Organisatie | Loon op Zand |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Loon op Zand houdende regels omtrent briefadres (Regeling briefadres gemeente Loon op Zand) |
Citeertitel | Regeling briefadres gemeente Loon op Zand |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-03-2020 | nieuwe regeling | 03-03-2020 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Loon op Zand,
gelezen het voorstel van 18 februari 2020, kenmerk 2019.33619,
gelet op de artikelen 1.1, 1.4, eerste lid, 1.9 tweede lid, 2.23, 2.38 tot en met 2.42, 2.45, 2.27, 2.52 en 4.17 van de Wet basisregistratie personen, artikel 29 van het Besluit basisregistratie personen, de artikelen 17, 18 en 19 van de Regeling basisregistratie personen,
overwegende dat het wenselijk is om beleidsregels vast te stellen met betrekking tot de aangifte en registratie van een briefadres om het oneigenlijk gebruik van het briefadres tegen te gaan en om kwetsbare groepen zonder woonadres, te registreren op een briefadres,
Het is in ieder geval niet mogelijk om ingeschreven te worden op een briefadres, indien:
Toelichting op de Regeling briefadres gemeente Loon op Zand
Deze Regeling briefadres heeft als doel om het misbruik van briefadressen in de BRP tegen te gaan en daarnaast briefadressen in de BRP mogelijk te maken voor kwetsbare burgers.
Toelichting artikel 1, sub b, onder 4:
Onder een alleenstaande ouder wordt verstaan:
Toelichting artikel 2, lid 1, sub a:
Personen die niet beschikken over een woonadres en gebruik maken van de maatschappelijke opvang (passantenverblijven en dag- en nachtopvang) kunnen met een briefadres ingeschreven worden bij één van de opvanginstellingen. Personen die niet beschikken over een woonadres, maar geen gebruik maken van de maatschappelijke opvang (mensen met een zwervend bestaan), zijn verplicht elders een briefadres te kiezen.
Toelichting artikel 2, lid 1, sub b:
Hierbij valt te denken aan het tijdelijk ontbreken van een woonadres in verband met de ver- en aankoop van een woning of in verband met het verbreken van samenwoning.
Toelichting artikel 2, lid 1, sub c:
Hierbij valt te denken aan binnenvaartschippers en kermismedewerkers. Personen die tot deze categorie behoren komen in aanmerking voor een briefadres, uiteraard uitsluitend indien zij geen woonadres hebben.
Toelichting artikel 2, lid 1, sub d:
Personen kunnen een briefadres kiezen, wanneer zij voor een kortere periode dan 8 maanden in een tijdsbestek van een jaar naar het buitenland gaan en niet meer beschikken over een woonadres.
Op grond van artikel 2.43 Wet BRP is de persoon die voor een periode van meer dan 8 maanden van het jaar naar het buitenland vertrekt verplicht om aangifte te doen van zijn vertrek naar het buitenland. In dat geval kan geen briefadres gekozen worden.
Toelichting artikel 2, lid 1, sub e:
Personen die beroepshalve varen aan boord van een schip dat in Nederland de thuishaven heeft en naar redelijke verwachting niet langer dan twee jaar buiten Nederland verblijven, zijn niet verplicht aangifte van vertrek te doen op grond van artikel 29 van het Besluit BRP.
Toelichting artikel 2, lid 1, sub f:
Deze kwetsbare groep kampt mogelijk met de gevolgen van bijvoorbeeld een verslaving, psychiatrische aandoening of verstandelijke beperking. Daardoor komen deze mensen hun administratieve verplichtingen en afspraken niet altijd na. Juist deze mensen hebben laagdrempelige medische basiszorg nodig die zij in de praktijk alleen krijgen na inschrijving in de BRP. Zonder zorgverzekering krijgen deze personen niet de zorg die zij nodig hebben. Dat vergroot de kans op bijvoorbeeld ernstige lichamelijke en/of psychiatrische aandoeningen. Zonder inschrijving in de BRP komen zij in de praktijk ook niet in aanmerking voor een plek op de wachtlijst voor een woning, waardoor zij gedwongen dakloos blijven. Een inschrijving op een briefadres is daarom voor deze groep noodzakelijk. Waar nodig wordt het briefadres ambtshalve toegekend op een adres van een gemeentelijke instelling.
Toelichting artikel 2, lid 1, sub g:
Met een langdurig vermist persoon wordt bedoeld een persoon, die:
Gemeenten kunnen te maken krijgen met de melding dat een persoon is vermist. In het protocol voor ondersteuning door Burgerzaken aan achterblijvers in geval van vermissing is vermeld dat in overleg de vermiste persoon kan worden geregistreerd met een briefadres op het adres van de melder.
In de circulaire BRP en briefadres van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is opgenomen dat personen die verblijven in een opvanghuis voor mannen en vrouwen met een briefadres ingeschreven kunnen worden op het kantooradres van de desbetreffende instelling. Op die manier wordt het feitelijke woonadres van betrokkenen beschermd tegen ongewenste kennisneming door onbevoegden.
Het betreft hier instellingen voor gezondheidszorg, instellingen op het gebied van kinderbescherming en penitentiaire instellingen. In de artikelen 17 t/m 19 van de Regeling BRP is aangegeven voor welke instellingen een briefadres gekozen kan worden.
Het college is eveneens bevoegd, op grond van artikel 2.40, lid 4 Wet BRP, instellingen op het terrein van maatschappelijke opvang aan te wijzen.
In de regel kan de verklaring van de burgemeester niet direct bij de aangifte worden overgelegd. De verwachting is, dat deze verklaring veelal bij de afdeling burgerzaken terecht komt via de interne kanalen van de gemeente.
Het betreft hier een (niet-limitatieve) opsomming van weigeringsgronden voor de aangifte briefadres. In de gevallen dat een briefadres wordt toegekend vanwege veiligheidsreden vastgesteld door de burgemeester (art 2, lid 4) zal het college zelf altijd de afweging maken tot al dan niet toekennen van een briefadres.
Het is toegestaan om een briefadres bij inschrijving op grond van aangifte van verblijf en adres te kiezen. Dit is in niet strijd met artikel 2.38 Wet BRP.
Er kan geen briefadres gekozen worden als de aangever een woonadres heeft. Onder woonadres wordt het adres verstaan als bedoeld in artikel 1.1 Wet BRP. In de situatie dat betrokkene geen woonadres heeft, moet gekozen worden voor een briefadres.
Het permanent bewonen van een recreatiewoning wordt ook aangemerkt als woonadres en is dus geen reden om een briefadres toe te kennen.
Met de hierin vermelde weigeringsgrond wordt bedoeld dat een briefadres alleen verleend kan worden op een woonadres waar nog geen of slechts één briefadres is geregistreerd. Hierbij geldt een briefadres verleend aan een gezinshuishouden als één briefadres. Dit betekent dat er maximaal of twee alleenstaanden of twee gezinshuishoudens of één alleenstaande en één gezinshuishouden een briefadres kunnen hebben op één adres.
Om het tijdelijke karakter van een korte overbrugging tussen twee woonadressen te bevestigen is besloten om een briefadres voor een periode van maximaal drie maanden te verlenen met de mogelijkheid tot telkens een verlenging met maximaal drie maanden. Verlenging is mogelijk zolang de situatie waarvoor het briefadres is toegestaan, voortduurt.
Deze periode van drie maanden is bewust gekozen om op deze manier in ieder geval na drie maanden een contactmoment te hebben met de burger, om zo er op toe te zien dat hij/zij niet op het briefadres blijft staan ingeschreven terwijl hij inmiddels een woonadres heeft.
Als de briefadreshouder een verzoek doet om na de overeengekomen termijn ingeschreven te blijven op zijn briefadres, dan wordt opnieuw beoordeeld of hij aan de voorwaarden die zijn gesteld in deze regeling voldoet.