Organisatie | Capelle aan den IJssel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening woninggebonden subsidies |
Citeertitel | Verordening woninggebonden subsidies |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
1.deze verordening is in werking getreden op 30 september 1992 maar laatstelijk gewijzigd per 17 december 2001.
2. Deze verordening is van rechtswege vervallen daar voor sociale koopwoningen de laatste jaarlijkse bijdrage is betaald en voor de corporatiewoningen de resterende verplichting in december 2011 is afgekocht.
Onbekend
1.Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
30-09-1992 | 01-01-2012 | nieuwe regeling | 29-09-1992 IJsselpost, 22-10-2008 | onbekend | |
30-09-1992 | 01-01-2012 | nieuwe regeling | 29-09-1992 IJsselpost, 22-10-2008 | onbekend |
Verordening van 28 september 1992, vastgesteld door de raad van de gemeente Capelle aan den IJssel, genoemd
Verordening woninggebonden subsidies,
De verordening verstaat onder:
a.begunstigde: de natuurlijke persoon of de rechtspersoon, die een verzoek doet om vaststelling
en uitbetaling van de door de gemeente verleende geldelijke steun;
deze op het door burgemeester en wethouders voorgeschreven formulier door de aanvrager
is gedaan, vergezeld van alle voorgeschreven gegevens,zoals vereist op grond van deze
e.budget: het bedrag aan geldelijke steun, dat jaarlijks door de minister aan de gemeente
beschikbaar wordt gesteld, alsmede het bedrag dat resteert van in vorige jaren toegekende
budgetten, alsmede daaraan op grond van het Besluit of op grond van een besluit van de
gemeenteraad toegevoegde vrijvallende middelen ten behoeve van:
categorie woningen of voorzieningen dan wel toeslagen, als bedoeld in de artikelen 5 en
g.gereedkomingsdatum: de dag waarop de woning voor bewoning gereed komt dan wel de dag
waarop de administratief in een plan samengevoegde woningen gemiddeld voor bewoning
h.hoofdsom: het op de datum waarop de geldelijke steun wordt verleend te bepalen bedrag aan
geldelijke steun aan de hand van de desbetreffende, bij ministeriële regeling vastgestelde,
i.huurder: degene die met de verhuurder een huurovereenkomst heeft gesloten, als bedoeld in
artikel 1584 van het Burgerlijk Wetboek.
voorziening: voltooid voor 1 januari 1946 en waarvan de kosten, verminderd met de op grond
van paragraaf 6 van hoofdstuk 3 verleende toeslagen, per woning meer bedragen dan de in het
Besluit genoemde minimale kosten;
verkrijgen in noodzakelijke, direct met de bouw samenhangende, kosten, zoals
eigendom: deze nader zijn omschreven in de bij deze verordening behorende bijlage;
o.kosten van de door burgemeester en wethouders vast te stellen som van de
ingrijpende noodzakelijke, direct met de ingrijpende voorzieningen samenhangende,
voorzieningen kosten, zoals deze nader zijn omschreven in de bij deze verordening
instelling waarvoor geldelijke steun is verleend of wordt aangevraagd;
r.sociale-koopwoning: een woning waarvoor op grond van paragraaf 2 van hoofdstuk 3 geldelijke
steun is verleend of wordt aangevraagd;
s.toegelaten een instelling, toegelaten krachtens artikel 70 van de Woningwet;
t.vaststellen van het besluit van burgemeester en wethouders waarbij de hoogte van de
geldelijke steun: verleende geldelijke steun wordt vastgesteld en de gemeente zich verplicht tot
u.verdeelbesluit: het besluit van de raad, waarin is vastgesteld dat het bouwplan van de in dat
besluit aangegeven gegadigde op de in dat besluit aangegeven locatie in aanmerking kan
komen voor geldelijke steun vanuit een deelbudget;
v.verlenen van het besluit van burgemeester en wethouders dat een aanspraak op
geldelijke steun: geldelijke steun verschaft;
w.voorziening: een bouwkundige of bouwtechnische maatregel aan een woning, die leidt tot
verbetering van de indeling of het woongerief of die dient tot een bouwkundige splitsing of
x.commissie: de commissie van advies en bijstand voor o.a. volkshuisvesting;
ij. moment van overgang het moment waarop de akte van eigendomsoverdracht
Voor de toepassing van de verordening wordt mede verstaan onder:
1.eigenaar: opstaller, erfpachter, gerechtigde tot een appartementsrecht of degene aan wie
door een rechtspersoon een deelnemings- of lidmaatschapsrecht is verleend, dat recht geeft
2.eigendom: opstal, erfpacht, appartementsrecht of door een rechtspersoon verleend
deelnemings- of lidmaatschapsrecht, dat recht geeft op gebruik van een woning;
geldelijke steun aan het treffen van voorzieningen van gemeentewege;
5.bouwen: het verbouwen van gebouwd onroerend goed, niet zijnde een woning, tot
Paragraaf 2 Grondslag en werkingssfeer
Op grond van de verordening kunnen burgemeester en wethouders geldelijke steun verlenen voor:
Paragraaf 3 Prioriteiten en nadere voorwaarden
De geldelijke steun wordt slechts verleend als ook wordt voldaan aan de eisen inzake aanpasbaar bouwen, zoals omschreven in het raadsbesluit d.d. 8 juli l991 (Verzameling l991, nr. 101/b).
Paragraaf 5 Raadpleging belanghebbende personen en organisaties
De verordening wordt slechts gewijzigd wanneer over het ontwerp van de wijziging door burgemeester en wethouders overleg is gepleegd met de lokaal of regionaal toegelaten instellingen, de Federatie Capelse Huurdersorganisatie, en andere naar het oordeel van de raad daarvoor in aanmerking komende natuurlijke en rechtspersonen.
In het, in artikel 17 bedoelde overleg, worden ten minste de volgende onderwerpen aan de orde gesteld:
c.de te bepalen grenzen en voorwaarden, als bedoeld in artikel 13.
Hoofdstuk 2 Verlenen en vaststellen van geldelijke steun
Paragraaf 1 De aanvraag om geldelijke steun
Een aanvraag om geldelijke steun dient te geschieden met gebruikmaking van een aanvraagformulier, waarvan het model door burgemeester en wethouders is vastgesteld.
Paragraaf 2 De verlening van geldelijke steun
Burgemeester en wethouders bevestigen binnen twee weken de ontvangst van de aanvraag, als bedoeld in artikel 20.
Indien de aanvraag om verlening van geldelijke steun niet volledig is ingevuld en/of daarbij niet de in artikel 21, juncto de artikelen 42, 50, 66, 78 en 89 bedoelde gegevens zijn overgelegd, doen burgemeester en wethouders daarvan binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag schriftelijk mededeling aan de initiatiefnemer onder vermelding van de nog te leveren gegevens.
De noodzaak van de realisering van een bouwplan, als bedoeld in artikel 28, onder a, wordt geacht te zijn aangetoond, indien dit plan is opgenomen in het verdeelbesluit, als bedoeld in artikel 12.
Terstond na de voltooiing van de werkzaamheden doch uiterlijk binnen drie jaar na het verlenen van de geldelijke steun verklaart de begunstigde met gebruikmaking van een formulier, waarvan het model door burgemeester en wethouders is vastgesteld, dat de werkzaamheden zijn voltooid c.q. geeft hij de stand van zaken terzake weer.
Paragraaf 4 De vaststelling van geldelijke steun
Indien op het formulier, als bedoeld in artikel 32, eerste lid, niet alle verlangde gegevens zijn verstrekt naar het oordeel van burgemeester en wethouders of niet is voldaan aan het bepaalde in artikel 33, eerste lid, doen zij daarvan binnen vier weken na ontvangst schriftelijk mededeling aan de begunstigde onder vermelding van de nog te leveren gegevens en houden zij hun beslissing inzake de vaststelling van de definitieve geldelijke steun aan totdat de gevraagde gegevens zijn geleverd.
Paragraaf 5 De intrekking van geldelijke steun
Indien geldelijke steun is verleend en/of vastgesteld en gebleken is dat de gegevens op grond waarvan de geldelijke steun werd verleend en/of vastgesteld onjuist waren en waarvan de initiatiefnemer/begunstigde wist of redelijkerwijs had kunnen weten dat deze onjuist waren, kunnen burgemeester en wethouders hun besluit tot verlening en/of vaststelling van de geldelijke steun intrekken en kunnen zij een reeds betaalde bijdrage geheel of gedeeltelijk met vergoeding van de wettelijke rente terugvorderen.
Burgemeester en wethouders delen een besluit, als bedoeld in dit hoofdstuk binnen twee weken na het nemen daarvan schriftelijk mee aan hetzij de initiatiefnemer hetzij de begunstigde, onder vermelding van de gronden waarop het besluit berust.
De bepalingen van dit hoofdstuk zijn van toepassing, tenzij in hoofdstuk 3 hiervan nadrukkelijk wordt afgeweken.
Hoofdstuk 3 Bepalingen per subsidiecategorie
Paragraaf 1 Sociale-huurwoningen
Burgemeester en wethouders kunnen ten laste van het deelbudget, genoemd in artikel 11, tweede lid, onder a.1, geldelijke steun verlenen voor het bouwen van sociale-huurwoningen aan een toegelaten instelling.
Onverminderd het bepaalde in artikel 21, dient bij een aanvraag om geldelijke steun tevens te worden overgelegd:
Burgemeester en wethouders verlenen slechts geldelijke steun, indien de voorgestelde aanvangshuurprijs niet hoger is dan de bij of krachtens het Besluit bepaalde maximum huurprijs.
Indien de toepassing van het bepaalde in het eerste lid betrekking heeft op het bouwen van een aantal administratief in een complex samengevoegde sociale huurwoningen geldt het van toepassing zijnde bedrag, genoemd in het eerste lid, als de gemiddelde koopsom van de bouwrijpe grond van de in dat complex opgenomen woningen.
Een gereedmelding, als bedoeld in artikel 32, eerste lid, dient, onverminderd het bepaalde in artikel 33, tevens vergezeld te gaan van een opgave van de gemiddelde gereedkomingsdatum van de verschillende woningen van het bouwplan.
Burgemeester en wethouders beëindigen de uitbetaling van geldelijke steun voor een sociale-huurwoning en stellen de geldelijke steun opnieuw vast op het op dat moment ontvangen bedrag, indien de eigendom van een sociale-huurwoning, waarvoor geldelijke steun wordt verleend, overgaat op een ander dan de gemeente of een toegelaten instelling.
Paragraaf 2 Sociale-koopwoningen
Burgemeester en wethouders kunnen ten laste van het deelbudget, genoemd in artikel 11, tweede lid, onder a.2, geldelijke steun verlenen aan een natuurlijke persoon, die de woning als eigenaar zal bewonen.
in geval waarin een woning wordt gebouwd op grond waarop een recht van opstal rust of waarop een recht van erfpacht is gevestigd dan wel de grond en de woning afzonderlijk in eigendom worden verkregen of de grond reeds geruime tijd eigendom is van de eigenaar, de koopsom of de koop-/aanneemsom van de woning vermeld in de overeenkomst van koop en verkoop of koop en aanneming vermeerderd met een door burgemeester en wethouders te bepalen bedrag als kosten van bouwrijpe grond, of
Onverminderd het bepaalde in artikel 21 dient bij een aanvraag om geldelijke steun tevens te worden overgelegd een verklaring van de initiatiefnemer, dat het aangaan van de koopovereenkomst of de koop- en aanneemovereenkomst niet afhankelijk wordt gesteld van het tegen een meerprijs afnemen van voorzieningen, leveringen of diensten.
Het bepaalde in artikel 51, tweede lid, onder c, is niet van toepassing, indien de aanvraag betrekking heeft op een woning die geheel of in belangrijke mate wordt gebouwd door degene die de woning als eigenaar zal bewonen.
Een gereedmelding, als bedoeld in artikel 32, eerste lid, dient, onverminderd het bepaalde in artikel 33, tevens vergezeld te gaan van een door de Inspecteur der directe belastingen te verstrekken verklaring inzake het definitief vastgestelde of nog vast te stellen inkomen, dan wel het brutoloon van de personen, als bedoeld in bijlage VI van het Besluit. In bedoelde verklaring wordt tevens aangegeven of bedoelde personen wel of niet vermogensbelasting verschuldigd zijn.
Een gereedmelding, als bedoeld in artikel 32, eerste lid, dient, onverminderd het bepaalde in de artikelen 33 en 53, tevens vergezeld te gaan van:
Burgemeester en wethouders stemmen slechts in met het verzoek, bedoeld in artikel 32, tweede lid, mits:
de eigenaar of diens erfgenaam over het kalenderjaar dat voorafgaat aan het tijdstip waarop hij de woning betrekt geen vermogensbelasting in de zin van de Wet op de vermogensbelasting 1964 (Stb. 520) verschuldigd is, dan wel geen gemeenschappelijke huishouding voert met een persoon die krachtens deze wet vermogensbelasting verschuldigd is.
De som van de inkomens, als bedoeld in bijlage VI van het Besluit, op grond waarvan de geldelijke steun wordt berekend, wordt bepaald aan de hand van de in artikel 53 genoemde gegevens, over het jaar voorafgaande aan het jaar waarin de geldelijke steun is verleend.
Indien de geldelijke steun wordt uitbetaald als bijdrage-ineens geldt als voorwaarde, dat de woning gedurende ten minste één jaar is bewoond door de eigenaar of in geval van overlijden van de eigenaar diens in de woning woonachtige erfgenaam of in geval van vertrek van de eigenaar uit de woning diens in de woning woonachtige partner.
Burgemeester en wethouders beëindigen de uitbetaling van geldelijke steun voor een sociale-koopwoning en stellen de geldelijke steun opnieuw vast op het tot op dat moment ontvangen bedrag, indien zij constateren dat:
Burgemeester en wethouders stellen de geldelijke steun opnieuw vast, overeenkomstig het in het Besluit bepaalde, indien zij constateren, dat de som van de inkomens, bedoeld in bijlage VI van het Besluit zodanig is gestegen ten opzichte van de som van de inkomens op grond waarvan de geldelijke steun is vastgesteld, respectievelijk op grond waarvan een herziene vaststelling, als bedoeld in dit artikel heeft plaatsgevonden, dat daarbij volgens het Besluit een ander bedrag aan geldelijke steun moet worden vastgesteld.
Ten behoeve van een vaststelling van de geldelijke steun, als bedoeld in artikel 60, dient de eigenaar, binnen twee maanden nadat het vijfde jaarbedrag is uitbetaald, onderscheidenlijk telkens vijf jaar nadien een door de Inspecteur der directe belastingen verstrekte opgave van inkomens over te leggen van die personen waarvan het inkomen ingevolge het Besluit deel uitmaakt van de som van de inkomens bedoeld in bijlage VI van het Besluit over de in het Besluit bepaalde periode.
Indien de in het eerste lid genoemde gegevens niet of onvoldoende binnende in het eerste lid genoemde termijn vanwege de eigenaar worden overgelegd doen burgemeester en wethouders daarvan schriftelijk mededeling aan de eigenaar onder vermelding van de nog te leveren gegevens en de termijn waarbinnen deze dienen te worden overgelegd.
Burgemeester en wethouders besluiten omtrent een vaststelling, als bedoeld in artikel 60, binnen zes maanden nadat de in artikel 61, eerste lid, bedoelde gegevens zijn verstrekt.
Op een daartoestrekkend verzoek stellen burgemeester en wethouders de geldelijke steun eenmalig opnieuw vast, overeenkomstig het in het Besluit bepaalde, indien uit het verzoek blijkt, dat in het kalenderjaar waarin de eigenaar de woning heeft betrokken of in een van de vier daaropvolgende kalenderjaren een van de personen van wie het inkomen medebepalend is geweest voor de som van de inkomens, bedoeld in bijlage VI van het Besluit, en met wie de eigenaar in bedoeld kalenderjaar een gemeenschappelijke huishouding heeft gevoerd, geen inkomen heeft genoten, doch in het jaar voorafgaande aan dat jaar wel een inkomen heeft genoten.
Paragraaf 3 Ingrijpende voorzieningen
Burgemeester en wethouders kunnen ten laste van het deelbudget, genoemd in artikel 11, tweede lid, onder a.3, geldelijke steun verlenen voor:
Burgemeester en wethouders verlenen, in aanvulling op artikel 30, slechts geldelijke steun onder de voorwaarde, dat:
Een gereedmelding, als bedoeld in artikel 32, eerste lid, dient, onverminderd het bepaalde in artikel 33, tevens vergezeld te gaan van een opgave van de gereedkomingsdatum van de voorzieningen.
Burgemeester en wethouders beëindigen de uitbetaling van de geldelijke steun en stellen deze opnieuw vast op het op dat moment ontvangen bedrag, indien de eigendom van de woningen waaraan met geldelijke steun ingrijpende voorzieningen zijn getroffen overgaat en de nieuwe eigenaar de woningen niet verhuurt.
Paragraaf 4 Huurwoningen van beleggers
Burgemeester en wethouders kunnen ten laste van het deelbudget, genoemd in artikel 11, tweede lid onder b.1, geldelijke steun verlenen ten behoeve van een belegger of een toegelaten instelling, die de woning zal verhuren.
ingeval waarin een woning wordt gebouwd op grond waarop een recht van opstal rust of waarop een recht van erfpacht is gevestigd dan wel de grond en de woning afzonderlijk in eigendom worden verkregen of de grond reeds geruime tijd eigendom is van de eigenaar, de koopsom of de koop-/aanneemsom van de woning vermeld in de overeenkomst van koop en verkoop of koop en aanneming vermeerderd met een door burgemeester en wethouders te bepalen bedrag als kosten van bouwrijpe grond, of
ingeval de woning tot stand wordt gebracht krachtens meerdere overeenkomsten van koop, aanneming en andere, daarmede samenhangende overeenkomsten, een door burgemeester en wethouders te bepalen som van de bedragen afzonderlijk vermeld als koopsom van de bouwrijpe grond en de koopsom of de koop-/aanneemsom van de woning vermeld in de onderscheidene overeenkomsten.
Burgemeester en wethouders verlenen, in aanvulling op artikel 30, slechts geldelijke steun onder de voorwaarde, dat:
Burgemeester en wethouders kunnen ten laste van het deelbudget, genoemd in artikel 11, tweede lid, onder b.2, geldelijke steun verlenen aan een natuurlijke persoon die de woning als eigenaar zal bewonen of een natuurlijke persoon of een rechtspersoon die de woning zal verhuren.
Indien een woning bewoond zal worden door de eigenaar, dient bij een aanvraag om geldelijke steun, onverminderd het bepaalde in artikel 21, te worden overgelegd een verklaring van de initiatiefnemer dat het aangaan van de koopovereenkomst of de koop- en aanneemovereenkomst niet afhankelijk wordt gesteld van het tegen een meerprijs afnemen van voorzieningen, leveringen of diensten.
ingeval waarin een woning wordt gebouwd op grond waarop een recht van opstal rust of waarop een recht van erfpacht is gevestigd dan wel de grond en de woning afzonderlijk in eigendom worden verkregen of de grond reeds geruime tijd eigendom is van de eigenaar, de koopsom of de koop-/aanneemsom van de woning vermeld in de overeenkomst van koop en verkoop of koop en aanneming vermeerderd met een door burgemeester en wethouders te bepalen bedrag als kosten van bouwrijpe grond, of
ingeval de woning tot stand wordt gebracht krachtens meerdere overeenkomsten van koop, aanneming en andere, daarmede samenhangende overeenkomsten, een door burgemeester en wethouders te bepalen som van de bedragen afzonderlijk vermeld als koopsom van de bouwrijpe grond en de koopsom of de koop-/aanneemsom van de woning vermeld in de onderscheidene overeenkomsten.
Paragraaf 6 Toeslagen ten behoeve van plaatselijk verschillende omstandigheden
Burgemeester en wethouders kunnen ten laste van het deelbudget, genoemd in artikel 11, tweede lid, onder c, in aanvulling op een toekenning van geldelijke steun, als bedoeld in de paragrafen 1 t/m 5 van dit hoofdstuk, een toeslag verlenen aan de initiatiefnemer ten behoeve van de bouw van woningen en het treffen van ingrijpende voorzieningen.
Een aanvraag om geldelijke steun, als bedoeld in artikel 83, dient te geschieden met gebruikmaking van het aanvraagformulier, bedoeld in artikel 20.
Burgemeester en wethouders stemmen de hoogte van de toeslag af op de grootte van het project, de locatie en andere specifieke kenmerken van het project.
Paragraaf 7 Huurverlagingstoeslagen
Burgemeester en wethouders kunnen ten laste van het deelbudget, genoemd in artikel 11, tweede lid, onder d, aan een toegelaten instelling die een sociale-huurwoning beheert die is gebouwd ter vervanging van een andere woning of waaraan ingrijpende voorzieningen zijn getroffen, in aanvulling op een toekenning van geldelijke steun, als bedoeld in de paragrafen 1 en 3 van dit hoofdstuk, een toeslag verlenen ten behoeve van het verlagen van de huurprijs.
Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotbepalingen
De behandeling van en de beslissing op aanvragen om geldelijke steun, die zijn ingediend voor het tijdstip van inwerkingtreding van de verordening, geschieden, voorzover daarop bij het inwerkingtreden van de verordening nog niet is beslist, overeenkomstig de bepalingen van de verordening.
Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van het bepaalde in de verordening naar het oordeel van burgemeester en wethouders zou leiden tot een onredelijke beslissing, kunnen burgemeester en wethouders afwijken van het bepaalde in de verordening.
Burgemeester en wethouders kunnen voor de uitvoering van de verordening nadere regels stellen. Inzake het ontwerp van deze regels plegen zij tevoren overleg met de lokaal of regionaal toegelaten instellingen, de Federatie Capelse Huurdersorganisatie, en andere naar het oordeel van de raad daarvoor in aanmerking komende natuurlijke en rechtspersonen.