Organisatie | Weesp |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Weesp houdende regels over het benoemings- en aanwijzingsbesluit heffing en invordering gemeentelijke belastingen Weesp 2020 (Benoemings- en aanwijzingsbesluit heffing en invordering gemeentelijke belastingen Weesp 2020) |
Citeertitel | Benoemings- en aanwijzingsbesluit heffing en invordering gemeentelijke belastingen Weesp 2020 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2020 | Nieuwe regeling | 17-12-2019 |
Het college van burgemeester en wethouders besluit:
aan te stellen als onbezoldigd gemeenteambtenaren:
Voor de heffing van en invordering van:
Bij Stichting Waternet: de algemeen directeur, het afdelingshoofd van de afdeling Klantenservice en betalingen, met als aandachtsgebied Belastingen, de resultaatmanager van de unit Betalen binnen de afdeling Klantenservice en Betalingen, de teamleider bedrijfsbureau Leidingwerken, de directeur Assets en Operatie, de directeur Dienstverlening en de directeur Financiën en Control.
aan te wijzen als de gemeenteambtenaren, bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en c, van de Gemeentewet:
Voor de heffing en invordering van de afvalstoffenheffing, de leges op grond van de thans geldende Legesverordening en bijbehorende Legestabel, de onroerendezaakbelastingen, de parkeerbelastingen, de precariobelasting, de rioolheffing, de roerende ruimtebelastingen, de lijkbezorgingsrechten, de scheepvaartrechten, de marktgelden en de reclamebelasting:
aan te wijzen de volgende gemeenteambtenaren die in de plaats treden van de gemeenteambtenaar bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel c van de Gemeentewet, voor de toezending of uitreiking van aanslagbiljetten ingevolge artikel 8, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 voor de leges in de Legestabel, behorende bij thans geldende Legesverordening, de rioolheffing, de precariobelasting, de reclamebelasting, de roerende ruimtebelastingen, de afvalstoffenheffing, de onroerende zaakbelastingen, de lijkbezorgingsrechten, de scheepvaartrechten en de marktgelden:
aan te wijzen de volgende gemeenteambtenaren belast met de heffing of de invordering van gemeentelijke belastingen, jegens wie mede gelden de verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 49 en 50 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en in de artikelen 58 en 60 van de Invorderingswet 1990, dan wel bedoeld of van toepassing verklaard in de algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 246a van de Gemeentewet:
aan te wijzen de volgende gemeenteambtenaren, jegens wie mede gelden de verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 49, 50, 51 en 53a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, dan wel bedoeld of toepassing verklaard in de algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 31 van de Wet waardering onroerende zaken: