Organisatie | Amsterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels over het ondersteunen van activiteiten van professionele kunst- en cultuurorganisaties binnen de kaders van de door de gemeente Amsterdam opgestelde nota Hoofdlijnen kunst en cultuur 2021-2024 (Tijdelijke regeling vierjarige subsidies Amsterdams Fonds voor de Kunst - Kunstenplan 2021-2024) |
Citeertitel | Regeling Vierjarige subsidies AFK 2021-2024 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-01-2020 | nieuwe regeling | 21-01-2020 |
Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,
gelet op artikel 4 lid 2 van de Verordening Amsterdamse culturele infrastructuur, Hoofdlijnen en Kunstenplan 2019
besluit de volgende regeling vast te stellen:
Tijdelijke regeling vierjarige subsidies Amsterdams Fonds voor de Kunst - Kunstenplan 2021-2024
In deze regeling wordt verstaan onder:
Bestemmingsfonds subsidie AFK: een egalisatiereserve waarin overschotten van de subsidie die op grond van deze regeling is verleend worden opgenomen. Deze reserve mag uitsluitend worden besteed aan nog niet gerealiseerde activiteiten waarvoor het AFK subsidie heeft verstrekt in de periode 2021-2024;
Deze regeling heeft als doel om activiteiten van professionele kunst- en cultuurorganisaties te ondersteunen die belang hebben voor de stad en die bijdragen aan een kwalitatief, veelzijdig en over de stad gespreid cultuuraanbod, met een gevarieerd publieks- en ander maatschappelijk bereik binnen de kaders van de door de gemeente Amsterdam opgestelde Nota Hoofdlijnen kunst en cultuur 2021-2024.
ARTIKEL 2.1 INDIENINGSVEREISTEN AANVRAAG
De aanvraag bestaat uit de volgende verplichte onderdelen:
Maximaal drie bijlagen bestaande uit (live) registraties en/of andere documentatie met informatie over de activiteiten van 2017 en later. (Live) registraties mogen gezamenlijk in totaal maximaal dertig minuten duren en andere documenten mogen gezamenlijk in totaal een omvang hebben van maximaal vijf pagina’s.
Indien sprake is van een gelieerde rechtspersoon/ gelieerde rechtspersonen als bedoeld in artikel 1.1 onder j, dan dienen van deze rechtspersoon/ rechtspersonen de stukken genoemd in artikel 2.1 tweede lid onder d, f en g bij de aanvraag verplicht te worden ingediend tezamen met de geconsolideerde jaarrekeningen over 2017 en 2018.
Indien sprake is van fuserende organisaties als bedoeld in artikel 1.7 dan dienen van de fuserende instellingen de stukken genoemd in artikel 2.1 tweede lid onder d, e, f, g en h bij de aanvraag verplicht te worden ingediend. Tevens dient een overzicht van de fuserende organisaties te worden ingediend vergezeld van een handtekening van een tekenbevoegde vertegenwoordiger van elke fusiepartner.
ARTIKEL 3.3 RANGORDE EN VERDELING BUDGET
Bij het maken van een keuze tussen twee of meer aanvragen die in het totaal binnen de discipline gelijk zijn gerangschikt, is de beoordeling bij het criterium ‘Belang voor de stad’ leidend. Ontstaat daarna nogmaals een gelijke rangschikking, dan is de beoordeling bij het criterium ‘Artistiek belang’ bepalend.
In het geval een subsidie niet volledig verleend kan worden als gevolg van overschrijding van het subsidieplafond, vindt gedeeltelijke verlening plaats aan de eerstvolgende in de rangorde en ter hoogte van het nog beschikbare bedrag. Indien het resterende bedrag minder dan 50% van het aangevraagde bedrag bedraagt, wordt de aanvraag afgewezen.
Indien het bestuur een subsidieplafond verhoogt, wordt eerst de subsidie van een aanvraag die wegens ontoereikendheid van het budget gedeeltelijk was toegewezen, alsnog verhoogd tot het geadviseerde bedrag. Vervolgens wordt steeds de eerstvolgende aanvraag toegewezen totdat het subsidieplafond is bereikt.
De subsidieontvanger ontvangt jaarlijks als voorschot een kwart van het totale toegekende subsidiebedrag, waarbij het voorschot in termijnen wordt overgemaakt.
Goedgekeurd door het bestuur van het Amsterdams Fonds voor de Kunst.
Annabelle Birnie
directeur-bestuurder
Aldus vastgesteld in de vergadering van 21 januari 2020.
De voorzitter
Femke Halsema
De gemeentesecretaris
Peter Teesink
De regeling Vierjarige subsidies 2021-2024 (hierna: de regeling) maakt deel uit van het vierjarige
Kunstenplan 2021-2024 van de Gemeente Amsterdam. In de Hoofdlijnennota legt de Gemeente Amsterdam de beleids- en procesmatige basis voor de verschillende vormen van kunstsubsidiëring in de stad vast. Ook definieert de Gemeente Amsterdam de hoofdcriteria die worden toegepast op alle aanvragers in het Kunstenplan 2021-2024: artistiek belang, belang voor de stad, uitvoerbaarheid, diversiteit en inclusie. In het verlengde van de Hoofdlijnen en de beleidsuitgangspunten van het AFK, legt de regeling Vierjarige subsidies daarbij een aantal accenten.
DOEL VAN DE REGELING VIERJARIGE SUBSIDIES
Deze regeling heeft als doel om activiteiten van professionele kunst- en cultuurorganisaties te ondersteunen die belang hebben voor de stad en die bijdragen aan een kwalitatief, veelzijdig en over de stad gespreid cultuuraanbod, met een gevarieerd publieks- en ander maatschappelijk bereik binnen de kaders van de door de gemeente Amsterdam opgestelde Nota Hoofdlijnen kunst en cultuur 2021-2024. Het culturele aanbod dat met steun van het AFK tot stand komt en wordt gepresenteerd dient een wezenlijke aanvulling te zijn op het aanbod in de Amsterdamse Basisinfrastructuur (hierna: Amsterdam Bis) en vindt verspreid over de stad plaats.
De regeling is bedoeld voor alle disciplines binnen de culturele sector en ondersteunt zowel bewezen kwaliteit als vernieuwing. De regeling biedt ruimte voor gevestigde en relatief jonge organisaties (die minimaal drie jaar bestaan), voor zowel actuele kunst als cultureel erfgoed, voor het produceren van kunst en voor het presenteren daarvan aan een publiek, voor cultuureducatie en voor het stimuleren van jong talent.
U kunt subsidie aanvragen voor een bijdrage aan de uitbating van uw eigen culturele organisatie om zelf, in continuïteit en in samenhang, culturele activiteiten uit te voeren. Dit betekent dat u een aanvraag kunt doen als uw organisatie in continuïteit artistiek-inhoudelijke (met inbegrip van cultuureducatieve) publieksactiviteiten organiseert. Deze horen samen een logisch en onderscheidend geheel te vormen. Dit betekent dat ook voor festivals met een jaarlijkse of tweejaarlijkse editie subsidie kan worden aangevraagd.
DE ACTIVITEITEN KUNNEN BESTAAN UIT:
Presentatie: het zelf organiseren of programmeren van bijvoorbeeld festivals in verschillende disciplines, concerten, digitale presentaties, uitvoeringen of voorstellingen, cultuur-inhoudelijke debatactiviteiten, tentoonstellingen en beheeractiviteiten van cultureel erfgoed die samenhangen met de presentatie ervan. Bij erfgoed gaat het dan bijvoorbeeld om (collecties van) schilderijen, beelden, meubels, boeken, gebruiksvoorwerpen en in sommige gevallen ook onroerend erfgoed, zoals gebouwen.
Cultuureducatie: activiteiten voor jongeren tot en met achttien jaar die bijdragen aan het leren omgaan met kunst, zowel binnen- als buitenschools. Het gaat hierbij om het zelf leren maken van kunstproducten, het leren kijken of luisteren naar kunstproducten, en het leren beoordelen van kunstproducten. De activiteiten richten zich op kennismaken met, of ontwikkelen van vaardigheden binnen deze discipline.
Talentontwikkeling: activiteiten bestemd voor de artistieke ontwikkeling van talent, gericht op een professionele loopbaan in de kunsten. Het gaat hier om activiteiten die talent helpen zich te ‘bekwamen’ of excelleren’, ter voorbereiding op het hoger kunstvakonderwijs of een professionele loopbaan, of bij de eerste stappen in de beroepspraktijk.
Internationale activiteiten op het gebied van productie, presentatie, cultuureducatie en talentontwikkeling, die samenhangen met de reguliere activiteiten van een organisatie en een verbinding hebben met de stad Amsterdam (bijvoorbeeld door uitwisseling van makers, thematiek, presentatieplek of anderszins zichtbaarheid voor Amsterdams publiek).
Aanvragen kunnen worden ingediend door producerende organisaties (zoals bijvoorbeeld theatergroepen, dansgezelschappen, muziekinitiatieven en medialabs), presenterende organisaties (zoals bijvoorbeeld podia, festivals, digitale platforms en presentatie-instellingen beeldende kunst), debatpodia met culturele programmering, erfgoedorganisaties en musea, ontwikkelinstellingen en organisaties voor cultuureducatie.
Wanneer uw organisatie overwegend of uitsluitend activiteiten op het gebied van amateurkunst verricht, dan kunt u geen aanvraag op grond van deze regeling indienen. Ook organisaties die op naam zijn aangewezen in de Amsterdam Bis kunnen geen aanvraag op grond van deze regeling indienen.
Een aanvrager moet op 3 februari 2020 (de uiterste datum van indiening) gedurende minimaal drie jaar rechtspersoonlijkheid bezitten met volledige rechtsbevoegdheid en zonder winstoogmerk. Dit betekent dat alleen stichtingen en verenigingen met volledige rechtsbevoegdheid kunnen aanvragen.
Rechtspersonen zonder volledige rechtsbevoegdheid zoals een eenmanszaak, maatschap vennootschap onder firma, commanditaire vennootschap of verenigingen met beperkte rechtsbevoegdheid kunnen niet aanvragen. Ook rechtspersonen met een winstoogmerk zoals een BV of NV kunnen niet aanvragen.
Ook zijn aanvragers aantoonbaar minimaal drie jaar actief in de discipline waarvoor ze de subsidie aanvragen en voeren de activiteiten waarvoor ze aanvragen in continuïteit uit. Om te beoordelen of de organisatie minimaal drie jaar in continuïteit actief is in de discipline waarvoor subsidie wordt aangevraagd, maakt het AFK gebruik van het ‘track record’ dat moet worden ingevuld op het aanvraagformulier. Het betreft de activiteiten en het publiek van de organisatie in zijn huidige vorm, of van een rechtsvoorganger van de organisatie.
Om te beoordelen of een organisatie minimaal drie jaar bestaat, kan in uitzonderingsgevallen de bestaansperiode van een voorganger (‘de oude rechtspersoon’) van een organisatie meegenomen worden indien aan alle volgende voorwaarden is voldaan:
Een aanvrager moet zijn gevestigd in Amsterdam wat blijkt uit de statutaire zetel danwel het bezoekadres op het uittreksel van de Kamer van Koophandel.
Bij gezamenlijke aanvragen is er óf sprake van een (voorgenomen) fusie, óf van een (verregaande, structurele) samenwerking tussen afzonderlijke organisaties die ieder een rechtspersoon zijn.
Bij een (voorgenomen) juridische fusie tussen twee of meer organisaties, dienen alle betrokken organisaties te voldoen aan de eisen die worden gesteld aan de aanvrager, waarbij een van de betrokken partijen als penvoerder fungeert. De penvoerder dient namens de overige bij de fusie betrokken rechtspers(o)on(en) de subsidieaanvraag in en is verantwoordelijk voor de uitvoering van het ondernemingsplan, totdat de fusie is gerealiseerd.
Bij een samenwerking tussen organisaties dienen de betreffende organisaties ieder hun eigen aanvraag en ondernemingsplan in. Beschrijf de samenwerking in het ondernemingsplan van iedere afzonderlijke aanvraag zo uitvoerig mogelijk als nodig is voor een goed begrip. Omdat subsidietoekenning plaats vindt aan een rechtspersoon, is het belangrijk dat u de begroting indient voor uw eigen organisatie. Een begroting van de volledige samenwerking, waarin het aandeel van de afzonderlijke samenwerkingspartners zichtbaar wordt, kunt u apart uploaden.
Samenloop met andere subsidieregelingen
Alleen organisaties die niet zijn opgenomen in de Amsterdamse Basisinfrastructuur van de Gemeente Amsterdam kunnen een aanvraag op grond van deze regeling indienen.
Organisaties die door het AFK vierjarig gesubsidieerd worden, kunnen geen aanvragen indienen voor de regelingen voor projectsubsidies van het AFK. Ook Amsterdam Bis instellingen zoals benoemd in het Kunstenplan 2021-2024 zijn uitgesloten van de regelingen voor projectsubsidies. Organisaties die vierjarig door het AFK worden gesubsidieerd kunnen wél aanvragen indienen voor de regeling Innovatie en Ontwikkeling 2021-2024 van het AFK.
Omdat het aantal aanvragen naar verwachting hoger is dan het beschikbare budget, werkt het AFK met financiële subsidieplafonds. De subsidieplafonds per discipline voor de periode 2021-2024 zijn (per kalenderjaar) vastgesteld op:
Als in één of meer disciplines het subsidieplafond niet wordt overschreden, kan het bestuur van het AFK besluiten om het resterende bedrag aan één of meer andere disciplines toe te voegen. Besluiten tot verhoging of verlaging van de budgetten worden op de website van het AFK gepubliceerd. Door te werken met subsidieplafonds garandeert het AFK pluriformiteit binnen de te honoreren aanvragen. Hierdoor is gegarandeerd dat alle disciplines goed vertegenwoordigd zijn.
U kunt aanvragen alleen indienen met het digitale aanvraagformulier. Om subsidie aan te vragen heeft u een account nodig. Heeft u nog geen account, dan kunt u via Mijn AFK op de website een account aanvragen. U ontvangt dit account meestal binnen een werkdag, maar bij grote drukte kan het langer duren. Vraag het account daarom tijdig aan, maar in elk geval vóór 24 januari 2020.
In het aanvraagformulier vult u onder meer de algemene gegevens in over uw organisatie, het activiteitenoverzicht, de meerjarenbegroting en een samenvatting van uw ondernemingsplan.
Op het aanvraagformulier geeft u aan in welke discipline subsidie wordt aangevraagd: uitgangspunt hierbij is dat u kiest voor de discipline met de expertise die het beste aansluit bij de kern van de activiteiten van uw organisatie. Ook geeft u aan welke adviescommissie het beste aansluit om de aanvraag in behandeling te nemen: Muziek en Muziektheater, Theater, Dans, Erfgoed (Musea), BFNA (beeldende kunst, fotografie, nieuwe media en architectuur), Film, Letteren of Cultuureducatie.
Bij multidisciplinaire aanvragen kiest u voor de categorie multidisciplinair/crossover, waarna u de hoofddiscipline aangeeft waar uw aanvraag wordt behandeld. Daarnaast kunt u een tweede discipline aangeven als u van mening bent dat een co-advies vanuit een andere discipline wenselijk is.
Naast het volledig ingevulde aanvraagformulier dient u de volgende verplichte bijlagen in:
Maximaal drie bijlagen bestaande uit (live) registraties en/of andere documentatie met informatie over de activiteiten van 2017 en later. (Live) registraties mogen gezamenlijk in totaal maximaal dertig minuten duren en andere documenten mogen gezamenlijk in totaal een omvang hebben van maximaal vijf pagina’s.
Alle stukken dienen in het Nederlands te zijn opgesteld. Het Actieplan inclusie is - net als de andere hiervoor genoemde documenten - een verplichte bijlage. Het indienen van alle verplichte bijlagen is een voorwaarde om uw aanvraag in behandeling te kunnen nemen. Wanneer in het actieplan en/of ondernemingsplan partners worden opgevoerd waarmee wordt samengewerkt, dan dient in de plannen van beide aanvragers deze samenwerking terug te komen. Indien één of meer samenwerkingspartners geen aanvraag indienen, dan raden we aan ook een intentieverklaring over de samenwerking mee te sturen. Uit deze verklaring moet duidelijk blijken dat de partners zich committeren aan de samenwerking.
Ook dient u een (live) registratie of andere documentatie van recente activiteiten mee te sturen met de aanvraag. Op basis van deze documentatie zal de commissie zich een (aanvullend) beeld vormen van de activiteiten in de periode 2017 tot het moment van aanvragen.
Als er sprake is van fuserende organisaties dan moeten alle fusiepartners ook de volgende stukken indienen:
Maximaal drie bijlagen bestaande uit (live) registraties en/of andere documentatie met informatie over de activiteiten van 2017 en later. (Live) registraties mogen gezamenlijk in totaal maximaal dertig minuten duren en andere documenten mogen gezamenlijk in totaal een omvang hebben van maximaal vijf pagina’s.
Daarnaast moet een overzicht van de fuserende organisaties worden ingediend, samen met een handtekening van een tekenbevoegde vertegenwoordiger van elke fusiepartner.
In sommige gevallen heeft een andere rechtspersoon of hebben andere rechtspersonen zeggenschap over uw organisatie. Of hebben zij in aanmerking te nemen invloed op uw organisatie. Dan is er sprake van een gelieerde rechtspersoon of rechtspersonen. Er is sprake van in aanmerking te nemen invloed wanneer een rechtspersoon feitelijk beleidsbepalende invloed en/of invloed op het financiële resultaat kan uitoefenen in een andere rechtspersoon, bijvoorbeeld door middel van het benoemen van bestuursleden of als er eenzelfde directeur is. Ook kan gedacht worden aan een constructie waarbij sprake is van een moederonderneming met bijbehorende dochteronderneming(en).
Als er sprake is van een gelieerde rechtspersoon, dan hebben wij meer informatie nodig. U moet dan ook de volgende documenten van deze gelieerde rechtspersoon of rechtspersonen aanleveren:
Aanvragen voor de periode 2021-2024 kunnen worden ingediend van 23 december 2019 tot uiterlijk 3 februari 2020 om 17.00 uur. Alleen als de aanvraag op tijd is ingediend, het aanvraagformulier volledig is ingevuld en alle verplichte bijlagen zijn toegevoegd, nemen we uw aanvraag in behandeling.
De vierjarige regeling is een zogenaamde ‘tenderprocedure’. Daarom is het AFK gebonden aan strenge regels. Alle aanvragers moeten gelijk worden behandeld en een gelijke kans maken op subsidie. Nagezonden informatie mag om die reden niet worden meegenomen in de beoordeling. Daarom wordt de uiterste datum voor het indienen van de aanvraag strikt gehanteerd. Verder kan het AFK geen informatie opvragen als de aanvraag incompleet of onvoldoende helder is. Het is de verantwoordelijkheid van de aanvrager dat de aanvraag alle noodzakelijke informatie en stukken bevat die voor beoordeling nodig is. En dat de aanvraag voor de gestelde deadline is ingediend.
Zorg ervoor dat uw aanvraag compleet is. In verband met de gelijke behandeling van aanvragen in een tenderprocedure moet de aanvraag op de sluitingsdatum compleet zijn. Wij mogen geen aanvullende informatie opvragen. Niet complete aanvragen worden daarom niet in behandeling genomen.
Een adviescommissie beoordeelt aanvragen voor de vierjarige subsidies van het AFK aan de hand van de beoordelingscriteria uit de regeling. De acht adviescommissies bestaan elk uit adviseurs die het AFK heeft geworven met zicht op de vierjarige subsidies. De adviseurs zijn geselecteerd op basis van hun professionele deskundigheid in één of meer relevante disciplines en thema’s binnen de kunsten. Daarnaast is in de adviescommissies gezorgd voor adviseurs die over relevante kennis beschikken met betrekking tot de positie van gevestigde kunsten en nieuwe artistieke ontwikkelingen in de stad de balans tussen presenterende en producerende organisaties, en met betrekking tot culturele diversiteit.
De adviescommissies zijn opgezet rond specifieke kunstdisciplines, om daarbinnen voldoende specialistische kennis te kunnen waarborgen over de breedte aan genres en subgenres. De commissies staan onder leiding van niet-meestemmende voorzitters met een breder maatschappelijk profiel. Om multidisciplinariteit te borgen is naast co-advisering tussen adviescommissies voorzien in overleg tussen de voorzitters. Meer informatie over de achtergronden van de commissieleden en voorzitters kunt u vinden op onze website.
Met het oog op continuïteit en integraliteit in de advisering neemt in zoveel mogelijk adviescommissies een adviseur zitting die voor de periode 2021-2024 ook bij de Amsterdamse Kunstraad adviseert. Op onze website is te zien wie deze commissieleden zijn.
Bij een samenwerking tussen organisaties die alle een aanvraag indienen bij het AFK, zorgt het AFK ervoor dat de betrokken adviescommissies de relevante informatie over de aanvragen met elkaar uitwisselen. Ook stemmen zij de advisering over het aandeel samenwerking in de aanvragen op elkaar af. Als het gaat om een samenwerking binnen één discipline, vindt dit proces binnen de commissie plaats.
Indien uw organisatie structureel samenwerkt met een organisatie die op naam is aangewezen in de Amsterdam Bis, nemen wij hierover contact op met de Amsterdamse Kunstraad en de directie Kunst en Cultuur van de Gemeente Amsterdam. De aanvraag van en het advies over de betreffende organisatie in de Amsterdam Bis kan betrokken worden in de beoordeling van de samenwerking, als de aanvraag daar aanleiding toe geeft.
Voorafgaand aan verzending van het definitieve besluit met betrekking tot de subsidieverlening stellen wij u in de gelegenheid te reageren op feitelijke onjuistheden in het advies.
Het aanvraagformulier met de verplichte bijlagen is leidend bij de beoordeling of uw organisatie in aanmerking komt voor subsidie. Bij een discrepantie tussen aanvraagformulier en bijlage(n) baseert de adviescommissie zich op het aanvraagformulier. Het is dus van belang dat de volledige aanvraag met bijlagen helder is, onderling consistent en een goed uitgewerkt en volledig beeld geeft van de activiteiten die uw organisatie wil ondernemen. Het is uw eigen verantwoordelijkheid dat de adviescommissie op basis van uw aanvraag en verplichte bijlagen uw activiteiten goed kan beoordelen.
De adviescommissie toetst alle aanvragen die voldoen aan de formele vereisten om voor subsidie in aanmerking te kunnen komen, aan de volgende vier criteria:
De criteria worden toegepast om vast te stellen welke aanvragen het beste passen bij de doelstellingen van deze regeling in het kader van het Kunstenplan 2021-2024 en de doelstellingen van het Amsterdams Fonds voor de Kunst.
Een positief advies op een of meer van de criteria betekent niet dat subsidie wordt verstrekt. Het totaalbeeld van de criteria is bepalend voor indeling in de categorie ‘honoreren’ of ‘niet honoreren’ door de adviescommissie (zie verder onder Subsidiehoogte).
Bij de beoordeling wordt per criterium gebruik gemaakt van een waarderingsschaal in woorden (zoals ‘goed’, ‘voldoende’, ‘zwak’) als conclusie van de inhoudelijke beoordeling per criterium. Alle criteria wegen daarbij even zwaar, met uitzondering van het criterium artistiek belang. Het criterium voor artistiek belang telt voor alle disciplines in de totale weging 1,5 maal zwaarder dan de andere afzonderlijke criteria. Indien de aanvraag ‘onvoldoende’ scoort op het beoordelingscriterium ‘Uitvoerbaarheid’ wordt de subsidie geweigerd.
De waarderingsschaal in woorden bij elk criterium is een hulpmiddel in het kader van een zorgvuldige en evenwichtige beoordeling van de ingediende aanvragen. Aan de waarderingsschaal in woorden zijn cijfers (punten) gekoppeld, voor een zorgvuldige vertaling naar een rangorde van de aanvragen. De besluiten worden dus gebaseerd op met argumenten omklede adviezen over aanvragen, aan de hand van de criteria en daarbij toegekende waarderingen met bijbehorende cijfers. Het AFK maakt de adviezen openbaar om inzicht te geven in de gemaakte keuzes.
De waarderingen met bijbehorende cijfers worden voor elk van de criteria - artistiek belang, belang voor de stad, uitvoerbaarheid en diversiteit en inclusie - als volgt toegepast. Het cijfer staat op zichzelf en betreft geen directe vergelijking met andere aanvragers.
Met ‘artistiek’ wordt in de uitwerking van de criteria hierna ook de inhoud, het begeleidingsproces en de educatieve werkwijze van talentontwikkeling en cultuureducatie bedoeld; met ‘publiek’ ook deelnemers aan cultuureducatie en talentontwikkeling.
Bij het toetsen aan de criteria staat de aanvraag centraal. De adviescommissie baseert haar oordeel allereerst op de door de aanvrager ingediende stukken. Er wordt ook gekeken naar het verleden. De kwaliteit van activiteiten in het verleden kan immers een indicatie zijn voor de toekomst. Daarbij wordt gekeken naar de activiteiten uit de periode 1 januari 2017 tot en met het moment van adviseren. Voor zover mogelijk wordt ook gekeken of er sprake is van een ontwikkeling, positief dan wel negatief.
In het ondernemingsplan wordt daarom specifiek gevraagd om te reflecteren op het verleden, niet alleen in artistiek opzicht, maar ook op aspecten van uitvoerbaarheid, belang voor de stad en diversiteit en inclusie. Bij organisaties die deel uitmaakten van het Kunstenplan 2017-2020 maakt de commissie tevens gebruik van evaluatiegegevens die over die periode beschikbaar zijn bij het AFK, de Gemeente Amsterdam en de Amsterdamse Kunstraad. Bij de beoordeling van organisaties die geen deel uitmaakten van het voorgaande Kunstenplan 2017-2020 kan het AFK eventueel gebruik maken van beschikbare evaluaties in het kader van de verantwoording van projectsubsidies bij het AFK die betrekking hebben gehad op de jaren 2017 of later. Ook is het verplicht om een (live) registratie of andere documentatie van activiteiten mee te sturen met de aanvraag, op basis waarvan de commissie een beeld kan krijgen van de activiteiten in het verleden.
Het artistieke belang betreft de beoordeling van het artistiek concept, de ambitie en de ontwikkeling die de aanvrager beoogt in artistieke zin: wat wil de organisatie maken of tonen en voor wie? Om het artistiek belang te bepalen beoordeelt de adviescommissie elke aanvraag op alle volgende aspecten:
In hoeverre is het artistieke plan origineel of heeft het een specifieke, herkenbare artistieke signatuur? En in hoeverre is het prikkelend, verrassend, bezield of ideeënrijk? Het gaat hierbij om de beoordeling van de artistieke voornemens en de uitwerking daarvan op zichzelf, ongeacht het publiek waarvoor het bedoeld is.
de artistieke betekenis voor het beoogde publiek:
Is er een overtuigende visie op wat de aanvrager voor wie maakt of vertoont?
Toont het plan inzicht in de culturele interesses van de doelgroepen? Sluit het artistieke plan daarop aan, is het naar verwachting aansprekend voor het beoogde publiek (in inhoud, repertoire, verhaal, stijl, genre, vorm, wijze van presenteren etc.)?
de artistieke ontwikkeling van de aanvrager:
Is er sprake van reflectie op voorgaande periode(n) en een daaraan gerelateerde artistieke ontwikkeling en ambitie, met zicht op de langere termijn? Biedt het plan daarbij mogelijkheden voor de artistieke leiding, uitvoerenden en/of nieuwe makers om zich professioneel te ontwikkelen?
Dit betreft de beoordeling van de verbinding van het plan met de stad en prominente ontwikkelingen daarin, van de interactie met een stedelijke omgeving die zich zowel afspeelt in de directe omgeving van bewoners als op internationaal niveau.
Om het belang voor de stad te bepalen beoordeelt de adviescommissie elke aanvraag op alle volgende aspecten:
De mate waarin het plan bijdraagt aan stedelijke spreiding van het cultuuraanbod en het publieksbereik daarvan. Het gaat er hier om of een aanvrager activiteiten ontplooit en publiek bereikt buiten de stadsdelen Centrum en Zuid. Hierbij wordt ook het realiteitsgehalte en de onderbouwing van de plannen beoordeeld, mede in het licht van de activiteiten en het publiek van de aanvrager en het verleden.
De mate waarin en wijze waarop het plan aansluit bij of anticipeert op aanvullend één van de volgende langere termijn ontwikkelingen (thema’s) in de stad. Centraal bij de beoordeling staat de inhoudelijke uitwerking van één van onderstaande thema’s die de aanvrager zelf kiest en uitwerkt:
is de uitwerking overtuigend en prikkelend en past het in het geheel van activiteiten van de aanvrager?
Dit betreft de ‘reality check’ van de beoogde plannen. Het gaat om de beoordeling van de in het plan voorziene mensen, middelen en marketing in relatie tot het voorgenomen inhoudelijke plan: is het plan met deze personele, productioneel-organisatorische en financiële inzet uitvoerbaar? Om de uitvoerbaarheid van het plan te bepalen beoordeelt de adviescommissie elke aanvraag op alle volgende aspecten:
Dit betreft de beoordeling van de bijdrage die het ondernemingsplan, naast het Actieplan inclusie, levert aan de inclusiviteit van het cultuuraanbod, cultuurpubliek en de culturele organisaties in de stad, waarmee in dit criterium specifiek culturele diversiteit wordt bedoeld. Daarbij is het niet noodzakelijk dat ‘iedereen alles doet voor iedereen’ of dat één organisatie per se een publiek van allerlei culturen samen bereikt; daarin kunnen keuzes worden gemaakt. Ambities van een aanvrager dienen overtuigend, concreet en passend te zijn bij de organisatie, blijk te geven van zelfreflectie, en vergezeld te zijn van realistische stappen om het voorgenomen doel van de aanvrager te verwezenlijken. Doel is dat er een betere representatie ontstaat van de verschillende culturele achtergronden en verhalen, zodat de totale Amsterdamse bevolking zich beter herkent in het cultuuraanbod van de stad (zoals bedoeld in de Code Diversiteit & Inclusie).
Daartoe beoordeelt de adviescommissie elke aanvraag op alle volgende aspecten:
Op basis van de beoordeling worden de aanvragen binnen de discipline door de adviescommissie in een rangorde geplaatst en ingedeeld in de categorie ‘honoreren’ of de categorie ‘niet honoreren’. De commissie adviseert het bestuur van het AFK om de subsidie volgens deze rangschikking aan aanvragers in de categorie ‘honoreren’ toe te kennen, totdat het subsidieplafond is bereikt.
Wanneer het subsidieplafond is bereikt en een aanvraag daardoor niet meer in zijn geheel kan worden gehonoreerd, geldt dat de aanvraag wordt afgewezen indien minder dan 50 % van het aangevraagde bedrag kan worden toegekend.
Het toekennen volgens de rangorde kan ertoe leiden dat twee organisaties een gelijk aantal punten hebben, maar dat deze aanvragen niet beiden kunnen worden gehonoreerd omdat dan het subsidieplafond wordt overschreden. In dat geval is het criterium ‘Belang voor de stad’ leidend en wordt de aanvraag met het hoogste aantal punten voor dit criterium gehonoreerd, tot het bedrag dat maximaal beschikbaar is binnen het subsidieplafond. Wanneer ook dat aantal punten gelijk is, prevaleert de aanvraag met de hoogste beoordeling op artistiek belang.
De adviescommissie adviseert per aanvraag over de subsidiehoogte, waarna het bestuur bij de subsidieverlening beslist over de subsidiehoogte. Uitgangspunt bij het bepalen van de subsidiehoogte is niet per definitie het door de aanvrager opgegeven tekort, maar het bedrag dat door de commissie en het AFK (op basis van onderstaande richtlijnen) redelijk wordt geacht voor de desbetreffende aanvraag.
Bij het bepalen van de hoogte van de subsidie wordt rekening gehouden met meerdere aspecten:
Er moet sprake zijn van een redelijke en goed onderbouwde verhouding tussen aard/ grootte van de organisatie, de plannen en de kosten die daarvoor zijn begroot. Hierbij wordt ook gekeken naar wat gebruikelijk is in de sector en naar de uitgangspunten van de Fair Practice Code. Het is aan de aanvrager om deze verhouding te onderbouwen.
Er moet sprake zijn van een redelijke verhouding tot de begroting van de organisatie in de periode 2017-2020 en tot de in die jaren ontvangen subsidiebedragen van het AFK danwel in het kader van de Amsterdam Bis. Eventuele verhogingen dienen proportioneel te zijn voor zowel de organisatie zelf als in het licht van het totaal beschikbare budget binnen de discipline, en overtuigend te zijn onderbouwd.
Het AFK kan besluiten dat aan bepaalde onderdelen van het plan in het geheel geen subsidie wordt verleend, terwijl aan de andere onderdelen van het plan wel subsidie wordt toegekend. Hiervan kan sprake zijn indien de adviescommissie oordeelt dat bepaalde onderdelen van een plan niet voor subsidie in aanmerking komen of geen prioriteit krijgen.
Het bestuur besluit op 3 augustus 2020 over alle aanvragen. Het besluit wordt per mail en per post aan alle aanvragers bekend gemaakt. Tevens vindt een publicatie op de website www.afk.nl plaats, waarbij wordt aangegeven of een aanvraag is toegekend en wat het toegekende subsidiebedrag is. Tevens worden de adviezen van de adviescommissie integraal gepubliceerd.
De subsidie wordt voor een periode van vier jaar verleend, waarbij u jaarlijks 25% van het totaalbedrag ontvangt. Dit geldt ook als u zelf een andere procentuele verdeling heeft aangegeven in uw aanvraag. Dit voorschot wordt per jaar in termijnen naar u overgemaakt. Het aantal termijnen is afhankelijk van de hoogte van de subsidie. Een betaalschema wordt bij de subsidiebeschikking gevoegd.
VERPLICHTINGEN EN VERANTWOORDING
Alle veranderingen die wezenlijk zijn voor de subsidiëring moeten worden gemeld. Daarvan is bijvoorbeeld sprake als bepaalde activiteiten komen te vervallen, als er sprake is van wijzigingen bij de artistiek verantwoordelijken of als er aanzienlijke veranderingen zijn in de financiering van de activiteiten en/of organisatie. Ook kan in het subsidiebesluit een verplichting zijn opgenomen op grond waarvan specifieke zaken gemeld moeten worden. Als achteraf blijkt dat sprake is van een wezenlijke verandering die niet is gemeld, kan het AFK de subsidie lager vaststellen of intrekken. Dit is geheel voor risico van de aanvrager. In geval van twijfel kan een aanvrager contact opnemen met het AFK om te bepalen of sprake is van een wezenlijke wijziging.
Er kan (tussentijds) de verplichting worden opgelegd om een bestemmingsfonds AFK te vormen wanneer blijkt dat het subsidiebedrag niet volledig is besteed.
Subsidies dienen jaarlijks voor 1 juli inhoudelijk en financieel tussentijds verantwoord te worden. De inhoudelijke verantwoording bestaat uit een bestuursverslag waaruit moet blijken dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en of de beoogde doelstellingen en resultaten zijn behaald. De gegevens die in het bestuursverslag vermeld dienen te worden, worden opgenomen in het Handboek verantwoording Vierjarige subsidies 2021-2024, dat wordt gepubliceerd op de website van het AFK.
Bij de financiële verantwoording geldt dat bij subsidiebedragen onder de € 125.000 per jaar minder strenge eisen worden gesteld aan de verantwoording. Zo hoeft de subsidieontvanger die minder dan € 125.000 per jaar subsidie ontvangt geen controleverklaring van een daartoe bevoegde accountant in te dienen. De financiële verantwoording moet worden ingericht volgens de regels van het Handboek verantwoording Vierjarige subsidies 2021-2024. Het AFK stelt de subsidie aan het eind van de subsidieperiode vast op basis van de voorgenomen prestaties en de inhoudelijke en financiële verantwoordingen.
Mocht u na lezing van deze toelichting nog vragen hebben dan verwijzen wij u naar de Veelgestelde Vragen over de vierjarige subsidies op www.afk.nl, of kunt u contact opnemen met een van onze medewerkers.
De Toelichting bij de regeling Vierjarige subsidies 2021-2024 is een uitgave van het Amsterdams Fonds voor de Kunst.