Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Harderwijk

Maatschappelijke bijdrageregeling Harderwijk 2017

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHarderwijk
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingMaatschappelijke bijdrageregeling Harderwijk 2017
CiteertitelMaatschappelijke bijdrageregeling Harderwijk 2017
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze beleidsregel is vastgesteld op 15 augustus 2017 door burgemeester en wethouders, publicatie heeft plaatsgevonden op de gemeentepagina in Het Kontakt op 27 december 2017, in werking getreden op 28 december 2017 en heeft terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2017

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 35 van de Participatiewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

n.v.t.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

28-12-201701-01-2017beleidsregel

15-08-2017

Gemeentepagina Het Kontakt

h170042393

Tekst van de regeling

Intitulé

Maatschappelijke bijdrageregeling Harderwijk 2017

 

Alle begrippen die in deze regeling worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet (PW) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

 

Algemeen

 

Artikel 1.

Op grond van deze regeling kan een bijdrage worden verstrekt voor deelname aan sociaal culturele en sportieve activiteiten en additionele schoolkosten.

 

Doelgroepen sociaal culturele en sportieve activiteiten

 

Artikel 2.

Lid 1. Aanspraak op een bijdrage deelname sociaal culturele en sportieve activiteiten zoals bedoeld in artikel 1 van de regeling bestaat voor de inwoner van Harderwijk van 18 jaar en ouder, en dient ten laste komende minderjarige inwonende kinderen, die een netto inkomen heeft dat gelijk is aan of minder dan 110 procent van de van toepassing zijnde bijstandsnorm gedurende een periode van 12 maanden voorafgaande aan de datum aanvraag.

Lid 2. Naast de in artikel 2, lid 1, genoemde inkomensgrens geldt de vermogensgrens, zoals opgenomen in de PW, wat betekent dat als het vermogen meer bedraagt dan de daarin genoemde grens geen recht op vergoeding bestaat.

 

Artikel 3.

Studenten en bewoners van een instelling / inrichting behoren niet tot de doelgroep.

 

Voorzieningen sociaal culturele en sportieve activiteiten

 

Artikel 4.

Lid 1. De bijdrage in de kosten van deelname aan sociaal culturele en sportieve activiteiten bedraagt per kalenderjaar per persoon maximaal:

- voor een volwassene € 180,00;

- voor een kind van 0 t/m 3 jaar: € 90,00;

- voor een kind van 4 t/m 11 jaar: € 90,00;

- voor een kind van 12 t/m 17 jaar € 180,00

Lid 2. De leeftijd van de persoon, genoemd in het eerste lid van dit artikel, op het moment waarop wordt aangevraagd, is bepalend voor de hoogte van het maximumbedrag.

 

Voorziening additionele schoolkosten

 

Artikel 5

Voor kinderen die voor het eerst naar het voortgezet onderwijs gaan wordt eenmalig een forfaitair bedrag toegekend van € 300,00. Dit bedrag wordt verstrekt op aanvraag en niet eerder betaalbaar gesteld dan in de maand augustus van het kalenderjaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

 

Hardheidsclausule

 

Artikel 6

Het dagelijks bestuur kan in bijzondere gevallen ten gunste van belanghebbende afwijken van de bepalingen van deze verordening als strikte toepassing daarvan leidt tot onbillijkheden van overwegende aard.

 

Aanvraag

Artikel 7

Lid 1. De aanvraag wordt ingediend uiterlijk voor 1 februari van het jaar volgend op het kalenderjaar waarin de kosten zijn gemaakt.

Lid 2. De aanvrager vermeldt per persoon de wijze waarop de aangevraagde bedragen voor sociaal culturele en sportieve activiteiten besteed zijn dan wel besteed gaan worden in het kalenderjaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

 

Verantwoording sociaal culturele en sportieve activiteiten

Arikel 8

Lid 1. Degene die aanspraak heeft gemaakt op een bijdrage sociaal culturele en sportieve activiteiten moet tot en met de zesde maand, volgend op het kalenderjaar waarop de aanvraag betrekking heeft bewijsstukken van uitgaven beschikbaar houden en desgevraagd ter beschikking stellen. Uit de bewijsstukken moet blijken dat het gaat om uitgaven ten behoeve van sociaal culturele en sportieve activiteiten, opgevat in de meest brede zin.

Lid 2. Bij in gebreke blijven van de verantwoording van de uitgaven, blijkende uit de te houden steekproef, wordt hetgeen niet verantwoord kan worden, teruggevorderd dan wel gecompenseerd met het recht op de nieuwe aanspraak op vergoeding van een bijdrage voor sociaal culturele en sportieve activiteiten ingediend in het nieuwe kalenderjaar.

 

Controle

 

Artikel 9.

Het uitgangspunt is dat de kosten aannemelijk zijn. Uit oogpunt van doelmatigheid hoeven de kosten in het algemeen niet met bewijsstukken te worden aangetoond. In individuele situaties en steekproefsgewijs kunnen er bewijsstukken worden opgevraagd.

 

Aanpassing bedragen

 

Artikel 10.

De hoogte van de in deze regeling genoemde bedragen kunnen door het college van burgemeester en wethouders per 1 januari worden verhoogd indien zij dit noodzakelijk achten.

 

Inwerkingtreding en toepassingsbereik

 

Artikel 11.

Deze regeling treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 1 januari 2017.

 

Citeertitel

 

Artikel 12.

Deze regeling wordt aangeduid als: Maatschappelijke bijdragenregeling Harderwijk 2017.