Organisatie | Hengelo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening individuele inkomenstoeslag Hengelo 2020 |
Citeertitel | Verordening individuele inkomenstoeslag Hengelo 2020 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Verordening individuele inkomenstoeslag 2020 |
Externe bijlage | Toelicht. verord. Individuele inkomenstoeslag 2020 |
Geen
artikel 8 van de Participatiewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2020 | nieuwe regeling | 17-12-2019 | 2458806 |
De raad van de gemeente Hengelo,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 19 november 2019, nr. 24580541;
gelet op artikel 8, eerste lid, aanhef en onderdeel b, en tweede lid van de Participatiewet;
Overwegende dat het noodzakelijk is het verstrekken van een inkomenstoeslag bij verordening te regelen;
Verordening individuele inkomenstoeslag Hengelo 2020
In deze verordening wordt verstaan onder:
arbeidsverplichting: de verplichting als bedoeld in artikel 9 eerste lid, aanhef sub a van de wet, dan wel een verplichting die strekt tot arbeidsinschakeling als bedoeld in artikel 55 van de wet, dan wel verplichtingen die de uitkeringsgerechtigde op grond van de uitkering die hij ontvangt heeft, voor zover die verplichtingen strekken tot arbeidsinschakeling en/of re-integratie;
inkomen: het inkomen als bedoeld in artikel 32 van de wet, met dien verstande dat voor de zinsnede ‘een periode waarover een beroep op bijstand wordt gedaan’ moet worden gelezen ‘de referteperiode’. Een bijstandsuitkering wordt, in afwijking van artikel 32 van de wet, voor de beoordeling van het recht op inkomenstoeslag als inkomen gezien;
Een verzoek als bedoeld in artikel 36, eerste lid, van de wet, wordt ingediend middels een door het college vastgesteld formulier.
Artikel 3 Langdurig laag inkomen
Een persoon heeft langdurig een laag inkomen als bedoeld in artikel 36, eerste lid, van de wet als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan de toepasselijke bijstandsnorm.
Om voor de individuele inkomenstoeslag in aanmerking te komen:
mag het vermogen op de peildatum niet meer zijn dan de vermogensgrens genoemd in artikel 34 lid 3 van de wet; en
Wanneer uit voorhanden zijnde gegevens blijkt dat er in de referteperiode over een aanzienlijk vermogen is beschikt, wordt de toeslag geweigerd. De toeslag wordt ook geweigerd wanneer op de peildatum uit voorhanden zijnde gegevens blijkt dat belanghebbende binnen 12 maanden over een vermogen kan beschikken dat hoger ligt dan de vermogensgrens genoemd in artikel 34 lid 3 van de wet.
Artikel 5 Hoogte individuele inkomenstoeslag
Als een van de gehuwden is uitgesloten van het recht op individuele inkomenstoeslag ingevolge de artikelen 11 of 13, eerste lid, van de wet, kan de rechthebbende echtgenoot in aanmerking komen voor een individuele inkomenstoeslag naar de hoogte die voor hem als alleenstaande of alleenstaande ouder zou gelden.
Artikel 6 Geen uitzicht op inkomensverbetering
Uitzicht op inkomensverbetering wordt in ieder geval niet aanwezig geacht indien:
Artikel 7 Uitzicht op inkomensverbetering
Uitzicht op inkomensverbetering wordt in ieder geval aanwezig geacht indien:
Het college kan, in afwijking van de verordening, besluiten tot toekenning van de individuele inkomenstoeslag als afwijzing daarvan naar het oordeel van het college kennelijk onredelijk is.
Burgemeester en wethouders kunnen ten behoeve van de uitvoering van deze verordening nadere regels stellen.