Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rotterdam

Aanwijzingsbesluit ex artikel 2:76 van de Algemene Plaatselijke Verordening 2012 (Veiligheidsrisicogebieden) voor het bedrijventerrein de Spaanse Polder

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRotterdam
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingAanwijzingsbesluit ex artikel 2:76 van de Algemene Plaatselijke Verordening 2012 (Veiligheidsrisicogebieden) voor het bedrijventerrein de Spaanse Polder
CiteertitelAanwijzingsbesluit ex artikel 2:76 van de Algemene Plaatselijke Verordening 2012 voor het bedrijventerrein de Spaanse Polder
Vastgesteld doorburgemeester
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 151b van de Gemeentewet
  2. https://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/Rotterdam/373493/CVDR373493_6.html
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

31-12-201917-12-201917-05-2020Nieuwe regeling

17-12-2019

gmb-2019-319308

2019-213

Tekst van de regeling

Intitulé

Aanwijzingsbesluit ex artikel 2:76 van de Algemene Plaatselijke Verordening 2012 (Veiligheidsrisicogebieden) voor het bedrijventerrein de Spaanse Polder

De Burgemeester van Rotterdam,

 

gelezen het voorstel aanwijzing veiligheidsrisicogebied van de Politiechef van de Eenheid Rotterdam van 27 november 2019 met kenmerk PR7.000945 (Spaanse Polder);

 

na beraadslaging in driehoeksverband met de Hoofdofficier van Justitie en de Politiechef van de Eenheid Rotterdam;

 

overwegende:

  • -

    dat bovengenoemde voorstel ‘aanwijzing veiligheidsrisicogebied’ van de Politiechef feiten en omstandigheden beschrijft waaruit blijkt dat op het bedrijventerrein de Spaanse Polder sprake is van een verwevenheid tussen de (criminele) onder- en bovenwereld;

  • -

    dat de binnen dit gebied geconstateerde veiligheidsproblemen direct of indirect te liëren zijn aan de handel in verdovende middelen;

  • -

    dat dergelijke activiteiten een nauwe verwevenheid hebben met het bezit en het gebruik van vuurwapens en er zich in de criminele onderwereld een geweldsescalatie voltrekt;

  • -

    dat er derhalve sprake is van een verstoring van de openbare orde door de aanwezigheid van (vuur)wapens, dan wel van ernstige vrees voor het ontstaan daarvan;

  • -

    dat hij de beweegredenen die staan beschreven in bovengenoemde voorstellen aanwijzing veiligheidsrisicogebied van de Politiechef tot de zijne maakt;

  • -

    dat het bezit en gebruik van (vuur)wapens groot gevaar oplevert voor de openbare orde en rechtsorde;

  • -

    dat de dringende maatschappelijke behoefte bestaat om tegen bezit en gebruik van (vuur)wapens op te treden;

  • -

    dat het wenselijk is dat de officier van justitie in staat wordt gesteld om in de bewuste gebieden de controlebevoegdheden als bedoeld in de artikelen 50, 51 en 52 van de Wet wapens en munitie te doen gelasten;

  • -

    dat de belangen van openbare veiligheid, het voorkomen van wanordelijkheden en van strafbare feiten en de bescherming van de gezondheid in het onderhavige geval zwaarder wegen dan het individuele belang van de burgers (bescherming van de persoonlijke levenssfeer);

  • -

    dat de duur van de aanwijzing en de omvang van het gebied proportioneel moeten zijn in relatie tot het beoogde legitieme doel;

  • -

    dat overige maatregelen die in de bewuste gebieden zijn getroffen om bezit en gebruik van (vuur)wapens alsmede geweldsincidenten terug te dringen, onvoldoende effect sorteren;

  • -

    dat het uitoefenen van voornoemde controlebevoegdheden in de bewuste gebieden een onderdeel is van een breder handhavingsbeleid ter vergroting van leefbaarheid en veiligheid;

  • -

    dat het aanwijzen van deze gebieden als veiligheidsrisicogebied zal bijdragen aan het verhogen van de veiligheid in het algemeen en de veiligheid van het aangewezen gebied in het bijzonder;

  • -

    dat de verwachting bestaat dat een aanwijzing van deze gebieden voor een periode van zes maanden noodzakelijk zal zijn om, via intensivering van de probleemaanpak, het risico van (vuur)wapenbezit en -gebruik terug te kunnen dringen;

gelet op het bepaalde in artikel 2:76 van de Algemene Plaatselijke Verordening Rotterdam 2012 en artikel 151b van de Gemeentewet;

besluit:

het bedrijventerrein de Spaanse polder, dat omvat alle wegen, oevers en openbaar vervoersknooppunten die omsloten worden door:

  • -

    aan de noordelijke zijde: de Overschieseweg (te Rotterdam);

  • -

    aan de oostelijke zijde: het water de Schie;

  • -

    aan de zuidelijke zijde: de Schuttevaerweg (te Rotterdam);

  • -

    aan westelijke zijde: de Overschieseweg (te Rotterdam);

aan te wijzen als veiligheidsrisicogebied als bedoeld in artikel 2:76 van de Algemene Plaatselijke Verordening Rotterdam.

 

De aanwijzing als veiligheidsrisicogebied van het bedrijventerrein de Spaanse Polder geldt van 17 december 2019 tot 17 mei 2020.

 

Aldus vastgesteld door de Burgemeester op 17 december 2019.

De Burgemeester,

ing. A.Aboutaleb

Dit gemeenteblad 2019, nummer 213, is uitgegeven op 19 december 2019 en ligt op dins-, woens- en donderdagen van 9.00 tot 13.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Wachtruimte Timmerhuis, Halvemaanpassage 1 (trap op, melden bij Informatiebalie)

(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch)