Organisatie | De Bilt |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Woonruimteverdeling Gemeente De Bilt 2020 |
Citeertitel | Beleidsregels woonruimteverdeling De Bilt 2020 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | woonruimte, verdeling, voorrang, binding, standplaats |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
24-03-2020 | nieuwe regeling | 10-03-2020 | 56644 |
Het college van Burgemeester en wethouders van de gemeente De Bilt;
gelet op de Huisvestingsverordening Regio Utrecht 2019 – Gemeente De Bilt (hierna HVV);
het wenselijk is de bepalingen van de Huisvestingsverordening Regio Utrecht 2019 – Gemeente De Bilt, nader uit te werken en zo uitvoering te geven aan het gemeentelijke woonbeleid.
in de regionale huisvestingsverordening mogelijkheden zijn opgenomen om lokale beleidsregels toe te passen bij de toewijzing van huurwoningen. Het gaat daarbij om de volgende mogelijkheden:
1. Voorrangregels bezettingsnorm
3. Voorrangsregels doorstroming en doorschuiven
Artikel 7 Standplaatsen via woongroepmodel met voordrachtsregeling [HVV art. 2.6.3b]
a. Voor de inschrijving voor een standplaats wordt een wachtlijst gehanteerd.
b. De wachtlijst wordt beheerd door een door het college aangewezen beheerder.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders d.d. 10 maart 2020
de secretaris, wnd.,
drs. E. de Leeuw-Bosch
de burgemeester,
mr. S.C.C.M. Potters
Het college stelt geen afwijkende toelatingseisen ten aanzien van de bezettingsnorm uit de HVV. Dit artikel wordt daarom gereserveerd.
Het gaat bij de woningtypes om voorrang voor de genoemde doelgroepen; andere woningzoekenden worden niet uitgesloten
van het aanbod. Bij de woningtypes gaat het om voorrang van een doelgroep, uiteindelijk is het ook mogelijk dat een andere woningzoekende in aanmerking komt. De ‘Nultredenwoningen’ is niet geheel vrij van ‘treden’ Als definitie geldt dat de woning bereikbaar is zonder trap evenals de belangrijkste functies. Een ‘Nultredenwoningen’ met een logeer/hobbykamer één verdieping hoger, valt dan ook onder deze definitie. ‘Woningen voor minder validen’ worden in de regel bemiddeld.
Bij toepassing van de doorschuifregeling moet altijd een woning vrijkomen voor de reguliere verhuur.
In de kernen Groenekan, Hollandsche Rading en Westbroek komen maar enkele woningen per jaar vrij. Met name om jongeren die in deze kernen zijn opgegroeid of senioren die in deze kernen oud willen worden een kans te geven om daar te blijven wonen, helpt de kernbinding.
Bij nieuwbouwprojecten kan een bepaald percentage woningen lokaal toegewezen worden. Het percentage wordt per project en in overleg met de desbetreffende corporatie bepaald. Dit bevordert de doorstroming, bijvoorbeeld van oudere huurders in eengezinswoningen naar meer passende meergezinswoningen.
Het gebruik van de bindingsregel wordt beperkt doordat de Wet stelt dat maximaal 25% van de verhuringen met voorrang mag resulteren in een huisvestingsvergunning voor een lokaal woningzoekenden. Naast kernbinding kan een gemeente deze ruimte ook gebruiken voor andere regelingen.
Voor woningen bedoeld voor specifieke doelgroepen en woningen toegewezen vanuit beheerdersbelang kunnen bindingsregels worden toegepast omdat het gaat om schaarse woningtypen en dit de doorstroming bevorderd.
Het college verleent geen voorrang aan bijzondere doelgroepen, anders dan elders in deze beleidsregels of de HVV benoemd. Dit artikel wordt daarom gereserveerd.
Er worden geen woningen via het lotingmodel verhuurd. Dit artikel wordt daarom gereserveerd.
De gemeente hanteert een wachtlijst voor standplaatsen op woonwagenlocaties. Deze wachtlijst wordt beheerd door een door de gemeente aangewezen beheerder. Omdat er geen woonwagen(plaatsen) in eigendom van een woningcorporatie zijn, is een geldig inschrijfnummer van WoningNet geen voorwaarde.
Voorbeelden van wat onder beheerdersbelang wordt verstaan zijn (niet limitatief):
-Overlast ervaren door huurder. Hierbij wordt gekozen voor verplaatsing van het slachtoffer van de overlast. Reden hiervoor kan zijn dat een groep overlastgevenden lastig aan te pakken is, bijvoorbeeld hangjongeren. Een andere reden kan zijn dat er onduidelijkheid is over de overlastsituatie. De corporatie stelt hierbij vast dat het oplossen van de overlast langer duurt dan draaglijk is voor het slachtoffer. Wanneer de overlast door één persoon of één huishoudens wordt veroorzaakt, is het traject Woonoverlast, eventueel gevolgd door Laatste Kansbeleid in beeld.
-Gerichte toewijzing van woning aan woningzoekende om overlast te voorkómen. Hierbij kan er gedacht worden aan een woning die door overlast slecht te verhuren is, maar waar een buurtgenoot die goed kan omgaan met deze overlast graag zou willen wonen.
-Uit het aanbodsysteem houden van een modelwoning of een woning als ontmoetingsruimte gebruiken met als doel de verhuurbaarheid van woningen te verhogen.
-Milieu- en bouwtechnische omstandigheden waardoor bewoning niet (meer) mogelijk is. Reden kan zijn dat het technisch niet mogelijk is om de woning op korte termijn te slopen, te renoveren of om adequate milieumaatregelen te treffen.
De woongroep Lugtensteyn richt zich op de huisvesting van ouderen waarbij zelfstandigheid en betrokkenheid centraal staan. Toewijzing van vrijkomende woningen gebeurt op voordracht van de vereniging.
Bij bemiddeling krijgt een woningzoekende, buiten het aanbodmodel om, een eenmalig aanbod voor een passende woning. Bemiddeling wordt toegepast voor woningzoekenden die redelijkerwijs zelf niet of niet voldoende inschrijfduur kunnen opbouwen via het aanbodmodel of wanneer de woning en/of woonomgeving aan specifieke kenmerken moet voldoen, bijvoorbeeld met het oog op veiligheid en leefbaarheid.
Het college stelt geen experimentenregeling in. Dit artikel wordt daarom gereserveerd.