in
artikel 2.2, eerste lid,
- aanhef en onder a, van de Wabo;
|
|
|
|
bedraagt het tarief
|
€
|
59,35
|
2.2.6.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in
gevallen waarvoor op grond van artikel 8.1.1 van de
Bouwverordening een vergunning of ontheffing is
vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef
en onder a, van de Wabo bedraagt het tarief
|
€
|
244,60
|
2.2.7
|
Handelsreclame
|
|
|
2.2.7.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op handelsreclame met behulp van
een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke
vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het
publiek toegankelijke plaats, waarvoor ingevolge
artikel 4.7.2 van de Algemene Plaatselijke
Verordening een vergunning is vereist, als bedoeld
in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder g of h,
van de Wabo, en indien niet tevens sprake is van
activiteit als bedoeld in onderdeel 2.2.1
(bouwactiviteit), bedraagt het tarief
|
€
|
15,70
|
2.2.7.2
|
Het in 2.2.7.1 genoemde bedrag wordt verhoogd indien
de aanvraag betrekking heeft op een periode
|
|
|
2.2.7.2.1
|
minder dan een maand met
|
€
|
15,70
|
2.2.7.2.2
|
van een maand tot een kwartaal met
|
€
|
31,35
|
2.2.7.2.3
|
van een kwartaal tot een half jaar met
|
€
|
62,70
|
2.2.7.2.4
|
van een half jaar tot een jaar met
|
€
|
94,00
|
2.2.8
|
Activiteiten met betrekking tot
monumenten
|
|
|
2.2.8.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning
betrekking heeft op een activiteit met betrekking
tot een beschermd monument als bedoeld in artikel
2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo als bedoeld in
artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo,
worden de overeenkomstig dit hoofdstuk berekende
leges verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan
het in behandeling nemen van de aanvraag om een
omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde
kosten, blijkend uit een begroting die door het
college van burgemeester en wethouders is
opgesteld.
|
|
|
2.2.9
|
Omgevingsvergunning in twee
fasen
|
|
|
2.2.9.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op
verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in
artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het
tarief:
|
|
|
2.2.9.2
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor
een beschikking met betrekking tot de eerste fase:
het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de
tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten
waarop de beschikking voor de eerste fase betrekking
heeft;
|
|
|
2.2.9.3
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor
een beschikking met betrekking tot de tweede fase:
het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de
tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten
waarop de beschikking voor de tweede fase betrekking
heeft.
|
|
|
2.2.10
|
Advies
|
|
|
2.2.10.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande
onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief,
indien een daartoe bij wettelijk voorschrift
aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies
moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van
de beschikking op de aanvraag om een
omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand
aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een
omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde
kosten, blijkend uit een begroting die door het
college van burgemeester en wethouders is
opgesteld.
|
|
|
|
|
|
|
2.2.10.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.2.10.1 is
uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling
genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de
begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht,
tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag
schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Hoofdstuk 3 Teruggaaf
2.3.1
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking
aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-
of sloopactiviteiten
|
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een
omgevingsvergunning voor een project dat geheel of
gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of
sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen
2.2.1, 2.2.2, 2.2.6 en 2.2.8 intrekt, bestaat
aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De
teruggaaf bedraagt:
|
|
|
2.3.1.1
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een
termijn van vier weken na het in behandeling nemen
ervan
|
|
75%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de
betreffende activiteit verschuldigde leges
|
|
|
2.3.1.2
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken na vier weken
en binnen acht weken na het in behandeling nemen
ervan
|
|
50%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de
betreffende activiteit verschuldigde leges
|
|
|
2.3.1.3
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken na acht weken
en binnen twaalf weken na het in behandeling nemen
ervan
|
|
25%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de
betreffende activiteit verschuldigde leges
|
|
|
2.3.2
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking
verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-
of sloopactiviteiten
|
|
|
|
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning
voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat
uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld
in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, 2.2.6 en 2.2.8
intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat
aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges,
mits deze aanvraag is ingediend binnen zes maanden
na verlening van de vergunning en van de vergunning
geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt
|
|
25%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de
betreffende activiteit verschuldigde leges
|
|
|
2.3.3
|
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van
een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of
sloopactiviteiten
|
|
|
2.3.3.1
|
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een
project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit
bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in
de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, 2.2.6 en 2.2.8 weigert,
bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de
leges. De teruggaaf bedraagt
|
|
25%
|
|
van de op grond van die onderdelen voor de
betreffende activiteit verschuldigde leges
|
|
|
2.3.3.2
|
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.3.3.1
wordt mede verstaan een vernietiging van de
beschikking waarbij de vergunning is verleend bij
rechterlijke uitspraak
|
|
|
2.3.4
|
Minimumbedrag voor teruggaaf
|
|
|
|
Een bedrag minder dan € 100 wordt niet
teruggegeven.
|
|
|
Hoofdstuk 4 Sloopmelding
2.4
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een sloopmelding als bedoeld in artikel 8.2.1
van de Bouwverordening
|
€
|
50,45
|
Titel 3
Dienstverlening vallend onder Europese
dienstenrichtlijn
Hoofdstuk 1 Horeca
3.1.1
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een
aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning
ingevolge artikel 3,
eerste lid, van de Drank- en Horecawet
|
€
|
235,60
|
3.1.2
|
Indien bij de behandeling van de aanvraag om een
vergunning als
bedoeld in onderdeel 3.1.1 een BIBOB-advies wordt
ingewonnen,
worden de verschuldigde leges verhoogd met
|
€
|
500,00
|
3.1.3
|
Het tarief bedraagt terzake van het overschrijven en
wijzigen van een vergunning, als bedoeld in de
Drank- en Horecawet
|
€
|
53,55
|
Hoofdstuk 2 Organiseren van evenementen en markten
3.2.1
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een
ventvergunning of een vergunning om in de gemeente
een standplaats in te nemen, anders dan op de
daarvoor aangewezen marktplaats, geldig voor
|
|
|
3.2.1.1
|
een dag
|
€
|
31,30
|
3.2.1.2
|
een week
|
€
|
45,75
|
3.2.1.3
|
een maand
|
€
|
62,65
|
3.2.1.4
|
een kwartaal
|
€
|
85,30
|
3.2.1.5
|
een half jaar
|
€
|
119,50
|
3.2.1.6
|
een jaar
|
€
|
165,00
|
3.2.2
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een
vergunning tot het maken van muziek door middel van
muziekinstrumenten of langs mechanische weg in
café’s of in andere voor het publiek toegankelijke
inrichtingen en lokaliteiten, geldig voor
|
|
|
3.2.2.1
|
een dag
|
€
|
31,30
|
3.2.2.2
|
een week
|
€
|
45,75
|
3.2.2.3
|
een maand
|
€
|
62,65
|
3.2.2.4
|
een kwartaal
|
€
|
85,30
|
3.2.2.5
|
een half jaar
|
€
|
119,50
|
3.2.2.6
|
een jaar
|
€
|
165,00
|
3.2.3
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een
vergunning tot het houden van filmvertoningen en
andere vermakelijkheden ingevolge de Algemene
Plaatselijke Verordening
|
€
|
31,30
|
3.2.4
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een
vergunning tot het houden van bazaars, fancyfairs
e.d.
|
€
|
15,65
|
3.2.5
|
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling
nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een
vergunning tot gebruik van de weg of een weggedeelte
anders dan overeenkomstig de bestemming, als bedoeld
in artikel 2.1.5.1 van de Algemene Plaatselijke
Verordening
|
€
|
15,65
|
|
welk bedrag wordt verhoogd, indien de vergunning
geldig is voor een periode van
|
|
|
3.2.5.1
|
minder dan een maand
|
€
|
15,65
|
3.2.5.2
|
van een maand tot een kwartaal met
|
€
|
31,30
|
3.2.5.3
|
van een kwartaal tot een half jaar met
|
€
|
62,65
|
3.2.5.4
|
van een half jaar tot een jaar met
|
€
|
93,90
|
Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven
3.3.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen
van een aanvraag tot het verkrijgen van een
vergunning tot het exploiteren van een
prostitutiebedrijf of een escortbedrijf als bedoeld
in artikel 3.2.1.b van de Algemeen Plaatselijke
Verordening of een escortbedrijf
|
€
|
626,20
|
3.3.2
|
Indien bij de behandeling van de aanvraag om een
vergunning als
bedoeld in onderdeel 3.3.1 een BIBOB-advies wordt
ingewonnen,
worden de verschuldigde leges verhoogd met
|
€
|
500,00
|
3.3.3
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een
aanvraag tot het
verkrijgen van een vergunning tot het organiseren
van een
evenement als bedoeld in artikel 2.2.2 van de
Algemeen Plaatselijke Verordening bedraagt
|
€
|
5,30
|
Hoofdstuk 4 Brandbeveiligingsverordening
3.4
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een
aanvraag
|
|
|
3.4.1
|
tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking
tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als
bedoeld in artikel 2.1.1 van de
Brandbeveiligingsverordening
|
€
|
244,60
|
3.4.2
|
tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking
tot het brandveilig gebruik van een tijdelijke
inrichting, als bedoeld in artikel 2.1.1 van de
Brandveiligheidsverordening
|
€
|
211,00
|