Organisatie | Beekdaelen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Beekdaelen houdende regels omtrent adresonderzoek (Regeling adresonderzoek Beekdaelen) |
Citeertitel | Regeling adresonderzoek Beekdaelen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Deze regeling bevat de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-01-2020 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 17-12-2019 |
Op de uitvoering van een adresonderzoek zijn de landelijke richtlijnen van toepassing zoals aangegeven in de Circulaire adresonderzoek BRP opgesteld in samenwerking tussen het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Nederlandse Vereniging voor Burgerzaken (NVVB).
Binnen de gemeente Beekdaelen wordt gebruik gemaakt van het digitale
I-Burgerzaken systeem van Pink. Hierin wordt de module adresonderzoeken gebruikt met een rechtstreekse koppeling met de Basisregistratiepersonen.
In de gemeente Beekdaelen zijn drie Toezichthouders Basisregistratie personen aangewezen, te weten mevrouw M.P.J.T. Meuwissen-Raets en de heren
R. Wijenberg en C. Nonnekes. Dit op grond van artikel 5:11 Algemene wet bestuursrecht.
In de Wet BRP is geregeld dat de burger of diens vertegenwoordiger verplicht is aangifte van verblijf en adres te doen en inlichtingen te verschaffen voor de bijhouding van de basisregistratie personen (BRP).
De aanleiding voor een onderzoek kan zijn:
Signalen kunnen op verschillende manieren ontvangen worden. Dit kan door een terugmelding via de terugmeldingsvoorziening, via brieven (o.a. van Gerechtsdeurwaarders), terug gekomen post (stempassen/zorgverzekeringen), per email, door een aangifte in persoon aan de balie, instanties (Leerplichtadministratie, andere gemeenten, woningbouwverenigingen) of op basis van een eigen waarneming door de gemeente.
Als een aangifte migratie persoonlijk aan de balie wordt gedaan, wordt altijd op het oude en het nieuwe adres in de BRP van de gemeente Beekdaelen bekeken of er personen onterecht geregistreerd zijn.
Bij een adresaangifte kan tevens twijfel ontstaan. Bij twijfel aan de juistheid van een adresaangifte kan deze aangehouden worden. De gemeente onderzoekt dan of het aannemelijk is dat de aangifte klopt. Binnen een zo kort mogelijke termijn (gestreefd moet worden naar afronding binnen vier weken) moet de gemeente beslissen om de aangifte te verwerken of een weigeringsbesluit te sturen aan de persoon. Tegen dit besluit kan bezwaar worden gemaakt.
Telefonische signalen worden pas in behandeling genomen nadat de identiteit van de melder is vastgesteld. Dat zal betekenen dat de melder wordt gevraagd om op een andere wijze (schriftelijk, bij voorkeur met een standaardformulier) de melding te doen.
Naar aanleiding van het ontvangen signaal wordt binnen vijf werkdagen beslist welke actie volgt.
Melder wordt op de hoogte gebracht van het instellen van een onderzoek en de verwachte termijn die mogelijk nodig is om een onderzoek af te ronden. De behandelaar van het dossier moet zelf de termijnen scherp in de gaten houden. Hierbij wordt eveneens gebruik gemaakt van het voornoemde programma IBurgerzaken.
Dit zijn meldingen waarbij het (zeer) aannemelijk is dat iemand niet meer op het in de BRP geregistreerde adres woont. De melder heeft goede en/of betrouwbare informatie of bewijzen. Zeer aannemelijk is bijvoorbeeld als iemand op het adres niet meer kan wonen, nieuwe of andere bewoners op het adres wonen, of er is feitelijk geconstateerd dat iemand er niet meer woont.
Er wordt een uitgebreid adresonderzoek gestart dat zich richt op het vinden van het nieuwe adres van de burger.
Dit is een melding waarbij het nog maar de vraag is of iemand niet meer op het in de BRP geregistreerde adres woont. De melder heeft zeer weinig of onbetrouwbare informatie of bewijzen.
Bij een zwakke melding is het voldoende om vast te stellen of iemand inderdaad nog op het BRP adres woont. Betrokkene moet contact hebben gehad met een klantadviseur en een aannemelijke verklaring geven. Dit onderzoek beperkt zich in eerste instantie tot het vaststellen of het huidige adres nog juist is.
In het kader van inzagerecht en een goede besluitvorming dienen alle stappen en onderdelen van het onderzoek goed te worden gedocumenteerd. Gesprekken met betrokken partijen, zowel mondeling als telefonisch moeten zo volledig mogelijk in een verslag opgenomen worden. Hiervoor wordt eveneens gebruik gemaakt van de eerder genoemde module.
De volgende bewijsstukken worden opgeslagen in het dossier:
Per persoon wordt een digitaal dossier aangelegd eventueel samengevoegd tot een gezinsdossier. Het dossier kan in elke fase van het onderzoek uitgeprint worden.
Dossiers worden volledig opgeslagen in het archief en minimaal 10 jaar na sluiting van het dossier bewaard.
Start van het onderzoek en aantekening op de persoonslijst (termijn: 5 werkdagen)
Na het binnenkomen van een melding geldt voor deze stappen een doorlooptijd van maximaal 5 werkdagen (artikel 28 Besluit BRP).
Bij een inkomende melding de identiteit van de melder vaststellen conform procedure identiteit vaststellen en machtigen;
Eerste aanschrijving (termijn: 10 dagen)
Als de betrokkene naar aanleiding van de eerste aanschrijving aangifte van verhuizing doet, wordt zijn aangifte verwerkt en het onderzoeksdossier afgesloten.
Geen reactie en/of aangifte binnen twee weken zal het leiden tot uitbreiding van het adresonderzoek.
Nadat een adresonderzoek is afgerond wordt een beslissing genomen over het dossier. De volgende beslissingen kunnen genomen worden:
Het in de BRP opgenomen adres blijkt akkoord te zijn. Op grond van de verstrekte bewijzen en informatie is de medewerker overtuigd dat betrokkene op het adres woont. Het adresonderzoek wordt in de BRP beëindigd en het dossier wordt gesloten zonder wijziging van gegevens. Melder (m.u.v. particulieren) wordt op de hoogte gebracht.
De burger is verhuist naar een ander adres binnen de gemeente. Hij woont niet meer op het oude adres en er zijn minimaal twee bronnen of één sterke melding, die er op wijzen dat hij een ander adres heeft. Een melding waarin een adres vermeldt staat, geldt als een bron. Er wordt een voornemen en vervolgens ambtshalve besluit inschrijving op het nieuwe adres genomen. Melder (m.u.v. particulieren) wordt op de hoogte gebracht.
De burger is verhuisd naar een ander adres in een andere gemeente in Nederland. Hij woont niet meer op het oude adres en er zijn minimaal twee bronnen of één sterke melding, die er op wijzen dat hij een ander adres heeft. Er wordt contact opgenomen met de nieuwe gemeente van vestiging met het verzoek om het onderzoek over te nemen en eventueel zorg te dragen voor ambtshalve inschrijving. Melder (m.u.v. particulieren) wordt op de hoogte gebracht.
De burger is vertrokken en het is onbekend naar welk adres. Gebleken is dat er voldoende zorgvuldig onderzoek is gedaan. Vastgesteld is dat de burger niet op het oude adres woont en er is geen ander adres bekend. Burger is niet bereikbaar, of is wel bereikbaar, maar blijft verklaren dat hij op het oude adres woont. Er wordt een voornemen en vervolgens ambtshalve besluit uitschrijving naar het land Onbekend genomen (VOW). Melder (m.u.v. particulieren) wordt op de hoogte gebracht.
De burger is vertrokken naar het buitenland. Hij woont niet meer op het oude adres en er zijn minimaal twee bronnen of één sterke melding, die er op wijzen dat hij een ander adres in het buitenland heeft. Een melding waarin een adres vermeldt staat, geldt als een bron. Er wordt een voornemen en vervolgens ambtshalve besluit uitschrijving naar het nieuwe adres in het buitenland genomen. Melder (m.u.v. particulieren) wordt op de hoogte gebracht.
Let op! Ambtshalve besluiten moeten per persoon op naam genomen worden. Het ambtshalve besluit voor minderjarige kinderen kan gericht worden aan de wettelijke vertegenwoordiger van het betreffende kind.
Publicatie voornemen ambtshalve besluit VOW (termijn: 4 weken):
Nader onderzocht wordt of deze publicaties ook gepubliceerd kunnen gaan worden op de website www.mijnoverheid.nk en/of rechtsreeks in de berichtenbox.
Publicatie ambtshalve besluit VOW
Het uiteindelijke besluit wordt gecontroleerd en ondertekend door de beleidsmedewerker (aangewezen Toezichthouder) BRP. Om aan te tonen dat de ambtshalve beslissing zorgvuldig is genomen is het van belang dat een andere medewerker het besluit neemt dan degene die verantwoordelijk was voor het adresonderzoek.
Jaarlijks controleert Verantwoordelijke IB BRP of de werkzaamheden conform procedure worden uitgevoerd. Dit gebeurt aan de hand van een representatieve steekproef.
Jaarlijks wordt door Verantwoordelijke IB BRP conform het bepaalde in de bijlage Regeling Beheer en Toezicht BRP nagegaan of de procedure op alle betreffende elementen correct en volledig wordt toegepast. Hiervoor worden minimaal vier procedures adresonderzoeken volledig doorgenomen en beoordeeld. Verder worden minimaal twee medewerkers uit het proces geïnterviewd met betrekking tot de handelingen die zij uitvoeren binnen dit proces. Verantwoordelijke IB BRP rapporteert hierover schriftelijk aan Afdelingsmanager Publieksdiensten.