Organisatie | Achtkarspelen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgermeester en wethouders van de gemeente Achtkarspelen houdende omtrent de besluitvorming in recesperioden (Regeling besluitvorming in recesperioden van college van B&W Achtkarspelen 2020) |
Citeertitel | Regeling besluitvorming in recesperioden van college van B&W Achtkarspelen 2020 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 168 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-05-2020 | nieuwe regeling | 06-05-2020 | S2020-07550 |
De recesregeling voorziet in een mogelijkheid om – in periodes waarin het college niet regulier vergadert – toch rechtsgeldige collegebesluiten te kunnen nemen of andere collegebevoegdheden uit te kunnen oefenen. Het college machtigt in de regeling de burgemeester – of bij diens verhindering de loco-burgemeester – om de bevoegdheid uit te oefenen, namens het college. Artikel 168 Gemeentewet biedt hiervoor een wettelijke grondslag:
Gelet op het uitgangspunt en het belang van collegiale besluitvorming, heeft de recesregeling een beperkt toepassingsbereik. De machtiging kan alleen gebruikt worden in situaties, waarin het uitoefenen van de bevoegdheid niet kan worden uitgesteld tot de eerste vergadering ná de recesperiode. Dit is ter beoordeling aan de secretaris (of bij diens verhindering de loco-secretaris). Is uitstel wel mogelijk, dan geldt de regeling niet en zal moeten worden gewacht tot de eerste reguliere vergadering na de recesperiode.
Het college kan bevoegdheden ook mandateren aan ondergeschikten. Wanneer de bevoegdheid is gemandateerd aan een ondergeschikte, is de recesregeling alleen van toepassing wanneer alle (onder)gemandateerden verhinderd zijn om het besluit te nemen.
Wanneer een parafenbesluit kan worden genomen, is de recesregeling niet van toepassing.
Op grond van het Reglement van Orde vergadert het college iedere week. De recesregeling kan in iedere week, waarin er niet vergaderd wordt, worden toegepast. De behoefte zal zich echter vooral voordoen in langere recesperioden (zomer).
De burgemeester – en bij diens verhindering de loco-burgemeester – wordt gemachtigd om bevoegdheden van het college uit te oefenen als uitstel tot na de recesperiode niet mogelijk is. Net als in artikel 168 Gemeentewet is de term ‘machtigen’ gebruikt. Dit is het verzamelbegrip voor mandateren, geven van volmacht en machtigen tot het uitoefenen van feitelijke bevoegdheden.
De (loco-)secretaris beoordeelt of in voorkomend geval sprake is van een situatie, waarin toepassing van de bevoegdheid niet kan worden uitgesteld. Uit het tweede lid blijkt dat deze beoordeling plaatsvindt op basis van het format, waarop een voorstel bij het college wordt aangebracht. Hiermee wordt zoveel mogelijk aangesloten bij het gebruikelijke besluitvormingsproces en de uitgangspunten, die daarbij horen.
Op verzoek van het college is een lid toegevoegd op grond waarvan de (loco-)burgemeester zich moet inspannen om (telefonisch of via app) met de overige collegeleden te overleggen, voordat hij een besluit neemt met toepassing van de machtiging.
In het vierde lid zijn voorbeelden van situaties, waarin toepassing van de collegebevoegdheid niet kan worden uitgesteld, opgenomen. Dit is geen uitputtende opsomming.
Het vijfde lid sluit aan bij artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht. Mandatering kan bij wettelijk voorschrift worden uitgesloten. Mandatering is ook niet mogelijk als het gaat om de bevoegdheid om:
Ook de aard van de uit te oefenen bevoegdheid kan zich tegen het gebruik van de machtiging verzetten. Gedacht kan bijvoorbeeld worden aan de situatie dat de (loco-burgemeester) zelf belanghebbende is bij de uitoefening van de bevoegdheid of zich anderszins in een positie bevindt, die uitoefening van de bevoegdheid in de weg staat.
In het Reglement van Orde is ook een bepaling opgenomen, die bedoeld is om te voorkomen dat besluitvorming in vakantieperiodes stokt. Artikel 6, eerste lid, luidt:
De recesregeling is niet nodig, wanneer een parafenbesluit kan worden genomen. Hiervoor moet echter wel aan het quorumvereiste worden voldaan. Dit betekent dat tenminste de helft van het college ‘conform’ moet hebben geparafeerd. Wanneer aan het quorumvereiste niet kan worden voldaan, biedt de recesregeling uitkomst.
Dit artikel regelt enkele praktische zaken ten aanzien van het ondertekenen van besluiten, de terugkoppeling naar het college en het opnemen op de besluitenlijst. De recesregeling laat de bepalingen van de Gemeentewet en het Reglement van Orde onverlet.
De regeling geldt vanaf de dag na bekendmaking. Niet gekozen is voor een regeling voor een specifieke vakantieperiode of een jaar, maar voor een regeling van – in principe – onbepaalde duur.