Organisatie | Lingewaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening leerlingenvervoer gemeente Lingewaal |
Citeertitel | Verordening leerlingenvervoer gemeente Lingewaal |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp |
De verordening leerlingenvervoer gemeente Lingewaal 2003 wordt ingetrokken.
Onbekend
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-12-2010 | 01-01-2021 | Nieuwe regeling | 02-12-2010 Lingewaaljournaal, 22-12-2010 | Onbekend | |
23-12-2010 | Nieuwe regeling | 02-12-2010 Lingewaaljournaal, 22-12-2010 | Onbekend |
Titeldeel 1 Algemene voorwaarden
In deze verordening wordt verstaan onder:
school: - een basisschool of speciale school voor basisonderwijs als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs (stb. 1998,495); - een school voor speciaal onderwijs of speciaal en voortgezet speciaal of voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in de Wet op de expertisecentra (stb. 1998, 496); - een school voor voortgezet onderwijs als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs (stb. 1998, 512); - een school voor speciaal voortgezet onderwijs als bedoeld in deel II van de Wet op het voortgezet onderwijs.
vervoer: openbaar vervoer, aangepast vervoer of eigen vervoer tussen de woning dan wel de opstapplaats en de school dat plaatsvindt in aansluiting op het begin en einde van de schooldag volgens het schoolplan, tenzij de structurele handicap van de leerplichtige leerling die aansluiting onmogelijk maakt;
reistijd: de totale reisduur die ligt tussen het verlaten van de woning en de aanvang van de schooldag volgens het schoolplan, minus maximaal 10 minuten indien en voor zover de leerling het schoolgebouw met bijbehorend terrein gewoonlijk eerder bereikt dat het schoolplan aangeeft, dan wel de totale reisduur die ligt tussen het einde van de schooldag volgens het schoolplan en de aankomst bij de woning;
toegankelijke school: - voor basisscholen en speciale scholen voor basisonderwijs: de basisschool van de verlangde godsdienstige of levensbeschouwelijke richting dan wel de openbare school of de speciale school voor basisonderwijs waarop de leerling in aangewezen van de verlangde godsdienstige of levensbeschouwelijke richting dan wel de openbare school; - voor scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs en scholen voor voortgezet onderwijs: de school van de soort waarop de leerling is aangewezen van de verlangde godsdienstige of levensbeschouwelijke richting dan wel de openbare school van de soort waarop de leerling is aangewezen;
vervoersvoorziening: een gehele of gedeeltelijke bekostiging van de door het college noodzakelijk geachte vervoerskosten van de leerling en zo nodig dienst begeleider: - de verstrekking van een abonnement of strippenkaart voor de leerling en zo nodig diens begeleider, of - aanbieding van aangepast vervoer dat de gemeente verzorgt of doet verzorgen.
ambulante begeleiding: de begeleiding door een personeelslid van een school of instelling als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de expertisecentra van leerlingen die zijn geplaatst op een basisschool of leerlingen die zijn geplaatst op een school voor voortgezet onderwijs en naar het oordeel van het bevoegd gezag zonder die begeleiding zouden zijn aangewezen op het speciaal onderwijs of het voortgezet speciaal onderwijs;
Artikel 2 Bekostiging van het door het college noodzakelijk te achten vervoerskosten
Indien het college toepassing geeft aan het eerste lid, verlangt het dat de ouders aan wie slechts een gedeeltelijke bekostiging van de vervoerskosten toekomt, hun kinderen van het aldus verzorgde vervoer gebruik laten maken tegen betaling van een bijdrage tot ten hoogste het bedrag dat de ouders in gevolge het bepaalde in deze verordening moeten bijdragen aan de kosten van het vervoer.
Weigering van of nalatigheid in de betaling van de in de vorige volzin bedoelde bijdrage doet de aanspraak op bekostiging vervallen.
Artikel 3 Bekostiging naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school
Bekostiging van de vervoerskosten wordt toegekend over de afstand tussen de woning dan wel de opstapplaats en de dichtstbijzijnde voor de leerling toegankelijke school, tenzij vervoer naar een verderweg gelegen school voor de gemeente minder kosten met zich mee zou brengen en de ouders met het vervoer naar die school schriftelijk instemmen.
Indien ouders bekostiging van het vervoer aanvragen voor het bezoeken van een school die op grotere afstand van de woning is gelegen dan in artikel 11 of 15 is bepaald, terwijl een of meer scholen van dezelfde onderwijssoort dichter bij de woning zijn gelegen, ontstaat er slechts aanspraak op bekostiging naar eerstgenoemde school als door de ouders schriftelijk wordt verklaard dat zij overwegende bezwaren hebben tegen het openbaar onderwijs dan wel tegen de richting van het onderwijs van alle bijzondere scholen, van de soort waarop de leerling is aangewezen, die dichter bij de woning zijn gelegen.
Artikel 4 Uitbetaling van de bekostiging
Het college bepaalt bij het verstrekken van de bekostiging van de vervoerskosten de wijze en het tijdstip van de uitbetaling, alsmede de tijdsduur van de verstrekte bekostiging.
Indien een vervoersvoorziening wordt toegekend, wordt deze getroffen:
- met ingang van het nieuwe schooljaar indien de aanvraag voor 1 juni is ingediend;
- met ingang van de door de ouders verzochte datum als het een aanvraag gedurende het
schooljaar betreft, met dien verstande dat de datum waarop bekostiging wordt verstrekt niet ligt voor de datum van ontvangst van de aanvraag door het college.
Artikel 6 Doorgeven van wijzigingen
Indien de ouders niet voldoen aan het bepaalde in het eerste lid en het college een wijziging als bedoeld in het tweede lid vaststelt, waardoor blijkt dat ten onrechte bekostiging is verstrekt, vervalt de aanspraak op bekostiging van de vervoerskosten terstond en verstrekt het college al dan niet opnieuw bekostiging van de vervoerskosten.
Het college deelt zijn besluit schriftelijk mee aan de ouders.
Titeldeel 2 Bepalingen omtrent het vervoer van de leerlingen van scholen voor primair onderwijs
Artikel 9 Bekostiging voor de dichtstbijzijnde toegankelijke speciale school voor basisonderwijs in het samenwerkingsverband
Met inachtneming van het bepaalde in artikel 3 wordt bekostiging verstrekt van de kosten van het vervoer over de afstand tussen de woning dan wel de opstapplaats en:
Artikel 12 Bekostiging van het vervoer ten behoeve van een begeleider
Indien aanspraak bestaat op bekostiging zoals bedoeld in artikel 11, bekostigt het college tevens de daarin bedoelde kosten ten behoeve van een begeleider indien de leerling jonger is dan negen jaar en door de ouders ten behoeve van het college genoegzaam wordt aangetoond dat de leerling niet in staat is zelfstandig van het openbaar vervoer of de fiets gebruik te maken.
Artikel 13 Bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer
Het college verstrekt bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer aan de ouders van de leerling die een school voor basisonderwijs of een speciale school voor basisonderwijs bezoekt, indien wordt voldaan aan de afstandcriteria in artikel 11 en:
Artikel 14 Bekostiging op basis van de kosten van eigen vervoer
Indien toestemming ingevolge het eerste lid aan de ouders is verleend, bekostigt het college aan de ouders die meer dan één leerling tegelijk zelf vervoeren dan wel laten vervoeren, een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de auto, afgeleid van de Reisregeling binnenland, behoudens het bepaalde in het vierde lid.
Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten en het college desgewenst toestaat dan wel van oordeel is dat de leerling gebruik kan maken van het vervoer per fiets, bekostigt het college aan de ouders een bedrag op basis van de kilometervergoeding voor de fiets, afgeleid van de Reisregeling binnenland.
Titeldeel 3 Bepalingen omtrent het vervoer van de leerlingen van scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs
Artikel 15 Bekostiging van de kosten van het openbaar vervoer en vervoer per fiets
In afwijking van het eerste lid verstrekt het college de ouders bekostiging op basis van de kosten van het vervoer per fiets dan wel bromfiets, indien de leerling naar oordeel van het college, al dan niet onder begeleiding, gebruik kan maken van het vervoer per fiets dan wel zelfstandig gebruik kan maken van het vervoer per bromfiets.
Artikel 16 Commissie van begeleiding
Indien het college de gevraagde voorziening ten behoeve van een leerling op een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs niet of slechts gedeeltelijk toekent, dient het bij de beschikking het advies van de commissie van begeleiding of van andere deskundigen te betrekken.
Artikel 17 Bekostiging van de kosten van openbaar vervoer ten behoeve van een begeleider
Indien aanspraak bestaat op bekostiging zoals bedoeld in artikel 15, bekostigt het college tevens de daarin bedoelde kosten ten behoeve van een begeleider indien door de ouders ten behoeve van het college genoegzaam wordt aangetoond dat de leerling, gelet op zijn lichamelijke, verstandelijke of zintuiglijke handicap of leeftijd, niet in staat is zelfstandig van het openbaar vervoer of de fiets gebruik te maken.
Artikel 19 Bekostiging op basis van de kosten van eigen vervoer
Indien toestemming ingevolge het eerste lid aan de ouders is verleend, verstrekt het college aan de ouders die meer dan één leerling tegelijk zelf vervoeren of laten vervoeren, bekostiging van een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de auto, afgeleid van de Reisregeling binnenland, behoudens het bepaalde in het vierde lid.
Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten en het college desgewenst toestaat dan wel van oordeel is dat de leerling gebruik kan maken van het vervoer per fiets of bromfiets, verstrekt het college aan de ouders bekostiging van het bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de fiets dan wel bromfiets, afgeleid van de Reisregeling binnenland.
Artikel 20 Bekostiging vervoerskosten
Het college verstrekt eveneens bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer aan de ouders van de leerling die een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs bezoekt, in het geval dat de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde voor de leerling toegankelijke school minder bedraagt dan is bepaald in artikel 15, indien het college van oordeel is dat de lichamelijke, verstandelijke of zintuiglijke handicap van de leerling dat vereist.
Titeldeel 4 Bepalingen omtrent weekeinde- en vakantievervoer
Artikel 21 Bekostiging kosten weekeinde- en vakantievervoer aan de in de gemeente wonende ouders
Het college bekostigt desgewenst de kosten van het weekeinde- en vakantievervoer aan de in de gemeente wonende ouders van de leerling die, met het oog op het volgen van voor hem passend (voortgezet) speciaal onderwijs in een internaat of pleeggezin verblijft, volgens het bepaalde in deze titel.
Artikel 22 Bekostiging kosten weekeinde- en vakantievervoer
Het college verstrekt aan de ouders bekostiging van de kosten van het weekeindevervoer van de leerling voor de, eenmaal per weekeinde gemaakte, reis van het internaat of het pleeggezin waar de leerling verblijft, naar de woning van de ouders en terug, voor zover de weekeinden niet vallen binnen de in het tweede lid bedoelde schoolvakanties.
Het college bekostigt de kosten van het vakantievervoer van de leerling voor de, eenmaal per schoolvakantie van twee dagen of meer, gemaakte reis van het internaat of het pleeggezin waar de leerling verblijft, naar de woning van de ouders en terug, voor zover de vakantie voorkomt in het schoolplan van de school die de leerling bezoekt.
Titeldeel 5 Een bijdrage en bekostiging naar financiële draagkracht
Aan de ouders van een leerling die een school voor basisonderwijs of een speciale school voor basisonderwijs bezoekt, van wie het inkomen tezamen meer bedraagt dan het drempelbedrag in bijlage 1, wordt slechts bekostiging verstrekt voor zover de kosten van het vervoer van die leerling de kosten van het openbaar vervoer over de in artikel 11 bepaalde afstand te boven gaan.
Ingeval het college in plaats van bekostiging in geld toe te kennen het vervoer zelf verzorgt dan wel doen verzorgen, betalen de ouders van een leerling die een school voor basisonderwijs of een school voor voortgezet onderwijs bezoekt, per leerling per schooljaar een eigen bijdrage die gelijk is aan de kosten van het openbaar vervoer over de in artikel 11 bepaalde afstand indien het inkomen van de ouders meer bedraagt dan het drempelbedrag in bijlage 1.
De kosten voor openbaar vervoer, genoemd in het eerste of tweede lid, betreffen de kosten van openbaar vervoer die op grond van de zone-indeling in de regeling die gebaseerd is op artikel 30, eerste lid van de Wet personenvervoer 2000, voor de afstand redelijkerwijs zouden worden gemaakt, ongeacht de aanwezigheid van openbaar vervoer of het daadwerkelijke gebruik daarvan.
Artikel 24 Financiële draagkracht
Ingeval het college in plaats van bekostiging in geld toe te kennen het vervoer zelf verzorgt dan wel doen verzorgen en de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school voor basisonderwijs meer dan 20 kilometer bedraagt, betalen de ouders een van de financiële draagkracht afhankelijke bijdrage tot ten hoogste het bedrag van de kosten van het vervoer.
De inkomensbedragen, genoemd in het derde lid, worden met ingang van 1 januari 1998 jaarlijks aangepast aan de wijziging die het indexcijfer van de regelingslonen van volwassen werknemers heeft ondergaan ten opzichte van 1 januari van het voorafgaande jaar, en rekenkundig afgerond op een veelvoud van € 500.
De bedragen van de eigen bijdrage, bedoeld in het derde lid, worden ingang van 1 januari 1998 jaarlijks aangepast aan de wijziging die het consumentenprijsindexcijfer van de reeks alle huishoudens op het onderdeel vervoersdiensten heeft ondergaan ten opzichte van 1 januari van het voorafgaande jaar, en rekenkundig afgerond op een veelvoud van € 5.
Titeldeel 6 Bepalingen omtrent het vervoer van gehandicapte leerlingen van scholen voor primair onderwijs en voortgezet onderwijs
Artikel 25 Bekostiging op basis van de kosten van openbaar vervoer met begeleiding
Het college verstrekt bekostiging op basis van de kosten van openbaar vervoer met begeleiding aan de ouders van de leerling die een basisschool, speciale school voor basisonderwijs of een school voor voortgezet onderwijs bezoekt en vanwege een lichamelijke, verstandelijke of zintuiglijke handicap niet zelfstandig van het openbaar vervoer gebruik kan maken. Ten aanzien van een leerling van een speciale school voor basisonderwijs neemt het college artikel 9 in acht.
In afwijking van het eerste lid verstrekt het college de ouders bekostiging op basis van de kosten van het vervoer per fiets dan wel bromfiets, indien de leerling naar het oordeel van het college, als dan niet onder begeleiding, gebruik kan maken van het vervoer per fiets, dan wel zelfstandig gebruik kan maken van het vervoer per bromfiets.
Artikel 26 Bekostiging op basis van kosten van aangepast vervoer
Het college verstrekt bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer aan de ouders van de leerling die een basisschool, speciale school voor basisonderwijs of een school voor voortgezet onderwijs bezoekt indien:
de leerlingen, naar oordeel van het college, gelet op zijn lichamelijke, verstandelijke of zintuiglijke handicap niet in staat is -ook niet onder begeleiding- van openbaar vervoer gebruik te maken. Ten aanzien van een leerling van een speciale school voor basisonderwijs neemt het college artikel 9 in acht. Of:
Artikel 27 Bekostiging op basis van eigen vervoer
Indien toestemming ingevolge het eerste lid aan de ouders is verleend, verstrekt het college aan de ouders die meer dan één leerling tegelijk zelf vervoeren of laten vervoeren, bekostiging van een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de auto, afgeleid van de Reisregeling binnenland, behoudens het bepaalde in het vierde lid.
Indien aanspraak bestaat op bekostiging van de vervoerskosten en het college desgewenst toestaat dan wel van oordeel is dat de leerling gebruik kan maken van het vervoer per fiets of bromfiets, verstrekt het college aan de ouders bekostiging van een bedrag op basis van een kilometervergoeding voor de fiets of bromfiets, afgeleid van de Reisregeling binnenland.
Artikel 28 Beslissing college in gevallen waarin de regeling niet voorziet
In gevallen die de uitvoering van het leerlingenvervoer betreffen en waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.
Artikel 29 Afwijken van bepalingen
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de ouders afwijken van de bepalingen in deze verordening, zo nodig na advies te hebben gevraagd aan de permanente commissie leerlingenzorg, de commissie van begeleiding, de regionale verwijzingscommissie of andere deskundigen.
Artikel 30 Intrekking oude regeling
De verordening leerlingenvervoer gemeente Lingewaal 1999 wordt ingetrokken.
Voor een leerling als bedoeld in titel 6 voor wie in het schooljaar 2001-2002 krachtens de Wet Rea een vervoersvoorziening werd verstrekt, niet zijnde een voorziening in de vorm van een bruikleenauto of een voorziening deel uit makend of samenhangend met een leefvervoervoorziening, blijft, indien de ouders dat wensen, zo nodig in afwijking van artikel 3 aanspraak bestaan op een gelijkwaardige voorziening van en naar de school die de leerling in schooljaar 2001-2002 bezocht.
Voor de leerling van leerwegondersteunend onderwijs of praktijkonderwijs die in het schooljaar 2001-2002 een vervoersvoorziening kreeg naar een school voor speciaal voortgezet onderwijs, leerwegondersteunend onderwijs, praktijkonderwijs of een opdc, blijft aanspraak bestaan op een vervoersvoorziening van en naar de school of opdc die de leerling in het schooljaar 2001-2002 bezocht, indien de afstand van de woning naar de school meer dan zes kilometer bedraagt. Titel 5 is van overeenkomstige toepassing.
De bepalingen in titel 6 zijn voor de eerste maal van toepassing in het schooljaar 2002-2003. Op het vervoer van leerlingen voorafgaand aan schooljaar 2002-2003 en daarop betrekking hebbende geschillen, blijven de regelingen die voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze verordening luiden van toepassing.
Bedragen leerlingenvervoer 2010/2011 1
1. Inkomensgrens zoals bedoeld in artikel 23 modelverordening leerlingenvervoer
Om de inkomensgrens voor het schooljaar 2010-2011 te bepalen is het bedrag van vorig jaar per
1 januari 2010 geïndexeerd aan de hand van de stijging van het indexcijfer van de Cao-lonen,
volgens de in de Wet op het primair onderwijs (artikel 4) bepaalde systematiek.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft voor 2009 het indexcijfer vastgesteld op 122,9. Voor
het jaar 2008 was dit cijfer 119,8. Dat betekent een stijging van 2,6 %. Uitgaande van het in de modelverordening voor het schooljaar 2008-2009 genoemde inkomensbedrag van € 22.050 leidt dat voor het schooljaar 2010-2011 tot een inkomensgrens van € 23.400. Indien gekozen is voor een hoger inkomensbedrag wordt dit bedrag geïndexeerd met 2,6 % en
afgerond op een veelvoud van € 450.
Onder inkomen moet worden verstaan het gecorrigeerde verzamelinkomen in de zin van de Wet
inkomstenbelasting 2001 in het peiljaar. Als peiljaar moet op grond van de wet worden aangemerkt het tweede kalenderjaar voorafgaande aan het schooljaar waarvoor bekostiging van de vervoerskosten wordt gevraagd. Dit is voor het schooljaar 2010-2011 het jaar 2008.
2. Drempelbedrag zoals bedoeld in artikel 23 modelverordening leerlingenvervoer
De kosten van openbaar vervoer op grond van de zone-indeling bedragen voor het kalenderjaar
2010 voor een jeugdjaarkaart op basis van één ster (waarmee één zone kan worden gereisd)
€ 279,- en voor een jeugdjaarkaart op basis van twee sterren (voor een centrumzone + één
aangrenzende zone in alle richtingen) € 458,-.
3. Draagkrachtafhankelijke bijdrage zoals bedoeld in artikel 24 modelverordening
Na indexering op grond van artikel 24, vierde en vijfde lid van de modelverordening, zijn de
Voor de indexering van de inkomensbedragen zie punt 1. De bedragen worden afgerond op een
veelvoud van € 500. De eigen bijdragen zijn geïndexeerd aan de hand van het
consumentenprijsindexcijfer (CPI) vervoersdiensten. Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft
het CPI voor vervoersdiensten in 2009 vastgesteld op 108,90; voor 2008 was dit cijfer 106,38. Dit
betekent een stijging van 2,4 %. De geïndexeerde eigen bijdragen zijn vervolgens afgerond op
Indien het college besluit aan ouders een kilometervergoeding voor eigen vervoer toe te
kennen, wordt volgens de artikelen 14, 19 en 27 van de modelverordening leerlingenvervoer
een vergoeding verstrekt die is afgeleid van de Reisregeling binnenland. Voor 2010 geldt op grond
van deze regeling voor de eigen auto een bedrag van € 0,37 per kilometer. Dit bedrag is niet
gewijzigd ten opzichte van 2009.
Het genoemde bedrag wordt uitgekeerd voor de kilometers die de leerling aflegt. Wanneer zowel
de heen- als de terugreis tweemaal worden vergoed kunnen gemeenten het gehalveerde bedrag
In vervolg op de tot 1 april 1993 geldende systematiek kunnen de gemeenten kiezen voor een
schijvenmodel. Indien deze systematiek gehanteerd wordt, moet de heen- en terugreis tweemaal
De vergoeding voor het gebruik van een eigen fiets bedraagt € 0,09 per kilometer. De vergoeding
voor het gebruik van een eigen bromfiets is op grond van de Reisregeling binnenland gelijk aan de
vergoeding voor de eigen auto, en bedraagt € 0,37 per kilometer. De onbelaste kilometervergoeding voor werknemers is niet gewijzigd ten opzichte van het jaar 2009 en bedraagt € 0.19 per kilometer.
De “eigenvervoer” vergoedingen in het leerlingenvervoer zijn onbelast; voor de ontvangers vormt