Organisatie | Veendam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Handhavingsverordening Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren |
Citeertitel | Handhavingsverordening Wwb en Wij |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2010 | 01-01-2015 | Onbekend | 31-05-2010 De Veendammer, 13 juni 2010 | 250c/MZ |
De raad van de gemeente Veendam;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 april 2010;
gelet op artikel 147, eerste lid Gemeentewet (Gw), artikel 8a Wet werk en bijstand (Wwb), en artikel 12, eerste lid en onderdeel c Wet Investeren in Jongeren (WIJ);
Overwegende dat het noodzakelijk is bij verordening regels te stellen aangaande de handhaafbaarheid in het kader van de Wet werk en bijstand en de Wet investeren in Jongeren;
In deze verordening wordt verstaan onder:
belanghebbende: persoon die bijstand heeft aangevraagd dan wel ontvangt of heeft ontvangen dan wel de jongere die gebruik wil maken, maakt of gemaakt heeft van een werkleeraanbod en/of een inkomensvoorziening op grond van de WIJ; indien het een gehuwde betreft, wordt onder de belanghebbende elk van de echtgenoten verstaan.
Artikel 5 Invordering en kwijtschelding
Het college stelt nadere regels op het punt van invordering en kwijtschelding.
Artikel 6 Afstemming en verlaging van de uitkering
Indien belanghebbende onjuiste, of in het geheel geen inlichtingen verstrekt die van belang zijn of kunnen zijn voor de hoogte, de duur of de voortzetting van de bijstand, verlaagt het college de bijstand/inkomensvoorziening, conform hetgeen hierover in de afstemmingsverordening WWB of de afstemmingsverordening WIJ, onverminderd de mogelijkheid tot terugvordering van de eventueel ten onrechte ontvangen bijstand.
Artikel 7 Aangifte bij het Openbaar Ministerie
Indien een gedraging van belanghebbende als bedoeld in artikel 6 leidt tot benadeling van de gemeente, doet het college, onverminderd de mogelijkheid de bijstand te verlagen en af te stemmen en de ten onrechte ontvangen bijstand/inkomensvoorziening terug te vorderen, aangifte bij het Openbaar Ministerie, in overeenstemming met de door het Openbaar Ministerie op dit punt gehanteerde uitgangspunten (laatstelijk “Aanwijzing Sociale zekerheidsfraude 23 december 2008, nr. 2373).
Artikel 9 Intrekking oude verordening
De Handhavingsverordening Wwb,vastgesteld op 6 juli 2004, nummer: 670 / Samenleving
wordt ingetrokken met ingang op de datum waarop deze verordening in werking treedt.
Met deze verordening wordt invulling gegeven aan de in artikel 12 van de Wet investeren in jongeren (WIJ) gegeven opdracht om regels te stellen met betrekking tot het bestrijden van misbruik en oneigenlijk gebruik van de Wet investeren in jongeren. Het behoort tot de gemeentelijke beleidsvrijheid om daarin eigen beleidskeuzes te maken. Het gemeentelijk beleid over misbruik en oneigenlijk gebruik in het kader van de WWB is reeds in de Handhavingsverordening vastgelegd. Vastgesteld is dat dit beleidskader ook toepasbaar is op de uitvoering van de WIJ. Mede gelet op de grote verwantschap tussen beide wetten is het handhavingsbeleid voor de WIJ opgenomen in de Handhavingsverordening WWB.