Organisatie | Venlo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Parkeerverordening Venlo 2020 |
Citeertitel | Parkeerverordening Venlo 2020 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 149 van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-04-2020 | Parkeerverordening Venlo 2020 | 25-03-2020 |
In deze verordening wordt verstaan onder:
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden en lossen van goederen, op de binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
houder: degene die naar de omstandigheden als houder van een voertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorvoertuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven;
Hoofdstuk 2 Plaatsen voor vergunninghouders, vergunningen en vergunningsbewijzen
bewoners en bedrijven woonachtig/gevestigd in het gebied Centrum gesloten, of andere aangewezen afgesloten gebieden, en leveranciers/bedrijven die leveranties/werkzaamheden uit moeten voeren in het gebied Centrum gesloten en tijdelijk willen parkeren op een van de bedrijfsstraten. Deze vergunning werkt als volgt:
Burgemeester en wethouders kunnen bij de afgifte van een tijdelijke ontheffingen van de geslotenverklaring, binnen een gebied waar vergunninghoudersparkeren is ingesteld, een vergunning verlenen aan eigenaren of houders van motorvoertuigen waarbij de aanwezigheid van het voertuig aantoonbaar noodzakelijk is voor de uitvoering van de werkzaamheden op een hiervoor in de vergunning aan te wijzen locatie.
Het is verboden parkeerapparatuur op andere wijze of met andere middelen, dan wel met andere munten dan die welke in de kennisgeving op de parkeerapparatuur staan aangegeven in werking te stellen.
Overtreding van het bepaalde in hoofdstuk 3 van deze verordening wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van de eerste categorie.
De opsporing van de in artikel 11 strafbaar gestelde feiten is, behalve aan de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren, opgedragen aan hen die door burgemeester en wethouders of de burgemeester met de zorg voor de naleving van deze verordening zijn belast, ieder voor zover het de feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.