Organisatie | Weesp |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Weesp houdende het reglement gecombineerde aanslag en automatische incasso 2020 van de Gemeente Weesp (Reglement gecombineerde aanslag en automatische incasso Weesp 2020) |
Citeertitel | Reglement gecombineerde aanslag en automatische incasso Weesp 2020 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2020 | Nieuwe regeling | 17-12-2019 |
Hoofdstuk I. Reglement gecombineerde aanslag
Artikel 1 Begripsbepaling gecombineerde aanslag
Een gecombineerde aanslag is een in art 239 Gemeentewet toegestane vorm van heffen, waarbij een verzameling van aanslagen van verschillende heffingen voor dezelfde belastingplichtige op een (gecombineerd) aanslagbiljet wordt verenigd. De gecombineerde aanslag heeft ėėn aanslagnummer. De verordeningen van de diverse op de aanslag voorkomende belastingen zijn van toepassing.
Artikel 2 Welke belastingmiddelen op gecombineerde aanslag
Op het gecombineerde aanslagbiljet kunnen de volgende gemeentelijke belastingmiddelen worden samengevoegd: onroerendezaakbelastingen (gebruikersbelasting niet-woningen en eigenarenbelasting woningen en niet-woningen), roerende ruimtenbelastingen (gebruikersbelasting bedrijfsruimten en eigenarenbelasting woon- en bedrijfsruimten) de rioolheffingen (eigenarenheffing en gebruikersheffing), de afvalstoffenheffing en de Reclamebelasting. Volgens wettelijk voorschrift staat vanaf 2005 eveneens de WOZ-waarde op de gecombineerde aanslag vermeld.
Artikel 3 Meerdere belastingobjecten op gecombineerde aanslag
Voor zover de belastingplichtige eigenaar of gebruiker is van meerdere belastingobjecten, worden in de regel de aanslagen met betrekking tot alle objecten op het gecombineerde aanslagbiljet geplaatst.
Artikel 4 Geen keuze van belastingplichtige voor gecombineerde aanslag
De belastingplichtige heeft niet de keuze of hij al dan niet met een gecombineerd aanslagbiljet in de heffing wordt betrokken, anderzijds kan het in het uitzonderlijke geval voorkomen dat een belastingplichtige, een of meerdere afzonderlijke aanslagbiljetten, al dan niet in combinatie met een (gedeeltelijk) gecombineerde aanslag ontvangt.
Artikel 5 Tijdstip uitbrengen gecombineerde aanslag
De gecombineerde aanslag wordt door de Dienst Belastingen Amsterdam uitgebracht, zoveel mogelijk in het begin van het belastingjaar. In een klein aantal gevallen wordt de gecombineerde aanslag later in het jaar uitgebracht.
De gecombineerde aanslag kent twee betaaltermijnen van telkens een maand. Die termijnen komen overeen met de in de desbetreffende verordeningen bepaalde betaaltermijnen. Alleen als met betrekking tot de gecombineerde aanslag tijdig een machtiging tot automatische incasso wordt afgegeven, wordt daarvan afgeweken en zijn acht betaaltermijnen van telkens een maand, van kracht. De invorderingsrente gaat ook in het laatste geval lopen na de laatste betaaltermijn.
Artikel 7 Bezwaar en uitstel van betaling
Een bezwaarschrift met betrekking tot een gecombineerde aanslag kan zowel tegen alle, als een of meerdere aanslagen van het gecombineerde aanslagbiljet (alsmede tegen de WOZ-beschikking) gericht zijn. De Dienst Belastingen Amsterdam schort, ten aanzien van de belastingplichtige die particulier is, de betalingsplicht ten aanzien van het bestreden deel van de aanslag spontaan op. Het niet bestreden gedeelte van de gecombineerde aanslag moet betaald worden en automatische incasso vindt – voor zover van toepassing – ten aanzien van het niet bestreden en verschuldigde gedeelte doorgang. In dat geval is m.b.t. de hoogte van de te incasseren termijnen art. II 9 van toepassing. De belastingplichtige die ondernemer is en na bezwaar uitstel van betaling wenst, moet daar schriftelijk om verzoeken. Op het bezwaarschrift volgt, indien mogelijk ėėn uitspraak.
Hoofdstuk II. Reglement automatische incasso
Artikel 2 Toestemming automatische incasso
Aan de Dienst Belastingen kan toestemming worden gegeven om bij automatische incasso de belastingschuld automatisch van de rekening af te schrijven, dat kan met betrekking tot de betaling van een gecombineerde aanslag en met betrekking tot een betalingsregeling, waarbij de ontvanger in de regel het afgeven van een machtiging tot automatische incasso als voorwaarde aan het verlenen van de betalingsregeling zal stellen.
Artikel 3 Machtigingskaart ten behoeve van automatische incasso
De machtiging tot automatische incasso kan alleen schriftelijk door middel van het inzenden van een machtigingskaart, waarvan het model door de Dienst Belastingen is bepaald, worden verleend. De verzoeker stuurt daartoe de ingevulde machtigingskaart voor de op de kaart aangegeven datum terug.
Artikel 4 Wijziging rekeningnummer
De verzoeker vult op de machtigingskaart het rekeningnummer in. Als dat rekeningnummer later wijzigt, deelt verzoeker dat zo spoedig mogelijk schriftelijk mede aan de Dienst Belastingen, zodat de automatische incasso via de nieuwe rekening kan doorlopen.
Artikel 5 Elektronische archivering machtiging
De machtigingskaart geeft aan waarvoor automatisch geïncasseerd mag worden. Ingevulde kaarten worden door de Dienst Belastingen elektronisch gearchiveerd.
Automatische incasso voor een gecombineerde aanslag loopt over 8 maandelijkse termijnen. Telkens zal 1/8 deel van het aanslagbedrag van de rekening worden afgeschreven. Bij een betalingsregeling wordt het aantal termijnen en de hoogte daarvan in de beschikking betalingsregeling bepaald. Het termijnbedrag wordt in de laatste week van elke maand van de rekening afgeschreven; de eerste keer een maand na de dagtekening van de gecombineerde aanslag of na de beschikking betalingsregeling. Het termijnbedrag wordt afgerond op eurocenten.
Onderbreken en beëindigen automatische incasso
Artikel 10 Automatische incasso onderbreken of beëindigen
De verzoeker kan de automatische incasso tijdelijk onderbreken of beëindigen door hiertoe opdracht te geven aan diens bank.
Artikel 11 Vervallen machtiging
De Dienst Belastingen beëindigt - met inachtneming van art. II 12 en 13 de automatische incasso voor de gecombineerde aanslag en voor de betalingsregeling als verzoeker niet aan de voorwaarde voldoet, dat afschrijving van de rekening mogelijk moet zijn. De machtiging komt dan te vervallen.
Artikel 12 Onderbreken automatische incasso bij eerste keer onvoldoende saldo
Bij de eerste melding van bank of giro aan de Dienst Belastingen dat er onvoldoende saldo op de rekening staat, stuurt de Dienst Belastingen schriftelijk bericht aan belastingschuldige, met het verzoek het saldo op de rekening aan te vullen en de mededeling dat de Dienst Belastingen bij de eerstvolgende betaaltermijn, dus na een maand, het incasseren voortzet. De incassering wordt in dit geval onderbroken, maar nog niet beëindigd. Met betrekking tot de hoogte van de dan te incasseren termijnen is art. II 9 van toepassing.
Artikel 13 Beëindiging automatische incasso bij twee keer onvoldoende saldo
De automatische incasso wordt door de Dienst Belastingen beëindigd als er voor de tweede keer van het bank- of girokantoor de melding komt dat er onvoldoende saldo op de rekening staat. Aan de verzoeker wordt de beëindiging schriftelijk medegedeeld, waarbij hij gewezen wordt op het hierna bepaalde.
Gevolgen van beëindigen automatische incasso
Artikel 14 Verschuldigdheid restant bij beëindigen automatische incasso
Als de automatische incasso, door de verzoeker of door de Dienst Belastingen wordt beëindigd, vervallen de resterende incassotermijnen. Belastingschuldige valt dan met betrekking tot de gecombineerde aanslag terug naar de in de verordening bedoelde twee betaaltermijnen van elk een maand. De (resterende) belastingschuld moet uiterlijk aan het einde van de tweede betaaltermijn worden voldaan. Als bij de beëindiging van de automatische incasso de tweede betaaltermijn is verstreken, is het restant van de belastingschuld, vanaf het tijdstip van de beëindiging in zijn geheel verschuldigd. In dit verband geldt voor een betalingsregeling dat de regeling vervalt en de belastingschuld in ene betaald moet worden. De regeling omtrent de invorderingsrente is van toepassing.
In geval van beëindiging van de automatische incasso bij de gecombineerde aanslag is over het restant van de belastingschuld, vanaf de dag na de tweede betaaltermijn, zoals bedoeld in de verordening, invorderingsrente verschuldigd. De door belastingschuldige ontvangen rentebeschikking is een voor bezwaar vatbare beschikking.
Artikel 17 Betalingstermijnen na afhandelen bezwaar
Wordt een bezwaarschrift binnen de periode van de 8 betaaltermijnen afgehandeld, dan verandert daarna (afhankelijk van de uitkomst van bezwaar) het termijnbedrag voor de resterende termijnen, zoals bedoeld in art. II 9. Als na afhandeling van het bezwaar alle 8 betaaltermijnen verstreken zijn, is het resterende aanslagbedrag ineens verschuldigd. In voorkomende gevallen kan de ontvanger op verzoek nadere invorderingsbeslissingen nemen. Na de 8e termijn is over een openstaande belastingschuld invorderingsrente verschuldigd. Het op enig moment te veel betaalde wordt, inclusief invorderingsrente terugbetaald of verrekend met andere openstaande belastingschulden.
Artikel 18 Dwanginvordering gecombineerde aanslag
Met betrekking tot de dwanginvordering van een gecombineerde aanslag zijn alle reguliere handelingen en documenten van toepassing. De gecombineerde aanslag verschijnt als zodanig op aanmaning, kosteloze herinnering en dwangbevel, zonder dat daarbij de afzonderlijke aanslagen benoemd worden.