Organisatie | Harderwijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels omtrent vergunningverlening muziekgeluid in de Buitenlucht |
Citeertitel | Beleidsregels vergunningverlening muziekgeluid in de Buitenlucht |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | Openbare orde en veiligheid |
Deze regeling is tevens vastgesteld door de burgemeester.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-12-2023 | artikel 10 | 19-12-2023 | |||
30-06-2016 | 29-12-2023 | nieuwe regeling | 14-06-2016 Het Kontakt, 22-06-2016 | 16.00357 |
Om evenementen in Harderwijk mogelijk te maken en daarbijgeluidoverlast zo veel als mogelijk te beperken gelden er in Harderwijk een aantal beleidsregels.
Deze beleidsregels zijn van toepassing voor muziekevenementen en muziekactiviteiten waarvoor van het collegeeen ontheffing op grond van artikel 4:6 van de APV noodzakelijk is om het evenementen of activiteit mogelijk te maken. De beleidsregels zijn als volgt:
Zonder voorafgaande ontheffing
Locaties waar activiteiten met een geluidsniveau ten gevolge van muziekgeluid van maximaal Leq 70 dB(A) kunnen worden gehoudenzijn bijvoorbeeld: het evenemententerrein aan de Parkweg, het Strandeiland, het Stadspodium, de Vischmarkt, de Kloosterpoort, de Stille wei en de Markt.
1 maal per jaar is het mogelijk om in Hierdeneen muziekevenement van 5 aaneengesloten dagen te laten plaats vinden.
Het muziekgeluidniveau mag niet hoger zijn dan Leq 90 dB(A)gemeten op 1 meter van een muziekbox. Piekniveaus (Lmax) zijn toegestaan tot een geluidniveau van 103 dB(A). De muziek is bij iedere attractiehetzelfde.
(Nabij de gevel=gemeten geluidniveau exclusief gevelreflectie. Locatiesliggen altijd 100 meter uit elkaar)
In Harderwijk en Hierdenvinden jaarlijks tal van evenementen plaats die bijdragenaan de gezelligheid, het culturele en sportieve klimaat en een positiefimago van de stad.
Evenementen hebben echter ook een keerzijde. Ze kunnen overlast veroorzaken bij inwoners van de gemeente. Buurtbewoners kunnen overlast ondervinden in de vorm van onder andere lawaai. Tot nu toe hebbenHarderwijkse evenementen slechts in beperkte mate geleid tot klachten van burgers. De gemeente Harderwijk onderkent de keerzijde van evenementen en heeft de ambitieom de overlastvan evenementen ook in de toekomst tot een minimum te beperken. Deze nota geluidbeleid bij evenementen stelt de kadersom de overlast zo veel als mogelijkte beperken.
Het geluidbeleid voor evenementen in Harderwijk dateert uit 2003. Het aantal(geluid) evenementen heeft sindsdieneen grote vlucht genomen. Daarnaastzijn er een aantal ontwikkelingen waardoor het geluidbeleid niet meer aansluitbij de huidige vraag en beleving van evenementen. Zo bestaat er grotere behoefte om beleid te dereguleren, vergunningvrije evenementen uit te breiden en normen aan te passen aan de behoefte van organisatoren en omwonenden. Het geluidbeleid voor evenementen moet dan ook worden herzien.
In deze herziening van het geluidbeleid heeft de gemeente een aantal specifieke onderwerpen waarophet geluidbeleid moet worden aangepast. De opgavenzijn:
Het maximum aantal dagen waarop evenementen in de binnenstad worden gehouden is niet meer toereikend. De ijsbaanis een evenement die zich over meerdere weken uitspreid en gebruikthierdoor veel dagen. Het geluidbeleid moet hierop aangepastworden.
Omdat de gemeente de administratieve lasten wil verlagen en verder wil dereguleren bestaat de wens om in het geluidbeleid een categorie meldingsplichtig voor kleineevenementen toe te voegen.
De afgelopen jaren zijn de muziekkorpsen actiever geworden.In het geluidbeleid 2003 is dit een vergunning vrije activiteit. Deze is alleentoegestaan in het centrum,waarbij de duur niet langer mag zijn dan 1 uur. De gemeente Harderwijk heeft de wens om de vergunning vrije optie ook voor buiten het centrumgebied toe te passen en de duur te verlengen.
Ook buiten het centrum is het aantal evenementen enorm toegenomen. Het beleid voorziet daar onvoldoende in. Daarnaast sluit de systematische opbouwvan het beleidbuiten het centrumniet meer aan op de praktijk.
Daarnaast heeft er de afgelopen drie jaar een pilotgedraaid voor het evenement Lalaland. Lalalandheeft als proef verhoogde geluidsnormen gekregen.De proef liet een geluidbelasting bij woningen toe van 80 decibel,i.p.v. 70 decibelvolgens het beleid.Ook is als proef voor Lalaland, de eindtijdverlengd op zaterdagavond tot 24:00 uur. In deze herziening worden de resultaten van de twee pilots verwerkt.
Tot slot is de ervaring dat er vaker geklaagd wordt over bastonen van evenementen. Dit is overigenseen landelijke tendens,omdat er meer dance-en housemuziek wordt gedraaid. Muziekgeluid moet bij deze stijl niet alleenhoorbaar zijn, maar ook voelbaar. Het laagfrequente deel van het muziekgeluid zorgt over het algemeen ook voor de meesteoverlast bij omwonenden omdat laagfrequent geluid veel verder draagt en gemakkelijker door muren en ramen dringt.In dat kader is het wenselijk om geluidsnormeringen voor bastonente gaan hanteren.
Dedoelstellingen in deze nota geluidbeleid bij evenementen zijn de volgende:
De Nota wordt gebruiktals toetsingskader in de vergunning-, handhaving- en klachtenprocedure.
2.1 Algemene plaatselijke verordening
Bij de regulering van geluid door een evenement is het van belang of het evenement gekoppeld is aan een bedrijf(bijvoorbeeld een concert binnen een horecabedrijf) of op openbaar terrein (een concert op de markt). Deze nota geluidbeleid bij evenementen
gaat in op evenementen die plaatsvinden buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer.
Het aspect geluid voor deze evenementen wordt geregeldin de AlgemenePlaatselijke Verordening (APV). In artikel 4.6 van de Model-APV van de Vereniging Nederlandse gemeenten is een algemene verbodsbepaling opgenomen om geluidshinder te veroorzaken. De gemeente Harderwijk heeftin haar APV het subjectieve begrip “hinder”geobjectiveerd door
geluidsnormen in de APV op te nemen.
Deze normen zijn afgeleid van de normen die in Nederland worden gehanteerd bij langdurige en frequente blootstelling aan geluid.
In onderstaande tabel zijn deze normen weergegeven.
Bij blootstelling aan geluid van evenementen gaat het meer om een uitzonderingssituatie dan om frequente blootstelling en is het aanvaardbaar om af te wijken van de standaardnormen.
De gemeente kan daarom ontheffing verlenen voor deze normen.
Bij het houden van evenementen kan eigenlijk niet worden voorkomen dat er enige geluidoverlast ontstaat voor omwonenden. Door middel van afspraken en regels kan de overlast zo veel als mogelijk worden beperkt. De regels worden in dit beleidsstuk vastgelegd.
Het beperken van geluidhinder is van meerdere factoren afhankelijk. De hoeveelheid geluidhinder wordt bepaald door akoestische factoren en niet akoestische factoren. Akoestische factoren zijn bijvoorbeeld het geluidvolume en de blootstellingsduur. Voorbeelden van niet-akoestische factoren zijn; maatschappelijke aanvaardbaarheid, voorspelbaarheid, beheersbaarheid, de zinvolheid van het geluid, individuele gevoeligheid voor geluid, en het sociale proces tussen geluidproducent en een gehinderde.
In het geluidbeleid van 2003 zijn geluidnormen vastgelegd passend bij de toen bekende muziekevenementen die vaak niet meer overeen komen met de huidige evenementen. De normen in het geluidbeleid zijn mede bepaald door middel van metingen die rond die tijd hebben plaats gevonden. Daarnaast is er destijds voor gekozen om het tot dan toe geldende beleid niet te veel aan te passen. Het gevolg is dat normstelsel niet meer helder is. Het normstelsel uit het geluidbeleid van 2003 is opgenomen in bijlage 2.
Bij deze herziening is het van belang dat de geluidnormen bij evenementen eenduidiger en duidelijker worden. Een belangrijk verbeterpunt in de normstelling van 2003, is dat er destijds voor is gekozen om in het centrum andere normen te hanteren dan buiten het centrum.
Daarnaast zijn er voor verschillende evenementen verschillende restricties opgelegd voor wat betreft de duur van de verschillende evenementen. Dit kan eenvoudiger.
De normen die bij evenementen gehanteerd worden zijn mede gebaseerd op een publicatie van de inspectie milieuhygiëne Limburg uit 1996. De publicatie van de inspectie Milieuhygiëne Limburg wordt door veel gemeenten als leidraad gebruikt bij het opstellen van geluidnormen bij evenementen. In de publicatie “Evenementen met een luidruchtig karakter” uit 1996, is geconcludeerd dat tijdens een evenement een geluidsniveaus van 70 á 75 decibel bij een woning aanvaardbaar is. Deze conclusie is gebaseerd op de bescherming van de spraakverstaanbaarheid in woningen. Dit houd in dat in de woning, bij gesloten ramen en deuren, een normaal gesprek mogelijk moet zijn. Deze 70 á 75 decibel geldt niet in de nachtperiode. In de nachtperiode wordt vanwege het voorkomen van slaapverstoring een lager normering geadviseerd.
In binnenstedelijk gebied is de norm van 70 á 75 decibel niet altijd haalbaar. Doordat er in binnenstedelijk gebied veel bebouwing aanwezig is, is het akoestisch gunstig plaatsen van een podium niet altijd mogelijk. Het gevolg is dat de afstand van de muziekbron en de woningen kort kunnen zijn. Op de Markt doet deze situatie zich voor. Het hanteren van een norm van 70 á 75 decibel bij een muziekevenement op de Markt, zou dan impliciet betekenen dat het organiseren van evenementen waarbij het ten gehore brengen van muziek het hoofddoel is, op de Markt niet mogelijk is.
Het bovenstaande is dan ook de reden geweest om voor het centrumgebied een norm van 70 decibel te hanteren. Dit met uitzondering van de Markt, waar op 9 dagen een geluidniveau van 80 decibel is toegestaan.
Buiten het centrum is er in 2003 voor gekozen om de norm op 65 decibel te stellen en in woonbuurten op 60 decibel.
Om het geluidbeleid eenduidiger en eenvoudiger te maken wordt in deze herziening van het geluidbeleid er voor gekozen om slechts van twee normen uit te gaan.
De standaard norm in de gemeente Harderwijk bedraagt 70 decibel, waarbij voor paar specifieke locaties een geluidniveau van 80 decibel is toegestaan.
Zoals in de inleiding is aangegeven heeft het evenement Lalaland 2 jaar onder een pilot plaatsgevonden. In deze twee jaar is de norm voor Lalaland verhoogd van 70 naar 80 decibel. Met name in het eerste jaar van de pilot zijn er verschillende geluidklachten ingediend. Deze klachten hadden met name betrekking op de overlast van bastonen en niet zozeer op de hoogte van het totale geluidniveau. Vorig jaar is de pilot met nog een jaar verlengd omdat er het tweede jaar onvoldoende onderzoek naar het basgeluid kon worden gedaan. In deze herziening wordt in paragraaf 3.2.2 ingegaan op de normering van bastonen. Deze normering moet er zorg voor dragen dat de overlast van de bastonen wordt beperkt. Hiermee is de overlast van Lalaland ook tot een aanvaardbaar niveau te beperken. Het verhogen van de norm van 70 naar 80 decibel voor de Stille Wei stuit dan ook niet op zwaarwegende bezwaren.
Ten aanzien van de Stille Wei is er van oudsher nog een uitzondering op de in Harderwijk gehanteerde normeringen. Voor de Stille Wei geldt namelijk, ondanks dat de naam anders doet vermoeden, dat er één dag per jaar de mogelijk bestaat om een evenement te houden waarop er geen norm van toepassing is. Er is geen aanleiding om hier in deze herziening anders mee om te gaan.
Een aantal evenementen in Harderwijk zijn van zodanige aard dat de standaard geluidnormen niet passen bij het evenement. Voor de kermis bijvoorbeeld is er in het verleden voor gekozen om de geluidnormen per attractie te toetsen. Hierdoor is het eenvoudiger om bij overlast te traceren welke attractie de overlast veroorzaakt. Daarnaast is vanwege het gebruik van sirenes en dergelijk in het verleden een maximaal niveau voor de kermis in het leven geroepen. Beide normen voldoen nog steeds en er is dan ook geen aanleiding om deze normen bij deze herziening aan te passen.
Bij evenementen waarbij muziek met veel zware bassen ten gehore wordt gebracht is er meer kans op geluidoverlast. Bassen zijn extra hinderlijk omdat ze makkelijker in de woning komen en veel verder dragen.
De geluidnormen die tot nu toe gehanteerd worden bij evenementen zijn de zogenaamde A- gewogen normen. Geluid dat is gemeten met een A-filter wordt uitgedrukt in dB(A). In de Wet milieubeheer en Wet geluidhinder is het gebruikelijk om met A-gewogen normen te werken en worden normen gehanteerd die rond de 50 dB(A) liggen. Bij dit geluidniveau hoort de mens zoals de A-weging dit voorstelt. Bij geluidsniveaus van 70 à 80 dB(A), zoals bij evenementen hoort de mens meer lage tonen en dit komt overeen met een C-weging.
Met de huidige geluidsnormen in dB(A) zijn de lage frequenties (bastonen) lastig te controleren en vast te stellen. Dit komt omdat de A-weging zwaar drukt op de lagere frequenties. Zo kan het voorkomen dat er bij een evenement extra laag wordt bijgedraaid, terwijl dit in de meting bijna niet tot uitdrukking komt.
De C-weging geeft een beter beeld van hoe de mens bij geluidsniveaus van 70 à 80 dB(A) hoort. De lage frequenties worden dus gemeten zoals de mens deze hoort. Door de C- gewogen norm, naast de A-gewogen norm op te nemen in een voorschrift, bepaald de gemeente tevens hoeveel ‘bas’ er in de muziek ten gehore mag worden gebracht. Wanneer er nu extra laag wordt bijgedraaid dan komt dit direct tot uitdrukking in de C-gewogen meting. Het verschil tussen het A- en C gewogen geluidniveau brengt het aandeel lage frequenties in beeld van de ten gehore gebrachte muziek.
Uit praktijkmetingen blijkt dat een verschil van maximaal 13 dB tussen het A- en C-gewogen geluidniveau bastonen als acceptabel kan worden beschouwd. Een groter verschil wordt al snel als hinderlijk ervaren. In deze herziening wordt dan ook de dB(C) norm voor evenementen geïntroduceerd. In de normering zal een verschil van 13 dB tussen de A- en C- gewogen waarden aangehouden worden.
3.2.3 Samenvatting beleidsregel geluidsnormen
In Harderwijk wordt als eindtijd voor evenementen met muziekgeluid, 23:30 uur aangehouden. Met deze eindtijd wordt een belangrijk deel van de overlast ondervangen. De verstoring van de nachtrust wordt zo beperkt.
Zoals eerder aangegeven is voor het festival Lalalaland, op de zaterdagavond, twee jaar de eindtijd verlengd tot 24:00 uur. Hier zijn geen klachten uit voort gekomen. Gelet op de ontwikkelingen in Harderwijk op evenementengebied geldt bij deze herziening op de Stille wei voor 4 zaterdagen per jaar een eindtijd van 24.00 uur, voor maximaal 1 evenement in de 2 weken en 1 ontheffing per evenement. Voor het overige bestaat er bij deze herziening geen aanleiding om de eindtijd aan te passen.
In het evenementenbeleid van 2003 is per evenement en /of locatie aangegeven hoeveel evenementen er in een jaar zijn toegestaan. In de praktijk blijkt dat met name in de binnenstad het aantal dagen onder druk staat.
Ook buiten het centrum passen de restricties voor het aantal dagen niet altijd meer bij de behoefte van de organisatoren. De restricties die in het beleid van 2003 zijn opgenomen zijn verder niet eenduidig en erg onoverzichtelijk.
Deze herziening van het geluidbeleid heeft mede tot doel om eenvoudiger en eenduidiger geluidbeleid vast te stellen. Het aantal dagen waarop evenementen mogen en kunnen worden gehouden is daarom heroverwogen.
In deze herziening is het aantal dagen principe losgelaten en vervangen door een maximale frequentie per week of per maand. Omdat geluid overdag als minder hinderlijk wordt ervaren is in deze herziening opgenomen dat muziekevenementen die overdag plaats vinden, 4 dagen per maand op de zelfde locatie mogen plaats vinden. In de avondperiode wanneer de kans op hinder groter is, is het maximum gesteld op 2 dagen per maand.
3.5.1 Zonder voorafgaande ontheffing
In het geluidbeleid van 2003 zijn een aantal vergunningvrije activiteiten opgenomen die alleen van toepassing zijn in het centrumgebied van Harderwijk. Het gaat hierom activiteiten waarbij onversterkte muziek ten gehore wordt gebracht. In het beleid van 2003 is er niet alleen verschil tussen het centrum en het overige grondgebied van de gemeente Harderwijk, ook de toegestane duur van dergelijke optredens verschilt aanzienlijk.
In deze herziening is er dan ook voor gekozen om bij onversterkte muziekoptredens het geluidbeleid voor de gehele gemeente gelijk te trekken, de verschillende soorten bij elkaar te voegen en om de tijdsduur per keer te vergroten. Om overlast te voorkomen mag een locatie maar 2 keer per week worden gebruikt.
De APV kent sinds een aantal jaren een categorie kleine evenementen die alleen gemeld hoeft te worden. Zo’n evenement duurt maximaal 1 dag, het aantal bezoekers/personen is beperkt, het risico is laag en de muziek of het geluid is vrijwel altijd ondersteunend aan de activiteit. Daarvoor is geen geluidsontheffing verleend maar wel de voorwaarde verbonden dat er alleen achtergrondmuziek gedraaid mag worden en omwonenden geen hinder mogen ondervinden. Dit betekent dat men binnen de normen van de APV moet blijven. De afgelopen jaren heeft deze normering met voorwaarden niet tot klachten geleid. Omdat dit in de praktijk goed verloopt stellen we voor deze werkwijze voort te zetten, tenzij uit een melding blijkt dat het geluid een hoofdactiviteit is die langer dan 2 uur duurt. In dat geval wordt er wel een geluidsontheffing verleend. In deze herziening van het geluidbeleid is ervoor gekozen om een standaard norm van 70 dB(A) en 83 dB(A) voor de gehele gemeente Harderwijk te hanteren bij muziekevenementen. Met deze norm wordt zoveel als mogelijk voorkomen dat er overlast optreedt. Een belangrijke voorwaarde om geluidoverlast te voorkomen is de frequentie en het tijdstip waarop bewoners aan muziekgeluid blootgesteld worden. Daarnaast kan hinder voorkomen worden door de bewoners van te voren goed te informeren over het muziekevenement.
Deze drie onderdelen (Luidheid, frequentie en bekendheid met het evenement) zijn goed in algemeen beleid te verankeren. Daarom kan muziek/geluid dat binnen het algemeen beleid blijft, onderdeel uitmaken van een evenement dat alleen nog gemeld hoeft te worden. Een extra afweging is overbodig.
Ter voorkoming van overlast is hier wel de voorwaarde aan verbonden dat er overdag tijdens evenementen maximaal 4 dagen per maand extra geluid gemaakt mag worden op dezelfde locatie. In de avondperiode is de maximale frequentie 2 maal per maand. De organisator moet de omgeving altijd op de hoogte stellen. Dat is een voorwaarde die al verbonden wordt aan een evenement dat gemeld moet worden of een vergunning nodig heeft.
Voor evenementen die vergunningplichtig zijn op basis van de APV wordt ook een geluidsontheffing afgegeven als er muziek of geluid ten gehore wordt gebracht. Het geluidsniveau en de frequentie waarop een locatie gebruikt mag worden wordt bepaald aan de hand van de beleidsregels op bladzijde 2. Op bepaalde locaties kan er meer. Dit betreft een aantal bestaande uitzonderingen op de algemene regel, maar ook enkele nieuwe. In de bijlagen zijn de oude en nieuwe toetsingstabellen gevoegd.
Bijlage 1 Nieuw geluidsbeleid evenementen 2016
2 x per week op dezelfde locatie3 zonder voorafgaande toestemming | ||||||
Stille Wei 1 dag per jaar Markt9 dagen per jaar ontheffing nodig | ||||||
1 gemeten geluidniveau nabij een woning of ander geluidsgevoelig object, exclusief gevelreflectie.
2 gemeten op 1 meter van de geluidsbron(box)