Organisatie | Tytsjerksteradiel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van de gemeenteraad van de gemeente Tytsjerksteradiel houdende regels omtrent orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad (Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad Tytsjerksteradiel 2020) |
Citeertitel | Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad Tytsjerksteradiel 2020 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.
Deze regeling vervangt het Reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden van de raad Tytsjerksteradiel 2019.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
24-04-2020 | nieuwe regeling | 23-04-2020 |
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Paragraaf 1. Algemene bepalingen
De raad kan het college verzoeken de secretaris in de vergadering aanwezig te laten zijn en deel te laten nemen aan de beraadslagingen in raadsvergaderingen.
Artikel 7a. Technische voorlichting
Het college kan, per gemotiveerd memo, aan de raad voorstellen een technische voorlichting te gaan organiseren. Hiervoor wordt gekozen in geval van complexiteit van een onderwerp dan wel impact voor de Mienskip. De Agendacommissie bespreekt deze memo’s en beslist over agendering, bij voorkeur vindt dit plaats tijdens het Iepen Poadium.
Slechts de personen die op een kieslijst staan tijdens de meeste recente gemeenteraadsverkiezing en ten tijde van de benoeming als burgerlid voldoen aan het woonplaatsvereiste kunnen worden benoemd als burgerleden. Als de raadsperiode halverwege is, is de eis van de vermelding op de kieslijst niet meer van toepassing. De voordragende partij is verantwoordelijk voor de screening van de kandidaat.
Paragraaf 2. Toelating van nieuwe leden en wethouders; fracties
Artikel 9. Onderzoek geloofsbrieven en beëdiging raadsleden
Bij elke benoeming van nieuwe leden stelt de raad, op voordracht van de griffier, een commissie in bestaande uit drie leden van de raad. De commissie onderzoekt de geloofsbrieven, de daarop betrekking hebbende stukken van nieuw benoemde leden en het proces-verbaal van het (centraal)stembureau. De commissie wordt ondersteund door de griffier.
Artikel 10. Benoeming wethouders
De ad hoc commissie bestaat uit drie leden van de raad. Bij tussentijdse benoeming van (een) wethouder(s) zal in deze commissie geen raadslid zitting hebben, behorende tot de fractie van waaruit de kandidaat wordt voorgedragen. Bij een compleet nieuwe collegebenoeming wordt deze voorwaarde losgelaten.
De burgemeester geeft als bestuurlijk opdrachtgever voor de aanvang van iedere ambtstermijn opdracht om de kandidaat-wethouders aan een risicoanalyse integriteit te onderwerpen. In geval wethouders opnieuw worden voorgedragen worden ze opnieuw aan een risicoanalyse integriteit onderworpen. De burgemeester brengt over het eindresultaat daarvan verslag uit aan de raad. De risicoanalyse en de eindconclusie zijn niet openbaar en wordt slechts gedeeld met de leden van de Commissie benoembaarheid. De griffier is ambtelijk opdrachtgever en contactpersoon richting het onderzoeksbureau.
Als één of meer raadsleden van één of meer fracties als zelfstandige fractie gaan optreden of zich aansluiten bij een andere fractie, wordt hiervan zo spoedig mogelijk schriftelijk mededeling gedaan aan de voorzitter. Voor het splitsen dan wel het vormen van nieuwe fracties is geen toestemming vereis van de raad.
Hoofdstuk 2. Raadsvergaderingen
Paragraaf 1. Tijdstip van vergaderen; voorbereiding in de vorm van het Iepen Poadium
Artikel 12. Vergaderfrequentie
De raadsvergadering kan in de cyclus worden voorafgegaan door het Iepen Poadium. Op te vatten als een commissie ex artikel 84 Gemeentewet. Dit is aan de orde als raadsleden verzoeken om nadere technische duiding van in de raadscyclus geagendeerde voorstellen. Het Iepen Poadium heeft een informerend karakter dat dient om technische vragen voorafgaand aan de raadsbehandeling beantwoord te krijgen dan wel om meer technische informatie te ontvangen alvorens het besluitvormende debat in de raadsvergadering aan te gaan.
In het geval van de vergaderingen van de werkvorm het Iepen Poadium zijn wethouders aanwezig; voor zover hun portefeuille dit noodzakelijk maakt. Doelstelling van het Iepen Poadium is echter dat het gaat om het beantwoorden van technische vragen dan wel het verkrijgen van meer informatie alvorens het besluitvormend debat in de raadsvergadering aan te gaan. De ambtelijke organisatie is in dit geval aan zet om presentaties te houden dan wel nadere technische toelichting te geven.
Raadsleden kunnen verzoeken om raadsvoorstellen uit de lopende cyclus te agenderen voor technische of informerende bespreking in het Iepen Poadium. Op te vatten als voorbereiding voor het besluitvormende debat in de raadsvergadering. Uiterlijk vrijdag 12.00 uur na de fractievergaderingen geven de fracties aan de griffie door welke raadsvoorstellen in de volgende Iepen Poadium worden geagendeerd.
Artikel 15. Ter inzage leggen van stukken
Stukken die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op een agenda dienen, worden gelijktijdig met het verzenden van de elektronische oproep op het gemeentehuis digitaal ter inzage gelegd en, voor zover mogelijk, op de website van de gemeenteraad geplaatst. De voorzitter maakt van de ter inzage legging melding in de openbare kennisgeving bedoeld in artikel 16. Als na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de leden van de raad en zo mogelijk door middel van openbare kennisgeving.
Artikel 18. Kennisgeving van verhindering
Het lid van de raad dat verhinderd is de vergadering bij te wonen, geeft daarvan voor aanvang van de vergadering kennis aan de voorzitter en de griffier.
De raadsleden discussiëren voornamelijk onderling zonder vaste termijnen. Het is niet de bedoeling om de opiniërende behandeling met een betoog te beginnen maar om elkaar te bevragen. De opiniërende behandeling kan worden ingeleid door een presentatie of een toelichting door of namens het college. De opiniërende behandeling kan worden afgesloten met een inhoudelijke reactie vanuit het college.
Artikel 27. Spreekrecht burgers
Na het vragenhalfuur kunnen andere aanwezigen dan de leden, de wethouders en de griffier gezamenlijk gedurende maximaal een half uur het woord voeren over zowel geagendeerde als niet geagendeerde onderwerpen. Naast inspraak in de raadsvergadering is het mogelijk om tijdens het Iepen Poadium in te spreken. Voordeel daarvan is dat men nu in een eerdere fase in het proces inspreekt, waardoor fracties meer mogelijkheden hebben om de mening van de Mienskip te betrekken bij hun besluitvorming.
Degene, die van het spreekrecht op een geagendeerd onderwerp gebruik wil maken, meldt dit schriftelijk of mondeling tot uiterlijk 12.00 uur op de dag van de raadsvergadering of het Iepen Poadium aan de griffier. Als de spreker gebruik wil maken van het spreekrecht op een niet geagendeerd onderwerp moet dit minimaal één werkdag voorafgaand aan de vergadering bij de griffier worden gemeld. Hij vermeldt daarbij het onderwerp, waarover hij het woord wil voeren, zijn naam, adres, zijn telefoonnummer en namens wie hij spreekt.
Artikel 31. Handhaving orde; schorsing
Indien een spreker zich beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een andere spreker herhaaldelijk hinderlijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien de desbetreffende spreker hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.
Artikel 32. Beraadslaging; schorsing
Op verzoek van een lid van de raad of op voorstel van de voorzitter kan de raad besluiten de beraadslaging voor een door hem te bepalen tijd te schorsen teneinde het college of de leden van de raad de gelegenheid te geven tot onderling nader beraad. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.
Na het sluiten van de beraadslaging en voordat de raad tot stemming overgaat, kunnen raadsleden hun voorgenomen stemgedrag toelichten.
Artikel 37. Algemene bepalingen over stemming
Heeft een lid zich bij het uitbrengen van zijn stem vergist, dan kan hij deze vergissing nog herstellen voordat het volgende lid gestemd heeft. Bemerkt het lid zijn vergissing pas later, dan kan hij nadat de voorzitter de uitslag van de stemming bekend heeft gemaakt wel aantekening vragen dat hij zich heeft vergist; in de uitslag van de stemming brengt dit echter geen verandering.
Artikel 39. Stemming over personen
Wanneer een stemming over personen voor het doen van een voordracht of het opstellen van een voordracht of aanbeveling moet plaatshebben, benoemt de voorzitter, op voordracht van de griffier, twee leden tot stembureau, waarvan de eerst benoemde als voorzitter fungeert. Het stembureau wordt ondersteund door de griffier.
Artikel 40. Herstemming over personen
Wanneer ook bij deze tweede stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, vindt een derde stemming plaats tussen twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt tussen welke twee personen de derde stemming zal plaatshebben.
Paragraaf 4. Verslaglegging; ingekomen stukken
Artikel 43. Ingekomen stukken: ‘de LIST’
De griffier geeft voor ieder ingekomen stuk een advies over de afhandeling. Dit advies kan (o.a.) zijn:
het stuk agenderen voor bespreking in het volgende Iepen Poadium. Omdat het om het bespreken van de wijze van afdoening gaat en er geen politiek debat over het ingekomen stuk plaatsvindt, ligt bespreking in het Iepen Poadium voor. Mocht een fractie vervolgens toch een debat over het ingekomen stuk willen voeren dan kan dit via een agenderings- verzoek aanhangig worden gemaakt bij de Agendacommissie;
Paragraaf 5. Besloten raadsvergaderingen
Artikel 44. Toepassing reglement op besloten vergaderingen
Op besloten raadsvergaderingen is dit reglement van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet strijdig is met het besloten karakter van de vergadering.
Artikel 45. Verslag besloten vergadering
Verslagen en besluitenlijsten worden zo spoedig mogelijk via het besloten deel van het vergadersysteem gedeeld met alle leden. Als er geen opmerkingen binnen de gestelde termijn aan de griffie worden gemeld, wordt het verslag in de eerstvolgende openbare vergadering vastgesteld. Als er vragen of opmerkingen worden gemaakt wordt aan de agenda van de eerstvolgende vergadering een besloten deel toegevoegd.
Aan het begin van de besloten vergadering beslist de raad overeenkomstig artikel 25, eerste lid, van de wet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De geheimhouding blijft gelden totdat de raad haar opheft. De raad kan aan het einde van de vergadering besluiten de geheimhouding op te heffen.
Artikel 47. Opheffing geheimhouding
Als de raad op grond van de artikelen 25, derde en vierde lid, 55, tweede en derde lid, of 86, tweede en derde lid, van de wet voornemens is de geheimhouding op te heffen dan wel niet te bekrachtigen, wordt, als het orgaan dat geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, daarover in een besloten raadsvergadering met het desbetreffende orgaan overleg gevoerd. Een besluit tot opheffen van de geheimhouding vindt plaats tijdens een openbare raadsvergadering.
Hoofdstuk 3. Bevoegdheden, instrumenten raadsleden
Artikel 53. Initiatiefvoorstel
Raadsleden dienen initiatiefvoorstellen schriftelijk in bij de voorzitter; na indiening wordt het voorstel informerend geagendeerd voor bespreking in de raadsvergadering. Als de schriftelijke oproep hiervoor reeds verzonden is wordt het voorstel op de agenda van de daaropvolgende raadsvergadering geplaatst. De indiener krijgt dan de gelegenheid om het initiatiefvoorstel toe te lichten en kan vragen beantwoorden.
Nadat het college schriftelijk wensen of bedenkingen ter kennis van de raad heeft gebracht of kenbaar heeft gemaakt hiertoe niet te zullen overgaan, dan wel nadat de in het tweede lid gestelde termijn is verlopen, wordt het voorstel voor opiniërende behandeling op de agenda van de eerstvolgende raadsvergadering geplaatst. Als de schriftelijke oproep hiervoor reeds verzonden is wordt het voorstel op de agenda van de daaropvolgende raadsvergadering geplaatst. Na deze behandeling vindt de besluitvormende behandeling plaats.
Over verzoeken die ten minste twee werkdagen voor aanvang van een raadsvergadering zijn ingediend of in naar het oordeel van de voorzitter spoedeisende gevallen, wordt tijdens de eerstvolgende raadsvergadering gestemd. De raad bepaalt op welk tijdstip tijdens de raadsvergadering de interpellatie wordt gehouden.
Artikel 56. Schriftelijke vragen
Schriftelijke beantwoording gebeurt zo spoedig mogelijk, waar mogelijk binnen 14 dagen en in ieder geval binnen 30 dagen nadat de vragen zijn ingediend, tenzij het college of de burgemeester de griffier gemotiveerd in kennis stelt dat dit onmogelijk is, waarbij tevens aangegeven wordt binnen welke termijn beantwoording zal plaatsvinden.
De verlangde inlichtingen worden zo spoedig mogelijk aan de raad verschaft, waar mogelijk binnen veertien dagen en in ieder geval binnen dertig dagen nadat de inlichtingen zijn gevraagd, tenzij het college of de burgemeester de griffer gemotiveerd in kennis stelt dat dit onmogelijk is, waarbij tevens aangegeven wordt binnen welke termijn de inlichtingen zullen worden verstrekt.
Ingeval van een vraag die later dan wel tijdens het vragenhalfuur zonder voorafgaande schriftelijke indiening wordt gesteld, zal zo mogelijk direct antwoord gegeven worden. Indien directe beantwoording niet mogelijk is, zal in ieder geval binnen twee werkdagen schriftelijk antwoord gegeven worden aan de vragensteller en de andere leden.
De voorzitter kan weigeren een onderwerp tijdens het vragenhalfuur aan de orde te stellen indien hij het onderwerp niet voldoende nauwkeurig acht aangegeven, het onderwerp niet voldoet aan de uitgangspunten genoemd in lid 2, of indien het onderwerp in de raadsvergadering van die dag aan de orde komt.
Artikel 60a. Omschrijving werkvormen
Voor de werkvormen worden de raadsleden en de burgerleden uitgenodigd, de fracties bepalen zelf wie zij afvaardigen voor een rol als deelnemer aan de werkvormen.
In gevallen waarin dit reglement niet voorziet of bij twijfel omtrent de toepassing van het reglement, beslist de raad op voorstel van de voorzitter.