| Organisatie | Beekdaelen |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Beekdaelen houdende regels omtrent wachtdiensten (Wachtdienstregeling gemeente Beekdaelen) |
| Citeertitel | Wachtdienstregeling gemeente Beekdaelen |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | financiën en economie |
| Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Wachtdienstregeling gemeente Beekdaelen 2019.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 07-05-2020 | 01-01-2020 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 14-01-2020 |
Artikel 2 Doelstelling van de calamiteiten wachtdienst openbare ruimte
Het doel van de wachtdienst is:
De gemeente Beekdaelen moet in geval van een calamiteit in de openbare ruimte, zowel tijdens als buiten reguliere werktijd een beroep kunnen doen op een adequate dienst die de situatie minimaal veilig kan stellen en daarmee erger kan voorkomen. Binnen de kantooruren wordt die garantie geleverd door de buitendienst, daarbuiten zal een wachtdienst de verantwoordelijkheid moeten waarborgen. Voldoet de wegbeheerder niet aan haar verplichting, dan wordt dit de organisatie aangerekend.
Er wordt een wachtdienst met twee medewerkers gelijktijdig gedraaid. Een persoon is eerste aanspreekpunt (1e pool) en de tweede persoon (2e pool) assisteert als dit noodzakelijk is bijvoorbeeld bij grotere klussen en werkzaamheden aan riolering/rioolontstoppingen (gassen/dampen) of bij zaagwerkzaamheden met een motorkettingzaag.
Bij sommige werkzaamheden zal de 2e persoon het verkeer moet regelen rondom de werkzaamheden.
De medewerker is verplicht om zich buiten de voor zijn betrekking vastgestelde werktijden beschikbaar te houden als de werkgever dit uit dienstbelang noodzakelijk vindt.
De medewerker die beschikbaarheidsdienst heeft, is verplicht om gehoor te geven aan een oproep om werkzaamheden te verrichten. Het is niet noodzakelijk dat deze werkzaamheden op de werkplek worden verricht; in voorkomende gevallen kunnen de werkzaamheden ook vanuit huis worden verricht.
Artikel 4 Hoogte van de vergoeding
De wachtdienstmedewerker uit de 1e pool krijgt per wachtdienstperiode van 1 week een bruto vergoeding van 8,5% over het maximum van schaal 5. In dit bedrag zijn feestdagen en (bijzondere) verlofdagen gelijkgesteld aan niet-feestdagen. Als de wachtdienst zich in genoemde situatie korter dan wel langer dan een week duurt, wordt de toelage berekend door het bedrag per dag vast te stellen en dit te vermenigvuldigen met het aantal dagen dat de medewerker beschikbaar is geweest om zo nodig werk te verrichten. Voor elke werkelijk verrichte dienst door de wachtdienstmedewerker, wordt een vergoeding verleend conform de overwerkpercentages van de Cao Gemeenten.
De wachtdienstmedewerker uit de 2e pool krijgt per wachtdienstperiode van 1 week een vergoeding conform artikel 3.13 toelage beschikbaarheidsdienst van de Cao Gemeenten.
Lid 2 Urencompensatie bij oproep
Het aanvangstijdstip van werk wegens oproep tijdens wachtdienst is het moment van vertrek van het huisadres c.q. het verblijfadres bij oproep. Het werk eindigt op het moment van terugkomst op dit adres. De wachtdienstmedewerker noteert deze tijdstippen zelf op het hiervoor bestemde formulier dat hij aantreft in het wachtdienstkoffer. De hoogte van de overwerkvergoeding is conform de CAO gemeenten.
Artikel 5 Voor wie geldt de wachtdienstregeling
De regeling geldt voor alle medewerkers van de buitendienst. Medewerkers in de leeftijd van 60 jaar en ouder worden niet meer verplicht aan de wachtdienst deel te nemen.
Voor de gladheidbestrijding geldt een afzonderlijke regeling, die van toepassing is op de gladheidcoördinatoren. Zij hebben hiervoor een cursus gevolgd en als nodig sturen zij derden aan. Dat laat overigens onverlet dat de wachtdienstmedewerker – evenals de rest van de buitendienst – in calamiteiten kan worden opgeroepen om werkzaamheden te verrichten.
Artikel 6 Beperkingen tijdens de wachtdienst
Lid 1 Tijdens de gehele wachtdienstperiode is het de wachtdienstmedewerker verboden om alcoholische dranken c.q. stimulerende middelen te gebruiken.
Lid 2 Het aanspreekpunt moet zich tijdens de dienst binnen 60 minuten op de plaats van de melding bevinden.
Lid 3 De medewerker in de 2e lijn moet tijdens de dienst de werf binnen 60 minuten kunnen bereiken. Dit vanzelfsprekend met inachtneming van alle geldende wet- en regelgeving.
Artikel 7 Gebruik auto/dienstauto bespreken
Tijdens de wachtdienstweek krijgt het eerste aanspreekpunt die wachtdienst heeft een voertuig van de buitendienst ingericht voor de wachtdienst ter beschikking gesteld.
Mocht dit niet mogelijke zijn dan krijgt de wachtdienstmedewerker conform de regeling “werken buiten reguliere werktijd” een kilometervergoeding voor het gebruik van zijn voertuig gerekend vanaf zijn thuisadres tot aan de werf en terug. Tijdens de feitelijke werkzaamheden om de klacht te verhelpen, maakt de medewerker gebruik van een dienstvoertuig.
Artikel 8 Mogelijke werkzaamheden tijdens de wachtdienst
De wachtdienstmedewerker voert alle voorkomende werkzaamheden uit die noodzakelijk zijn om de veiligheid in de openbare ruimte te waarborgen. Als hij de werkzaamheden niet zelfstandig kan uitvoeren (bijvoorbeeld bij een rioolverstopping of zaagwerkzaamheden) roept hij de hulp in van de collega die ook wachtdienst heeft. In het uiterste geval schakelt hij een extern bedrijf in.
Als een wachtdienstmedewerker ziek wordt tijdens zijn wachtdienst stelt hij de opzichter buitendienst hiervan onverwijld in kennis. Deze zal op zijn beurt een andere medewerker van de buitendienst aanwijzen om de dienst over te nemen.
De wachtdienstmedewerker is verantwoordelijk voor de invulling van de wachtdienst. Als hij verlof wil tijdens zijn wachtdienst, moet hij zelf een collega bereid vinden zijn dienst over te nemen. De wachtdienstmedewerker stelt de coördinator onverwijld in kennis van de verandering.
Artikel 10 Vaststellen rooster
Het dienstrooster wordt opgesteld door de opzichter van de buitendienst. Het rooster geldt normaliter voor de periode van 1 jaar. De opzichter kan – als daartoe redenen zijn en met goedkeuring van zijn direct leidinggevende het wachtdienstrooster wijzigen. Het rooster wordt minimaal 1 maand voor de inwerkingtreding schriftelijk uitgereikt aan de betrokkenen.
Artikel 11 Duur van de wachtdienst
De wachtdienst gaat in op maandag 8:00 uur en eindigt de week daarop op maandag 8.00 uur. Als de maandag een feestdag is, voorziet het rooster hierin. In geval van zomerrooster dan wel tropenrooster wijzigen de begin- en eindtijden conform de bij deze regeling behorende vastgestelde reguliere werktijden.