Organisatie | Groningen (Gr) |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Bankreglement 1999 |
Citeertitel | Bankreglement 1999 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Bankreglement 1999 |
Voor het eerst vastgesteld bij raadsbesluit van 21 juli 1999
Wet op het consumentenkrediet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2002 | 14-12-2010 | 05-08-2011 | Onbekend | 08-11-2001 Gemeenteblad, 2001, 78 | Onbekend |
In dit reglement wordt verstaan onder:
krediet : iedere overeenkomst en ieder samenstel van overeenkomsten met de strekking dat door de bank aan de kredietnemer een geldsom ter beschikking wordt gesteld en de kredietnemer aan de bank één of meerdere betalingen ter aflossing doet en waarbij ten minste één van de betalingen later plaats vindt dan drie maanden nadat de geldsom ter beschikking is gesteld;
Artikel 4 Maximale kredietsommen
Voor een kredietsom die meer bedraagt dan EUR 10.000,00 is unanieme schriftelijke toestemming nodig van een ambtelijke commissie bestaande uit het hoofd Financieel Economische Zaken of diens plaatsvervanger, een medewerker van de afdeling Beleid van de dienst SOZAWE en het hoofd van de bank of diens plaatsvervanger.
Artikel 6 Algemene voorwaarden
Burgemeester en wethouders stellen de overige voorwaarden vast die van toepassing zijn op de te verstrekken kredieten.
De bank neemt deel aan een stelsel van kredietregistratie door aansluiting bij het Bureau Kredietregistratie te Tiel.
Burgemeester en wethouders kunnen alle zekerheidsrechten van de aanvrager verlangen die zij wenselijk achten.
Artikel 14 Beschikbaar stellen krediet
Na het sluiten van de kredietovereenkomst wordt de kredietsom die bij de overeenkomst is bepaald aan de kredietnemer ter beschikking gesteld overeenkomstig het bepaalde in de overeenkomst.
Artikel 16 Vervroegde opeising van de kredieten
Burgemeester en wethouders eisen een krediet vervroegd op als:
de kredietnemer, met het oog op het aangaan van de kredietovereenkomst, bewust onjuiste inlichtingen heeft verstrekt van dien aard, dat burgemeester en wethouders de kredietovereenkomst geheel niet of niet onder dezelfde voorwaarden zouden hebben aangegaan, indien aan hen de juiste stand van zaken bekend zou zijn geweest.
Indien een kredietnemer is overleden wordt op schriftelijk verzoek van degene die tot nakoming van de kredietovereenkomst gebonden is, door burgemeester en wethouders het nog niet afgeloste deel van het krediet kwijtgescholden. Burgemeester en wethouders bepalen binnen welke termijn een dergelijk verzoek moet worden gedaan.
Artikel 18 Soorten schuldregeling
Burgemeester en wethouders kunnen op de volgende wijze behulpzaam zijn bij het treffen van een schuldregeling:
Bij het beslissen op een verzoek om behulpzaam te zijn bij het treffen van een schuldregeling, hanteren burgemeester en wethouders de op het moment van vaststelling van dit reglement terzake geldende gedragscode van de NVVK.
De kosten voor aanvragen schuldregelingen, aanvragen budgetbeheerrekening, verklaringen op grond van artikel 285 lid 1 sub e Faillissementswet worden in rekening gebracht bij het college van burgemeester en wethouders van de gemeente waar de aanvrager woonachtig is, overeenkomstig de afspraken die met de betrokken gemeenten zijn gemaakt. De kosten van schuldbemiddeling worden de cliënt in rekening gebracht overeenkomstig de binnen de NVVK gemaakt afspraken.
Artikel 22 Voorwaarden saneringskrediet
Als burgemeester en wethouders in het kader van een schuldregeling een saneringskrediet verstrekken zijn de bepalingen in onderdeel II. van dit reglement onverkort van toepassing.
Artikel 28 Toelating budgetbeheer
Op verzoek kan een cliënt worden toegelaten tot het budgetbeheer. Tussen de cliënt en de bank wordt een overeenkomst opgemaakt. De Algemene voorwaarden budgetbeheerrekening vormen een integraal onderdeel van de overeenkomst en worden de cliënt ter hand gesteld.
De bank stelt in overleg met de cliënt een budgetplan op. In het budgetplan wordt bepaald welke bedragen beschikbaar zijn voor de vaste lasten, het huishoudgeld en de reserveringen. De bank heeft het recht bij gewijzigde omstandigheden het budgetplan te wijzigen. De cliënt maakt voor de opname van het huishoudgeld gebruik van de door bank verstrekte bankpas.
Artikel 33 Kosten budgetbeheer
De kosten van het budgetbeheer worden in rekening gebracht bij de gemeente waar de cliënt woonachtig is. Indien de kosten niet worden voldaan door de gemeente kunnen de kosten ten laste van de budgetbeheerrekening van de cliënt worden gebracht.
Indien bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven, kunnen burgemeester en wethouders afwijken van het bij of krachtens dit reglement bepaalde.