Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Eersel

Beleidsregel masterplan vrijetijdseconomie gemeente Eersel 2014-2030

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieEersel
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel masterplan vrijetijdseconomie gemeente Eersel 2014-2030
CiteertitelBeleidsregel masterplan vrijetijdseconomie gemeente Eersel 2014-2030
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpEconomie; Cultuur en Recreatie
Externe bijlageBijlages 1-13 behorende bij Masterplan

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2014nieuwe regeling

23-12-2013

huis-aan-huisblad de Hint

20.08446

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel masterplan vrijetijdseconomie gemeente Eersel 2014-2030

de gemeenteraad van de gemeente Eersel

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 12 november 2013;

 

gelet op de artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

b e s l u i t

 

vast te stellen de volgende beleidsregel:

 

Beleidsregel masterplan vrijetijdseconomie gemeente Eersel 2014-2030

 

“Eersel, het pure genieten”

 

Vastgesteld door de gemeenteraad van Eersel d.d. 23 december 2013

 

1. Inleiding

 

Reizen en recreëren zijn niet meer weg te denken uit onze cultuur. Ook in moeilijkere economische tijden blijven we op vakantie gaan en recreëren, respectievelijk vertier zoeken. Recreatie en toerisme zijn bijna primaire levensbehoeften geworden. Vrijetijdseconomie wordt gezien als het spel van vraag en aanbod in de sectoren die zich bezighouden met het buitenshuis besteden van de vrije tijd, zowel in als buiten de eigen omgeving, waarbij ook verblijf, horeca, funshoppen en kunst/cultuur behoren.

Deze vrijetijdsbranche loopt momenteel voorop qua economische groei. Het belang van vrijetijdsbeleid neemt daarom onmiskenbaar toe. Nationaal behoren toerisme, recreatie, evenementen, sport, kunst en cultuur tot de snelst groeiende sectoren. Maar ook detailhandel (funshoppen) en horeca vallen onder de vrijetijdsbranche. Alhoewel sport ook tot de vrijetijdsbranche behoort, wordt daar in deze nota niet verder op ingegaan. Daarbij wordt verwezen naar de gemeentelijke sportnota.

 

Aan dit Masterplan is een startnotitie vooraf gegaan. Daarin zijn vragen gesteld over het al dan niet investeren in de vrijetijdseconomie.

  • Moet Eersel concurrerend zijn binnen de regio?

  • Moet Eersel voldoen aan de vraag van de inwoners en toeristen?

  • Moet Eersel meer toeristen aantrekken?

  • Moet Eersel streven naar meer overnachtende toeristen waardoor de leefbaarheid in de gemeente wordt bevorderd?

  • Moet Eersel meer werkgelegenheid scheppen?

  • Moet Eersel leegstand van winkelpanden en horecagelegenheden voorkomen, en dus verpaupering voorkomen?

 

Ondanks dat vrijetijdseconomie geen wettelijke taak voor de gemeente betreft, kan op alle vragen om de volgende redenen volmondig ja worden geantwoord:

  • Een goed vrijetijdsbeleid is van economisch belang. Het zorgt immers voor groei van de werkgelegenheid, zowel voor geschoold als ongeschoold personeel. Tevens verhoogt het de bestedingen in dit marktsegment.

  • Meer toeristen betekent een economisch impuls voor de lokale bedrijven en dan met name de horecabedrijven, attracties, musea, cultureel erfgoed en andere ondernemingen gericht op de vrijetijdseconomie.

  • Het biedt een duidelijk vestigingsklimaat voor ondernemers. Met een goed beleid worden ondernemers uitgedaagd en gestimuleerd om een bijdrage te leveren, ondernemerschap wordt bevorderd en innovatieve arrangementen gestimuleerd.

  • Het draagt bij aan de omvang en gebruiksrendement van voorzieningen. Zowel commerciële als publieke voorzieningen renderen beter als gevolg van het aanvullende toeristisch-recreatieve gebruik. Inwoners profiteren van extra draagvlak voor voorzieningen zoals detailhandel, waardoor een groter en kwalitatief beter aanbod mogelijk is, met als doel om inwoners van alle leeftijden te behouden.

  • Het levert een positieve bijdrage aan het woon- en leefklimaat. Het geeft de eigen inwoners een gevoel van trots en het bindt hen aan de gemeente. Ook draagt het bij aan het behoud van cultuur en cultureel erfgoed.

  • Maar bovenal is vrijetijdsbeleid van belang om ons als gemeente of Kempenregio te onderscheiden van andere gemeenten; om de aantrekkelijkheid van de eigen gemeente te vergroten. Het levert inwoners en bezoekers vertier, belevenissen, ontspanning en activiteiten.

  • Meer overnachtende toeristen levert meer toeristenbelasting voor de gemeentekas op, waardoor de lasten voor de inwoners kunnen dalen.

 

Er gebeurt in de gemeente Eersel, waartoe de kernen Duizel, Eersel, Knegsel, Steensel, Vessem, Wintelre behoren, al veel op het gebied van vrijetijdseconomie. Ook is er al veel beleid gemaakt, maar een integrale visie over de vrijetijdseconomie ontbreekt. Die conclusie heeft de Rekenkamercommissie Kempengemeenten dan ook getrokken in haar aan de raad gerichte onderzoeksrapport recreatie en toerisme van 2 mei 2013.

Inmiddels heeft de raad op 26 juni 2013 ook de Toekomstvisie 2030 voor de gemeente Eersel vastgesteld.

Zowel het rapport van de Rekenkamercommissie, de nieuwe Toekomstvisie als de positieve beantwoording van de hiervoor gestelde vragen, nopen tot een Masterplan Vrijetijdseconomie voor de gemeente Eersel. Dit plan kent een looptijd tot 2030, gerelateerd aan de looptijd van de Toekomstvisie.

 

Het onderhavige masterplan biedt aan het college een integraal kader (paraplunota) om initiatieven op het gebied van de vrijetijdseconomie te kunnen toetsen en verder uitvoering te geven aan de uitgangspunten van het masterplan. Het is aan het college om een uitvoeringsprogramma op te stellen.

 

Het is overigens niet de bedoeling het gehele, bestaande beleid te herzien, maar dat beleid tegen het licht te houden van trends en ontwikkelingen op het gebied van de vrijetijdseconomie. In het Masterplan wordt richting gegeven aan de vrijetijdseconomie in de gemeente Eersel en zet zo nodig aan tot aanpassing van bestaand beleid. We moeten gaan excelleren in zaken waar we goed in zijn en die uitbouwen zodat er een toegevoegde waarde ontstaat. Bovendien zal thans een antwoord gegeven worden op de vraag: Wat missen we in Eersel om een goede speler binnen de gehele vrijetijdseconomie te zijn?

 

Hiervoor zijn in de visie een aantal uitgangspunten geformuleerd. Sommigen zijn binnen de organisatie al vanzelfsprekend en sommigen zijn nieuw. De eerste groep is vanwege de integraliteit van de visie ter herbevestiging opgenomen. Dit komt in het raadsvoorstel tot uiting.

 

Tot slot kan vermeld worden, dat diverse actoren uit de vrijetijdssector uitgenodigd zijn hun inbreng te leveren ten aanzien van dit masterplan. Verwezen wordt naar hoofdstuk 6. Ook is de visie in het kader van de integraliteit intern kortgesloten.

 

2. Ambitie en doelstellingen

 

De gemeente Eersel heeft voor de komende jaren, gelet op de Toekomstvisie, de volgende ambitie ten aanzien van de vrijetijdseconomie.

 

Ambitie

Het versterken van de vrijetijdseconomie, waardoor deze sector een sterkere pijler onder het economisch beleid van de gemeente kan worden en waardoor de gemeente Eersel, met al haar kerkdorpen en als onderdeel van de Brabantse Kempen, tot een aantrekkelijke gemeente kan worden vergroot om te wonen, te verblijven en te bezoeken.

 

Deze ambitie is vertaald in doelstellingen. Daarbij is de onderlinge samenhang van wezenlijk belang. De doelstellingen staan niet op zichzelf, maar vormen één geheel. De integrale kwaliteit moet bewaakt worden.

 

Welke doelen streven we na:

 

  • 1.

    Door het toestaan en actief werven van meer “jaarrond” verblijfsrecreatie, meer risicospreiding (jaarrondexploitatie) creëren waardoor het aantal overnachtingen in de gemeente Eersel in 2030 zal stijgen van nu 380.000 naar 500.000. Risicospreiding zal worden gecreëerd door het aantrekken van hotels waardoor het aantal hotelovernachtingen zal toenemen van nu 1.7% naar 10% in 2030. Als gevolg van het toenemende aandeel overnachtingen zal het aandeel bestedingen afkomstig uit het verblijfstoerisme stijgen van 12 miljoen naar 18 miljoen per jaar. (bijlage 13 ZKA monitor economische betekenis R&T)

 

  • 2.

    Het werkgelegenheidsaandeel in de vrijetijdssector van de gemeente Eersel bevorderen zodat het van nu 21% naar minimaal 27% in 2030 stijgt. Door een faciliterende, stimulerende en ondersteunende rol van de gemeente. Daarom zal de gemeente er voor zorgen dat recreatiebedrijven in de mogelijkheid worden gesteld om snel te kunnen inspelen op nieuwe trends en ontwikkelingen. Kansen benutten waarbij potentie ligt bij het E3-strand, de watersport, agro-toerisme, horeca, (muziek)evenementen en overnachtingsmogelijkheden. De gemeente zal daarom met minimaal 6 individuele ondernemers uit de vrijetijdssector per jaar in gesprek gaan.

 

  • 3.

    Middels onderzoek zal er in 2015 een doorontwikkeld, meest geschikte toeristisch profiel voor onze gemeente ontwikkeld zijn. Hiermee neemt de gemeente Eersel een duidelijke positie in in de regio de Brabantse Kempen waarbij we uitgaan van de (unieke) Eerselse kernwaarden zoals bijvoorbeeld de diversiteit in muziek, het Bourgondische leven, cultuurhistorie en gastvrijheid. Daarbij staat de gemeente voor kwaliteit, is innovatief en volgt trends. De belangrijkste taak hiervoor ligt bij de ondernemers. De gemeente bewaakt de kwaliteit en heeft een stimulerende en faciliterende rol.

 

  • 4.

    In 2030 is de gemeente Eersel een meer aantrekkelijke gemeente met een gevarieerd aanbod aan dagrecreatie waardoor de gemeente Eersel door iedere doelgroep gewaardeerd wordt met minimaal een 8. *) Tevens zullen de totale bestedingen in de dagrecreatie stijgen van 20 miljoen per jaar naar 30 miljoen per jaar in 2030. Toverwoorden hierbij zijn beleven, kwaliteit, authenticiteit en innoviteit. De gemeente zal zich in moeten zetten voor het aantrekken van investeerders die (unieke) kansen benutten op het gebied van horeca, (gecentreerd) recreatief winkelen, wellness, agro-toerisme, paardrijden, cultuurhistorie en waterrecreatie. Hierbij is de gemeente afhankelijk van het particulier initiatief.

 

  • 5.

    In 2015 zal door koppeling van ondernemers en belanghebbenden uit de vrijetijdssector een nieuwe samenwerking in de gemeente Eersel ontstaan die gezamenlijk optrekt in het organiseren van activiteiten en promoten van de gemeente Eersel. Te beginnen bij de kern Eersel in 2014 waarna vanuit de overige kernen aansluiting wordt gezocht. In 2030 zijn minimaal 12 nieuwe product markt combinaties ontstaan, waarbij de gemeente zoveel mogelijk zal faciliteren en ondersteunen. De gemeente sluit aan bij hun overleg en bewaakt hierbij het gekozen toeristische profiel.

 

Belangrijk is dat er voldoende maatschappelijk draagvlak is voor de ambitie en de doelstellingen.

 

*) Begin 2013 hebben de ANWB en het Samenwerkingsverband Eindhoven door Bureau Buiten onderzoek laten doen naar de vraag in hoeverre het huidige recreatieve aanbod voldoet aan de vraag en welke verbeteringen mogelijk zijn. Daarbij is Zuidoost-Brabant in vier gebieden gedeeld: stedelijk gebied, de Kempen, de Peel en de Groote Heide. De Kempen had gemiddeld een 7,9, maar de vraag kan gesteld worden of dat representatief is omdat vanuit de Kempen slechts 10 personen aan de panelbijeenkomsten hebben deelgenomen. Verwezen wordt naar bijlage 7.

 

3. Visie

 

  • a.

    Algemeen

 

Aan de hand van de stukken c.q. onderzoeken, zoals opgenomen in de bijlagen, wordt in dit hoofdstuk de visie op het gebied van de vrijetijdseconomie aangegeven en waarop de gemeente Eersel zich de komende jaren gaat richten om de vrijetijdseconomie in de gemeente te verbeteren en verder te ontwikkelen. Uitdrukkelijk zijn hierbij geen actiepunten opgenomen, omdat dit masterplan er toe zal leiden dat de hierin opgenomen visie vertaald gaat worden in het aan de vrijetijdseconomie gerelateerde beleid en gedachtegoed.

 

  • b.

    Werkgelegenheid

 

De gemeente zet in op de groei van het aantal banen cq. het bevorderen van de werkgelegenheid in de vrijetijdsbranche. De gemeente zet zich als faciliterende overheid in om de regelgeving dusdanig flexibel te maken dat ondernemers zonder veel tijdverlies kunnen inspelen op actuele ontwikkelingen.

Meetbare resultaten zijn hierbij de werkgelegenheidscijfers, de profit voor de ondernemers en de gemeente, het aantal overnachtingen en soort en aantal vrijetijdsbedrijven. Maar de belangrijkste inspanning zal van de individuele ondernemer gevraagd worden. Alle partijen zullen zich moeten uitspreken over en verbinden aan de beschreven ambitie en doelstellingen. Deze verbinding mag geen vrijblijvende taak zijn.

 

Uitgangspunt 1.

De gemeente zet zich samen met de actoren uit de vrijetijdsbranche in op het bevorderen van de werkgelegenheid binnen de sector vrijetijdseconomie.

 

Er zijn een aantal rode draden die uit dit masterplan naar voren komen, te weten samenwerking, beleving, authenticiteit en kwaliteit.

 

  • c.

    Samenwerking

 

In het kader van de faciliterende rolvervulling van de gemeente, vinden er op dit moment op het gebied van de vrijetijdseconomie twee periodieke overleggen plaats met de stakeholders: met de winkeliers enerzijds en met de recreatie- en horecasector. Deze overlegstructuur zal gehandhaafd worden en zo mogelijk worden samengevoegd tot één periodiek overleg. Het doel daarvan is om samenwerking te bevorderen en om in te kunnen spelen op nieuwe ontwikkelingen. Samenwerking moet van onderaf komen en de ondernemers moeten daartoe hun bereidheid tonen. De gemeente zal dit stimuleren en faciliteren. De periodieke overleggen zullen, omwille van de bevordering van de samenwerking, onder roulerend gastheerschap gaan plaatsvinden. Ook zal de gemeente de gesprekken tussen haar en de individuele ondernemers gaan intensiveren. Doel daarvan is verder kennis te nemen van wat er leeft in de sector, teneinde daar snel op in te kunnen spelen. In het kader van die samenwerking, zowel lokaal als in de Kempenregio, bestaat er wellicht een belangrijke rol voor het Huis van de Brabantse Kempen voor het thema economie. Deze visie zal na vaststelling daarom met hen gedeeld worden om zo mogelijk profijt te brengen voor de Kempen.

 

Samen bereikt men meer dat alleen in het ontwikkelen van nieuwe initiatieven. De onderlinge samenwerking tussen de verschillende branches moet bevorderd worden, teneinde elkaar te versterken in het aantrekken van bezoekers en het middels krachtenbundeling aanboren van nieuwe doelgroepen. De betrokkenheid van de stakeholders moet vergroot worden om op die manier voldoende gedachtegoed en participatie te creëren. Samenwerking en ketenvorming is ook noodzakelijk voor een gezonde bedrijfsvoering binnen deze bedrijfstak.

In de organisatievorm van samenwerking moet een heldere structuur zijn, die de samenhang bewaakt en de samenwerking bevordert. Een goed instrument om dat vorm te geven, is het instellen van een centrummanagement, beginnend met een omvang van het centrum van Eersel en opschalend naar alle kernen. Krachten kunnen zodoende worden gebundeld. De gemeente zal daarbij faciliteren en stimuleren. De gemeente en de ondernemers zullen zich daarbij op moeten stellen als betrouwbare en coöperatieve partners.

 

Uitgangspunt 2:

De overleggen met het collectief en de individuele bedrijven worden geïntensiveerd, waarbij inzet is om de samenwerking en betrokkenheid tussen de branches te stimuleren.

 

Van belang bij de samenwerking is het erkennen van trends en nieuwe ontwikkelingen. De kunst is om daar samen tijdig op in te springen. Ook het zoeken naar en het bieden van productmarktcombinaties tussen verblijfs- en dagrecreatie biedt kansen. Kansen worden ook geboden in een samenspel met andere gemeenten en gemeenten in België.

 

  • d.

    Beleving

 

Beleven, kwaliteit en authenticiteit zijn momenteel de toverwoorden voor de vrijetijdseconomie.

Mensen willen vooral dingen beleven en zoeken naar uitdagingen. Consumenten zoeken daarbij vooral naar producten en diensten die bij hun stijl van leven passen. Zij willen daarbij een bijzondere ervaring opdoen. Bij beleving hoort een verhaal. Verhalen die verteld en tot buiten de gemeentegrenzen gehoord worden. Ook rust behoort tot beleving.

Het is de kunst om vanuit innovatie en revitalisering hierop aan te sluiten en de diversiteit en kwaliteit van het product te verhogen. In nieuwe concepten spelen interactie, participatie en activiteit een steeds belangrijkere rol.

De rol van de gemeente is stimulerend en faciliterend. De grootste rol is evenwel weggelegd voor de ondernemers en degenen die zich bezig houden met kunst.

 

Uitgangspunt 3:

Nieuwe concepten die inspelen op interactie, participatie en activiteit worden gestimuleerd en gefaciliteerd.

 

  • e.

    Authenticiteit en landschap

 

Het aanwezige mooie landschap dat onze dorpen omringd is geen reden om achterover te gaan leunen. De vraag naar recreatie in een rustgevende en natuurlijke omgeving in het buitengebied blijft toenemen. Het spanningsveld tussen agrarische en recreatieve belangen dient onderkend en gezien te worden als een uitdaging om tot een mooi en leefbaar buitengebied te komen. Meer dan ooit zal het landschap een omgeving moeten worden waar wat te beleven valt zonder afbreuk te doen aan de kwaliteit en authenticiteit van dat landschap.

Daarom moeten karakteristieke landschapselementen behouden blijven en worden aangebracht, waarbij karakteristieke natuurparels worden gerealiseerd. Hierdoor wordt de omgevingskwaliteit van de kernen versterkt. Het bevorderen van de aantrekkelijkheid moet daarbij zowel voor de kernen als het buitengebied bewaakt worden. Meer dan ooit zal het landschap een omgeving moeten worden waar wat te beleven valt. Waar natuur en cultuur elkaar ontmoeten, waar variatie en biodiversiteit is, waar natuur beleefd en beschermd wordt en waar je op allerlei manieren doorheen kunt bewegen. Ook zullen verhalen van de streek verzameld en uitgedragen moeten worden.

Voor de beleving van het landschap is het noodzakelijk dat ontbrekende wandel- en struinpaden en fietspaden aangelegd en onderhouden worden.

Het landschapsontwikkelingsplan zal in 2016-2017 worden geactualiseerd. De diverse elementen uit dit masterplan ter bevordering en verbetering van de vrijetijdseconomie worden daarbij ingebracht.

Ook zal de gemeente de ondernemers en haar inwoners bewust moeten maken van de omgevingskwaliteiten.

 

Uitgangspunt 4:

Voor het versterken van de omgevingskwaliteit van de kernen worden karakteristieke landschapselementen behouden.

 

Ook de vele monumenten die de gemeente kent, worden gekoesterd. Hierdoor blijft het mogelijk “om door de geschiedenis van de gemeente te wandelen”. Dit geldt eveneens voor de aanwezige kunstobjecten.

 

Uitgangspunt 5:

Aanwezige monumenten en kunstobjecten worden gekoesterd.

 

  • f.

    Kwaliteit

 

De gemeente Eersel streeft naar een hoge toegevoegde waarde van het aanbod binnen de vrijetijdseconomie. De vraag is dan hoe voor de bestaande vrijetijdsbranche een hogere toegevoegde waarde bereikt kan worden en welk niveau wij voor nieuwvestigingen wenselijk achten. De gemeente zal hier het voortouw nemen om suggesties en mogelijkheden aan te geven. Hierbij wordt rekening gehouden met het feit dat kwaliteit door iedereen anders ervaren wordt Onderzocht zal worden of er voor de branches al kwaliteitsnormen zijn opgesteld. Vervolgens zal bekeken worden hoe deze normen gedeeld kunnen worden met de verschillende branches.

 

Uitgangspunt 6:

Er wordt kaders opgesteld die voor de vrijetijdsbranches kunnen dienen als kwaliteitsnormen, waarbij rekening wordt gehouden met de diversiteit van opvolgende kwaliteiten.

 

Onder bezoekers is er binnen de gehele vrijetijdseconomie een toenemende vraag naar betaalbare luxe. Bewaking en bevordering van de kwaliteit moet daarom continue prioriteit hebben. Ook is er een groeiende belangstelling voor gezondheid en comfortabel leven, met als sleutelwoorden vitaliteit en levensstijl. De belangstelling voor authenticiteit en het streekeigene, zoals streekproducten, houdt aan en verdiept zich. Men wil terug naar het pure leven en men wil waar voor zijn geld.

Omdat de consument hoge eisen stelt aan kwaliteit en variatie van voorzieningen, is het standaardaanbod niet langer voldoende. Ondernemers zullen zich daar op in moeten zetten. De ondernemers zullen zich daarbij moeten weten te onderscheiden. Zij zullen in moeten spelen op nieuwe media, omdat internet- en ict-toepassingen voor de consument vooral producten en diensten zijn die bij hun stijl van leven passen. Een goed voorbeeld is het digitaal platform dat momenteel door het Huis van de Brabantse Kempen wordt ontwikkeld en waarom ondernemers kunnen aansluiten.

 

Waar in het kader van levering van kwaliteit vooral op ingezet moet worden, is de gastvrijheid, loyaliteit en klantvriendelijkheid, waardoor de klant tevreden is. Oprechte gastvrijheid kent immers een hoge waardering.

 

Ook de gemeente zal kwaliteit moeten leveren. Enerzijds in het in stand houden en bevorderen van de dienstverlening en het faciliteren van projecten. De door de gemeente Eersel gewonnen prijs van Koploper 2013 van de Kamer van Koophandel voor beste dienstverlening aan bedrijven moet eer aan gedaan blijven.

Anderzijds in het op een efficiënte en effectieve manier op orde houden en brengen van het openbaar gebied. Gedoeld wordt op het bestrijden van onkruid, het onderhoud van plantsoenen, het herstellen van losliggende bestrating, onderhoud routestructuren enzovoorts. Kwaliteit in een gemeente begint immers bij een fris en opgeruimd openbaar gebied met een optimale uitstraling. Een eerste indruk kan je maar één keer maken. Voorkomen moet worden dat een negatieve uitstraling de overhand krijgt boven al het positieve dat de gemeente te bieden heeft.

De gemeente verzorgt het fundament op het niveau zoals door de raad vastgesteld. De bewoners en de ondernemers zelf kunnen zorgen voor meer onderhoud of extra kwaliteit. Zelfbeheer levert geen kostenbesparing op, maar hele andere resultaten: een hogere kwaliteit dan de gemeente kan bieden, meer tevredenheid over de eigen woon- en werkomgeving, bewoners en ondernemers die elkaar beter kennen, een schonere omgeving, jezelf prettig voelen in je eigen omgeving, een signaalfunctie naar de gemeente en betere sociale contacten in de buurt. Een specifiek plan wordt hiervoor momenteel uitgewerkt. In Kempenverband zal hierover afzonderlijke besluitvorming plaatsvinden.

 

Het nabijgelegen vliegveld Eindhoven Airport en het steeds toenemend aantal vliegbewegingen boven het grondgebied van de gemeente, kan voor toeristen die rust zoeken een belemmering vormen om naar Eersel te komen. De gemeente Eersel zal zich daarom optimaal inzetten op nakoming van de afspraken die gemaakt zijn over aanvliegroutes, geluidsnormen en vliegtijden.

 

Uitgangspunt 7:

De gemeente zet zich optimaal in op nakoming van afspraken over aanvliegroutes, geluidsnormen en vliegtijden.

 

Duurzaamheid komt steeds meer in de mode. Door duurzaamheid kunnen zowel de ondernemers als de gemeente zich positief onderscheiden. Door het streven samen duurzaam te werken, is de belasting van de vrijetijdssector op de omgeving minimaal. De gemeente zal daarom samen met de ondernemers samenwerken aan een duurzame vrijetijdseconomie en energiebesparing. Dit past binnen het Klimaatbeleid dat de gemeente Eersel voert.

 

Uitgangspunt 8:

De gemeente werkt samen met de ondernemers aan een duurzame vrijetijdseconomie en energiebesparing.

 

  • g.

    Profiel

 

Om kansen te bieden om de vrijetijdseconomie in de gemeente te stimuleren, moet er een duidelijke profilering en positionering van de gemeente ontwikkeld worden. Eersel heeft nu geen eenduidig toeristisch profiel. Daarom zal aangehaakt worden bij de Kempische branding met als beeldmerk “PUUR”. In dit kader is het mede van belang dat ingestoken wordt op een hoge mate van kwaliteit en het uitwerken en mede uitdragen van kernwaarden die Eersel zo uniek maken. Vanuit die kernwaarden moet gewerkt worden aan innovaties. Wat die kernwaarden zijn en wie die bepaalt, zal nader onderzocht moeten worden.

 

Eersel wordt de laatste jaren steeds meer op de kaart gezet door particuliere initiatieven op het gebied van muziekfestivals. Festivals als Dominator, Reggae Sundance, Music on Payday, Bibberblues, Paperclip en de Kempensessie trekken jaarlijks duizenden bezoekers. Door de Toeristische Denktank is daarom voorgesteld om de gemeente Eersel te gaan profileren als “muziekgemeente”. Wellicht een goede keuze, maar het is te prematuur om te stellen dat dit het beste profiel voor de gemeente is. Dat vergt een nadere analyse door en voor rekening van de gemeente, waarbij ondermeer beoordeeld moet worden wat Eersel binnen de Brabantse Kempen en daarbuiten nu zo bijzonder maakt.

 

Uitgangspunt 9:

Er wordt een analyseonderzoek uitgevoerd naar het beste profiel voor de gemeente Eersel.

 

  • h.

    Promotie en productontwikkeling

 

We kunnen en moeten trots zijn op onze gemeente. Aan onszelf hoeven we niet meer te vertellen hoe mooi het hier is, maar wel aan anderen. Het verhaal van de gemeente moet gezamenlijk verteld worden. Gasten moeten welkom geheten worden en een gevoel van welkom gegeven worden. Daarom wordt ingezet op een doorontwikkeling van promotionele activiteiten ter vergroting van de naamsbekendheid van de gemeente, waarbij Branding de Kempen wordt uitgedragen. De centrale ligging van Eersel aan de A67 kan beter benut worden, als ook de pareltjes uit Eersel en de Kempen. Hierbij is op lokaal gebied een belangrijke rol voor de VVV weggelegd en op Kempenniveau voor STIP. De weg naar de VVV moet meer gevonden worden. Bij de promotie zal meer gebruik moeten worden gemaakt van de nieuwe media en kan worden verbeterd door promotie via bijvoorbeeld TV, radio en beurzen (bijvoorbeeld wandel-, fiets- en vakantiebeurzen). Meer bekendheid geven aan stedelingen en kenniswerkers verdient daarbij prioriteit. Ook zullen VVV-steunpunten in de kernen worden bevorderd. Ook zal bevorderd worden dat informatie wordt gecentraliseerd: één toeristische site voor geheel Eersel.

Omdat hiervoor een grotere inbreng van de VVV wordt gevraagd, zal de gemeente in financieel opzicht hierin een extra financiële bijdrage moeten leveren. Eventueel kan financiering plaatsvinden via een mogelijk op te richten centrummanagement. Omdat promotie en productontwikkeling op lokaal niveau een dure aangelegenheid is, zal hierbij ook gekeken worden naar bundeling op Kempenniveau, bijvoorbeeld via het Huis van de Brabantse Kempen.

 

Uitgangspunt 10:

Er wordt ingezet op de promotie van en productontwikkeling voor de vrijetijdseconomie, waarbij gebruik wordt gemaakt van nieuwe media, radio, televisie en beurzen.

 

  • i.

    Recreatief en zakelijk verblijf

 

Kwaliteitsbehoud en –bevordering, evenals het onderkennen van nieuwe trends, zijn van essentieel belang voor ondernemers in het recreatief en zakelijk verblijf. Er ontstaat steeds meer een markt voor dag- en meerdaagse uitstapjes, vooral onder ouderen. Daarom zullen ondernemers zich meer moeten profileren in het ontwikkelen van nieuwe product-marktcombinaties waarbij er meer ruimte ontstaat voor de shortbreakmarkt (markt van korte vakanties die gemiddeld 1 tot 3 dagen duren en met een gemiddeld hogere besteding per dag dan andere vrijetijdsvormen).

 

De aandacht van de gemeente zal daarom liggen bij de realisering van hotels in de midden- en hogere sector en bed&breakfast, zowel binnen als buiten de bebouwde kommen. Nadrukkelijk wordt hierbij aangegeven, dat (meer) overnachtingsmogelijkheden in alle kernen wenselijk is, mede om de leefbaarheid in alle kernen te vergroten. De hotels kunnen, mede gelet op de ontwikkelingen op Meerheide, de Vencocampus, het Kempisch Bedrijvenpark, Brainport en Eindhoven Airport, zowel de toeristische als de zakelijke markt bedienen. Genoemde ontwikkelingen impliceren immers, dat er kansen liggen voor bevordering van het zakelijk toerisme binnen de gemeente, mits voldoende hotelcapaciteit.

Ook de groep van mensen met een beperking mag in relatie tot recreatief verblijf niet onderbelicht zijn.

 

Uitgangspunt 11:

Middels een proactieve houding worden nieuwe initiatieven voor de vestiging van hotels in de midden- en hogere klasse en hoogwaardige Bed & Breakfast gestimuleerd en gefaciliteerd.

 

Samenwerking onder elkaar en extern is noodzakelijk. Gezamenlijke promotie en het bieden van (meerdaagse) arrangementen, waarbij koppelingen worden gelegd, kunnen er toe leiden dat meer gasten naar de gemeente Eersel komen en terugkomen. Belangenbehartiging zal vanuit het toeristisch bedrijfsleven een prominente rol moeten krijgen.

 

Op dit moment verhoudt zich het aandeel campings zich ten opzichte van andere overnachtingsmogelijkheden als 80 tot 20. Hierdoor is de spreiding van de overnachtingen binnen de gemeente over het jaar bekeken verre van optimaal. Het grootste deel van de overnachtingen vindt immers in het zomerseizoen plaats. De gemeente zet daarom in op meer risicospreiding van het totaal aantal overnachtingen per jaar in de verhouding 60 (campings) – 40 (andersoortige overnachtingen). Dit betekent dat terughoudend zal worden omgegaan met verzoeken voor nieuwe campings. De diversiteit aan verblijfsaccommodaties blijft belangrijk.

 

Uitgangspunt 12:

Ingezet wordt op overnachtingsmogelijkheden met een jaarrondexploitatie.

 

Kwaliteitsverbeteringen bij bestaande campings worden ondersteund. Daarbij zullen de bestaande recreatiebedrijven de nodige ruimte vragen om snel in te kunnen spelen op actuele en nieuwe ontwikkelingen. De gemeente zal hen daarbij zoveel als mogelijk faciliteren.

 

De vraag naar openbare camperplaatsen is stijgende. De verkoop van campers is op dit moment groter dan die van caravans. Camperplaatsen leveren ook een bijdrage aan de seizoensverlenging.

In het kader van de veiligheid, een gegarandeerd onderhoud van deze voorzieningen en het voldoen aan de betaling van toeristenbelasting, ziet de gemeente geen taak om zelf in openbaar gebied camperplaatsen aan te leggen. Dit wordt overgelaten aan het particulier initiatief, bijvoorbeeld aan de reguliere campings en B&B’s met voldoende grond. De camperaar geeft hierbij de voorkeur aan locaties binnen de kernen.

 

Uitgangspunt 13:

De gemeente laat de aanleg van openbare camperplaatsen over aan het particuliere initiatief, waarbij de gemeente een pro-actieve en stimulerende houding inneemt naar het zoeken van geschikte locaties.

 

Het aantal overnachtingen is nu ca. 380.000 per jaar. In 2030 zou dit op ca. 500.000 overnachtingen uit moeten komen. Deze groei zal worden gerealiseerd door (natuurlijke) groei van bestaande voorzieningen en nieuwe initiatieven op het gebied van logies.

 

Uitgangspunt 14:

Gestreefd wordt naar 500.000 overnachtingen in 2030.

 

  • j.

    Horeca

 

De horeca in Eersel heeft een naam hoog te houden van gastvrij en Bourgondisch verblijf. In het algemeen kan gesteld worden dat huidige horecaondernemers willen ondernemen en zo mogelijk regelmatig willen veranderen. Daarvoor is innovatie nodig in concept en uitstraling. Klantenbinding is daarbij essentieel evenals het verhogen van de kwaliteit. Ook zal onderkenning van de trends moeten plaatsvinden. Doel is immers zoveel mogelijk klanten naar de gemeente Eersel te krijgen en te behouden. Om dit doel te bereiken, is samenwerking essentieel. Versterking van de onderlinge samenwerking en samenwerking met anderen, gericht op het binden van klanten en het verhogen van de kwaliteit en beleving, waarbij de authenticiteit wordt nagestreefd. Een middel om die samenwerking gestalte te geven en te onderhouden, is het opzetten van een centrumpromotie, in eerste instantie op het schaalniveau van het centrum van Eersel en vervolgens opschalen tot de gehele gemeente. De belangrijkste inspanning hierbij zal echter geleverd moeten worden door de individuele ondernemers en uiteindelijk het collectief. De onlangs opgerichte Stichting Promotie Eersel richt zich in eerste instantie op het centrumgebied van de kern Eersel.

 

Uitgangspunt 15:

De realisering van een centrumpromotie voor het centrum van de kern Eersel wordt ondersteund, waarbij later zo mogelijk de schaalgrootte wordt verruimd tot de gehele gemeente.

 

De gemeente Eersel zet in op het aantrekken van meer toeristen en meer overnachtingen. Dit betekent, dat het aantal en soort horecabedrijven zou kunnen uitbreiden om in dat toenemende aanbod te kunnen voorzien. Met name geldt dit in de overige kernen dan de kern Eersel, teneinde daar de leefbaarheid te bevorderen. Wel zal daarbij in acht moeten worden genomen, dat geen leegstand in horecapanden ontstaat.

Door het toestaan van gevarieerde, kwalitatieve horecabedrijven, kan de horeca zichzelf versterken. Onder variatie en kwaliteit wordt in dit verband verstaan de op elkaar aansluitende gradaties van horecabedrijven.

 

Uitgangspunt 16:

Uitbreiding van het aantal horecabedrijven in alle kernen is wenselijk, waarbij de voorkeur ligt op variatie en kwaliteit.

 

Op strategische plekken in het buitengebied, bijvoorbeeld nabij druk bezochte natuurgebieden, zullen ter kwaliteitsondersteuning van routestructuren volwaardige horecabedrijven, zogenaamde horeca-pleisterplaatsen, toegestaan worden. Basis voor een dergelijke toelating vormt een individueel ondernemersplan en een individuele, integrale beoordeling. Omdat er steeds meer ouderen gebruik maken van electrische fietsen, zal bij initiatieven voor pleisterplaatsen aangedrongen worden op de realisering van fietsoplaadpunten.

 

Uitgangspunt 17:

Op strategische plekken in het buitengebied wordt volwaardige horeca als pleisterplaats in beginsel toegestaan.

 

Het oneigenlijk gebruik van gebouwen, zoals sportkantines en blokhutten, voor commerciële horeca-activiteiten, anders dan ter ondersteuning van eigen activiteiten (zogenaamde paracommercialisme), is vaak een doorn in het oog van de reguliere horeca. Op grond van de nieuwe Drank- en Horecawet moet de gemeente vóór 1 januari 2014 een verordening paracommercialisme opstellen. De uitwerking, de motivering en een integrale afweging over het paracommercialisme zal daarin plaatsvinden. Voorkomen van concurrentievervalsing zal daarbij uitgangspunt zijn.

Ook zal bekeken worden in hoeverre de bestaande gemeentelijke Horecanota geactualiseerd moet worden teneinde aansluiting te vinden op de visie in dit masterplan.

 

Door het voornemen om meer (groepen van) toeristen naar Eersel te trekken, zullen voldoende parkeermogelijkheden voor auto’s en met name touringcars aanwezig moeten zijn. Hiervoor is voldoende ruimte en een goede parkeerbewegwijzering nodig. Nadere analyse zal worden verricht in hoeverre mogelijkheden ontbreken en oplossingen noodzakelijk zijn. Dit zal intern plaatsvinden.

 

Uitgangspunt 18:

Er wordt intern onderzoek verricht naar parkeermogelijkheden, in het bijzonder die van touringscars.

 

  • k.

    Recreatief winkelen

 

In dit masterplan wordt onder recreatief winkelen niet verstaan het dagelijks doen van boodschappen, maar het recreatief winkelen, het zogenaamde funshoppen. Dit funshoppen speelt met name in het centrum van de kern Eersel.

 

De consument wil kopen waar en wanneer hij wil en bovendien tegen een aanvaardbare prijs. Door afname van de koopkracht en de hoge huren worden de groeimogelijkheden van de detailhandel beperkt.

Het ontbreekt Eersel aan recreatief winkelen (met name de branches mode en vrije tijd), wellness en zakelijk dagbezoek. Het ontbreekt aan een bepaald segment winkels om te kunnen winkelen in plaats van boodschappen te doen. Een goed lopend centrummanagement kan hierin een stimulerende rol spelen. Het ontbreken van particulier initiatief speelt hierin echter parten. Dat geldt eveneens voor de komst van wellness. (semi)Zakelijk dagbezoek zal bevorderd worden indien hotels gerealiseerd worden.

Indien nieuwe initiatiefnemers zich melden, zal de gemeente in het kader van een goede dienstverlening, een actieve, faciliterende houding aannemen. Om het winkelgebied van Eersel te versterken, wordt de vesting van nieuwe winkels in de kern Eersel dan ook in het centrum van Eersel geconcentreerd. Hierbij gaat de voorkeur uit naar winkels in het hogere segment, waarbij grote publiekstrekkers van landelijke ketens eveneens welkom zijn.

Deze concentratie in het winkelgebied van de kern Eersel wil overigens niet zeggen, dat nieuwe winkels in de overige kernen niet welkom zijn. Juist voor de leefbaarheid in die kernen zijn die winkels daar zeer gewenst.

 

Om winkeliers te motiveren zich in onze gemeente te vestigen en gevestigd te blijven, alsmede in het belang van de leefbaarheid, het op peil houden van het voorzieningenniveau en het voorkomen van leegstand, wordt een detailhandelsanalyse opgesteld.

 

Voor het recreatief winkelen is de beleving in de winkels en het gebruik van nieuwe media van essentieel belang. Hiervoor zal een belangrijke inspanning geleverd moeten worden door de individuele winkelier. Samenwerking met elkaar en met andere branches zoals de horeca, is daarbij een noodzaak, want alleen trekt men dat niet. Ook hier kan aan die samenwerking gestalte en onderhoud gegeven worden middels het opzetten van een centrummanagement dat zorg kan dragen voor gezamenlijke promotie en activiteiten (zie ook uitgangspunt 15). De Ondernemersvereniging Content Eersel wil hiervoor een aanzet gaan geven middels een gezamenlijke promotiecampagne onder de slogan “Eersel, ongewoon gastvrij”. Het zoeken en bezoeken van winkels moet gecombineerd worden met het beleven van het centrum teneinde het recreatief winkelen aantrekkelijk te maken.

 

Online shoppen brengt steeds meer concurrentie voor de winkeliers. Deze ontwikkeling is niet te stoppen. De winkeliers zullen daarom alles uit de kast moeten halen voor de klant. Dienstbaarheid is daarbij het nieuwe goud. Als winkels niet meer dienstbaar zijn, verliezen zij hun klanten. Dienstbaarheid betekent de mentale instelling om klanten zo optimaal te bedienen en altijd met een oplossing te komen: klantgericht denken, klantgericht voelen en klantgericht handelen. In de nieuwe economie met nauwelijks nog groei, zullen ondernemers alles uit de kast moeten halen om klanten aan zich te binden. Hoge service tegen betaalbare prijzen. Er moet meer gebruik worden gemaakt van nieuwe media en beleving gebracht worden in de winkels en hun omgeving. Klanten moeten binnen de winkels kunnen kijken, voelen, ruiken en de mogelijkheid hebben om via internet bij die winkels te kunnen bestellen en daar af te halen.

 

  • l.

    Agro-toerisme

 

Agro-toerisme blijft een belangrijke onderdeel binnen het geheel van de vrijetijdseconomie. Met name op het gebied van beleving en authenticiteit kan het agro-toerisme van grote betekenis zijn. De gemeente zal daarom een faciliterende rol spelen in het versterken van nieuwe initiatieven op het gebied van dag- en verblijfsrecreatie op het platteland. Daarbij is ingevolge het bestemmingsplan Buitengebied ondersteunende horeca onder voorwaarden toegestaan. Het mag daarbij gaan om maximaal 30 m2 binnenruimte (wordt aangepast naar 35 m2 in verband met de Drank- en horecawet) en 70 m2 buitenruimte. Uitdrukkelijk wordt hierbij vermeld, dat het uitsluitend mag plaatsvinden ter ondersteuning van de nevenactiviteit en dat, ingeval van verkoop van alcohol, voldaan moet worden aan alle (inrichtings)eisen.

 

Uitgangspunt 19:

Ondersteunende horeca bij agrarische nevenactiviteiten blijft toegestaan, mits daadwerkelijk ter ondersteuning van die nevenactiviteiten en, ingeval van verkoop van alcohol, voldaan wordt aan alle (inrichtings)eisen.

 

Ook in deze sector geldt overigens, dat samenwerking noodzakelijk is.

 

  • m.

    Kunst en cultuur

 

Authentieke plekken en mooie, karakteristieke objecten moeten gekoesterd en gecreëerd worden. Er moet breder ingezet worden op de aanwezige cultuurhistorie, teneinde in te spelen op de groeiende aandacht voor authenticiteit, streekproducten en streekbeleving. De omgevingskwaliteiten van de dorpen spelen daarbij een belangrijke rol. Wandelpaden moeten mogelijkheden bieden om vanuit de dorpen via authentieke plekken het buitengebied in te wandelen, daarbij gebruik makend en aansluitend op bestaande routenetwerken.

 

Ook het cultuurbeleid verbinden met recreatie en toerisme biedt mogelijkheden. De gemeente Eersel ontleent zijn identiteit aan een rijke cultuurhistorie. Karakteristiek is de historische markt in het hart van Eersel, maar net zo mooi zijn de vele landschappen rondom de kernen, waar fietsers, wandelaars en ruiters hun hart op kunnen halen. Cultuur heeft in die zin ook een economische betekenis omdat het kan bijdragen aan de trek van bezoekers en bedrijven.

Versterking van de onderlinge samenwerking en de samenwerking met anderen, bijvoorbeeld met de Muzenval, de Multi Functionele Accommodaties (MFA’s) en de Kunstcommissie, moet daarom worden bevorderd, daarbij gericht op het binden van klanten en het verhogen van de kwaliteit, waarbij authenticiteit nagestreefd wordt. Een ander goed voorbeeld is het project Beleef de Kempen dat in Vessem ten uitvoer wordt gebracht en dat later wellicht opgeschaald kan worden.

Ingezet wordt op het ontwikkelen van nieuwe product-marktcombinaties in alle kernen van de gemeente, waarbij er meer ruimte ontstaat voor kunst en cultuur. Het toeristisch aanbod op het gebied van kunst en cultuur wordt daarmede verruimd.

 

Uitgangspunt 20:

Nieuwe product-marktcombinaties op het gebied van kunst en cultuur worden in alle kernen gestimuleerd.

 

  • n.

    Evenementen en dagrecreatie

 

Het ontbreekt Eersel aan grote dagattracties, zoals (grote) overdekte dagrecreatieve voorzieningen. Voor kinderen (laagdrempelige overdekte speelmogelijkheden) en jongeren is er weinig te doen. Ook sauna, wellness en bijvoorbeeld een museum waar we laten zien waar we goed in zijn (metaalindustrie, agri-tech etc.) worden gemist. Bij dit laatste zouden mensen via dagrecreatie geïnteresseerd kunnen raken in technische vakken.

 

Initiatieven op het gebied van dagrecreatie die een verrijking voor het aanbod zijn, zowel vanuit nieuwe als bestaande bedrijven, zullen daarom worden gefaciliteerd. Verrijking van het aanbod, waarbij met name aandacht voor jeugd, jongeren en mensen met een beperking. Getracht moet worden om tot een seizoensverlenging te komen.

Watersport- en waterrecreatiemogelijkheden in de open lucht zullen eveneens nadere aandacht krijgen.

Het gebied rondom het E3-strand is uitermate geschikt voor grootschalige, intensieve dagrecreatie evenals voor de vestiging van een hotel. Hiervoor zullen investeerders aangetrokken moeten worden.

Ook voor de dagrecreatie geldt dat samenwerking met anderen, zoals de verblijfsrecreatie, de horeca en de winkels, zeer gewenst en noodzakelijk is.

 

Bij het verruimen van het aanbod van dagrecreatie wordt ook ingezet op het bevorderen van het (semi) zakelijk bezoek en het buiten paardrijden, waarbij korte rondes met overnachtingsmogelijkheden aangeboden worden, die naar wens gekoppeld kunnen worden. Ontwikkelingsmogelijkheden voor golfbaan Gendersteyn zullen gefaciliteerd worden, waarbij de aandacht van en voor Gendersteyn niet alleen gericht moet zijn op Veldhoven en Eindhoven, maar ook duidelijk naar Eersel en de Kempen. Ook ontstaat de laatste tijd vooral bij 55+-ers een toenemende vraag naar bedrijfsbezoeken. Het bedrijfsleven kan hierop inspringen.

Uiteindelijk zullen innovatieve ontwikkelingen van aanbieders moeten leiden tot seizoensverlenging.

 

De inbreng van de gemeente zal in zijn algemeenheid stimulerend en faciliterend van aard zijn. Ook hier zullen de ondernemers het nodige werk moeten verrichten. Het Huis van de Brabantse Kempen kan een belangrijke rol vervullen om projecten te stimuleren en te ondersteunen. De specifieke inzet van de gemeente zal zich met name richten op de kwaliteit (onderhoud) van de routestructuren en de zorg voor voldoende parkeermogelijkheden bij startpunten.

 

Uitgangspunt 21:

Nieuwe (seizoensverlengende) dagrecreatie wordt gestimuleerd en gefaciliteerd, waarbij de nadruk vooral ligt op jeugd, jongeren, mensen met een beperking, waterrecreatie, recreatief winkelen, wellness, agrotoerisme, kunst en cultuur, zakelijk bezoek, golfsport en paardrijden.

 

De gemeente Eersel kent een aantal evenementen van traditie, zoals de Eersel-Postel-rally, de toeristendagen, het karnaval en de kermissen. Evenementen die door eigen inwoners worden georganiseerd, zullen worden gekoesterd en worden ondersteund.

 

Muziekevenementen vinden met name plaats op het E3-strand, de Markt te Eersel en het Mortelveld.

Het Mortelveld is in het bestemmingsplan Kom Eersel, 1e herziening specifiek bestempeld als evenemententerrein. Vanwege de slechte ondergrond en bij regenachtig weer is het terrein echter niet altijd te gebruiken als waarvoor het bestemd is. Aanpassing zou daarom wenselijk zijn, bijvoorbeeld door het verbeteren van de toegang, het aanbrengen van een geasfalteerde ringbaan rondom het terrein en het aanbrengen van een drainage. Deze voorzieningen kunnen ook bijdragen aan een multifunctioneel gebruik door individuele sporters in niet-clubverband naar eigen keuze te kunnen sporten.

Bij het hebben van een comfortabel evenemententerrein kunnen meer gebruikers van dat terrein gebruik maken en ingeval van evenementen kan een hogere vergoeding voor het gebruik gevraagd worden. Op dit moment ontbreken de financiële middelen om de voornoemde voorzieningen te treffen. Op termijn kan dit wellicht anders zijn. Van belang is wel of we het Mortelveld als evenemententerrein willen behouden.

 

Uitgangspunt 22:

Het Mortelveld wordt behouden als evenemententerrein.

 

Daarnaast is het wenselijk meer mogelijkheden te bieden voor nieuwe muziekevenementen die nu nog niet bestaan in Eersel. Daarbij zal naar een goede balans gezocht worden tussen muziekevenementen en het voorkomen van geluidsoverlast. Het huidige evenementenbeleid voorziet in de mogelijkheden om te voorzien in nieuwe ontwikkelingen.

 

  • o.

    Toeristenbelasting

 

Op dit moment betalen degenen die recreatief nachtverblijf bieden, toeristenbelasting. De opbrengst van deze belasting vloeit rechtstreeks in de algemene middelen van de gemeente, van waaruit vervolgens onder meer toeristisch gerelateerde werkzaamheden worden bekostigd, zoals het onderhoud van paden en routestructuren, aanleg en onderhoud van fietspaden, bewegwijzering, onderhoud van centrums en winkelgebieden etc. Van een labeling van de toeristenbelasting is vooralsnog geen sprake. De Eerselse campinghouders hebben al geruime tijd problemen met de hoogte van de Eerselse toeristenbelasting. Ook hebben zij moeite met het feit dat alleen zij een belasting moeten betalen en anderen, zoals de horeca, die “meeprofiteren” van het feit dat recreatieondernemers hun best doen om toeristen naar Eersel te krijgen, niet.

 

Landelijk gaan steeds meer stemmen op om de toeristenbelasting af te schaffen en als alternatief een Bedrijven Inversteringszone (BIZ) in te voeren. Die geluiden hebben echter nog niet geleid tot concrete voorstellen en lijken derhalve nog ver weg.

 

Onderzocht kan worden of er een andere kostenverdeling binnen de vrijetijdsbranche mogelijk en wenselijk is. Een opstap daarin is het formeren van een werkgroep om samen met de ondernemers uit de vrijetijdsbranche aan de slag te gaan om samen te kijken naar alternatieven voor het huidige systeem en de huidige inning van toeristenbelasting om eenzijdige hoge lasten en regeldruk te voorkomen. Doel daarvan is om de toeristenbelasting integraal te bekijken, de vrijetijdseconomie in de gemeente te bevorderen en een andere verdeling van de kosten te krijgen. Daarbij zal ook aandacht worden besteed aan het onderscheid dat er nu in de heffing van toeristenbelasting wordt gemaakt tussen hotels/motels en andere accommodaties. Ook de wenselijkheden en mogelijkheden van volledige herbesteding van de opbrengsten uit de toeristenbelasting aan specifiek de vrijetijdseconomie, zal daarbij aan de orde komen. Ook wordt een vergelijking gemaakt met de gemeenten in de omgeving.

Ingeval het uitgangspunt van 500.000 overnachtingen zal worden bereikt, betekent dat meer inkomsten voor de gemeente, zodat alsdan ook overwogen kan worden om de hoogte van de toeristenbelasting te verminderen.

 

Uitgangspunt 23:

Een te formeren werkgroep maakt een analyse-onderzoek naar wenselijk- en mogelijkheden van alternatieven voor het huidig systeem van toeristenbelasting en de inning daarvan en waarbij tevens de herbesteding van die belasting aan de vrijetijdseconomie wordt bekeken.

 

  • p.

    Parc Vital

 

Parc Vital is een ambitieus project dat in de bossen bij Duizel ontwikkeld wordt, in de directe nabijheid van de locatie Donksbergen (Lunetzorg). Er worden faciliteiten ontwikkeld waar zorg en ontspanning op een unieke manier gecombineerd worden.

Bij Parc Vital staan mens en natuur centraal, vandaar de keuze voor dit bosrijke gebied.

Kortom een unieke combinatie van zorg en ontspanning. Dat is de kracht van Parc Vital.

De gemeente verleent aan dit project haar volledige medewerking, maar het is nog niet bekend wanneer de plannen uitgevoerd gaan worden

 

4. Evaluatie

 

Dit Masterplan Vrijetijdseconomie heeft een looptijd tot en met 2030. Gezien deze lange termijn wordt het plan om de vijf jaren tussentijds geëvalueerd naar de stand van zaken en of bijstelling van de visies wenselijk of noodzakelijk zijn.

Voordat deze tussentijdse rapportage kan plaatsvinden, is het nodig tevoren een klanttevredenheidsonderzoek bij bezoekers en aanbieders te doen. Alsdan kan beoordeeld worden waar we als gemeente in de vrijetijdseconomie staan. Tot op heden werd dit onderzoek door het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven voor de gehele regio uitgevoerd, maar vanaf 1 januari 2014 voeren zij geen taken meer uit op het gebied van recreatie en toerisme. De overige onderzoeken van andere instanties blijven wel beschikbaar.

 

Uitgangspunt 24:

In de periode van telkens 5 jaren wordt een klanttevredenheidsonderzoek uitgevoerd om te kunnen beoordelen of bijstelling van dit masterplan wenselijk of noodzakelijk is.

 

5. Financiën

 

Er gaat veel geld om in de vrijetijdssector. Daarom valt er ook veel te verdienen, zowel door de ondernemers als de gemeente. Gestreefd moet worden naar een win-win-situatie voor alle partijen. Maar dan moet er wel geïnvesteerd worden, door zowel de gemeente als de ondernemers. Investeringen doen in de zin van anders denken en handelen, maar ook in de zin van geld. Bij het onderdeel financiën zal hierop nader ingegaan worden. De grootste investering zal echter het anders denken en doen zijn. Doel van de investeringen zijn om de vrijetijdseconomie te versterken, waardoor deze sector een sterke pijler onder het economische beleid van de gemeente kan worden en waardoor de gemeente Eersel een aantrekkelijke gemeente kan zijn om in te wonen, te verblijven en te bezoeken.

 

Binnen overheidsland is de tendens steeds meer die van de “terugtrekkende overheid”. Niet meer primair initiërend en organiserend, maar meer stimulerend en faciliterend. Deze trend is ook terug te vinden in dit masterplan.

Deze tijd kenmerkt zich door noodzakelijke bezuinigingen bij gemeenten, daartoe gedwongen door de rijksoverheid. Extra gelden voor de vrijetijdseconomie lijken daarmee uitgesloten, omdat je het beschikbare geld maar één keer kunt uitgeven. Er zullen dus keuzes gemaakt moeten worden.

 

De vraag is of de gemeente wil investeren in de vrijetijdseconomie. Dergelijke investeringen zullen ook ten goede komen aan de bevordering van de lokale werkgelegenheid, waardoor meer mensen een baan kunnen vinden en niet langer aangewezen zijn op overheidssteun.

 

Hoeveel geld daadwerkelijk nodig is, zal later moeten blijken bij de uitvoering van de projecten, waarbij alsdan middels de voorjaarsnota en/of begroting krediet gevraagd zal worden.

 

6. Totstandkoming Masterplan

 

Aan dit Masterplan is een startnotitie vooraf gegaan. Aan de volgende actoren uit de Eerselse vrijetijdseconomie is daarbij de mogelijkheid geboden onderwerpen aan te geven die zij graag in dit masterplan behandeld wilden zien:

 

  • Toeristisch Bedrijfsleven Eersel

  • Koninklijke Horeca Nederland, afdeling Eersel

  • Winkeliersverenigingen

  • Muzenval

  • Toeristische Denktank Eersel

  • VVV-Eersel

  • Organisaties van evenementen

  • Dorpsraden

  • Musea

  • ZLTO, afdeling Eersel-Veldhoven

  • Huis van de Brabantse Kempen.

 

De ingekomen reacties zijn in het kort weer gegeven in bijlage 4 en verwerkt in dit masterplan.

Voordat dit masterplan ter bestuurlijke besluitvorming is aangeboden, zijn genoemde actoren in een klankbordgroep in de gelegenheid gesteld een inbreng te leveren op het conceptplan.

 

Een belangrijke input voor dit masterplan is geleverd door de Toeristische Denktank Eersel. Hun Notitie “Toekomst recreatie en toerisme in de gemeente Eersel; beleven en verweven” is als bijlage 9 toegevoegd.

 

Na bestuurlijke vaststelling van dit masterplan, is het plan aan alle actoren uit de Eerselse vrijetijdseconomie toegezonden met het verzoek zich aan de daarin vervatte visie te conformeren.

 

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Eersel van 23 december 2013

de griffier, de heer H.J. Broekman

de voorzitter, mevrouw J.A.M. Thijs-Rademakers

 

 

Onderstaande bijlagen zijn in 1 document bijgevoegd.

  • 1.

    Overhedenbeleid

  • 2.

    Economische betekenis vrijetijdseconomie voor Eersel

  • 3.

    Trends en ontwikkelingen

  • 4.

    SWOT-analyse

  • 5.

    Bestaand gemeentelijk beleid vrijetijdseconomie

  • 6.

    Werkgelegenheid vrijetijdseconomie

  • 7.

    Conclusies Vrijetijdsonderzoek Zuidoost-Brabant (ANWB en SRE)

  • 8.

    Reacties op Startnotitie Masterplan Vrijetijdseconomie

  • 9.

    Notitie “Toekomst recreatie en toerisme in de gemeente Eersel: Beleven en verweven”

  • 10.

    Overzicht bestaande vrijetijdsmogelijkheden in Eersel

  • 11.

    Onderzoeksresultaten recreatie-aanbieders (Els Liebregts, NHTV)

  • 12.

    Verslag klankbordgroep 22 oktober 2013

  • 13.

    Economische betekenis per gemeente (Bron SRE/ZKA)