Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Giessenlanden

Procedureregeling methodische functiewaardering

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGiessenlanden
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingProcedureregeling methodische functiewaardering
CiteertitelProcedureregeling methodische functiewaardering
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De publicatiedatum van deze regeling is niet meer te achterhalen. De datum inwerkingtreding van deze regeling is bij benadering.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling, hoofdstuk 3

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-09-1997Onbekend

01-10-1997

Onbekend

Procedureregeling methodische functiewaardering

Tekst van de regeling

Intitulé

Procedureregeling methodische functiewaardering

 

 

 

Procedureregeling methodische functiewaardering

Artikel 1

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    ambtenaar: de ambtenaar in de zin van de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Giessenlanden.

  • b.

    Functie: het in samenhang te verrichten geheel van werkzaamheden, afgeleid uit doelstelling, organisatie en hoofdtaken van de betreffende sector (zoals beschreven in het primaten-overzicht);

  • c.

    Functiebeschrijving: een overzicht waarin vermeld staat: het functienummer, de sector, de

afdeling, de hoofdtaken en de opleidingseisen;

  • d.

    Vragenformulier: het formulier dat ten behoeve van de waardering op basis van de functiebeschrijving wordt ingevuld door het sectorhoofd

  • e.

    bezwarencommissie: de commissie als bedoeld in artikel 9;

  • f.

    sector: de binnen de gemeentelijke organisatie ingestelde sectoren;

  • g.

    sectorhoofd: de leidinggevende van een sector, bedoeld onder f.;

  • h.

    afdeling: de binnen de sector ingestelde afdelingen;

  • i.

    afdelingshoofd: de leidinggevende van een afdeling, bedoeld onder h.;

  • j.

    stafbureau: het stafbureau Personeel en Organisatie;

  • k.

    ondernemingsraad: de Giessenlandse Ondernemingsraad.

Artikel 2

De plaats in de rangorde van alle bij de gemeente voorkomende functies zal worden vastgesteld volgens de methode van functiewaardering, die als bijlage bij deze regeling is gevoegd.

Artikel 3
  • 1.

    Van elke functie wordt een concept-functiebeschrijving opgesteld door het sectorhoofd in samenwerking met het stafbureau. Het afdelingshoofd wordt om advies gevraagd. De concept-functiebeschrijvingen van de sectorhoofden en van de medewerkers P&O worden door de gemeentesecretaris opgesteld.

  • 2.

    Het sectorhoofd (cq de gemeentesecretaris) bespreekt de beschrijving met de medewerker die op dat moment die functie bekleedt. Aan de hand van het gesprek kan het sectorhoofd beslissen de concept-functiebeschrijving aan te passen.

  • 3.

    Het stafbureau toetst de beschrijvingen aan de criteria voor de inrichting van de organisatie.

  • 4.

    De gemeentesecretaris legt het geheel van ontwerp-functiebeschrijvingen ter advisering voor aan de Ondernemingsraad, indien het een functiewaarderingsronde betreft die wordt uitgevoerd voor de gehele organisatie dan wel voor een geheel echelon binnen de hiërarchie of een gehele werkeenheid.

  • 5.

    De functiebeschrijvingen worden, inclusief de eventuele adviezen van de OR, door het stafbureau ter vaststelling aangeboden aan burgemeester en wethouders.

  • 6.

    Burgemeester en wethouders stellen de functiebeschrijvingen vast.

  • 7.

    In samenwerking met het stafbureau vult het sectorhoofd het vragenformulier in aan de hand van de functiebeschrijving.

Artikel 4
  • 1.

    De ambtenaar die meent dat er een aanmerkelijk verschil bestaat tussen de vastgestelde functie en de taken die hij in de praktijk uitvoert, maakt daarvan melding bij zijn sectorhoofd.

  • 2.

    Het sectorhoofd gaat na of er sprake is van een wijziging als bedoeld in artikel 5. In het bevestigende geval wordt een nieuwe (gewijzigde) functiebeschrijving opgesteld. Indien naar de mening van het sectorhoofd geen sprake is van een wijziging, als bedoeld in artikel 5 deelt hij de ambtenaar zijn visie mede.

  • 3.

    Onverminderd het gestelde in het tweede lid, is de ambtenaar gerechtigd een verzoek tot herschrijving van de functie te richten aan Burgemeester en Wethouders. Na ingewonnen advies van het sectorhoofd en het stafbureau neemt het college een beslissing.

Artikel 5

Een nieuwe functiebeschrijving wordt slechts opgemaakt indien sprake is van wijziging in de (hoofd) taken van de betreffende functie.

Artikel 6

De waardering geschiedt door een door Burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige.

Artikel 7

Op basis van de functiebeschrijving en het vragenformulier wordt een rangorde-advies voor Burgemeester en wethouders opgesteld door de waarderingsdeskundige.

Artikel 8
  • 1.

    Burgemeester en wethouders stellen de rangorde vast overeenkomstig het rangordeadvies van de waarderingsdeskundige, waarna de betreffende ambtenaar hiervan schriftelijk op de hoogte wordt gesteld.

  • 2.

    Indien de ambtenaar bezwaar heeft tegen de vastgestelde rangorde, kan hij binnen zes weken, nadat de mededeling inzake de vastgestelde rangorde is verzonden, een met redenen omkleed bezwaar schriftelijk indienen bij de bezwarencommissie.

  • 3.

    Indien een ambtenaar bezwaar maakt, stelt het stafbureau het sectorhoofd daarvan op de hoogte.

Artikel 9
  • 1.

    Er is een bezwarencommissie die bestaat uit drie leden t.w.

    • a.

      een door Burgemeester en wethouders aan te wijzen extern deskundige;

    • b.

      een door de Ondernemingsraad aan te wijzen deskundige, niet zijnde een ambtenaar der gemeente Giessenlanden;

    • c.

      een door Burgemeester en wethouders aan te wijzen derde lid, waarvoor de kandidaat wordt voorgedragen door de bij a. en b. genoemde leden van de commissie; dit lid fungeert als voorzitter van de bezwarencommissie.

  • 2.

    Indien noodzakelijk wordt in overleg met de OR een vervangend commissielid aangewezen.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen een ambtenaar belasten met het secretariaat van de bezwarencommissie en zo nodig verder personeel ten dienste van de bezwarencommissie beschikbaar stellen.

Artikel 10
  • 1.

    De bezwarencommissie dient een zaak in voltallige vergadering te behandelen.

  • 2.

    Aan de commissieleden worden alle daarop betrekking hebbende stukken door het stafbureau in afschrift toegezonden.

  • 3.

    Degene die het bezwaar heeft ingediend, wordt uitgenodigd om zijn bezwaar mondeling toe te lichten voor de bezwarencommissie. De ambtenaar kan zich daarbij doen bijstaan of doen vertegenwoordigen door een raadsman.

  • 4.

    Indien een van de leden van de bezwarencommissie dat noodzakelijk oordeelt, kan de bezwarencommissie betrokkenen, informanten of deskundigen horen. De bezwarencommissie is bevoegd schriftelijk inlichtingen in te winnen.

Artikel 11
  • 1.

    Ten hoogste 13 weken nadat een bezwaar is ingediend, wordt door de bezwarencommissie een advies uitgebracht aan Burgemeester en wethouders.

  • 2.

    Aan elk der leden van de bezwarencommissie en aan de belanghebbende wordt een afschrift van het advies toegezonden.

Artikel 12
  • 1.

    Indien de bezwarencommissie unaniem adviseert, heeft het advies voor Burgemeester en wethouders een bindend karakter. Indien een advies door een meerderheid in de bezwarencommissie wordt gedragen, heeft het advies voor Burgemeester en wethouders geen bindend karakter.

  • 2.

    Het besluit van Burgemeester en wethouders wordt inclusief het verslag van de hoorzitting, alsmede het advies van de bezwarencommissie, verzonden naar de belanghebbende, diens raadsman en naar het sectorhoofd.

Artikel 13

Ingevolge artikel 8.1 van de Algemene wet bestuursrecht kan degene wiens belang rechtstreeks bij het besluit, zoals bedoeld in artikel 12 lid 2, is betrokken een gemotiveerd beroepschrift indienen bij de Arrondissementsrechtbank, sector bestuursrecht, Postbus 7003, 3300 GC Dordrecht. Het beroepsschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag van bekendmaking/verzending van dit besluit. Zo mogelijk dient hierbij een afschrift te worden overlegd van het besluit waarop het geschil betrekking heeft. Bij het indienen van een beroepschrift wordt een griffierecht geheven. Over de hoogte hiervan kan belanghebbende zich wenden tot de sector Bestuursrecht van de Rechtbank te Dordrecht (tel. 078-6391391).

Artikel 14

Deze gewijzigde regeling welke kan worden aangehaald als “Procedureregeling Methodische Functiewaardering”, wordt geacht in werking te zijn getreden op 16 september 1997. Giessenlanden,

Burgemeester en wethouders van Giessenlanden,

De secretaris, Mr. G.C. Peters.

De Burgemeester, C. Bakker