Organisatie | Renswoude |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling Peuteropvang en VE-Peuteropvang gemeente Renswoude 2020 |
Citeertitel | Subsidieregeling Peuteropvang en VE-Peuteropvang gemeente Renswoude 2020 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Subsidieregeling Peuteropvang en VE-Peuteropvang gemeente Renswoude 2020 |
Geen
https://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/XHTMLoutput/Actueel/Renswoude/CVDR55504.html
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2020 | Nieuwe regeling | 10-12-2019 |
alle kinderen ontwikkelrecht hebben, zodat alle kinderen op de basisschool kunnen starten op hetzelfde basisniveau;
wij het belangrijk vinden dat zowel de algemene ontwikkeling en de taalontwikkeling bij peuters worden gestimuleerd;
wij hiervoor middelen van het Rijk ontvangen, alsmede gemeentelijke middelen beschikbaar stellen;
artikel 4 van de Algemene subsidieverordening gemeente Renswoude, waarin is bepaald dat het college per beleidsterrein nadere regels kan stellen;
de notitie doelgroepdefinitie en beleidsuitgangspunten voorschoolse educatie Renswoude, door het college vastgesteld op 29 oktober 2019.
Besluit vast te stellen Subsidieregeling Peuteropvang en VE-Peuteropvang gemeente Renswoude 2020
HOOFSTUK II: BEPALEN VAN DE VERGOEDING
Artikel 3 Subsidie peuteropvang
Een organisatie voor kinderopvang kan subsidie aanvragen voor deelname van een peuter vanaf 2 jaar en 3 maanden aan reguliere peuteropvang op een locatie in Renswoude bestaande uit 2 dagdelen per week, gedurende 40 weken per jaar. Hierbij gelden de volgende voorwaarden:
ouders betalen een inkomensafhankelijke ouderbijdrage conform de tabel ouderbijdragen van de kinderopvangtoeslag. De organisatie voor kinderopvang dient op basis van door ouders ingediende Inkomstenbelastingopgaves de hoogte van de ouderbijdrage vast te stellen. De ouders betalen de ouderbijdrage aan de organisatie voor kinderopvang
Artikel 4 Subsidie VE-peuteropvang
Een organisatie voor kinderopvang kan subsidie aanvragen voor deelname van een peuter vanaf 2,5 jaar aan het VE aanbod op een locatie in Renswoude. Hierbij geldt de volgende voorwaarde:
ouders met een peuter die een VE indicatie heeft en die recht hebben op kinderopvangtoeslag, subsidieert de gemeente over de eerste 50% van de af te nemen uren (zie artikel 4, lid 2) het bedrag tussen het fiscaal maximumuurtarief en het normtarief. De overige 50% van de af te nemen uren is voor de ouders gratis en wordt volledig betaald door de gemeente.
ouders met een peuter die een VE indicatie heeft, en aantoonbaar geen recht hebben op kinderopvangtoeslag, betalen een inkomensafhankelijke ouderbijdrage op basis van het door de rijksoverheid vastgesteld fiscaal maximumuurtarief over de eerste 50% van de af te nemen uren per week. De gemeente Renswoude subsidieert in dit geval de aanvulling tot het fiscaal maximumuurtarief en het bedrag tussen het fiscaal maximumuurtarief en normtarief. De overige 50% van de af te nemen uren zijn voor de ouders gratis en wordt volledig betaald door de gemeente.
Artikel 6: Aanvraag vergoeding
Artikel 10: Toezicht op kwaliteit
De GGD regio Utrecht en De Onderwijsinspectie houden in opdracht van de gemeente toezicht op de kwaliteit van het aanbod in het kader van deze subsidieregeling.
Artikel 12: Vaststelling van de subsidie
De houder dient voor 1 april na afloop van het kalenderjaar waarvoor de vergoeding is verleend een aanvraag tot vaststelling in bij het college en verstrekt hierbij een overzicht van het feitelijke aantal bezette peuterplaatsen en VE-peuterplaatsen over het voorbije kalenderjaar, de wijze waarop de ouderbijdragetabel is toegepast en de overige gegevens die het college nodig heeft om de vergoeding vast te stellen.
Artikel 13: Aanvullende/afwijkende criteria
In afwijking van de ASV dient een subsidieontvanger driemaal per jaar, te weten voor 31 maart, 30 juni en 30 september, het college te informeren over wijzigingen in de aantallen peuters waarvoor hij subsidie ontvangt. Indien deze monitoringsinformatie over het aantal geplaatste peuters en het nog te verwachte aantal peuters in het lopende kalenderjaar aanleiding geeft tot wijziging van de verleende subsidie, kan de houder een aanvraag tot tussentijdse wijziging van de subsidie indienen voor 1 juni van het lopende kalenderjaar.
HOOFDSTUK IV OVERIGE BEPALINGEN
Artikel 14: Algemene subsidieverordening
De algemene subsidieverordening is van overeenkomstige toepassing, voor zover daar in deze regeling niet van wordt afgeweken.