Organisatie | Hof van Twente |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening voor onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur |
Citeertitel | Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid Hof van Twente 2007 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Artikel 213a Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2007 | Nieuwe regeling | 16-01-2007 Hofnieuws, 24-1-2007 | Onbekend |
Artikel 2 Onderzoeksfrequentie
Het college onderzoekt jaarlijks de doelmatigheid van de uitvoering van taken door de gemeente. Iedere gemeentelijke taak wordt minimaal eens in de acht jaar aan een dergelijke toets onderworpen.
Artikel 4 Voortgang onderzoeken
Het college rapporteert in de paragraaf bedrijfsvoering van het jaarverslag over de voortgang van de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid.
Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2007. De verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid van de gemeente Hof van Twente, zoals vastgesteld bij besluit van 15 november 2003, wordt ingaande genoemde datum ingetrokken.
Artikel 2 Onderzoeksfrequentie
De verordening geeft invulling aan de wettelijke verplichting om onderzoek te verrichten naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van de wijze waarop de gemeentelijke taken worden uitgevoerd. De raad bepaalt, dat in een periode van 8 jaar, dat wil zeggen twee raadsperiodes, in beginsel alle gemeentelijke taken aan een dergelijk onderzoek worden onderworpen.Waar mogelijk worden onderzoek naar doelmatigheid en doeltreffendheid gelijktijdig uitgevoerd. Het verdient uit efficiëncyoverwegingen voorkeur aansluiting te zoeken bij reguliere beleidsevaluaties die plaatsvinden.
De beslissing wat te onderzoeken is aan het college. Vanzelfsprekend zal de raad willen weten wat de plannen zijn, en ook gelegenheid willen hebben om deze te bespreken en als hij dat nodig acht invloed uit te oefenen. Hierin voorziet het onderzoeksplan, dat jaarlijks wordt opgesteld. Het onderzoeksplan moet een volledig beeld geven van de voorgenomen onderzoeken, zij het uiteraard nog globaal.De onderzoeken in het onderzoeksplan worden per onderzoek uitgewerkt. Het onderzoeksplan wordt aangeboden aan de raad, en de raad kan het ter bespreking agenderen, maar het wordt door het college vastgesteld. Onderzoeken kunnen in opdracht van het college worden uitgevoerd door het ambtelijke apparaat (al of niet met inbreng van deskundigheid van derden) of door derden. Indien de ambtelijke organisatie de onderzoeken uitvoert zullen in de onderzoeksopzet waarborgen dienen te worden ingebouwd, waarmee de onafhankelijkheid van de analyse en/of adviezen ter verbeteringen worden gegarandeerd.
De bedrijfsvoeringparagraaf van het jaarverslag dient inzicht te geven in de stand van zaken betreffende de uitvoering van het onderzoeksplan.
Artikel 5 Rapportage en gevolgtrekking
Met de instelling van de onderzoeken beoogt de gemeente de transparantie van gemeentelijk handelen te vergroten en de publieke verantwoording daarover te versterken. De bevindingen van de onderzoeken worden dan ook neergelegd in rapporten voor de raad, zoals voorgeschreven in artikel 213a, tweede lid, van de Gemeentewet. De rapporten dienen volgens artikel 197 tweede lid van de Gemeentewet te worden gevoegd bij de jaarrekening en het jaarverslag. Dat betreft uiteraard de verslagen die lopende het verslagjaar zijn afgerond. Het college zal echter, zodra een rapport is afgerond en vastgesteld, dit aan de raad ter kennisgeving toezenden. Daarbij geeft zij aan of, en zo ja op welke wijze, de conclusies uit de rapportage tot aanpassingen in de bedrijfsvoering hebben geleid.